Verhooging van Firma C. A. JANS de Belastingen CINE FLORA CONGO EXPRESS De Rijwielbelasting Belasting op de honden De inkomstenbelastingen ALLE UURWERKEN TAFELCERIEVEN JUWE.ELTJES, GESCHENKARTIKELEN in alle metalen Kunt U voordeelig koopen aan de Nationale crisisbelasting Datum van toepassing 5 DEZE WEEK Daarbij De Actualiteiten UFA. Nr 485 en een prachtige DOCUMENTAIR. Verhoogingen van de met het zegel gelijkgestelde taxes De taksen op het bier Op he? mineraal water Het Staatsblad van 15 Januari bevat volgende be- ■sluiten tot wijziging vari de wetgeving inzake belas tingen en verhoogïng van belastingen. Art. 1. Worden onderscheidenlijk op twintig en dertig frank gebracht, de bedragen van de Rijksbelas ting van tien en vijftien frank gevestigd bij artikel 2 van het koninklijk besluit van 3 Juli 1939, nr 14, ten bezware van elk aan een provinciale rijwielbelasting onderhevig voertuig. Art. 2. Er wordt uitsluitend ten bate van den Staat een belasting, van twintig frank geheven uit hoofde van eiken hond, waarvan de eigenaar of de houder, in die hoedanigheid, 'aan een provinciale belasting on derworpen Isi De Rijksbelasting wordt geheven terzelfdertijd en ten laste van denzelfden belastingsplichtige als de pro vinciale belastingvoor het overige zijn de bepalingen van titel III der samengeschakelde wetten betreffende de Inkomstenbelastingen van toepassing op deze belas ting. Art 3. Wordt ingetrokken de tweede alinea van 3 van artikel 31 der samengeschakelde wetten betreffende de Inkomstenbelastingen. Art. 4. De tweede alinea van 2 van artikel 34 van de samengeschakelde wetten betreffende de in komstenbelastingen. wordt als volgt vervangen Vrijstelling wordt insgelijks verleend op grond van de opbrengsten van deposito's in België gedaan in de ondernemingen bedoeld bij de eerste alinea en de n™ 1 en 2 van de tweede alinea van artikel 1 van het koninklijk besluit van 9 Juli 1935, nr 185, wanneer de uitgekeerde opbrengst niet hooger gaat dan een be drag overeenkomend met 2 t. h. per jaar. Dit bedrag wordt nochtans gebracht op 2.5 t. h. per jaar. wanneer het deposito's geldt gedaan voor een termijn van ten minste zes maand in de ondernemingen bedoeld bij de eerste alinea voormeld. Art. 5. Artikel 12, 3, van het koninklijk besluit van 3 Juli 1939, nr 14 (nieuw) van art. 35 der samen geschakelde wetten, wordt opgesteld als volgt Wanneer, bij toepassing van het met een bepaald in komen overeenstemmend belastingpercentage, de hoofd som van de bedrijfsbelasting berekend vóór iedere ver laging wegens gezinslasten, ten opzichte van den aan slag welke verband houdt met het tegen het onmid dellijk lager percentage belastbare maximuminkomen, hooger ls dan de helft van h?t verschil tusschen de twee bedoelde inkomens, wordt de vermeerdering van de belasting tot het bedrag van gezegde helft herleid. Art 6. Bij artikel 35 der samengeschakelde wet ten betreffende de Inkomstenbelastingen, wordt een als volgt luidende 8 11 gevoegd De belasting berekend volgens de bepalingen van het onderhavig artikel wordt vermeerderd met één tiende voor de gehuwde belastingplichtigen zonder kinderen en met twee tienden voor de andere belastingplichtigen zonder kinderen. Met het oog op de toepassing van deze bepaling wordt de tijdens de oorlogen 1914-1918 en 1940 overleden of vermiste militair als nog in leven zijnde beschouwd. Art 7. Volgende alinea wordt gevoegd bij artikel 39 van de samengeschakelde wetten betreffende de In komstenbelastingen De aanvullende personeele belasting in verband met de bij 2° van 1 van artikel 25 nader omschreven be zoldigingen mag geheven worden bij wijze van inhou ding terzelfdeT tijd en volgens dezelfde modaliteiten als de bedrijfsbelasting. Art. 8. Volgende tekst vult de eerste alinea aan van 1 van artikel 6 van de wet van 28 Juli 1938 houdende wijziging van artikel 55 van de samengeschakelde wet ten betreffende de Inkomstenbelastingen Onverminderd de machten Welke bij artikelen 56 en 74, eerste alinea, aan- de