2 WINTERHULP - KRONIEK TOONEEL - KRONIEK IEPERSCH KRONIEKSKE KENT U PHILATEL De treurige ramp te Tessenderloc Een Officieel Steuncomité te leper hoeft te verontrusten voor het leven. Uw voor naamste arbeid moet bestaan in uw goede wen- schen volgens de geestelijke wetten vast te leg- gen la het leven moet men durven en hand in hand eaan met het goede zonder het kwaad te vreezen. Het gedacht geld vermag niets. Het geld is enkel in de wereld om het ruilen van voorwerpen mogelijk te maken, maar het geld heeft in zich; /elf geen werkelijke kracht. Zie maar het geld kan een zieke de gezondheid niet weergeven, m iar het kan zijn genezing verhaasten, mits het toelaat die dingen aan te schaffen, die de ver langens of de noodwendigheden van den zieke voldoen. Hier geldt dé wet op der onvermijdelijke noodwendigheid, want het gedacht geld is niet hoffelijker dan elk ander. Het geld maakt deel uit van de schepping onder den vorm eener mi nerale zelfstandigheid en verandert slechts van gedaante om benuttigd te kunnen worden in het spel der eeuwige wisselwerking. De Propagandaleiding deelt mede Het tooneelseizoen is voorbij.' De reeks voorstellingen van «Weener Walsen» ge noot een tot op heden nooit gekend succes. Duizenden toeschouwers hebben U, leden van de tooneelsectie, ge durende de vier opvoeringen met reden enthousiast toegejuicht Men heette, 'bij den aanvang, deze prestatie een waag stuk Twee maanden, gedurende dewelke U dagelijks met taaien wil en bewonderenswaardige offervaardig- he.d uw vrijen tijd aan onophoudende herhalingen wist te wijten, volstonden om aile moeilijknelcc- te over winnen Plichtbewust hebt U alles in het werk gesteld om een hoogstaand resultaat te bereiken. Ik feliciteer U hartelijk. Er mag in waarheid gezegd worden dat Winterhulp- Tooneel in 41-42 niet één enkele gelegenheid liet voor bijgaan om zich verdienstelijk in de oogen van de be volking aan te stellen. Sepp'loogstte zeer veel bijval en zette de reeks der successtukken in. «Als de bruine aarde...» viel in den smaak der ware tooneelliefhebbers. die alhoewel weinig talrijk, dit stuk als een eerste rang-prestatie aan gezien hebben. Weener Walsen heeft het groote pu bliek naar den Schouwburg aangelokt en het iets eenigs aangeboden. Dit zijn resultaten. Financieeluw aandeel, leden van de tooneelsectie. in bet aanvullen van de alles opslorpende Winterhulp- kas ls aanzienlijk geweest. Dank zij U werden vele on- gelukkigen geholpen. Met het oog op de huidige om sta ndghedea. is dit uw groote verdienste. Cultureeltwee operetten met prachtige muziek en kunstvolle balletten; een dramatisch stuk. puttend uit de nooden van ons volk en vertolkt in een sobere, kern achtige taal. een schier heilig ideaal vóór oogen stel lend; dit is uw aandeel In den strijd om de cultuur. En laten we ten slotte niet vergeten dat dergelijke prestaties de beste propaganda uitmaken voor de Win terhulp-gedachte In uwe rangen treffen we vertegen woordigers aan van alle standen van de maatschappij en van alle gedachtenstroomingen. En niettemin kan nergens stevigere eenheid gevonden worden. U wist abstractie te maken van wat U scheiden kon. U hebt het aangedurfd alle vooroordeelen te laten varen die onder U eenig wantrouwen mochten doen oprijzen. En U bereikte, zonder het wellicht zelf op te merken, de meest perfecte, de meest harmonieuse. de meest orga nische verbondenheid in het uitvoeren van de U opge legde taak. Voor U gold één enkele zaak: uwe kunst in dienst stellen van de heden te vervullen opdrachtWin terhulp in alles en spijts alles steunen om ons bloed eigen volk in de mate van het mogelijke te helpen. Dit ideaal