WETENSCHAPPELIJK HOEKJE
Gediplomeerde Vroedvrouwen
De zusters Anna en Marie-losé LATON,
te IEPER, Deken Deheresfraat, Nr 3.
Naamdagen.
Zon.
Maan.
Maanstanden.
De Priesfer - Dichter
Basiel De Craene, zestig jaar
Nog over de
Uit-gave van De Witte
GROOTE FIGUREN DER WEEK
DE GESCHIEDENIS VAN HET KUNSTLICHT
(1" Vervolg)
B GAS EN PETROLEUM
Alhoewel het einde der IS0 en het begin der 19'
eeuw nog aanzien worden als de tijd die de gas
verlichting zag ontstaan, was het aardgas in Azië
sinds lang bekend. Op 4 km. van Ateschjah (aan
de Kaspische zee) waren prachtige gasbronnen.
De Perzen, die tot de secte der vuuraanbidders
behoorden, dreven een handel in het gas, dat ze
naar de afgelegen provincies van het land ver
stuurden. Ook in China bestonden dergelijke na
tuurlijke vuren. Het gas steeg uit de zoutwater-
putten in de districten Young Hiam en Wer Yuan
Hian. De Chineezen leidden dit natuurlijk gas
door bamboebuizen en gebruikten het voor ver
lichting en verwarming in hun fabrieken, daar
mede Europa ver vooruit zijnde.
In 1664 ontdekte Dr. Clayton aardgas bij een
steenkolenmijn. Daar hij dacht, dat dit uit de
steenkool ontstond, ging hij steenkool distillee-
ren en verkreeg een gas, dat hij steenkolengeest
noemde. In 1769 herhaalde Dr Watson, bisschop
van Landaff, de proeven. Een der pioniers van de
gasverlichting was ook Jan Pieters Minckeleers,
geboren te Maastricht en leeraar aan de hooge-
school van Leuven. Hij gelukte erin op eigen
hand uit steenkool steenkolengas te distilleeren
en gebruikte het reeds in 1784 om zijn laborato
rium te verlichten.
In 1791 distilleerde Philippe Lebon hout en
verkreeg eveneens brandbare gassen. Een paar
jaar later bouwde hij een lamp en in 1801 ver
lichtte hij een hotel met behulp van dit gas.
Maar de eerste die werkelijk het gas als practisch
verlichtingsprocédé invoerde was de Engelsch-
man William Murdoch. Hij vervaardigde toe
stellen waarvan het principe nog heden ten dage
de basis vormt van onze gasindustrie. In 1792
verlichtte hij zijn huis met gas. In 1796 bracht
hij gasverlichting aan in de fabriek van James
Watt, in 1806 in eenige katoenspinnerijen en een
jaar later brandde de eerste gaslantaarn te Pall-
Mall in Londen.
De Engelschman Winsor richtte na den tegen
stand van het Lagerhuis te hebben overwonnen,
een .groote maatschappij op. Den 31 December
1813 werd de Westminsterbrug met gas verlicht.
In dat zelfde jaar had een groote gasontploffing
plaats, welke groote opwinding veroorzaakte.
Echter werd in 1815 het stadhuis verlicht.
Het gebruik van gas bleek veel economischer
te zijn dan de tot de invoering hiervan gebruikte
andere verlichtingsmethoden. Dat men het gevaar
van gasexplosies niet te hoog aansloeg moge blij
ken uit het feit, dat de Engelsche brandverzeke
ringsmaatschappijen de huizen welke met gas
waren verlicht tegen dezelfde voorwaarden ver
zekerden als de andere en zelfs nog lager.
Al de gebruikte apparaten met gas waren ech
ter rudimentair open vlammen, en uiterst een
voudige bekken. Men moest wachten tot 1890
het jaar van de geboorte van het waarlijk prac-
tische gloeikousje te danken aan den Oostenrij
ker Auer.
Intusschentijd ontdekte men de petroleum en
de petroleumlamp kwam concurreeren met de gas
lamp. Dit was natuurlijk vooral het geval in de
landen waar de bronnen ontdekt werden, n. 1. in
de Vereenigde Staten, Rusland, Mexico, Roeme
nië. Galicië en Nederlandsch-Indië.