administratie verleend worden, mag deze tot het verstrijken van het dienstjaar, over gaan tot het vragen van ophelderingen .en inlichtingen, tot verificatie van de comptabiliteits-schrifturen en -bescheiden, en tot eventueele vestiging van belastingen of aanvullende aanslagen, zelfs wanneer de aangifte van tien belastingsplichtigen reeds aangenomen werd en de desbetreffende belastingen reeds betaald zijn. Art. 9. Na artikel 55 van de samengeschakelde wetten betreffende de inkomstenbelastingen, een als volgt luidend artikel 55bis inlasschen Het niet naleven van de eene of de andere der pro cedureformaliteiten voorzien bij artikel 55 en bij de bepalingen welke de uitvoering er van regelen kan slechts aangevoerd worden om ontheffing te bekomen van den ganschen of van een deel van den aanslag die de belasting in Verband met de door den belastings plichtige aangegeven inkomsten of bestanddeelen te boven gaat. Art. 10. De 1° alinea van 2 van artikel 59 van de samengeschakelde wetten betreffende de lnkomstenbe- npjciFjinmma in GERO - ZILMETA, gansch vlekvrfj wit metaal. Herverzilvering, vergulding, platineering en cliromeering. Surmont de Volsbersrhestraat, 24 - IEPER H. R. leper-386 Postcheck. 155.95 Hervorming en inkoop van alle oude gou den juweeien aan hoogste prijzen. Herstellingen worden nauwkeurig gedaan. MKIOHIMIirWatdWllWWMWMIIIWIIIHUWH' HET YPERSCHE 17 -1-1941 lastingen wordt aangevuld met navolgenden tekst Nochtans, wanneer de berekeningsgrondslag van be wuste interesten geep-'&.OOO. frank bedraagt, worden de interesten bepaald op fr. 0,16 ten honderd per vijftien dagen, op de tjót het lagere honderdtal afgeronde som en zulks met ingang van den 16" of den 1" volgend op den vervaldag tót den 1511 die de betaling vocrafgaat of tot het dito maandeinde. Art. 11. In de laatste alinea van artikel 60 van de samengeschakelde wetten betreffende de inkomstenbe lastingen worden de woorden door den daartoe aan gewezen directeur der belastingen aangevuld met of door den door hem gemachtigden inspecteur Art.'12. De tweede alinea van artikel 74 van de samengeschakelde -wetten betreffende de Inkomstenbe lastingen, wordt aangevuld net navolgenden tekst Nochtans, walmeer de berekeningsgrondslag van de moratoire interesten geen 5,000 frank bedraagt, zijn de interesten verschuldigd naar rato van fr. 0,16 ten hon derd per vijftien dagen op de tot hetilagere honderdtal afgeronde som en zulks met ingang vgn den 16" of den ln volgend op den datum van de niet verschuldigde be taling tot den 15u vallend vóór den dag van de verzen ding van het bericht waardoor de belanghebbende wordt gewaarschuwd dat het bedrag der ontheffing te zijner beschikking is of tot het dito maandeinde. Art. 13 1. Het percentage der nationale crisisbelas ting verschuldigd naar rato van de bedrijfsinkomsten, zooals werd vastgesteld bij artikel 2 van de wet van 17 Juni 1938 en gewijzisd bij artikel 1, 1, van het be sluit van 22 October 1940, nr 49, is het navolgende 4 t. h. wanneer het belastbaar inkomen minder dan 15,000 frank bedraagt 5.5 t. h. wanneer het belastbaar inkomen van 15,000 tot beneden 25,000 frank gaat 7.5 t. h. wanneer het belastbaar inkomen van 25.000 tot beneden 50,000 frank gaat 10 t. h. wanneer het belastbaar inkomen van 50.000 tot beneden 100,000 frank gaat 12.5 t. h. wanneer het belastbaar inkomen van 100,000 tot beneden 150.000 frank gaat 15 t. h. wanneer het belastbaar inkomen 150.000 frank en meer bedraagt. 