Ho
Plantaardappelen
WETENSCHAPPELIJK HOEKJE
Naamdagen.
Zon.
Maan.
Maanstanden.
Hulp aan Krijgsgevangenen
Briefwisseling met de Krijgsgevangenen
GROOTE FIGUREN PER WEEK
HERMAN van BATENBURG
HET YPERSCIHE 28 -2 - 1941
'i
DE GESCHIEDENIS VAN IIET KUNSTLICHT
(2' Vervolg)
C. ELECTRISCHE LAMPEN
Vreemd klinkt het te hooren, dat tezelfdertijd
als de petroleumlamp de electrische booglamp
ontstond. Om juist te zijn, moeten we zelfs de
tweede ontdekking voor de eerste plaatsen, in
derdaad reeds in 1821 vond Davy het booglicht
uit. Hierover wat meer booglicht ontstaat, wan
neer door twee koolstaafjes, met de spitse einden
naar elkaar toegekeerd, een sterke electrische
stroom wordt gevoerd en de beide staafjes dan,
nadat ze elkaar eerst aanraken, op een geringen
afstand van elkaar worden verwijderd. Tusschen
de beide uiteinden ontstaat dan de lichtboog van
Davy, gloeiende kooldamp, die door zijn grooten
weerstand een zeer hooge temperatuur doet ont
staan. Worden de kolen met den lichtboog op een
scherm met behulp van een lens geprojecteerd,
dan ziet men dat de kolen meer licht uitzenden
dan den lichtboog, bovendien is dan de vorm
der staven waar te nemen de positieve (die met
de positieve pool der batterij verbonden is) is
kratervormig uitgehold en heeft de hoogste tem
peratuur (3700"), de negatieve loopt spits toe.
Een Fransche instrumentmaker heeft het eerst
de booglamp van Davy beproefd als middel tot
straatverlichting. In het jaar 1844 nam hij bij
dikke mist deze proef op de Place de la Con
corde te Parijs en had hiermee succes. In Juli
1848 werd de proef herhaald door Archereau.
Daar gedurende het branden de beide kolen
telkens naar elkaar toegeschoven moesten wor
den en dit met de hand moest geregeld worden
was het stelsel wat onpractisch. Foucault en Du-
bosq construeerden daartoe in 1849 een regula
teur, zoodat de afstand tusschen de koolspitsen
door den stroom zelf geregeld werd.
In het jaar 1862 verlichtten 20 regulateurs ge
durende bijna 10.000 uur de aardwerken in het
Guardarama gebergte voor den spoorweg in het
Noorden van Spanje.
Nadat reeds omstreeks 1840 pogingen werden
gedaan om door gloeiend platina en retortenkool
in een luchtledige ruimte gloeilampen te maken,
is toch de eerste bruikbare gloeilamp, de kool-
draadlamp op 21 October 1879 geconstrueerd door
Edison. Het was een dunne kooldraad met groo
ten weerstand, waardoor een stroom werd ge
stuurd (1). Deze lamp verbruikte, per eenheid
van lichtsterkte, veel stroomenergie (effect per
kaars ongeveer 3 a 4 watt) en kon slechts 800
uur branden, zij was dus duur in het gebruik.
Later werden de metaaldraadlampen gebouwd.
Deze verbruikten ongeveer 1 watt per kaars en
werden daarom watt-lampen genoemd. Zij heb
ben ongeveer 2000 brand uren.
Als we huidige electrische gloeilampen bekij
ken vinden we al gauw twee soorten. De eerste
soort is heelemaal doorzichtig en eindigt van
onder in een punt. De draad (meestal van het
metaal Wolfram) is zigzagsgewijs opgehangen.
Deze lampen zijn practisch luchtledig, wat we
kunnen hooren, door een oude lamp de punt af te
slaan. De lucht valt er dan met een dof geluid in.
De metaaldraad kan niet verbranden want er
is geen lucht, dus blijft hij lang intact. Maar hij
kan wel verdampen of verstuiven, evenals een
droppel water verdampt. Kleine deeltjes metaal
vliegen door de lampen en vallen neer op den
glaswand. Vandaar, dat deze lampen na een tijd
gebruik van binnen zwart aanslaan, wat natuur
lijk de lichtsterkte niet ten goede komt.
