HET TPERSGHE 21" |aar, N' 29 9 November 1940 BIJVOEGSEL WETENSCHAPPELIJK HOEKJE De man die hef1 Atoom binnendrong BREPOLS' DUITSCH WOORDENBOEK Prijs 75 Fr. Te koop ter Drukkerij DUMORTIER 34, Boterstraat, Yper. Het Nationaal werk Winterhulp heeft zijn werking begonnen Naamdagen. Maan. Maanstanden. LORD ERNEST RUTHERFORD Lord Ernest Rutherford (de adellijke titel ont ving hij niet bij zijn geboorte, doch werd hem later wegens zijn verdiensten verleend) werd op 30 Augustus 1871 te Nelson in Nieuw Zeeland ge boren. Hij ontving daar het eerste onderwijs en studeerde daarna aan de universiteit van Nieuw Zeeland. Toen hij 24 was ging zijn grootste wensch in vervulling, hij veroverde een studie beurs, die het hem mogelijk maakte in Engeland verder te gaan studeeren. Engeland beteekende voor den jongen man der wetenschap slechts één stad, Cambridge, in die stad slechts één instituut, het Cavendish Labo ratorium voor natuurkunde en in dit instituut slechts één man, de groote J. J. THOMSON. Vier jaar lang werkte hij te midden van de uit gelezen schare van Thomson's leerlingen. De grootste ontdekking van Thomson was toen al gedaan. Hij had kunnen vaststellen, dat in de stof electrisch geladen deeltjes voorkwamen, die hij electronen had genoemd. Deze deeltjes waren aan elkaar volkomen gelijk, bezaten alle de zelfde, negatieve electrische lading en dezelfde massa. Behalve deze ontdekking danken we Thomson nog het initiatief tot de uitvinding van het werktuig, dat meer dan iets anders heeft bij gedragen tot het ontdekken van den inwendigen bouw der materie. Dit is de zoogenaamde nevel kamer van Wilson. Op de werking van het in strument kunnen we niet ingaan, het is vol doende te zeggen, dat het met deze camera mo gelijk is de wegen, die zeer kleine, zich snel voortbewegende, deeltjes in de ruimte afleggen, te fotografeeren. Men fotografeert dus niet de deeltjes zelf, maar het spoor, dat zij bij hun voortbeweging achterlaten en men kan daaruit, langs een omweg dus, gevolgtrekkingen maken omtrent hun aard en wezen. Na vier jaar werken in het Cavendish Labora torium werd Rutherford door Thomson aange wezen om hoogleeraar te worden aan de Mc. Gill universiteit te Montreal in Canada. Bijna tien jaar heeft Rutherford dezen leerstoel bezet en hij heeft dan ook in Canada gewerkt als een paard, waarvan de enorme stroom publicaties uit dien tijd getuigt. Bij dit werk heeft hij een nieuwen weg ingeslagen. Thomson had de nega tieve deeltjes in de atomen ontdekt maar Rutherford werd bezig gehouden door de vraag waaruit de positieve rest van het atoom eigen lijk bestond.. Immers een positieve rest moest er zijn, want de atomen waren electrisch neu traal. Nog voor zijn vertrek naar Canada was het radium reeds ontdekt, de wonderlijke stof, -die onafgebroken energie uitzendt en daarin door niets kan worden tegengehouden. Het onderzoek wees uit, dat de straling van het radium uit drie deelen bestond, een stroom electronen, een aether, trilling (dus iets als het gewone licht) en een stroom positief geladen deeltjes, de zg. alpha- deeltjes. Op deze laatste concentreerde Ruther- ford nu zijn krachten. Met onuitputtelijk geduld bouwde hij aan zijn toestellen en na verloop van eenige jaren, ontdekte hij, dat deze alpha-deel- tjes niet anders waren dan positief geladen he- lium-atomen. Hiermede was de revolutie in de aloude atoom theorie, die immers leerde dat de atomen onver anderlijk waren, eerst recht ontketend. (1) Na den oorlog voelde Thomson zich te oud wor den om nog langer de leiding van het Cavendish Instituut te blijven voeren, hij nam ontslag en Rutherford werd in zijn plaats aangewezen, een post dien hij tot zijn dood bekleed heeft. De volgende etape op zijn onderzoekersweg moest nu zijn te ontdekken waaruit het binnen ste van de verschillende atomen zou kunnen be staan, want hij kon onmogelijk aannemen, dat het betrekkelijk zware heliumatoom de laatste bouwsteen van de materie zou zijn. Om dit na te gaan, moest hij iets vinden, waarmee hij het atoom uit elkaar kon schieten, maar op zoo'n ma nier, dat hij de stukken en brokken kon onder zoeken. Dit projectiel nu vond hij in dezelfde alphadeeltjes, die het radium voortdurend met geweldige snelheid uitzendt en waarvan hij had aangetoond dat het positief geladen helium- atomen waren. Hiermede beschoot hij stikstof atomen en hij nam, weer met de Wilson's camera, tl) De Curie's hadden reeds in 1898 