Behaalde de petroleum niet de overwinning in
kaar ^strijd met het gas, toch was zij de oorzaak,
meer dan het gas, van de verdwijning der olie
lampen. (1).
Het jaar 1858 zag de inzetting van de heer
schappij van de petroleum. De Amerikaan Sili-
man vervaardigde de eerste petroleumlamp. La
ter na de bovenvermelde ontdekking van Auer
vestigde men het gloeikousje eveneens aan de
petroleumlamp.
We willen er hier nog eens op wijzen dat de
petroleum verlichting feitelijk 50 jaar na de gas
verlichting ontstond. Alhoewel de laatste beter
was. vond toch de petroleumlamp een groot af
zetgebied. daar voor gasverlichting een volledige
buizeninstallatie noodig was terwijl voor de pe
troleumverlichting een eenvoudige lamp voldoen
de was. ('t Vervolgt)
(1) Bij primitieve volkeren als de Eskimo's zijn nog
traanlampen in gebruik bekers gevuld met traan van
veehonden, waarin een pit, die aan den buitenkant
aangestoken wordt.
gediplomeerde vroedvrouwen, maken
bekend aan het geacht publiek van
leper en omliggende gemeenten, dat
zij zich komen te vestigen
Telefoon 518. (2380)
HET YPERSCHE 21-2 -1941
van 23 Februari tot I Maart 1941
Zondag 23 Februari Quinquagesima.
Maandag 24 Februari Mathias.
Dinsdag 25 Februari Walburgis.
Woensdag 26 Februari Aschdag, Nestor.
Donderdag 27 Februari Honc-rinas, Leander.
Vrijdag 28 Februari Romanus, Oswaidus.
Zaterdag 1 Maart Albinus, Hermès.
Opgang
Ondergang
Zondag 23 Februari
8 u. 4!
19 u.
13
Maandag 24 Februari
8 u. 39
19 u.
14
Dinsdag 25 Februari
8 u. 37
19 u.
16
Woensdag 26 Februari
8 u. 35
19 u.
18
Donderdag 27 Februari
8 u. 33
19 u.
19
Vrijdag 28 Februari
8 u. 30
19 u.
21
Zaterdag 1 Maart
8 u. 28
19 u.
23
Opgang
Ondergang
Zondag 23 Februari
6 u. 59
16 u.
39
Maandag 24 Februari
7 u. 35
17 u.
44
Dinsdag 25 Februari
8 u. 6
18 u.
50
Woensdag 26 Februari
8 u. 33
19 u.
55
Donderdag 27 Februari
8 u. 57
20 u.
59
Vrijdag 28 Februari
9 u. 22
22 u.
1
Zaterdag 1 Maart
9 u. 45
23 u.
4
Nieuwe maan 26 Februari, te 5 u.
2.
Eerste kwartier 6 Maart, te 9 u. 43.
Volle maan 13 Maart, te 13 u. 47.
Laatste kwartier 20 Maart, te 4 u. 51.
De lichtverduistering begint met den
zonsondergang en eindigt met den zons
opgang.
MENSCHEN EN WERK.
De omstandigheden hebben het hunne er toe bijge
dragen, dat de zestigste verjaardag van den bekenden
en geprezen priester-dichter, niet naar behooren werd
gevierd.
In onze Vlaamsche letteren deed deze hartelijke
priester zich kennen als dichter, tooneelschrijver en
met zijn boeken over kerkelijke en bijbeische geschie
denis Passiebeelden en Verrijzenis Simon Pe
trus Uit 't Leye Lisch Het Messias-Teeken
Evangeliebedden
De poëzie en de tooneelwerken van priester De Crae
ne zijn alle ontleend aan den godsdienst. Het zijn brok
ken als graniet waarin het gevoel de werkelijkheid niet
overtroeft. Er zit een mannelijke kracht een bijna al-
les-omverwerpende evangelische kracht in zijn oeuvre,
waarin de gang wel eens gestremd wordt door een ze
kere langdradigheid. Maar van welke zielsverheffende
troost en sterkte getuigen zijn poëtische beelden niet
en hoe diep dringt zijn vers ons soms niet in het hart.