De tweede soort lampen is meestal niet door
zichtig of halfdoorzichtig. Dit is het type van de
Philips Argalamp. Zoo een lamp is gevuld met
een bepaald soort gas, argon genoemd, dat in de
lucht voorkomt en een zusje is van het bekend
helium. Die gassen blijven altijd zichzelf, wat er
ook gebeurtzij verbinden zich dus niet met an
dere gassen, daarom noemt men ze edele gassen
(2). De aanwezigheid van dit gas belet den draad
te verstuiven en dus kan de temperatuur weer
veel hooger opgevoerd worden, zonder dat hij
doorbrandt, daarom geven deze lampen veel meer
licht dan de eerste soort, terwijl ze vaak minder
stroom noodig hebben. Een nadeel is dat ze veel
warmer worden dan de luchtledige, groote hoe-
(1) De geschiedenis dezer lamp en haar verbeterin
gen behandelden we reeds gedeeltelijk in een vroegere
bijdrage over Edison.
(2) De edelgassenDeze gassen ontdekt op het einde
der vorige eeuw, in de lucht, in zeer kleine hoeveelhe
den, gaan met geen enkel ander element verbindingen
aan, het zijn dus de kluizenaars onder de elementen.
Het zijn
1. helium (hierover verscheen een bijzondere reeks
•bijdragen in vorige nummers) gebruikt voor het vullen
van luchtballons.
2. neongebruikt in groote buizen voor reklame
letters, daar het door den electrischen stroom tot lich
ten wordt gebracht en een intens rood licht verspreidt.
3. argon: het meest verspreide (1, 3 der lucht).
4. krypton en 5-xenonin den laatsten tijd ook ge
bruikt voor het vullen van lampen
6. radonontstaat bij het radioactieve verval van
tradipm.
veelhederi energie gaan gldus door geleiding naar
den glaswand verloren.
Teneinde dit bezwaar zooveel mogelijk terug
te dringen, wordt de draad schroefvormig opge
wonden. In grcote lampen is hij spiraalvormig
tot een dun buisje opgerold.
Bij grootere lichtsterkte gebruiken deze lam
pen, die we te danken hebben aan den Ameri
kaan Langmuir, ongeveer 1/2 watt per kaars en
heeten daarom half-watt-lampen. In het volgende
hoofdstuk vertellen we over den uitvinder en de
uitvinding van deze economische lamp wat meer.
van 2 tot 8 Maart 1941
Zondag 2 MaartQuadragesima.
Maandag 3 MaartCunégonde, Asterius.
Dinsdag 4 MaartCasimir.
Woensdag 5 MaartAdriaan. Theophilus.
Donderdag 6 MaartColetta.
Vrijdag 7 Maart: Thomas.
Zaterdag 8 MaartJoannes.
Opgang
Ondergang
Zendag 2 Maart
8 u. 26
19 u. 25
Maandag 3 Maart
8 u. 24
19 u. 26
Dinsdag 4 Maart
8 u. 22
19 u. 28
Woensdag 5 Maart
8 u. 20
19 u. 30
Donderdag 6 Maart
8 u. 18
19 u. 32
Vrijdag 7 Maart
8 u. 16
19 u. 33
Zaterdag 8 Maart
8 u. 13
19 u. 35
Opgang
Ondergang
Zondag 2 Maart
10 u. 11
0 u. 05
Maandag 3 Maart
10 u. 37
1 u. 05
Dinsdag 4 Maart
11 u. 08
2 u. 00
Woensdag 5 Maart
11 u. 42
2 u. 04
Donderdag 6 Maart
12 u. 22
3 u. 01
Vrijdag 7 Maart
13 u. 09
3 u. 55
Zaterdag 8 Maart
14 u. 04
4 u. 45
Eerste kwartier6 Maart, te 9 u, 43.
Volle maan13 Maart, te 13 u. 47.
Laatste kwartier20 Maart, te 4 u. 51.
Nieuwe maan 27 Maart, te 22 u. 14.
De lichtverduistering begint met den
zonsondergang en eindigt met den zons
opgang.
