2
DE NIEUWE REGLEMENTEER INC
DER VOEDINCSWAREN
De verbruiker klaagt er steeds heftiger over, dat hij
In de winkels niet de eetwaren kan bekomen, waarvan
de verdeeling voorzien is bij de besluiten op de rant-
soeneerlng.
Het Ministerie van Landbouw en Voedselvoorziening
heef? niet verzuimd na te gaan, welke maatregelen
dienden getroffen om dezen toestand te verhelpen.
Vier oplossingen waren mogelijk
1. Het oprichten van gemeentelijke winkels.
Het is overbodig te wijzen op de talrijke bezwaren
die voor de verbruikers aan dit stelsel verbonden zijn.
Van een anderen kant zou het de regelmatig geves
tigde handelaars, die reeds zoo scherp door de gebeur
tenissen werden beproefd, ten zeerste schaden.
2. Het oprichten van gemeentelijke entrepots.
De fabrikanten en producenten zouden hun produc
tiecontingenten leveren aan de gemeentelijke diensten,
die de producten dadelijk zouden verdeelen onder de
kleinhandelaars.
Deze nieuwigheid zou echter de uitschakeling van
den grossier als tusscnenpersoon verootzaken. Ter ver
vanging van den grossier zou men dus in elk gemeente
bestuur een nieuwe organisatie moeten voorzien, die
het vervoer, het opslaan, de behandeling, de finan
ciering en de comptabiliteit zou moeten verzekeren.
Die hervorming kan gewis doorgegeven worden, doch
om ze tot een goed einde te brengen, is er tijd noodig
Welnu, er moet dadelijk een oplossing gevonden wor
den voor de huidige moeilijkheden.
3. Aanduiding van gewestelijke grossiers.
Om de verdeeling van de gerantsoeneerde producten
volledig te kunnen controleeren, zou men, per streek,
een grossier aanduiden, die het monopolie voor de ver
deeling van een enkel product zou genoten hebben.
Bezw aar tegen dit ontwerpdit stelsel zou waar
schijnlijk niet de verhoopte uitslagen opleveren, omdat
de verdeelingsonkosten voor sommige producten een
groot gedeelte opslorpen van de voorziene winstmarge.
Na een grondig onderzoek, gedaan in samenwerking
met de bedrijfsgroepeeringen der fabrikanten en met
velschillende leidinggevende personen uit de gemeente
lijke ravitailleeringsdiensten. heeft de Secretaris-Gene
raal van het Ministerie van Landbouw en Voedselvoor
ziening de volgende oplossing aangenomen.
Deze oplossing steunt hierop, dat de verbruiker zich
moet laten inschrijven bij een in zijn gemeente geves-
tigden kleinhandelaar.
Het ware gewis wenschelijk geweest, dat de verbrui
ker zich had mogen bevoorraden in om het even welke
gemeente. Doch die vrijheid zou het bestuurswerk zoo
ingewikkeld gemaakt hebben, dat men naar een mis
lukking zou gegaan zijn.
Iedereen zal trouwens grif toegeven, dat het hoofd
zaak is, dat de voorziene rantsoenen werkelijk worden
uitgedeeld aan de verbruikers.
Derwijze echter staan we voor een groote hervorming
van het verdeelingsstelsel hervorming die bij de aan-
vangsperiode een reusachtig werk zal vergen van de
gemeenten en van het Ministerie en zal dit stelsel
niet cp alle producten kunnen toegepast worden voor
het rantsoeneeringstijdperk dat op 8 October e. k. in
gaat.
De nieuwe reglementeering zal gelden voor de mar
garine, de suiker en de chocolade, producten waarvan
de fabricage in de handen is van welingerichte vak-
groepeeringen, die zich reeds sedert verschillende dagen
beijverd hebben, om het ministerie te helpen in zijn
taak, n. 1. te letten dat er geen ongeoorloofde handel
meer gedreven wordt in gerantsoeneerde producten.