2. De nationale crisisbelasting verschuldigd naar rato van de bedrijfsinkomsten wordt met één tiende verhoogd voor de gehuwde belastingplichtigen zonder kinderen en met twee tienden voor de andere belas tingplichtigen zonder kinderen. Voor de toepassing van deze beschikking, wordt de gedurende de oorlogen 1914-1918 en 1940 overleden of vermiste militair als nog in leven zijnde beschouwd. Art. 14. Met wijziging in de eerste alinea van 2 van artikel 4 der wet van 17 Juni 1938 wordt het percen tage der nationale crisisbelasting, verschuldigd naar rato van de inkomsten uit vaste goederen, bepaald op 2 t. h. wanneer het toelastbaar inkomen minder dan 3,000 frank bedraagt; 3 t. h. wanneer het belastbaar inkomen van 3,000 tot beneden 10,000 frank 4 t. h. wanneer het be'astbaar inkomen van 10,000 tot beneden 25,000 frank gaat 6 t. h. wanneer het belastbaar inkomen van 25,000 tot beneden 50,000 frank gaat 8 t. h. wanneer het belastbaar inkomen van 50,000 tot beneden 100.000 frank gaat 10 t. h. wanneer het belastbaar inkomen van 100,000 tot beneden 150,000 frank gaat 12.5 t. h. wanneer het belastbaar Inkomen van 150,000 tot beneden 200.000 frank gaat 15 t. h. wanneer het belastbaar iftkomen 200.000 frank en meer bedraagt. Art. 15. Navolgende tekst wordt ingelascht onder ar tikel 4bis, in de wet van 17 Jon' IP'S houdende weder invoering van de nationale crisisbelasting Wanneer bij toepassing van het. met een bepaald in komen overeenstemmend percentage, de nationale cri sisbelasting berekend vóór iedere verlaging wegens ge- zins'asten, ten opzichte van den aanslag welke ver band houdt met het tegen het onmiddellijk lager.per centage belastbare maximuminkomen, hooger is dan het verschil tusschen de twee bedoelde inkomens, wordt de vermeerdering van belasting tot het bedrag van ge zegd verschil herleid. Art. 18. 1. Artikelen 1, 2 en 14 worden voor de eer ste maal van toepassing van af het dienstjaar 1941. 2. Art;ke'.en 6 en 13 worden voor de eerste maal van toepassing op de aanslagen over het dienstbaar 1941 echter wat betreft de bij 2° van 1 van artikel 25 der samengeschakelde wetten betreffende de inkom stenbelastingen bedoelde bezoldigingen, zijn bewuste beschikkingen van toepassing op de met ingang van 1 Januari 1941 normaal toegekende of betaalbaar ge stelde bezoldigingen. 3. Artikel 4 wordt voor de eerste maal van toepas sing op de met ingang van 1 Januari 1941 normaal toe gekende of betaalbaar gestelde inkomsten. 4. Artikelen 5 en 15 worden voor de eerste maal van toepassing op de nog niet ten kohiere gebrachte aanslagen over het dienstjaar 1940. 5. Artikel 7 wordt voor de eerste maal van toepas sing od de met ingang van 1 Januari 1941 normaal toe gekende of betaalbaar gestelde bezoldigingen. In af wachting van de uitvoeringsmaatregelen betreffende de inhouding van de belastingen verbonden aan bewuste bezoldigingen, zal de globale Inhouding te doen ten ti tel van bedrijfsbelasting, nationale crisisbelasting en aanvullende personeele belasting, gelijk zi;n 1° Aan 4 t. h. van het bruto bedras der bezo1 dieineen, wanneer deze het vrijgesteld minimum bereiken maar gdën 1.000 frank per maand te boven gaan 2° Aan het dubbel van het totaal bedrag van de be drijfsbelasting, met inbegrip eventueel van de 100 op- centlmes, en van de nationale crisisbelasting vermeld in de thans in voege zijnde barema's, voor de bezol digingen die het vrijgesteld minimum bereiken, maar hooger beloopen dan 1.000 frank per maand. 6. Artikelen 8 en 9 zijn voor de eerste maal toe passelijk op de reeds gevestigde of nog te vestigen aan slagen over het dienstjaar 1940. 7. De bepalingen van artikel 16 zijn voor de eerste maal van toepassing op de winsten voortspruitende uit de balansen of rekeningen die, overeenkomstig de op - Vrijdag, om 7 uur. Zaterdag, om 7 uur. Zondag, om 2 uur, 4 j en 7 uur. (doorloopefMh Maandag, om 7 uur. IN WILLY B1RGEL en MARIANNE HOPPE in een van de schoonste avonturenfilms Een eerste klas superproductie. - Een genre film die bij ie'dejréen in den smaak, y«J; Een film die u van 't begin, tót t éihdë boeit en in spanning houdt. 1 December 1940 geldende statutaire regeleh, na 30 De cember 1940 afgesloten worden alsmede op de som men uitgekeerd of toegekend tijdens de periode waar- op die balansen of rekeningen betrekking hebben'. 