23e jaar, Nr 4 Prijs 0.75 tr. Vrijdag 15 Mei 1942 NIEUWS NOTARIEEL - 6. AANKONDIGINGSWEEKBLAO VOOR HET ARRONDISSEMENT YPER Uitgever De kennis der geestelijke wetten OUMORTIER. 34. Boterstraat Tel. 500 YPER STAD YPER BEVOORRADINCSDIENST Cebruik der tweede kleederkaart Eierbedeeiing Omhaling ten voordeele der noodlijdende oudstrijders Oproep tot de bevolking -VOETBAL- Zondag 17 Mei 1942 W. S. leper W. S. Passchendale HET YPERSCHE ABONNEMENTSPRIJS TARIEF van AANKONDIGINGEN op aanvraag aan de Drukkerij Dumortier 34, Boterstraat, Yper Tel. 500 Postch. 46.173 - H. K. Yper 220 oor Belgieeen jaar36.00 Ir. zes maanden 18.00 fr. Men kan inschrijven in alle Belgische Postkantoren O Een benzine-motor is in staat een vliegtuig of auto voort te drijven door de tusschenkomst van harmonieus samengebrachte voegstukken. Neemt me» nu de drijfmachine uit elkaar en scheidt men de passende stukken, dan bestaat de motor practrsch niet meer en hij wordt een onnuttig ding, zonder kracht of evenwicht. De samenstel ling van het geheel met betrekking tot de be hoorlijke orde en schikking der deelen maakt zijn geest uit. In dien zin kunnen wij de volgende bepaling gerust aannemende geest is de eenige zelfstan digheid en eenige reden van het geheel. Wie dus den mensch wil scheiden van zijn geest of ziel, neemt een gedeelte weg van het geheel en bekomt een onvolledig en levenloos ding. De eenige zelfstandigheid van het heelal is bij gevolg de geest en deze is het beginsel van al wat er bestaat, mensch, dier, plant, delfstof. Dezelfde mentale zelfstandigheid bezielt het lichaam. Onder alle vormen is de geest aanwezig en hieruit volgt nogmaals, dat de waarheid overal tegenwoordig is. Onmogelijk ze te verjagen of te verbergen, want de waarheid komt steeds aan het licht. Met aldus de grondgedachte van de mechanica over te brengen in de geestelijke wereld en hare wetten toe te passen op de geestkracht, het even wicht en de beweging, verkrijgt men een mentale krachtenleer of dynamiek. De mechaniek der ge dachten is de wetenschap der geestkracht. Geheel nauwkeurige wetten bestieren het bestaan van elk levend wezen en in de vitale geestkracht ge schiedt alles onfeilbaar en zeker. De wet der voortdurende beweging heerscht in alle werel den zoowel in de intellectueele als in die der ze delijkheid of der natuur. Met andere woorden gezegd het onbewegelijke bestaat niet. Het evenwicht is dus niets anders dan de staat van een wezen, dat zich in kalmen toestand be vindt en in schijnbare rust. De krachten, die deze rust zoeken te storen werden voorloopig onscha delijk gemaakt. Bij elk evenwicht is de werking gelijk aan de terugwerking de knaap, die met den priktol speelt, houdt dezen in werking en houdt hem in beweging op dezelfde plaats krach tens hetzelfde beginsel. Ei- zijn ook wetten van schoonheid en volmaakt heid. In den evenmensch en in ons zelf dienen wij siechts te beschouwen wat goed is. Alle sceptische of critieke gedachten dienen zorgvuldig geweerd. Een gedacht van onrechtvaardigheid of wat men slechte gedachten noemt moeten wij in de kiem verstikken. Wie deze gedragslijn volgt, bevindt zich op den weg van het succes. Een dienaar der waarheid geraakt niet onder den hiel van het kwaad. Steeds is hij vrij en onwrikbaar, omdat hij de geestelijke wetten kent. Eenieder moet zich bevrijden van de stoffelijke dienstbaarheid en onafhankelijk worden van alles wat zijn lichaam, zijn ziel, zijn verstand kan be lemmeren in hunne bewegingen. Enkel zoo kan