Het weze nochtans wel verstaan, dat deze reglemen
teering geleidelijk zal uitgebreid worden tot alle pro
ducten, waarvan de verdeeling niet regelmatig zou ge
schieden.
Reglementeering (Staatsblad van 19-9-40 Besluit
wet van 18-9-1940).
FORMALITEITEN VOOR DEN VERBRUIKER.
Laten wij eerst nagaan welke formaliteiten de ver
bruiker moet vervullen voor den aankoop van marga
rine, suiker en chocolade.
De verbruiker is er toe gehouden een enkelen klein
handelaar-kruidenier, gevestigd in de gemeente waar
hijzelf gevestigd is, aan te duiden.
Elke verbruiker moet zich aanbieden bij den door
hem aangeduiden kleinhandelaar kruidenier deze
"kleinhandelaar brengt zijn stempel aan of schrijft lees
baar op het luik van de rantsoenkaart, waarop het
Rijkswapen staat.
De verbruiker biedt zich daarna, hij moest zooals
zulks hier verleden week reeds gemeld werd, dit uiter
lijk op 26 Sept. 11. doen, aan bij den gemeentelijken
ravitailleeringsdienst van zijn woonplaats, voorzien van
de identiteitskaarten en van de rantsoenkaarten der
leden van zijn gezin.
De gemeentelijke dienst schrijft de verbruikers in
naar gelang den aangeduiden kleinhandelaar-kruide
nier. Behoudens het geval van heirkracht mogen er na
26 September geen inschrijvingen meer aangenomen
worden.
De verbruikers die niet ingeschreven zijn. hebben
geen recht op uitdeeling van margarine, suiker of cho
colade.
De gemeentelijke dienst brengt zijn stempel op de
ravitailleeringskaart aan, nevens den naam van den
kleinhandelaar.
In de groote gemeenten geschiedt de inschrijving der
verbruikers bij den gemeentelijken dienst, volgens de
alphabetische orde der namen van de kleinhandelaars.
Behoudens het geval van heirkracht, zooals b. v.
het verdwijnen van een kleinhandelaar, mogen de ver
bruikers slechts van kleinhandelaar veranderen bij het
begin van elk rantsoeneeringstijdperk en mits kennis
geving daarvan, minstens één maand bij voorbaat, aan
den gemeentelijken ravitailleeringsdienst, die dan de
kaart wijzigt en aan de betrokken kleinhandelaars de
verandering laat kennen. Om van kleinhandelaar te
mogen veranderen, meet de verbruiker sedert minstens
drie maand bij denzelfden kleinhandelaar ingeschreven
zijn.
WELKE ZIJN DE VERPLICHTINGEN
VAN DEN KLEINHANDELAAR
Aan den gemeentelijken dienst geeft hij, vóór 26 Sep
tember 1940, kennis van den naam en het adres der
grossiers die hem suiker en chocolade leveren. Voor
de margarine zal de leverancier worden aangeduid door
de vakvereeniging der margarinefabrikanten.
Een dubbel van de lijst der verbruikers wordt door
den gemeentelijken dieast gegeven aan eiken kleinhan-
delnar.
Op deze lijst zal de kleinhandelaar de aflevering van
de eetwaren aan den verbruiker kunnen coAtroleeren.
Deze aflevering zal geschieden op grond van een
nieuw stelsel met ingang van het eerstkomend rantsoe
neeringstijdperk, zegge van 8 October 1940 af.
Onnoodig te trachten, zich bij den kleinhandelaar aan
te melden met zegels van een gebuur. Dadelijk zou de
winkelier inzien dat er poging tot bedrog is, zoo de
verbruiker meer zegels aanbiedt, dan deze waarop zijn
gezinsrantsoenen hem recht geven. Waarom trouwens
de reglementen trachten te ontduiken alle winkeliers
zullen gewis in den loop der maand in dezelfde mate
bevoorraad worden.
Ter verscherping van de controle wordt het invoeren
van een klantenkaart in overweging genomen.