Eerwaarde Heer De Craene is niet alleenlijk een
wilskrachtig en vlijtig letterkundige, hij is nog meer.
Weinigen zullen hem hierin ook nadoen...
Hij is een opwekker. een bezieler Hij was het
immers, als pastoor te Bachte - Maria - Leerne die de
Dagen voor Poëzie inrichtte, welke een overwel
digenden bijval boekten. In hoogervernoemd dorp
bracht hij dichters en prozaschrijvers en alle letterlie-
venden bijeen.
En onder een paradijsachtigen zomerhemel, in een
décör van triomfeerend groen, worden er gedichten
voorgedragen, prozafragmenten voorgelezen, een too-
neelstuk opgevoerd en over alle allerhande letterkun
dige vraagstukken gehoornd.
Met een gewettigde fierheid en een echte broeder
lijke, hartelijkheid wenschen we Eerwaarden Heer De
Craene nog vele jaren van een invruchtbare werk
zaamheid.
Naast zijn opofferenden herderlijken arbeid te Bachte-
Maria-Leerne, zuilen onze Vlaamsche letteren en de
Dagen voor Poëzie er eveneens veel bijwinnen.
Albert Blontrock.
Het succes van De Witte is zonder weerga in on
ze Vlaamsche literatuur. Voor het verschijnen van de
ze goedkoope editie, waren er reeds 65.000 exemplaren
verspreid in Zuid- en Noord-Nederland. Nu klom het
aantal verkochte De Witte's tot 115.000.
Volgens het schijnt, zal in deze goedkoope maar
flinke uitgave, een nieuw boek verschijnen van een
onzer beste Vlaamsche letterkundigen. Dezes naam al
leen, doet voor onzen geest, het schilderachtige Lier
opdoemen. Het betreft namelijk PALLIETER van Félix
Timmermans.
Het Agentschap Dechenne werke met vertrou-
wen zijn initiatief uit. Met deze volksuitgave wordt
echt pionierswerk verricht in het domein van onze
Vlaamsche uitgeverij. Walter Boosens.
schrikwekkende verhalen, enz.
De meest gekend en zijn Notre-Dame de Pa
ris en les Misérables De karakters van zijn
romanhelden vertoonen dezelfde kenmerken als
die van zijn tooneelhelden beide zijn vol anti
thesen. De galeiboef Jean Valjean uit les Misé
rables is begiftigd met de meest verheven deug
den en de afzichtelijke bultenaar Quasimodo uit
Notre-Dame de Paris is de verpersoonlijking
van de ideale liefde.
Hugo overleed te Parijs op 83 jarigen leeftijd
in 1885.
9
Dr. J. OSKAR DE GRUYTER
De Vlaamsche tooneelvernieuwer Dr de Gruyter
werd in Maart 1883 geboren. Hij studeerde te Gent,
onder Logeman's leiding, Germaansche philo-
logie toonde bijzondere belangstelling voor pho-
netiek en evenzeer voor een algemeen beschaafd
Nederlandsch, dat hij dan vóór alles op het
tooneel wilde hooren spreken. Gedurende zijn
studententijd nam hij lessen in voordragen en
tooneelspelen bij den toenmaligen regisseur van
den Vlaamschen Schouwburg te Gent, Arie van
den Heuvel. Toen hij in 1907 gepromoveerd was.
trad hij op als declamator en stichtte in 1908,
met andere kunstenaars, de Vlaamsche Vereeni-
ging voor Tooneel en Voordrachtkunst te Gent.
Hij wilde, evenals zijn vriend Copeau in Frank
rijk, een betere tooneelkunst brengen aan het
Vlaamsche volk en het tooneel. waar tot dien
tijd de draak heerschte, doen aansluiten bij de
literaire beweging. Het was een dilettanten gezel
schap, maar van voortreffelijk gehalte en vol
artistieken ernst. In 1908 gaf men een eerste mo
delopvoering van Hegenscheidt's Starkadd. Daar
na volgden Sophales' Philoctetes, Goethe's Iphi-
genia, De doode Stad van d'Annunzio, Minna von
Barnhelm, De Bruid van Messina, Warenar. Het
eenvoudige publiek van de dorpen bleek hem
ontvankelijker dan het geblaseerde der groote
steden. In den wereldoorlog werd hij soldaat en
vond bij den Yzer gelegenheid het Fronttooneel
te stichten, waarvoor hij verschillende soldaten
tot acteurs bekwaamde o .a. Staf Bruggen. Na
den oorlog werd hij weer leeraar aan het Athe
neum te Gent, maar dat hield hij op den duur
niet meer uit hij stichtte in 1920 Het Vlaamsche
Volkstooneel. Dit bracht klassieken en modernen
o. a. Vondel, Shakespeare, Molière, Wedekind.
