-VOETBAL-
Wie
Allen naar Oud leper
Monsieur HECTOR
•Voor de
eerste maal
in België
KRANIG MEISJE
in de Flora
22e Jaar, Nr 1
Prijs 0.50 fr.
Vrijdag 25 April 1941
NIEUWS NOTARIEEL - AANKONDIGINGSWEEKBLAD
VOOR HET ARRONDISSEMENT YPER
Uitgever
DUMORTIER, 34. Boterstraat
Tel. 500 YPER
STAD YPER
Volgorde voor de Vleeschverdeeling
Aan de Bevolking van Yper
STAD YPER NIJVERHEIDSSCHOOL
BERICHT
Bekertornooi der Vier Ypersche Clubs
Zondag 27 Aoril 1941
RED STAR - C. S. YPER B
EERNANDEL in
Naar een betere Levensopvatting
HET YPERSCHÊ
ABONNEMENTSPRIJS
V«or Belgiëéén jaar 25.00 fr.
zes maanden 13.50 fr.
Men kan inschrijven
in alle Belgische Postkantoren
TARIEF van AANKONDIGINGEN
op aanvraag aan de Drukkerij Dumortier
34, Boterstraat, Yper
Tel. 500 Postch. 46.173 - H. R. Yper 220
Op 26 April 1941
Beeks 3 Verdeelingskaarten Nrs 6501 tot 9500
van 8 tot 9 uur
4 Verdeelingskaarten Nrs 9501 tot 12500
van 9 tot 10 uur
eks 5 Verdeelingskaarten Nrs 12501 tot 15500
van 10 tot 11 uur
Beeks 6 Verdeelingskaarten Nrs 15501 tot 18100
van 11 tot 12 uur
Beeks 1 Verdeelingskaarten Nrs - 1 tot 4000
van 14 tot 15 uur
Beeks 2 Verdeelingskaarten Nrs ,4001 tot 6500
van 15 tot 16 unr
Voortaan zal deze volgorde iedere week ver
anderen in dezen zin, dat de reeks die op de
eerste plaats voorkomt, de volgende week de
laatste plaats zal innemen en de andere reeksen
aldus één rang zullen opschuiven.
Het rantsoen is bepaald op 250 gram rund- of
varkensvleesch per hoofd, tegen aflevering van
10 zegels.
Het rantsoen van de eene week kan niet over
gedragen worden naar de volgende weken.
Yper, den 22 April 1941.
De Burgemeester, J. Vanderghote.
Luidens een besluit van 31 Maart 1941, is het
eenieder verboden oud papier en karton buiten
•de noodwendigheden van het onontbeerlijk huis
houdelijk gebruik, door verbranding of om
t even welke wijze te vernietigen.
Oud papier en karton moeten in elk huis samen
gebracht worden.
Zij moeten aan een afvalhandelaar verkocht
worden of bewaard om bij afhaling afgeleverd
te worden.
Voor deze bewaring moet een zak of korf ter
beschikking van al de bewoners van het huis, op
een droge plaats, op het gelijkvloers of in den
kelder geplaatst worden door de zorgen van het
hoofd van het huisgezin.
Gezien dit oud papier en karton bestemd is voor
herbenuttiging in 't algemeen belang wordt ieder
een dringend verzocht al hetgeen hij heeft lig
gen te vergaren en bij de omhaling mee te geven..
Yper, den 24 April 1941.
Het Gemeentebestuur.
De Burgemeester der Stad Yper heeft do eer
ter kennis te brengen dier belanghebbenden dat
de ZOMERLESSEN der Nijverheidsschool zullen
hernomen worden op Zondag 4 Mei aanstaande.
De lessen zullen gegeven worden van 8,30 tot
10,30 uur 's morgens.
Yper, den 19 April 1941.
De Burgemeester, J. Vanderghote.
TE 15 UUR
op het Ypersch Stadium Augustinenstraat
Algemcene inkomprijs 1 fr. 50.