De winkelier zal echter verplicht zijn. niet ingeschre
ven klanten te bedienen, zooals personen die pas in de
gemeente verblijf kozen, vluchtelingen naar het vader
land terugkomend, krijgsgevangenen, spijshuizen, Duit-
sche burgers en soldaten.
Met het oog hierop, ontvangt de winkelier aanvul
lende hoeveelheden koopwaar, naar rato van 10 van
de normale behoefte.
Elke winkelier is natuurlijk verantwoordelijk voor
bedoelden voorraad en dient er gebeurlijk het gebruik
van te rechtvaardigen, door, na afloop van den gel
digheidstermijn. de zegels voor te leggen.
Bovendien voorziet het besluit bepalingen voor de
bevoorrading van ziekenhuizen, gasthuizen, godshuizen,
weeshuizen, gevangenissen, pensionaten, kloosters,
schoolcantines, volksspijslokalen, enz... evenals voor de
gemeenten, waar geen groothandelaar voor de verdee
ling van de betrokken producten zorgt.
Wellicht is de verbruiker benieuwd naar de bestuurs
maatregelen, welke voorzien werden opdat de beloof
de koopwaar eindelijk aan eenieder zou verkocht wor
den.
Eens dat de gemeentelijke ravitailleeringsdienst de
verbruikerslijsten heeft, zal hij ze volgens de producten,
de winkeliers en de grossiers rangschikken.
Deze dienst zal dan overzichtelijke lijsten opmaken
van het aantal verbruikers, waarvoor de winkeliers hun
voorraad bij denzelfden grossier opdoen en zal dus
kunnen nagaan of het aantal verbruikers overeenkomt
met het bevolkingscijfer.
De overzichtelijke lijsten zullen de eerste maal en
uiterlijk op 28 September 1940 naar het Ministerie ge
zonden worden.
Maandelijks zullen ze bijgewerkt worden.
Nadat de lijsten nagezien werden zal het Ministerie
een machtiging tot levering, een zoogenaamde B-mach
tiging ten behoeve van den grossier opmaken.
De strook der machtiging wordt den grossier terzelf-
dertijd met de lijst van den kleinhandelaar en de aan
elk hunner te bezorgen hoeveelheden overgemaakt. De
machtiging zelf wordt aan den fabrikant of naar de
vakgroepeering van den fabrikant gezonden.
Wat gebeurt er dan v
De fabrikant is verantwoordelijk vo_or de leveringen
aan de grossiers. Zij dienen zelf den winkeliers geheel
de ontvangen hoeveelheid af te léveren. Laatstgenoem
den zullen dan ten slotte het streng toezicht van hun
cijfer klanten ondergaan die dan ten minste zullen we
ten waar zij gaan indien ze niet bediend worden.
Het spreekt vanzelf, dat de winkelier de koopwaar
billijk dient te verdeelen, naarmate hij ze ontvangt.
Als een winkelier b.v. een eerste vracht van 20 kg.
margarine voor 100 ingeschreven verbruikers ontvangt,
dan mag niemand meer dan 200 gram ontvangen.
De overheden zijn in elk geval vast besloten alle po
gingen tot bedrog, van welke zijde ook, te beteugelen.
De vereenvoudiging van het verdeelingsstelsel zal het
mogelijk maken alle bedrog zeker en spoedig op te spo
ren.
Om de reglementeering der prijzen
te doen naleven
Het Commissariaat voor Prijzen en Loonen deelt
mede
Het is aan het Commissariaat bekend, dat in vele
gevallen de vastgestelde prijzen niet worden toegepast.
De controledienst werd heringericht en heeft opdracht
gekregen het toezicht methodisch en scherp door te
voeren. De vastgestelde overtredingen zullen ten streng
ste onderdrukt worden.
Het is eenieders plicht met de overheden samen te
werken en de reglementeering der prijzen te doen na
leven. Van deze nauwgezette naleving hangt grooten-
deels de behoorlijke bevoorrading af van de heele
bevolking.