men de volledige vrijheid van den geest bemach tigen, die het geluk mogelijk maakt. De verstan dige lezer begrijpt hiervan de noodzakelijkheid, want de gedachten der wereld mogen ons niet dein vloeden, omdat 7e dwaas en valsch zijn mee- rendeeis. Onbeperkt en universeel is de wet der Voorzie nigheid. Vooruitziend en zorgend houdt de Geest alles in stand Hij bestiert en onderhoudt het deelal. De menschelijke geest streeft naar volmaakt heid. Met de goederen die hem noodig zijn krijgt hij den geest der wetten om ze te doen dienen voot zijn volmaking. Ongelukkiglijk zijn er slechts weinigen, die zich de moeite willen geven om de geestelijke wette* te begrijpen. Zij zijn het nochtans, die alles wat bestaat in evenwicht houden. De mees- O Ingevolge het besluit van 1 Mei 1942, mogen de punten 61 tot 80 der tweede kleederkaart door de houders van deze kaart, vanaf 12 Mei 1942 wor den gebruikt. Op Dinsdag 19 Mei, tusschen 9 en 12 uur, zullen er in de lokalen van Winterhulp eieren bedeeld worden aan 1) Personen van meer dan 70 jaar. 2) Kinderen van 3 tot 6 jaar. 3) Teringlijders. De melkkaarl is verplichtend OPGELET enkel de kaaiden, waarop het cijfer 8 niet afgestempeld werd. zijn geldig. Op Dinsdag 19 Mei, tusschen 14 en 17 uur, zullen er eieren bedeeld worden aan de personen, tusschen 65 en 70 jaar, ondersteund door Winterhulp. Rantsoeneeringskaart en Winterhulpkaart zijn ver plichtend. O Volgens besluit van den heer Secretaris-Generaal van het Ministerie van Binnenlandsche Zaken, in datum van 20 Januari 1942. zal op Zondag 17 Mei aanstaande, een omhaling, met verkoop van Het Madeliefje van den Oudstrijder ingericht worden. Wij rekenen op uwe medewerking ten voordeele van onze noodlijdende landgenooten. invaliden en oudstrij ders. en danken u bij voorbaat. Namens het Nationaal Werk der Oudstrijders. De Ypersche afgevaardigden. Callewaert H., Cambier L., Van Caemelbeke J. K B. V. B. 1941-1942 FINAAL VAN 'T WESTLAND te 2.30 uur ep het Ypersch Stadium, Augustijnenstraat De kamp der twee witgesternden Inkomprijs2 frank Tribuun1 fr. opleg. ten verstaan ervan niets en dragen de schuld van hunne dwalingen en ongelukken. De meesten klagen, dat ze ongelukkig zijn. De bron van hun ongeluk echter kennen ze niet. De vrees hangt altijd, gelijk een zwaard van Damocles, boven hun hoofd. Ze vreezen altijd iets te zullen missen, als ze een open oog moeten hebben voor de natuur, die kwistige uitdeelster, die iedereen toelaat te kiezen, wat onontbeerlijk is voor zijn volmaaktheid. Al de kwalen en ellenden, al de ziekten en on gelukken, die ons overstelpen, komen voort van deze vrees, die tegelijkertijd het arbeidsveld van ons leven vernauwt. Een andere wet luidt komt niet in opstand tegen het kwaad, dat u overkomt. Ga daarom geen redetwist aan op een punt, dat gij als een dwaling beschouwt of over al wat u schadelijk, nadeelig of onaangenaam toeschijnt. Discuteer om die redenen niet over hetgeen gij als slecht aanziet of met iemand, die naar uw gedacht het slecht voor heeft. Hierdoor onder houdt en erkent gij het kwaad. Moest gij door de omstandigheden gedwongen worden uw mee ning te zeggen, let dan op het goede in u en spreek slechts de noodige woorden naar uw gewe ten en dat weze voldoende. Wie van woordenstrijd houdt maar den man niet ontmoet om tegen te spreken, ziet weldra zijn dwaling in en zwijgt. De tijd worde niet verspild aan beuzelarijen alle uren aan geschilvoering besteed zijn meestal verloren. Gij zult zoo licht niet de