2 VULPENNEN met irridium punt IEPERSCH KRONIEKSKE OORLOGSSCHADE Gewestelijke Rijkstuinbouwscholen Besluif houdende vaststelling van de maximumprijzen voor inlandsche hop De Wapenstilstand is geteekend Te Luik vierde men deze heuglijke gebeurtenis doch... de vreugde was van korten duur. HET YPERSCHE 19-9-1941 ieder naar zijn leeftijd en,verder naar stand en rang weet te behandelen. Geef ieder, wat hem toekomt; daarom niet overdreven veel meer dan hem toekomt, want overdreven wellevendheid is onwellevend. Wilt gij werkelijk toonen hoe hoog gij iemand stelt, doe dat door de achting, waarmede gij hem be jegent en door de aandacht, die gij hem schenkt. Nooit mogen wij het beschaafde oog of oor van hen, met wie wij omgaan, door woord of daad beleedigen. Boeken zijn vol geschreven over de duizenden gevallen waarin, en de duizenden wij zen waarop dat gebod moet toegepast worden. In den omvang van dit artikel is het niet mogelijk op al deze gevallen in te gaan, laten we slechts één ding voornemen onze kinderen vroegtijdig te leeren, dat zij niemand in de rede mogen val len. Kleinen en grooten zondigen voortdurend te gen dien regel. Hebt gij dan niet opgemerkt hoe weinigen kunnen luisteren en hoe gering het ge tal is van hen, die kunnen wachten met spreken tot hunne beurt gekomen is? Vraag voor uzelf niet meer plaats dan u toe komt. De samenleving let daarop nauwkeurig. Niemand ontplooie daarom zijn persoonlijkheid meer dan hem rechtens toekomtbescheidenheid maakt den mensch bemind. Onder den last der bescheidenheid gaat nu juist onze tijd niet ge bukt. Toch weze men op zijn hoede voor een val- sche nederigheid. Deze is eenvoudig akelig. Nie mand is onmisbaar op aarde, maar omgekeerd mogen wij ons eenmaal verworven plaatsje in de wereld handhaven. Wij mogen evenmin dulden, dat in onze tegenwoordigheid van onze ouders, van onzen godsdienst of van ons vaderland be- leedigend gesproken wordealle edeldenkenden zullen het hiermede eens zijn. Reeds vroeger hebben wij erop gewezen, dat levenswijsheid bestaat in de' kunst om onze be kwaamheid aan den dag te brengen. Als het kind in de samenleving treedt moet het derhalve lee ren anderen te doorzien. Hoe menig jongmensch zoude alle menschen wel gelukkig willen maken op eenmaal. Hij laat dan iedereen in zijn ziel lezen. Menschen van jaren schudden hierbij be denkelijk, want ze weten, dat zoo iemand nog veel begoochelingen wachten. De wereld is zoo weinig gewoon aan onbaatzuchtige toewijding, dat ze niet gelooft aan zulken opofferingsgeest, ook waar hij werkelijk aanwezig is. De schijn ge. tuigt tegen hem in menig geval en de schijn is van veler oordeel de eenige grond. Openbaar dus niet meer van uw innerlijk dan het belang van de zaak eischt. Het is onverstandig zijn eigen fouten ongevraagd bloot te leggen het is heel wat wijzer ze te verzwijgen en vooral ze in stilte te verbeteren. Men behoeft de menschen niet te wantrouwen, doch het is evenmin geraadzaam ze onnoodig te vertrouwen. Hoe zal men dat alles aan de kinderen wijsma ken Zal men de les spellen op het oogenblik, dat het kind de wereld zal ingaan Wie zoo han delt gelijkt den onderwijzer, die den leerling een gedeelte van de spraakkunst mededeelt in de meening, dat de knaap nu in staat zal zijn de verkregen spraakkunstige kennis toe te passen. Hij zal er meer baat bij vinden den leerling zelf de taal te laten leeren en hem aan het einde de regels zelf te laten ontdekken. Lessen in levenswijsheid zijn goed, oefeningen zijn beter en noodzakelijk. Gelijk we moeten denken in de taal, die we geleerd hebben zoo moet ook de levenswijsheid vleesch en bloed in ons worden. Daar alleen is een houding onge dwongen, natuurlijk en echt, waar de welgema nierdheid behoort tot de natuur zelf van den mensch. Beperk dus het aantal lessen. Zorg voor voort durende oefening en correctie. Gedoog geen an dere wijze van doen als zij, die voorgeschreven wordt door de beschaafde vormen. Het voorbeeld is hier de beste leermeestereen kind leert veel door afluisteren doch oneindig meer door afzien. Doe daartegen niet gelden, dat het wezen hoofd en de vorm maar bijzaak is. Weet integendeel, dat de vorm een beteekenis