de radioactieve elementen, gevonden, nl. polonium en radium. Tot groote ontzetting der geleerden bleken de radium- atomen geenszins geneigd de theorie der onverander lijkheid der atomen te bevestigen, integendeel zij wa ren voortdurend bezig uiteen te barsten. de banen op, die de deeltjes volgden na botsing met een stikstofatoom. Na een voldoenden langen tijd te hebben gebombardeerd onderzocht Ru therford het gas, dat overbleef. De foto's leerden hem, dat er behalve de alpha-deeltjes en de stik stofatomen nog iets ander gevormd moest zijn en de spectroscoop toonde hem dat dit nieuwe ont stane gas waterstof was, het lichtste element. Daaruit kwam hij tot de conclusie, dat de kern moest bestaan uit positief geladen waterstof atomen, waaromheen dan de negatieve electro nen cirkelden. Het is hem nog gegeven geweest de verdere ontwikkeling van de theorieën hieromtrent mee te maken en ook de ontdekking van steeds nieuwe deeltjes als neutronen en positronen. De oorspronkelijke, baanbrekende onderzoekingen echter stammen van hem en wij kunnen hem dan ook dankbaar gedenken als de eerste, die doel bewust een transmutatie van een element heeft uitgevoerd en daarmee de oude alchemisten- droom een begin van vervulling heeft gegeven. Hij overleed op 19 October 1937. PAS VERSCHENEN bewerkt door Dr J. SERVOTTE NEDERLANDSCH - DUITSCH DUITSCH - NEDERLANDSCH In het Staatsblad van 1 November verscheen het be sluit waarbij het werk voor Winterhulp hier in België officieel ingericht wordt. Winterhulp is een zelfstandige vereeniging van na tionale solidariteit, bekleed met rechtspersoonlijkheid. HET DOEL VAN WINTERHULPwordt, door de stichtingsoorkonde, als volgt omschreven 1° inzameling van steun van allen aard en verdeeling daarvan, in het teeken van onderling hulpbetoon van alle Belgen 2° in het bijzonder moreelen en materieelen bijstand verleenen aan de armen en de misdeelden, ten einde verbetering te brengen in hun lot 3° de activiteit van de bestaande openbare of parti culiere werken die een gelijkaardig doel nastreven, te ordenen en hun actiemiddelen te versterken. OVER WELKE BRONNEN VAN INKOMSTEN ZAL «WINTERHULP» BESCHIKKEN Het werk mag alle giften uit de hand, alle schenkin gen onder levenden of legaten aanvaarden. Bovendien zullen alle burgerlijke vennootschappen of handelsmaatschappijen, ongeacht de wettelijke en statutaire bepalingen die er zich zouden tegen verzet ten, van hun winst bedragen, vastgesteld door hun be- stuurs- of beheerraad, aan Winterhulpkunnen af staan. Winterhulp kan zonder bijzondere vergunning, geld inzamelingen in het openbaar, loterijen, tooneel- en filmvoorstellingen, feesten, concerten, vermakelijkhe den van allen aard inrichten. De agenten van Winter hulp, die deel nemen aan een geldinzameling, hebben vrijen toegang tot alle openbare lokalen café's, res taurants, winkelhuizen, spektakel- en vergaderzalen alleen niet tot de gebouwen aan een der eerediensten gewijd. De Schatkist verleent jaarlijks een toelage aan «Win terhulp zooals de provincies, de gemeenten en open bare instellingen die eveneens kunnen verleenen. Voedingswaren, waarop krachtens de wetten en de verordeningen op het stuk van de Bevoorrading beslag wordt gelegd, zullen aan Winterhulpworden af gestaan. Aan Winterhulp afgestane bedragen mits bewijs van hun storting kunnen in mindering gebracht wor den op het aan de nationale crisistaks onderworpen inkomen. Straffen zijn voorzien, gaande van 15 dagen tot 1 jaar gevangenis en van 100 frank tot 5,000 frank boete, voor allen die van den naam, een titel, een kenteeken of een getuigschrift van «Winterhulp» gebruik zullen heb ben gemaakt zonder er, hetzij door het reglement van het werk, hetzij door den Voorzitter toe gemachtigd te zijn. Het uitvoerend Comiteit van het Werk is als volgt samengesteld: Voorzitter Prof. Paul HEYMANS. Onder-Voorzitters Prof. Dr P. NOLF, Verdeeling in Wallonië. Dr VAN HUFFELEN, Verdeeling in Vlaanderen. Leden Mr DE VEEN, Toezicht en Nazicht. Mr Prof. Dr C. HEYMANS, Geneeskunde. Baron E. JANSSEN, Financiën. Mr M. JANSSEN, Kleeding. Mr O. LEEMANS, Propaganda. Mr Gl. SIX, Bijzondere aangelegenheden. Mr A. VUYLSTEKE, Bevoorrading. Ieder lid van het uitvoerend comiteit zal gemachtigd zijn in den schoot van zijn departement een raadgevend comiteit te stichten. van 10 tot 16 November 1940 Zondag 10 November Andreas Avellinus, Justus. Maandag 11 November Martinus van Tours, René. Dinsdag 12 November Livinus, Martinus I. paus. Woensdag 13 NovemberDidacus, Stanislas Kostka. Donderdag 14 November Josaphat, Albericus. Vrijdag 15 November Leopoldus, Albertus de Groote. Zaterdag 16 November Gertrudis, Edmundus. 