O
(2'' Vervolg)
MET BERUSTING ZIJN LOT DRAGEN
Het doet misschien vreemd aan, den geest van
onderworpenheid als een factor van levensgeluk
en goede luim te zien voorgesteld. Niets is noch
tans meer waar. Het zal bovendien niemand ver
wonderen, als we verklaren, dat die geest bij
Franschen en Vlamingen en Walen dient opge
leid. Zij houden er niet aan onder de plak te zit
ten of vergulde ketenen te dragen. Vandaar komt
bij hen die ingewortelde opstand tegen het on
vermijdelijke, die bedilzieke kritiek, die spot-
boeverij, die onderlinge jaloerschheid en menig
andere vorm van slechte luim, want in den grond
der zaak is een kalme lotsberusting een bron van
tevredenheid.
Strijden moeten we voor de goede zaak zoolang
er hoop bestaat een zegevierend resultaat te boe
ken, maar het verraadt een zekere zielegrootheid,
als men zich onderwerpen kan aan het onvermij
delijke met gelatenheid en geduld.
Doorgaans zijn het slechts hoovaardigen, die
geen nederlaag kunnen lijdende spelers, die er
niet van slapen kunnen, omdat ze bij het spel
niet gewonnen hebben. Heethoofden zijn het, die
geen gezag kunnen verdragen en de gegeven be
velen met weerzin ten uitvoer brengen.
Tot ons welzijn dienen we dus den geest van
onderwerping in ons aan te kweeken. Wie zulks
doet zal weldra de onschatbare voordeelen oog
sten van zulke onmisbare geestesgesteltenis.
Men leere het hoofd buigen telkenmale het ge
past is volgens de omstandigheden dit te doen.
Wij moeten eerbied geven aan wien deze ver
schuldigd is gehoorzaamheid aan degenen, die
het recht hebben ons bevelen te geven dank
baarheid aan hen, die ons diensten bewezen.
Beginnen wij met onze eigen persoonlijkheid te
eerbiedigen. We moeten de juiste waarde van een
gedacht leeren waardeeren en de waarheid erken
nen, vanwaar zij ook kome, al is het in den mond
van een tegenstrever.
Laat toe, dat men een oordeel veile over uw
doen en laten en neemt een berisping of een ver
wijt met kalmte aan, als gij deze verdiend hebt.
Doet dan uw al te groote gevoeligheid wat ge
weld aan en weerhoud uw tong, het zal u verder
verdriet besparen.
Hebben wij erover nagedacht, hoe onze kwade
luim soms voortsproot uit onbeduidende dingen
Wij zijn ontevreden, omdat de zaken niet keeren
naar onzen wil; omdat wij de zwakheden en ge
breken van onzen evenmensch niet door de vin
gers kunnen zien; omdat we niets kunnen toe
geven. Wij bevroeden niet altijd, dat de graad
van geestesontwikkeling en de opvoeding der
menschen zeer verschillend is, en als we de doen
wijze van zekere personen een behoorlijken uitleg
gaven, zouden wij hunne woorden en handelin
gen zoo niet ten euvel nemen.
Niet alleen de oversten, niet alleen de minderen
hebben recht op eerbied maar onze achting moet
zich ook uitstrekken tot de ouderlingen en eer
biedwaardige personen, tot de weldoeners van
de menschheid, tot de geestelijkheid en tot de
vrouw. Zekere gevoelens en openbaringen in de
wereld hoeven eveneens in eere gehouden te wor
den het geloof, de aangenomen regels der wel
levendheid, de gewoonten en andere uitingen van
het burgerlijk leven.
De beste manier natuurlijk, om in ons den geest
van onderwerping levend te houden, is leeren ge
hoorzamen. Dat zulks zoo gemakkelijk niet is. ge
tuigt de algemeene weerzin, die bestaat bij zekere
categorieën van menschen, zooals militairen, stu
denten e. a. Zij kunnen aan anderen niet gehoor
zamen, omdat zij niet eerst geleerd hebben zich
zeiven te gehoorzamen.