heeft en dat hij ge grond is op het wezen. Wie dat eenmaal goed begrepen heeft, zal den vorm niet gering achten. Die vormen berusten immers op waarheid. Het kind moet zich manie ren en levenswijsheid verwerven door oefening, voorbeeld en begrip. Evenals het afgedragen kleed van een bedelaar soms nog de kenmerken vertoont van de goede kwaliteit der stof al hebben verschillenden zich daarin gehuld, evenzeer zal de wellevend heid herkenbaar blijven in een mensch, die ze zich tot een tweede natuur maaktehij mocht dan ook diep gezonken of in een laag gezelschap verzeild geraakt zijn. zijn nog steeds te verkrijgen, ter Drukkerij DUMORTIER, 34, Boterstraat, Yper. VERRE BEELDEN. Wanneer de zon zich in den killen avond op de aarde vleit, komen verre beelden naar mij. Er zinkt alsdan een weemoed door mijn hart en een verlangen naar lang vervlogen oogenblikken. Maar wat voorbij Is komt niet meer terug. De mensch is een eeuwig reiziger. En de mensch is tragisch. Zijn krachten zijn beperkt en zijn verlangens oneindig. Zijn klachten klinken luid, maar de wereld is koud. Hij zou willen uit zich rijzen hoog boven de torens. Hij zou willen herbeginnen waar hij onvolmaakt was en zijn leven opvoeren tot een tuil van heerlijke rozen, de distels eruit weren vóór hij het aan God kan aanbieden. Maar de distels zijn er en de tijd gaat maar in één richting vooruit Wanneer de warme zon op de kille aarde valt, rei zen mijn gepeinzen terug naar oogenblikken van vreugd en oogenblikken van leed, naar oogenblikken van strijd en van overwinning. Terug gaan mijn gedachten langs den ingewikkelden weg met vraagteekens be zaaid en met onvoldane verlangens bezoomd. En wan neer ik terugkom, liggen nog zoovele vraagteekens te wachten. MET EEN LICHTJE. Een filosoof ging eens in vollen dag met een lichtje door de straten gaan zoeken. Als de menschen hem lang nagekeken hadden en er eindelijk toe besloten te vragen wat hij zocht, antwoordde hij Ik zoek een goeden vriend Persoonlijk zijn we met hem niet t'akkoord. We wil len eerlijk zijn en daarom moeten we zeggen dat we de vrienden nog met geen lichtje moeten zoeken. We vin den ze wel zoo. Vriend zijn voor iemand is zeker niet gemakkelijk, maar toch vinden we er nog genoeg die dit kunnen. Men moet er een edel karakter voor heb ben. Men moet alle egoïsme uitsluiten, want vriend zijn beteekent dienen, niet zijn eigen klein persoontje, maar anderen. Een vriend is iemand die met u een verband sluit om elkaar te helpen gemakkelijker door het leven te gaan. Een vriend is iemand die u van zijn overvloe- digen rijkdom geeft en die ge zelf geeft waaraan hij behoefte heeft. Vriendschap is een samenvallen van eigenschappen, is een concert waar de eene de andere aanvult om hetzelfde lied te zingen. Vriendschap is een van de schoonste dingen die op aarde bestaan en een vriend is een groote gave. Er zijn menschen die de vriendschap tot de heldhaf tigheid hebben gedreven Die dat waaraan ze het meest hielden, hebben geofferd voor hun vrienden. Zelfs zijn er die voor hun vrienden gestorven zijn. Vriendschap verschilt. Maar ook in de vriendschap zijn graden. Men voelt zich soms vriend met menschen die men zelden en soms nooit spreekt. Er is alleen een verstandhouding, een overeenkomst van gevoelens, ge dachten of idealen. Anderen leven voortdurend naast u en men kan er maar geen vasten grond in vinden om het anker in te werpen. Ze leven op een gansch ander plan en tusschen u en hen ligt een afgrond. Vriendschap is een psychologisch verschijnsel en daarom is het in gewikkeld. Elke vriendschap verschilt van de andere, omdat elke mensch verschillend is van een ander. Ze hebben alleen dit gemeensde menschelijke natuur, maar elkeen heeft haar in een anderen vorm en ge halte. De vriendschap is ook iets menschelijks. haar vorm en gehalte verschillen volgens de ziel. ALARM Het is altijd interessant als het maar een valsch alarm is. Het is maar om te spelenzouden de jon gens zeggen. Maar de groote menschen zeggen dat niet. omdat spelen nu eigenlijk maar voor kinderen is. mee- nen ze, en niet toegelaten aan groote menschen. Maar er is in elk van ons nog iets overgebleven van het kind, (wat we