8 8. De nationale crisisbelasting verschuldigd over het dienstjaar 1941 op grond van de onder 2° van 8 1 van artikel 25 van de samengeschakelde wetten betref- fentfe de inkomstenbelastingen bedoelde bezoldigingen, wordt geregulariseerd op voet van de aanslagpercea- tages welke van toepassing waren vóór het van kracht worden van het besluit van 22 October 1940. nr 49. De bedragen van de orerdrachtstaxe, van de factnur- taxe en van de taxe op de roerende verhuringen ea op het vervoer worden gebracht op, te weten Dit van 3.50 t. h. op 4.50 t. h. Dit van 7.00 L h. op 9.00 L h. Dit van 1.50 t. h. op 2 50 t. h. Dit van 0.90 L h. op 1.10 L h. 7; Dit van 1.40 L h. op 1.80 t. h. Dit van 1.75 t. h. op 2.25 t. h. Dit van 3.50 p. d. op 4.50 p. d. Dit van 1.40 p. d. op 1.80 p. d. Dit van 0.60 p. d. op 0.75 p. d. Dit besluit zal van kracht worden den 20* Januari 1941. Art. 1. 8 2. Er wordt een eenige forfaitaire taxe ge heven voer de overdracht van bier. Wat het inlandsch bier betreft, wordt de taxe vast gesteld op 2 fr. 50 c. per kilogram grondstoffen aan geduid in de aan het bestuur der accijnzen overhan digde brouwaangifte. Het bedrag der taxe wordt afgerond op de wijze voorzien voor de heffing van bet accljnsrecht. De taxe wordt door den brouwer gekweten, door aanbrenging en onbruikbparmaking van plakzegels, het bovengedeelte op den stam der brouwaangifte, het benedengedeelte op de amp'.iatie van dit 'bescheid. Wat het ingevoerd bier betreft, wordt de forfai taire taxe, bij de aangifte ten verbruik, tegen het be drag van 9 t. 'h. gekweten op de wijze voorgeschreven door artikelen 10-1 en volgende van dit besluit. De volgens de voorzieningen van de 2e en de 3' alinea's van deze paragraaf betaalde taxe vervangt de overdrachtstaxe welke wegens den verkoop van bier door den voortbrenger er van opvorderbaar is. Deze taxe, evenals die welke, overeenkomstig voorgaande alinea, bij de aangifte ten verbruik der ingevoerde pro ducten geïnd wordt, dekt alle latere overdrachten der koopwaar totdat deze in handen komt van dengéne die ze verbruikt of ze aan een nijverheidsbewerking onder werpt. I j De,bescheiden welke voor de heffing van het ac cljnsrecht gehouden of bewaard moeten worden, die nen, op straf eener boete van 500 frank per overtre ding, op elke vordering der aangfstelden van het be stuur der registratie en domeinen ter inzage verleend. i> De Minister van Financiën wordt gemachtigd, 1*> geval van wijziging hetzij van den normalen groot- handelsprijs van het bier, hetzij van de 'hoeveelheden grondstoffen welke normaal voor zijn fabricatie ge bezigd worden, het bedrag der op het inlandsch bier verschuldigde forfaitaire taxe te verhoogen of te ver lagen. De door deze paragraaf gevestigde taxe is ver schuldigd zelfs voor het bier bestemd tot het eigen ge bruik van den voortbrenger. N1* 4 en 5 van artikel 22 en artikel 23 der samengeschakelde wetten zijn op be doelde taxe niet van toepassing. Overgangsbepaling. De voor het inlandsch bier door 2 van vorenstaand artikel 31 voorziene taxe zal gekweten worden voor de brouwsels die met ingang van den datum van inwerkingtreding van dit besluit zullen samengesteld worden. Art. 2. Artikel 31-1° wordt als volgt gewijzigd Art. 31-1° 8 1. Er wórdt een eenige forfaitaire taxe geheven voor de overdracht van natuurlijk of kunst matig mineraal water, van vergast of gesteriliseerd water, alsmede van gashoudende of schuimende li monade, welke verkocht of ingevoerd worden ln den staat waarin zij onderworpen zijn aan het accijns- recht 2. Wat de inlandsche producten betreft, wordt de taxe vastgesteld Op 6 centiem voor de recipiënten van een kwart- liter Op 8.7 centiem voor de recipiënten van een half- liter Op 11.3 centiem voor de recipiënten van driekwart liter Od 14 centiem voor de recipiënten van één liter. Zijn van toepassing, de regelen welke lr.zake ac- cijnsrecht betreffende den inhoud der recipiënten ge volgd worden. Voor de rechtstreeks per glas of in niet gesloten recipiënten, hetzij aan de bron, hetzij bij den voort brenger verkochte waters of limonaden, wordt de taxe op 24 centiem per liter vastgesteld, op den grond-

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1941 | | pagina 5