Teirlinck. Shaw, Schnitzler. In 1922 werd de
Gruyter directeur van den Kon. Nederlandscheit
Schouwburg te Antwerpen. Als acteur waren
zijn groote succesrollen o. a. Oedisus, Warenar.
Starkadd, Boer van Paemel, Claudius (Hamlet).
Jago (Othello), Philoctetes en Koning Lear. Hij
overleed te Antibes (Frankrijk), op 27 Februari
1929.
HUGO
Victor Hugo werd op 26 Februari 1802 te Be-
sangon geboren. Zijn jeugd bracht hij door in
zijn geboorteplaats, in Italië en in Spanje, waar
heen hij zijn vader, generaal Hugo, volgde.
Reeds op 15 jarigen leeftijd kende de Académie
hem een eervolle vermelding toe. In 1822 ver
scheen zijn eerste bundel verzen, Odes deze
verschafte hem terstond een eerste plaats onder
de dichters van zijn tijd. Lodewijk XVin schonk
hem een jaargeld van 2000 fr. Van nu af volgden
zijn talrijke dicht-, tooneel- en prozawerken el
kaar onafgebroken op. Zijn roem volgde offi-
cieele erkenning in 1841. Hij werd lid der Aca
demie en député.
Bij zijn intrede in het politieke leven was hij
een aanhanger, maar werd later een verwoed
tegenstander, van den Prins-President. Bij gele
genheid van den Coup d'Etat werd hij verban
nen en keerde eerst na den val van Napoléon
le Petit naar Frankrijk terug.
Vóór alles is Hugo lyrisch dichter, de mach
tigste, dien het romantisch tijdperk heeft voort
gebracht. Zijn werk is buitengewoon groot en te
lang om te vermelden. Bekend zijn Odes et Bal
lades, les Orientates, les Chatiments, les Contem
plations. la Légende des Siècles, l'Art d'être
grand-père.
Hugo vindt de bron van zijn lyriek in zich zelf.
Door de natuur vooral en ook door de liefde,
wordt zijn dichterziel bewogen. Zijn diep mede
lijden met den mensch, die leeft in ellende heeft
hem zijn schoonste verzen ingegeven. Ook het
kind heeft hem menigmaal gelukkig geïnspi
reerd. Wat Hugo vooral tot een groot dichter
stempelt, is zijn reusachtige verbeeldingskracht,
zijn macht over de taal en zijn meesterschap in
de verskunst. Zijn latere bundels zijn dikwijls
duister door de onmetelijke visionaire kracht en
de alles meeslepende woordinsniratie.
Hii schreef tal van toonfeelwerken. waarvan het
eerste Cromwellverscheen in 1827het is
een ononvoerbaar drama, waarvan de Préface be
schouwd werd als het manifest van de roman
tische school. Op toon eel gebied staat Hugo lijn
recht tegenover de klassieken. De eerste opvoe
ring van Hemani 25 Februari 1830, is een ge-
denkwaardigen datum in de geschiedenis van het
Fransch tooneel. Onder groot tumult behaalden
dien avond de aanhangers van Hugo de overwin
ning op de klassieke bourgeois Volgen nu
Le Roi s'Amuse, Ruy Bias en les Burgraves. Zijn
drama's hebben wel beschouwd alle gebreken,
die men aan het melodrama verwijt. Wat zijn
tooneelwerk redt. dat is het poëtisch karakter.
De prozawerken van Hugo zijn zeer talrijk
en vertoonen een groote verscheidenheid. Dra
ma's, politieke satiren, romans, schetsen, epossen,
(Zie vervolg onderaan vorige kolom)