is het dat uw rangen zoo aaneencemen- teerde. dat van nu af Winterhulp-Tooneel een niet meer uit elkaar te rukken bloc vormt, waar alle afbrekende critiek. waar alle kleingeestige afgunst niet meer tegen opgewassen blijkt te zijn. En dit werd bereikt dank zij uw nooit volprezene medewerking. Allen hebt u het beste gegeven wat U bezatuw talent. De geest die U bezielt, de offervaar digheid waarvan U dagelijks blijk gaf. de unanimiteit in het nastreven van het vooropgestelde doel. zijn de beste waarborg voor de toekomst. Met U, en met degenen die onze rangen zullen ver voegen. want alle plaatsen zijn nog niet ingenomèn, moet Winterhulp-Tooneel. steeds verder en verder gaan. J. H. BOONE, Propagandaleider ECHO'S OVER (i WEENER WALSEN De nokvolle zaal bij de derde vertooning van Weener Walsen heeft bewezen dat er na de eerste twee ver tooningen veel ove- het stuk gepraat is geworden en dat het tot een succes is uitgegroeid. Daartoe heeft ieder lid van de Winterhuip-Tooneel »-groep het zijne bijge bracht. Over de spelers we-d verleden week reeds een en ander gezegd Bu:ten enkele zeer kleine haperingen» die door het meerendeel var het publiek zei'; niet opge merkt werden, liep net dialoog vlot van stapel- De zang was goed. doch de woorden waren dikwijls rt >eilijk te verstaan.. De dictie liet hier en daar nog wat te wen- schen over. Het is niet voldoende dat de taal over t algemeen beschaafd klinkt, ook de détails dienen ver zorgd. vooral de hoofdrollen moeten :n 'ibijzonder aan die eischen voldoen. De handeling zelf was over gansch de lijn tot in de puntjes verzorgd, dit dank zij de indlvidueele krachtin spanningen. onder de daadwerkelijke leiding van den heer J. Deconinck. die gedurende de herhalingen heel wat harde oogenblikken heeft beleefd om het met de flgu'atie klaar te spelen. Hij mag dan ook speciaal ge luk gewenscht worden, samen met dezen die achter het tooneel stonden en die zxh afgesloofd hebben om de schermen te plaatsen en alle ande-e karweitjes te doen. De balletten onder leiding van M Jeannine Darby waren keurig en smaakvol uitgevoerd; er ontbreken waarlijk nog geen slanke en lenige danseresjes in onze stad. Tot slot vermelden we nog de muzikanten, die. onder de uitstekende leiding van den heer G. Van Overbeke. het hunne ertoe b jaedragen hebben om het stuk opge wekt te maken en z:el in de operette te steken. Het initiate! van «Winterhulp-Tooneel» om een vierde vertooning te geven ten voordeele van de ge- teisterden van de ramp te Tessende-loo, verdient allen lof Het was dan ook verheugend te zien dat ze hun oproep niet nutteloos gedaan hebben en dat een talrijk publiek er aan gehouden heeft de vertooning bij te HET YPERSCHE 15 - 5 - IM'Z ANECDOTÈN. 1J 'J Anecdoten zijn altijd aangenaam Ze geven luimige bijzonderheden over beroemde persoonlijkheden en dat vernemen we gewoonlijk gaarne Tot het genoegen van onze lezers geven we er deze week enkele ten beste Vele handelen over kunstenaars. Ziehier een over den beroemden pianist Paderewsky De meester deed eens een zijner leerlingen een sonate van Schubert spelen, vóór de uitvoering deed hij hem opmerken dat de toon dichter zeker aan een geliefde vrouw had gedacht, mis schien aan een verloofde, en dat deze gevoelige liefde zang haar opgedragen was. Daarna begon de leerling te spelen." Hij deed het nochtans op zoo'n manier dat Paderewsky hem onder brak en uitriep Maar het is niet aan eer» verloofde dat men zich wendt door zoo te spelen het is aan een schoonmoeder Nog een van kunstenaars Het bewijst de invloed van de poëzie De Graaf van Narbonne. een van de weinige die Talleyrand genegen was, wandelde