Voornamelijk van de minst begoeden onder haar. Ook
de aanpassing van het heele economische leven aan de
nieuwe omstandigheden moet door de stricte eerbie
diging van de prijzen- en loonenverordeningen geschie
den.
Wie met een overtreding van de prijs- of loonregle-
menteering bekend is, wordt verzocht deze aan het
Commissariaat schriftelijk mede te deelen. Aan naam-
looze brieven wordt in geen geval eenig gevolg gegeven.
Geen verhooging der kolenprijzen
Het Commissariaat voor Prijzen en Loonen komt het
volgende bekend te maken
Om een einde te stellen aan de voorbarige geruchten,
die in het publiek de ronde doen omtrent een verhoo
ging der kolenprijzen, vestigt het Commissariaat voor
Prijzen en Loonen de aandacht der belanghebbenden
erop, dat vooralsnog voor gelijk welke soort kolen, de
prijzen gelden van 9 Mei 1940.
Het' in bewerking nemen van dierlijke
of plantaardige vetstoffen
Teruggebracht tot 30 t. h. der maandelijksche
hoeveelheden.
In het Staatsblad van 19 September 1940 is een be
sluit verschenen betreffende het in bewerking nemen
van dierlijke of plantaardige vetstoffen, vetzuren of
glycerine. Dit moet teruggebracht worden cp 30 t. h.
van de gemiddelde maandelijksche hoeveelheden, die
voor dezelfde doeleinden verwerkt werden gedurende
de vergelijkende periode van 1 Januari 1938 tot 30 Juni
1939, door de bedrijven, wier hoofdzakelijke of bijko
mende activiteit inhoudt
Het vervaardigen van verf (olieverf, emailverf, kleu
ren voor het drukken van papier, vernissen); het ver
vaardigen van stopverfhet sulfoneeren.
Deze zelfde beperking geldt voor de vervaardiging
van oléine, stearine en kaarsen, vervaardigd met plant
aardige of dierlijke oliën en vetten of vetzuren.
De verkoop van Zaaigranen
Deze moet geschieden mei de tusscheiikomst
van een conimissionnair.
Volgens een Besluit van 20 September 1940 moeten
de verkoop en het vervoer van zaaigraan geschieden
met de tusschenkomst van een commissionnair, aange
nomen door den Nationalen Dienst voor afzet van land
en tuinbouwproducten en volgens de hierna bepaalde
modaliteiten
1 Verkoop van den voortbrenger aan den aangeno
men commissionnair
Bij eiken aankoop van zaaigraan maakt de aange-
nomen commissionnair in vier exemplaren een vervoer-
toelating op.
Het eerste exemplaar vergezelt de waar tijdens het
vervoer en wordt door den aangenomen commissionnair
bewaard.
Het tweede exemplaar wordt aan den verkooper
overgemaakt en door hem bewaard als bewijs der
levering.
Het derde exemplaar wordt gezonden aan het ge
meentebestuur van den zetel van het landbouwbedrijf
van den verkooper.
Het vierde exemplaar wordt gezonden aan den Na
tionalen Dienst voor afzet van land- en tuinbouwpro-
dukten.
2" Verkoop van den aangenomen commissisnnair aan
den landbouwer
Voor eiken verkoop, dien hij doet, maakt de aange
nomen commissionnair een toelating op
Het eerste exemplaar vergezelt de waar en wordt be
waard door den kooper.
Het tweede exemplaar wordt door den verkooper be
waard.
Het derde exemplaar wordt gezonden aan het ge
meentebestuur van den zetel van het bedrijf van den
kooper.
Het vierde exemplaar wordt gezonden aan denNa
tionalen Dienst voor afzet van land- en tuinbouwpro
ducten.
3" Verkoop van den voortbrenger aan den landbou
wer
Deze verkoopen moeten geschieden door de tusschen
komst van een aangenomen commissionnair, die in vijf
exemplaren, een vervoerdocument opmaakt
Het eerste exemplaar vergezelt de waar tijdens het
vervoer en wordt bewaard door-den kooper.