zienswijze van anderen veranderen werk daarom individueel op het goede, want ieder ontwikkelt zich volgens zijn intuitie. Trek integendeel profijt uit de goede voorbeelden onder uw oogen en maak van de fou ten uit uw verleden gebruik om uw leven te be teren. Weten, luisteren en nauwkeurig gadeslaan weze de leus. Zoek niet naar de redenen, waarom ons deze of gene ramp overkomt op slot van rekening komt alles ten goede. Wij vermelden verder de wet der wisselwer king. Wilt êe veel krijgen, moet ge bereid zijn ook veel te geven. Wij ondergaan deze wet het meest, want ze doorstraalt ons doen en laten en stelt het leven vast van eiken sterveling. Zij is de grondvesting der rechtvaardigheid en regelt de verhoudingen onderling. Niemand zal eraan denken het feit in twijfel te trekken, dat men veel moet zaaien, wil men veel maaien. Met onze gedachten gaat het niet anders. Wie veel gedachten mede te deelen heeft, zal er ook duizendvoudig terug ontvangen. Weet wel. dat ons leven evenwicht is en niets verloren gaat. In de wereld bekommert men zich alleen om stoffelijke voordeelen. Men moest bedenken, dat de beste verruiling juist die der gedachten is, omdat zij elk leven bate brengt. De meeste menschen staan met de handen open om te ontvangen, maar zijn zelden bereid ook anderen iets mede te deelen. Ziedaar wel eenè der oorzaken, waarom ze meestal het geluk hierbe neden niet vinden. We willen niet sluiten zonder eenige woorden te zeggen over de aardsche goederen en voorna melijk het geld. Het geld is niet de hefboom van het leven. In dien het een rol speelt in het leven, is dit ten gevolge van een idee. dat in en voor de wereld gebezigd wordt. Wij moeten in de orde der dingen blijven, ook met geld, en geen overdreven spaarpenningen vergaren, die de nooddruft staande houden. Wie gierig of buitensporig spaarzaam is, kan niet gelukkig zijn. Dit spreekt van zelf, want bij leeft vol onrust en onrust stuit de levensbeweging. Wie zijn gedachten meet met een vrees aan tekort of tusschen hoop en vrees dobbert voor een welslagen, begaat een misgreep. Dat is de eenige reden waarom menigeen geen overvloed ten deele valt, omdat in het verstand de gedachten en de handelingen voor het leven begrensd worden. Mits elk geschapen wezen zijn plaats inneemt, is het onnuttig, dat gij de plaats van anderen zoekt te bemachtigen. Deze grondregel wordt te zeer verwaarloosd. Ontleen evenmin de gedachten van anderen, maar werk met uw eigen hoofd, anders leeft gij uw eigen leven niet en mist gij het evenwicht, zoodat het welslagen uitgesloten is. Gij hebt uw geestelijke gaven benuttig ze zonder maar in het minst naar de oorblazingen der wereld te luis teren. Gij weet beter dan wie ook, wat voor u goed is. We herhalen, dat niets zoozeer ten gronde richt, als de vrees, die sommigen knelt. Men werkt voor geld in plaats van zijn persoonlijke gedachten te benuttigen en daaruit al het nut te trekken. Dit leidend gedacht alleen kan behulpzaam zijn. Wees gerust, het geld zal u te gemoet komen. Ook wie eer zoekt te halen uit zijn natuurlijk goede handelingen zonder jacht op goud, zal deze eer oogsten op zijn tijd, want zij vult aan wat nuttig en noodig is voor het leven. Het geld komt te ge- moet onder den vorm van giften, geschenken of op elk andere manier. Alle goede gedachten dra gen vruchten. Overweegt gij aandachtig deze waarheden, dan zult ge lichtelijk begrijpen, dat men zich niet

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1942 | | pagina 1