10 November 26'' Zondag na Pinksteren. 15 November Naamfeest van den Koning. Z.on. Opgang Ondergang Zondag 10 November 8 u. 49 18 u. 4 Maandag 11 November 8 u. 51 18 u. 2 Dinsdag 12 November 8 u. 53 18 u. 1 Woensdag 13 November 8 u. 55 17 u. 59 Donderdag 14 November 8 u. 56 17 u. 58 Vrijdag 15 November 8 u. 58 17 u. 57 Zaterdag 16 November 9 u. 17 u. 55 Opgang Ondergang Zondag 10 November 16 u. 19 3 u. 49 Maandag 11 November 16 u. 42 4 u. 50 Dinsdag 12 November 17 u. 6 u. 52 Woensdag 13 November 17 u. 32 6 u. 54 Donderdag 14 November 18 u. 3 7 u. 56 Vrijdag 15 November 18 u. 37 8 u. 56 Zaterdag 16 November 19 u. 16 9 u. 55 Volle maan 15 November, te 4 u. 23. Laatste kwartier 22 November, te 18 u. 36. Nieuwe maan 29 November, te 10 u. 42. Eerste kwartier 6 December, te 18 u. 1. Het uitvoerend comiteit zal zijn opdracht volbrengen door tusschenkomst van provinciale comiteiten. Deze zullen tegenover het uitvoerend comiteit verant woordelijk zijn voor het beheer van Winterhulp over heel de provincie. Te dien einde zullen ze overgaan tot het stichten van a) een algemeenen raad voorgezeten door den Goe- verneur van de provincie en bestaande uit de meest daartoe bevoegde personaliteiten uit de provincie. b) een bestuurseomiteit voorgezeten door den Goe- verneur of zijn plaatsvervanger en welks organisatie overeenstemt met deze van het uitvoerend comiteit. De provinciale comiteiten zullen in elke stad of ge meente een plaatselijk comiteit vormen, rekening hou dend met de wenken die hun door het bestuurseomiteit gegeven worden. Het budget van het werk moet geschat worden op ten minste één miljoen per dag, dus meer dan 360 miljoen per jaar. Zoo belangrijke bedragen kunnen slechts bijeenge bracht worden, wanneer stelselmatig op heel de ar beidende natie en op al de aktieve organisaties van het land beroep kan worden gedaan. De oude methodes van inschrijvingslijsten, geldinza melingen, enz., mogen slechts bijkomstig worden te pas gebracht. Een dergelijke financieele inspanning moet het resultaat zijn van vrijwillige medewerking van alle landgenooten die geldmiddelen of bedrijfsinkomsten hebben. Iedereen moet doordrongen zijn van de gedachte dat het gaat om een plicht van nationale solidariteit, en dat het nakomen van dezen plicht meer in het bijzon der verlangd moet worden van hen die nog een winst gevende bedrijvigheid uitoefenen of over regelmatige inkomsten beschikken. Bovendien moet deze krachtinspanning periodisch worden herhaald, daar anders het financieel evenwicht niet kan worden bereikt. Om de normale werking van Winterhulp mogelijk te maken, zijn twee dingen vereischt a) stichting van een aanvangswerkfonds b) schepping van maandelijksche inkomsten die de vaste financiering van het werk verzekeren. Om dit dubbel doel te bereiken, zal het uitvoerend comiteit volgende richtlijnen volgen I. Het werkfonds Voor de vorming van het werkfonds zouden handels vennootschappen worden uitgenoodigd 1 0/00 van hun kapitaal verhoogd met hun reserves te storten, de eige naars van onroerende goederen 1 van hun kadastraal inkomen. Volgende cijfers wijzen uit wat te bereiken valt door deze heffingen. Het kapitaal van de Belgische handelsvennootschap pen bedroeg in 1939 48.704.555.000 frank, de reserves 16.974.077.000 frank, zegge 65.678.632.000 frank. De bijdrage van de handelsvennootschappen tot het werkfonds zou dus ongeveer 65 miljoen bedragen. De opbrengst van de onroerende goederen bedraagt 6.500.000.000 frank. De afhouding van 1 zou dus 65 miljoen opleveren. Het werkfonds zou dus 130 miljoen bedragen. II. De maandelijksche inkomsten Wat de maandelijksche inkomsten betreft, deze zou den verkregen worden op navolgende wijze A) de ekonomische organismen, daaronder niet alleen de industrieele vennootschappen en de handelsvennoot schappen, maar alle bedrijven en handelsondernemin gen in den ruimsten zin, schouwburgen, bioscopen, café's, restaurants, enz., zouden er in toestemmen maandelijks één per duizend van hun zakencijfer af te dragen. Daar deze formule niet op banken en holdings kan worden toegepast, zou een bijzondere bijdrage moeten

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1940 | | pagina 9