Het tweede exemplaar wordt overgemaakt aan den
verkooper en door hem bewaard als bewijs der levering.
Het derde exemplaar wordt gezonden aan het ge
meentebestuur van den zetel van het bedrijf van den
kooper.
Het vierde exemplaar wordt gezonden aan het ge
meentebestuur van den zetel van het bedrijf yan den
verkooper.
Het vijfde exemplaar wordt gezonden aan den Na
tionalen Dienst voor afzet van land- en tuinbouwpro
ducten.
4° Ruiling van graangewassen van dezelfde soort en
van gelijkwaardige hoeveelheid tusschen landbouwers
De burgemeester, of zijn afgevaardigde, mag aan de
landbouwers van zijn gemeente, die in de hierboven be
paalde voorwaarden ruilingen doen, een document af
geven, waarbij het vervoer der geruilde granen' wordt
toegelaten.
Telkens wanneer een landbouwer zaad gekocht heeft,
zal het gemeentebestuur de gekochte hoeveelheden af
trekken van de hoeveelheid, welke de landbouwer voor
zijn zaad op eigen oogst mag nemen.
Kunnen als commissionnairs aangenomen worden de
zaadhandelaars, ingeschreven in het handelsregister,
de Rijksstations tot zaadveredeling en de voortbrengers,
die gespecialiseerd zijn in de zaadproductie.
De Nationale Dienst voor afzet van land- en tuin
bouwproducten stelt de voorwaarden vast, die moeten
vervuld worden om de aanneming te bekomen, en be
paalt de noodige controlemaatregelen. 1
De agenten van den Nationalen Dienst voor afzet van
land- en tuinbouwproducten worden belast met het
toezicht op deze reglementeering.
Geen prijsvermindering meer op het
spoor ten behoeve van kroostrijke
gezinnen
Ingevolge de afschaffing van alle verminderingen op
de lijnen van de Nationale Maatschappij der Belgische
Spoorwegen, is de afgifte van kaarten voor het bekomen
van prijsvermindering aan de Kroostrijke gezinnen ge
schorst. Soortgelijke kaarten die zoek zijn geraakt wor
den eveneens niet meer vervangen.
De Leurhandel
Het Staatsblad van 19 September bevat een besluit
waarbij de uitvoering van het Kon. besluit d.d. 28 No
vember 1939, houdende reglementeering van den leur
handel wordt geregeld. Het luidt
Artikel 1. Buiten de verandering van het jaartal,
zijn de kaarten van leurhandelaar met het jaartal 1941
identiek als dezen met het jaartal 1940.
Art. 2. De herkenningsteekens van leurhandelaar
met het jaartal 1941 zijn identiek als dezen met het
jaartal 1940, uitgenomen wat betreft de aanduiding van
het jaartal en de kleur van het email,die zwart zal zijn.
De vervaardiging van zeepen van
allen aard
Ondergeschikt aan een vervaardigingsvergunning.
In het Staatsblad van 19 September 1940 is een ver
ordening verschenen, volgens dewelke de vervaardiging
van zeepen van allen aard, evenals zeeppoederen en
reinigingsmiddelen voor Melker vervaardiging zeepen
of vetzuren gebruikt worden, onderhevig is aan een
vervaardigingsvergunning, afgeleverd door de Waren-
centrale van het bedrijf der nijverheidsvetstoffen.
Deze verordening bepaalt tevens de voorschriften
aan dewelke de zeepfabrieken en de fabrieken voor
reinigingsmiddelen zich dienen te houden.
De afscherming van het licht der
autolantaarns
De bevoegde overheid dringt nogmaals aan op de
noodzakelijkheid om het licht der autolantaams goed af
te schermen.
Het volstaat niet dat de lampen van een kap voor
zien zijn, wanneer de kleine, vrijgelaten ruimte naar
boven of recht vooruit gericht is.
De gleuf moet naar onder zijn gericht
J