met hem terwijl hij verzen opzegde. Talleyrand zag plots een wandelaar die geeuwde Kijk. Narbonne. zegde hij, ge spreekt altijd te luid. EEN KLUCHT VAN ALFONS ALLIAS. Deze humorist stond eens op het perron in een station te wachten. Minder uit snoeplust dan uit verveeldheid stak hij een geldstuk in de spleet van een chocolade kast. Het stuk chocolade kwam er uit. Daarop roept hij een bediende Ik zou den stationschef willen spreken De stationschef is aan tafel. Vraag hem te komen, ik wil hem absoluut spreken. De bedoelde stationschef komt enkele oogenblikken later toe, den mond vol en angstig te vernemen wat er wel mag gebeurd zijn dat zijn tegenwoordigheid on misbaar maakt. U hebt me doen roepen, meneer Ja. meneer de statieoverste, ik heb u doen roepen om u te zeggen dat de chocoladekast van uw station per fect werkt. En is het daarvoor dat ge me stoort Ja. meneer de stationschef. Ik heb op het toestel gelezen dat In geval van slechte werking men zich tot den stationschef moest wenden. Het is mij rechtvaar dig voorgekomen dat. in geval van normale werking, ge den lof ontvangt waarop ge recht hebt. DE WIJSHEID VAN SALOMON. Salomon de Wijze, koning der joden, bezocht op zeke ren dag een gevangenis, waarin een groot' getal mis dadigers opgesloten zaten. Hij ondervroeg ze één Voor één over de misdaden die ze begaan hadden. Waarom zit ge hier opgesloten Sire. ik ben onschuldig. Daarna vroeg hij aan den tweede Waarom heeft men u in de gevangenis gestoken Sire. antwoordt de gevangene op bedroefden toon. ik zweer u dat men mj ten onrechte heeft veroordeeld. Hij kreeg van allen hetzelfde antwoord. Eindelijk ontwaarde hij een gevangene die treurig in een hoek van zijn cel zat. Hij stelde hem dezelfde vraag, waarop de man antwoordde. Sire. ik ben een groot misdadiger Oogenblikkelijk beval de koning Schenk dezen misdadiger onmiddellijk de vrijheid terug, anders besmet hij nog de onschuldigen. IN DEN TREIN. Tristan Bernard is een wondere kerel. Hij bezit het genie van den humor en hij spot niet alleen met de per sonen die hij in zijn stukken doet spreken, maar hij lacht zelfs met de menschen die hij in 't leven ontmoet. Ziehier het laatste dat men op zijn rekening schuift. In een tweede klas wagen, niet rookers. Tristan Ber nard en twee heeren voor hem. De trein rijdt reeds een tijdje en plots haalt Tristan Bernard zijn pijp uit, stopt haar en steekt aan. Een der heeren protesteert geërgerd en daar de schrijver er zich zoo weinig om bekommert als een ooievaar om gummi schoenzolen, haalt hij den treinwachter en vraagt hem den onbeleefden reiziger te doen ophouden. De treinwachter berispt Tristan Ber nard. die gansch kalm zijn pijp op zak steekt. Tien mi nuten gaan voorbij. De treinwachter gaat door den wa gen. Tristan roept hem en vraagt heel beleefd Mijn heer de treinwachter, zoudt u niet willen de reiskaart van meneer vragen Hij wees den knorrigen reiziger van daar straks aan. die bloost, met vele gestes zijn reiskaartje zoekt en eindelijk verplicht is een de-de klas ticket te toonen. De rollen zijn omgekeerd. De heer moet vertrekken, gevolgd door den treinwachter die ge weldig te keer gaat Tristan Bernard steekt zijn pijp op nieuw aan. De andere heer, die nog niets gezegd heeft, stelt heel vriendelijk de vraagPardon. Mijnheer, kunt u me zeggen hoe u geweten hebt dat die reiziger een biljet van derde klas had en dus niet gerechtigd was in een tweede klas wagen te reizen En Trist-n Bernard antwoordde steeds kalm Het is heel eenvoudig, Meneer. Ik had een ticket gezien dat uit de beurs van mijnhee- stak... een roos ticket en... ik heb er een van dezelfde kleur. HOE EDISON