natuurlijk niet willen bekennen) en daarom spelen we ook eens gaarne alsof het echt was Er zijn natuurlijk altijd menschen die het gepeinsd hebben dat het valsch alarm was en ze lachen dan ook en vertellen het aan anderen. Zij die beetgenomen zijn. lachen gegeneerd mede. EERBIED VOOR DE Z. H. D. Gansch het spelletje is natuurlijk plezierig zoolang er geen echt alarm is. Er wordt zelfs gelachen met de mannen van de burgerwacht. Maar dat is onverstandig. Want de mannen van de Z. H. D. doen het niet voor hun plezier, zij doen het uit maatschappelijk gevoel, en daarom zijn ze de vrienden van de bevolking. Zon der vrijwilligers zou de Z. H. D, niet bestaan en elkeen zou natuurlijk kunnen zeggen we zullen dat maar door een ander laten doen, maar als iedereen dat zegt gaat het ook niet. Het zijn juist zij die ermede lachen, die het niet zouden doen. In een Brusselsch blad klaagt een lid van de Z. H. D. er eveneens over dat de bevolking hem niet genoeg eerbiedigt en de correspondent voegt eraan toe Is het hun schuld dat er zoo weinig ongelukken zijn of zou de bevolking willen dat ze meer de gelegenheid krijgen te moeten bijspringen We denken wel van neen. VERKEERSREGLEMENTEN ONDERHOUDEN Wanneer er ongelukken gebeuren en dat gebeurt nogal eens is het gewoonlijk de schuld van de menschen zelf die_ er het slachtoffer van zijn. Een statistiek, die voor enkele jaren bekend gemaakt werd, gaf de volgende oorzaken met hun percent voor doodelijke ongevallen Persoonlijke fouten 84.1 Gebreken aan voertuigen5.2 Gebreken aan wegen 5.6 Weersomstandigheden3,1 Verscheidene 2.0 Totaal 100-0 Hieruit blijkt dus dat 84 percent van de ongevallen kunnen vermeden worden. Tot nog klaardere besluiten leidt de lijst van de categoriën van weggebruikers die voor persoonlijke fouten kunnen aansprakelijk ge maakt worden Autobestuurders 31.2 Wielrijders 11.9 Voetgangers 39.1 Verscheidene 1.9 Totaal 84.1 NOG CIJFERS. We vernemen uit een statistiek dat van 2963 onge vallen aan een onderzoek onderworpen, waarbij de dood werd veroorzaakt aan 3025 personen. 1581 voet gangers, 628 bestuurders van voertuigen en 521 fietsers er het slachtoffer van waren. Aan overdreven snel heid van het betrokken voertuig worden 265 ongevallen toegeschreven, 139 aan gebrek aan voldoende aandacht vanwege de autobestuurders. 156 bestuurders waren niet genoegzaam ervaren in het sturen en 58 onvol doende bekend met het voertuig. Verder314 voetgan gers werden gedood terwijl zij zich, zonder de noodige voorzichtigheid in acht te nemen, op den rijweg bega ven, 84 verloren het leven terwijl zij op den rijweg wandelden, niettegenstaande er in 52 van die gevallen een voetpad aanwezig was. In 242 gevallen is als oor zaak van het ongeval opgegeven de voetganger heeft klaarblijkelijk geaarzeld en heeft den bestuurder van het voertuig in verwarring gebracht, enz... In 1934 verloren in ons land meer dan 1200 per sonen het leven bij verkeersongevallenWij moeten uit wat voorafgaat besluiten dat het grootste aantal ver keersongevallen voortspruit uit onbekendheid met de regels van den weg, of uit verkeerde toepassing hier van, en dat de verantwoordelijkheid over alle catego rieën weggebruikers is verdeeld. Fernand DE BRUYN. Commissariaat-Generaal voor 's Lands Wederopbouw. Bericht aan de militairen, die oorlogsschade geleden hebben door het verlies van persoonlijke voorwerpen, die ze tijdens de periode der krijgsverrichtingen van 1940 bij zich hadden. Het Commissariaat-Generaal voor 's Lands Weder opbouw deelt ons mede hetgeen volgt Talrijke militairen en gewezen militairen (krijgsge vangenen, gedemobiliseerden...) verloren na 10 Mei 1940 een aantal persoonlijke voorwerpen tijdens en tengevolge de krijgsverrichtingen. Barakken en andere kantonnementen, waar zij deze voorwerpen achterlie ten, werden door brand, bominslagen of artillerievuur vernield andere werden na den aftocht geplunderd kamions en wagens, waarop deze voorwerpen geladen waren, werden door bezettende legers buit gemaakt, enz. De aanvragen tot vaststelling en schatting van deze oorlogsschade zijn uit den aard der zaak zeer talrijk en beantwoorden bijna aan eenzelfde type. Het gaat telkens om