Verzending van Boeken
Het Roode Kruis van België herinnert eraan dat het
de toelating gekregen heeft Vlaamsche en Fransche
boeken aan de Belgische officieren en soldaten die in
Duitschland gevangen zitten te zenden, om op deze
wijze in de kampen bibliotheken te vormen.
Twee belangrijke verzendingen van Vlaamsche en
Fransche boeken werden door den Dienst voor Hulp
aan Krijgsgevangenen, afdeeling Onderricht en Ont
spanning gedaan.
Het Rcode Kruis doet een dringenden oproep bij het
publiek ten einde giften van boeken en spelen te beko
men.
Deze giften, evenals de pakjes met boeken bestemd
voor bepaalde gevangenen, worden aangenomen op alle
werkdagen, van 9 tot 12 uur en van 14 tot 17 uur, den
Zaterdagnamiddag uitgezonderd, op den dienst On
derricht en Ontspanning 80, Livornostraat, te Brussel.
Deze dienst is alleen belast met het verzenden van
boeken, na den inhoud te hebben onderzocht. De per
sonen, die in de provincie wonen, moeten hun boeken
rechtstreeks naar Brussel sturen ofwel ze op het plaat
selijk Roode-Kruis afgeven, dat ze aan de Hoofdafdee-
ling te Brussel zal overmaken.
Belangrijke aanbevelingen
1) Uitgezonderd de aanduiding van naam, krijgsge-
vangenennummer, nummer van het kamp, naam en
adres van den verzender, mogen deze boeken geen
briefwisseling, noch schriftelijke aanteekeningen, noch
fotos bevatten, de bladen moeten zorgvuldig worden
opengesneden.
2) De Boeken die voor het oogenblik niet mogen ver
kocht worden, of degene die de politieke en militaire
gebeurtenissen van de laatste jaren behandelen, zijn
niet toegelaten.
3) Het Roode-Kruis mag geen dagbladen, geïllus
treerde of periodieke aannemen.
4) De pakken met eetwaren of kledingstukken mo
gen geen boeken inhouden.
o
De Duitsche Overheden brengen het Roode Kruis
van België ter kennis, dat de Kommandanten der Kam
pen, voor het oogenblik, met een groot aantal aanvra
gen overstelpt worden die uitgaan van de familiën der
krijgsgevangenen, over de situatie der krijgsgevange
nen, hun gezondheidstoestand, enz.
De Kommandanten der Kampen bevinden zich in de
onmogelijkheid om op al deze brieven te antwoorden
en het is qm die reden dat aan het Roode Kruis van
België, door het Duitsche Roode Kruis, de vraag ge
steld werd, er te willen over waken dat in het ver
volg de aanvragen om inlichtingen vanwege de fami
liën der krijgsgevangenen, aan het Roode Kruis van
België zouden geadresseerd worden en, niet recht
streeks aan de, betrokkene Stalags of Oflags.
Het Roode tókiis van België verzoekt dus de fami
liën der krijgsgevangenen, in de toekomst hun aan
vragen om inlichtingen rechtstreeks naar het Officieele
Ambt der Krijgsgevangenen, 8, de Crayerstraat, te
Brussel, te willen zenden, hetwelk dan in de beste
voorwaarden hun aanvragen naar de Kommandanten
der Kampen zal doorsturen.
ZEPPELIN
Ferdinand graaf von Zeppelin werd te Konstanz
in 1838 geboren. Hij was van 1863-65 attaché bij
het Unieleger in den Amerikaanschen Secessie-
oorlog en nam deel aan de veldtochten van Wur-
temberg tegen Pruisen.
Hij was dan een tijd Wurtembergsch gezant te
Berlijn en verliet in 1891 den dienst met den rang
van luitenant-generaal.
In Amerika had hij reeds den bouw van lucht
ballons leeren kennen en sedert 1890 legde hij
zich te Friedrichshafen toe op het maken van
bestuurbare luchtschepen. Zijn eerste schip werd
echter maar in 1898 geconstrueerd. Het was het
grootste, totdan gemaakt: lengte 128 m., doorsnede
11,6 m., inhoud 11.000 m3 waterstofgas, opgeno
men in 17 ballonets. (Vgl. met de Duitsche L. Z.