Wij moeten ons inspannen elk oogenblik van
den dag aan de inspraken van ons geweten het
oor te leenen. Onderscheiden we goed plicht en
verplichting. De laatstgenoemde wordt ons van
buiten opgelegd en schijnt ons een last, omdat zij
de vrijheid aan banden legt. De plicht daarente
gen wordt ons gespeld door het geweten, met hem
te gehoorzamen, gehoorzamen we aan ons eigen
zeiven
Plichtsvervulling en arbeid brengen geluk.
Wat beteekent de spreuk Arbeid adelt
Arbeid veredelt, omdat hij onze innerlijke
waarde verhoogt, door onze bekwaamheden en
talenten uit te breiden; hij vrijwaart ons van
nietsdoenerij, het hoofdkussen van den duivel
hij bouwt de innerlijke waarde van een mensch
op.
Zij, die een beroep aanvaard hebben en daarbij
bezoldigd zijn, moeten dubbel aandacht wijden
aan hun werkzaamheid. Wat denkt gij van den
advokaat, die de belangen hem toevertrouwd,
zonder overtuiging en nauwgezetheid verdedigt?
De nijveraar en handelaar, die hunne klanten
niet verzorgen? Moeten ook de openbare besturen
en met hen de bedienden, het welzijn en de goe
deren van hun medeburgers niet behartigen
Doen zij het niet, dan schaden zij niet alleen
stoffelijke belangen, maar ze berooven zich zelf
van voordeelen, waarvan de volmaking van eigen
karakter en de opgeruimdheid, die eruit volgen,
niet de minste zijn.
Wij moeten ten slotte géhoorzamèn aan de na
tuur, te zeggen aan de lichamelijke en geestelijke
gezondheidsleer. De zucht naar volmaking en
vooruitgang dient aangemoedigd.
Een andere zielsgesteltenis, die er niet weinig
toe bijdraagt om den geest van onderwerping aan
te werven, is de dankbaarheid. Zij werkt ver
zachtend en drukt onzen hoogmoed en onze zelf
zucht den kop in.
Bieden er zich geen duizend gelegenheden om
dankbaar te zijn Hebben ze niet allen recht
op dankbare gevoelens, zij die den vooruitgang
ophelpen, bazen, werklieden, bedienden Zijn
we niets verplicht aan ouders, vrienden Heb
ben we ons ooit de vraag gesteld, wat wij zouden
zijn en worden, wat we zouden bezitten, moesten
we niet geholpen worden door degenen, die ons
omringen Handelaars, nijveraars, kunstenaars,
leeraars, uitvinders, werken zij niet allen voor
ons Hoeveel hebben zij in ons leven vergemak
kelijkt en veraangenaamd
Laat ons dankbaar zijn iedermaal, dat wij een
dienst, een weldaad ontvingen, 't zij van een
bloedverwant, vriend of elk ander persoon.
In het vorig artikel hebben wij de stelling voor
uitgezet, dat we niet veel hoeven te vragen om
ons geluk te bewerken; vandaag hebben we inge
zien, dat onze onderworpenheid onze berusting
in de hand werkt. Men moest in het algemeen
meer de aandacht trekken op de mogelijkheid en
den plicht van gelukkig te wezen er is een kunst
van gelukkig te zijn. Dat geluk vloeit grooten-
deels uit den volbrachten plicht. We vergeten
voortdurend de keerzijde der medalie te onder
zoeken, wan zijn er ongelukken en moeilijkheden,
die onze gerustheid wegkapen, zoo hebben die
zelfde onspoeden het voorrecht ons tot nauwere
deugdbetrachting te bewegen.
Wij moeten er ons op toeleggen steeds een goed