betrekkelijk geringe aanvragen, terwijl de meeste aanvragers slechts zeer onvolledige inlichtingen kunnen verstrekken over de oorzaak of het juiste tijd stip der schade. Daarenboven kunnen de meesten niet op afdoende wijze het bewijs leveren, dat zij werkelijk in het bezit waren der door hen aangegeven voorwer pen. Daar deze aanvragen door hun aantal en 'het bij komend onderzoek, dat ze vaak vereischen, de commis sies voor vaststelling en schatting ernstig dreigen te overlasten, wordt op dit oogenblik door de bevoegde instanties een meer doelmatige procedure ontworpen. Een nieuwe practische regeling zal dan ook binnen kort door de officieele organen, alsook door de pers en de radio-uitzendingen worden bekend gemaakt. Inmiddels en tot nader order worden de belangheb bende militairen en gewezen militairen dan ook uftge- noodigd geen verdere formaliteiten te vervullen. Op Zondag 21 September te 9 uur, herbeginnen de leergangen over Groententeelt, Fruitteelt, Bloementeelt, Bemestingsleer, Plantenziekten enz., in de gewestelijke rijkstuinbouwscholen van Brugge, Oostende, Roeselare, Tielt, Kortrijk en Moeskroen. De theoretische en practische lessen worden gegeven door de meest vooraanstaande tuinbouwleeraars en -specialisten. Het onderwijs is kosteloos. Inschrijving bij de heropening der leergangen op 21 September a. s. Brugge, (mr. Verhoustraete), Nieuwstraat, 2, Brugge. Oostende, (m. Verhulst), Elisabethlaan, 227, Oostende. Roeselare, (mr. Van Hove), Zuidstraat, 63, Roeselare. Tielt, (mr. Verhoustraete), Stadhuis, Tielt. Kortrijk* (mr. Lagast). Philip van Elzaslaan, Kortrijk. Moeskroen, (mr. Desmont), C. Busschaertstraat, Moes kroen. Het is eenieder verboden navolgende producten aan te bieden, te koopen of te verkoopen tegen hoogere prijzen dan deze vastgesteld bij onderhavig besluit. De maximumprijzen voor inlandsche gedroogde hop geleverd vrachtvrij magazijn van den handelaar of openbare weegschaalforfaitaire overdrachtstaks ten laste van den kooper, zijn als volgt vastgesteld 1. Edele hopomvattende de variëteiten Tettnang, Fuggles. Hallertau, Kent en Hybride 67 1.600 frank per 50 kilogram. 2. Gewone hop omvattende alle andere variëtei ten 1.100 frank per 50 kilogram. Alle andere verkoopsvoorwaarden, van kracht op 10 Mei 1940, moeten behouden blijven. Het is ongelooflijk hoe gemakkelijk de mensehen zich in dezen tijd laten vangen door allerhande grap penmakers en zoo spoedig geloof hechten aan verzin sels en kwakkels die thans zoo goedkoop zijn en zoo welig onder allerhande vormen de ronde doen. Een bewijs hiérvan werd deze laatste dagen nog maals geleverd te Luik, waar een snaak het nieuws verspreidde dat de wapenstilstand geteekend was. Dit gerucht liep de stad rond lijk een loopend vuurtje. De vijandelijkheden waren op alle fronten stopgezet en spoedig, misschien binnen enkele uren reeds, zou het vrede zijn. Een groep studenten, wellicht waren zij niet vreemd aan die geschiedenis, haalde een piano op straat en er werd gedanst en gezongen. In de Luiksche straten vormden zich weldra optochtjes van joelende menschen die op de meest luidruchtige wijze lucht gaven aan hunne vreugde. Het ging zoo ver dat de warenhuizen hun deur gansch breed openden, dat men brood kon koopen zonder zegels, dat de beenhouwers het vleesch verkochten aan min dan 30 fr. het kilo en zonder zegels, dat de koffiehuizen vol liepen en men alle verduiste ringstoestellen wegnam, en dat tot zelfs de politie zich door dit nieuws liet beet nemen. Aan de vensters wapperden witte vlaggen en 's avonds werden overal de volle lichten aangestoken zooals in den goeden, ouden vooroorlogschen tijd. Toen echter zag de bevoegde overheid zich genood zaakt in te grijpen en het koste heel wat moeite om de ontgoochelde Luikenaars te doen begrijpen dat zij leelijk in de val waren geloopen en dat de oorlog nog hoegenaamd niet was geëindigd. De Luikenaars zullen zich dit voorval zeker nog lang herinneren. Mocht het ook een les wezen voor al dezen die zoo lichtgeloovig de meest onzinnige, onwaarschijn lijke en zelfs onmogelijke nieuwsjes aanvaarden en rondvertellen.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1941 | | pagina 2