129, inhoud 200.000 m3, lengte 248 m., doorsnede
41 m.) Twee gondels droegen elk een motor van
16 P. K. Voor stijgen en dalen was een verplaats
baar gewicht aangebracht. Het ballonlichaam
was geheel stijf geconstrueerd. In 1900 werden
boven het Bodemmeer de eerste proeven geno
men. De eerste vaart, slaagde in zooverre niet,
doordat bij het opstijgen eenige averij ontstond
en hoewel de landing goed verliep, konden de
proeven eerst maanden later worden voortgezet.
Met dit eerste schip werd een snelheid van 9 m.
per seconde bereikt (32 km. per uur). Eerst na
5 jaren had graaf Zeppelin weder de noodige
middelen vergaard voor den bouw van een twee
de luchtschip. De nieuwe motoren waren veel
zwaarder, elk 85 P. K. De eerste proefvaart vond
in 1905 plaats, doch het sleeptouw bleef aan het
achtereinde van het schip en trok dit bij de op
stijging omlaag in het water. De schade, hierdoor
ontstaan, was eerst in 1906 hersteld en toen kon
een tweede beproeving plaats vinden. Deze mis
lukte, doordat de snelheid te gering bleek bo
vendien werd het schip na de landing door een
storm beschadigd. De constructeur besloot een
nieuw schip te bouwen en slaagde daarin in de
herfst van hetzelfde jaar. Met dit schip werden
goede vaarten ondernomen, eveneens met het in
1908 nieuw gebouwde vierde luchtschip. Het
Pruisische Ministerie van Oorlog stelde toen als
eisch een 24 uur lange vaart en een minimum
bereikbare hoogte van 1200 m. Deze vaart ge
lukte; helaas werd het schip door een storm ver
woest. Het Duitsche volk bracht echter een kapi
taal van 6 millioen mark bijeen en dit stelde
graaf Zeppelin in staat den bouw van bestuur
bare luchtschepen (werf te Friedrichshafen) en
proefvluchten voort te zetten.
Tot 1914 zijn 13 Zeppelinluchtschepen veron
gelukt tevens waren concurrenten opgetreden
o. m. de Braziliaan Santos Dumont in Frankrijk.
Bij het uitbreken van den wereldoorlog beschikte
vooral Duitschland over een luchtvloot van
eenigszins belangrijken omvang. De Zeppelins
hebben meermalen onheil in Engeland aange
richt, maar niet in die mate, als men had ver
wacht.
Graaf von Zeppelin overleed te Charlottenburg
op 8 Maart 1917.
MERCATOR
Gerhard Mercator is de verlatiniseerde naam
van Kremer. Hij werd te Rupelmonde geboren
op 5 Maart 1512. Hij genoot zijn opleiding bij de
Broeders des Gemeenen Levens te 's Hertogen
bosch en daama aan de Hoogeschool te Leuven.
De wereldkaart, die hij in 1538 maakte en in 1879
is teruggevonden, toont nog den invloed van
Ptolemoeus. Zijn kaart van Vlaanderen (1540)
kan als de eerste topographische kaart worden
beschouwd. Zijn werk was ophefmakend voor de
kartografiehij zag de noodzakelijkheid in van
het gebruik van behoorlijke kaartprojecties. Op
de in 1569 uitgegeven wereldkaart heeft hij de
projectie toegepast, die zijn naam draagt. Vol
gens Eckert is die projectie echter niet van hem
afkomstigzij is reeds in 1511 gebezigd door
Etzlaub en waarschijnlijk reeds eerder in Spanje
of Portugal. Belangrijk is verder ook een groote
kaart van Europa.
Hij werd in 1552 hoogleeraar in de kosmografie
aan de universiteit te Duisburg. In deze stad
overleed hij in 1594. Een monument werd in zijn
geboorteplaats opgericht.
Zijn hoofdwerk Atlas, sive cosmographicae
meditationes de fabrica mundi et fabrica figuri
verscheen in 1595, een jaar na zijn dood.
DUITSCHE
VROEGE, HALF-VROEGE en LATE
Te bestellen bij
6, Korte Torhoutstraat, 6
I E P E R
2 0, Veurnesteenweg, 10
ELVERDINGHE