IN HET HUWELIJKSBOOTJE STAPTE. De geschiedenis vah zijn huwelijk is eigenaardig ge noeg om verteld te worden. Zij toont voldoende aan hoe geleerden kunnen liefhebben en lief gehad worden zon der uit te maken dat de vrouwen die ze kunnen bemin nen geen zeldzame uitzonderingen zijn. Edison gebruikte in zijn electriciteitsateliers een aan tal jonge werksters eene e-van scheen bijzonder belang te stellen in de proefnemingen van den geleerde. Meneer, zegde ze hem eens naïef weg. als ge mijn werk hebt onderzocht, is het mij alsof lk zelf geëlectri- seerd ben. Mejuffer. antwoordde de uitvinder heel eenvoudig. Indien ge mijn vrouw wilt worden zal lk u trouwen. En het huwelijk werd zoo maar beslist, op zijn Ameri- kaansch Den dag van het huwelijk, op het oogenbllk dat ieder een gereed stond om naar het gemeentehuis en de kerk te gaan en dat de bruid, in 't wit gekleed en met bloe men bekroond, de gelukwenschen van de genoodigden ontving, werd bemerkt dat iemand ontbrakEdison zelf. Men wachtte een half uurenkele personen begonnen zich reeds te verontrusten Komt, zegde de bruid, we zullen hem onderweg wel vinden. Ze geleidde gansch den huwelijksstoet naar een werk plaats. waar Edison, ln zwarten rok en met witte hand schoenen, het uur van het huwelijk vergeten had met aan zijn toestellen te werken. Zijn verloofde bracht hem zacht tot de werkelijkheid terug, en te zamen gingen ze naar den ambtenaar van den burgerstand. DE SNOR VAN DEN POËET. De beroemde toondichter Bellini was op zekeren avond naar Parma gegaan in gezelschap van den niet minder beroemden dichter RomanI, om een voorstelling van Zaïra bil te wonen Enke'e minuten vóór het gordijn opging, sprak hem een politieagent aan Ge moogt ln het theater niet blijven en ge moogt in het hertogdom Parma n et verblijven. Waarom dan vroeg Romani verbaasd. —Omdat ge niet In regel zijtge draagt een snor. Ge moet ze laten afknippen of het grondgebied veriaten. I (Het dragen van een snor of baard werd toen be schouwd als een teeken van vrijzinnigheid). MM MMMfl In dit geval zuchtte Romani. verkies ik mij* -mor te behouden en te vertrekken Gelukkig kwrfrh de bestuurder van het theater, de graaf Stefano Sanvitale, juist voorbij Hij kon va* de* politieagent bekomen dat de dichter vier en twin tig uur in vrede gelaten werd 's Anderendaags vaardigde de hertogin MarLa-Loi^isa die op de hoogte was gebracht van het incident, ee» decreet uit dat den grooten poëet Romani toeliet zljm snor te behouden en ermede zoo lang hij het begeerde in het hertogdom te verblijven DE «AFWEZIGHEDEN» VAN DEN GESCHIEDKUN DIGE. Zooals vele Fransche schrijvers, was de geschied kundige Lenótre functionaris in een ministerie. Een functionaris die men nooit in zijn bureau zag Op zekeren avond dat liij bij Adrien Hébrard, de* bestuurder van de Temps dineerde, kwam een per soon, die zijn naam had hooren uitspreken, naar hem toe en stak de hand uit. Ahwaarde heer Lenótre. welk een genoegen is het mij met u kennis te makenik ben uw bureel overste. Na veel vriendelijkheid en complimenten, vraagt de heer. Wilt ge mij een grooten dienst bewijzen Maar heel gaarne, antwoordt Lenótre. U zoudt mij een ouden hoed van u moetea geve* en ik zou hem gedurig aan uw kapstok in het ministerie laten Zoo zal mijn verantwoordelijkheid tegenover mij* overste en uw collega's gedekt zijn. DE PRIJS VAN HET LEVEN. De Italiaansrhe romanschrijver Ulysse Barbieri had de specialiteit romans te schrijven Waarin de menschen met een verontrustende snelheid stierven, hetzij ten gevolge van ongelukken, hetzij van misdaden Maar daar dit genre het gevoelerige publiek aanstond, be stelde de uitgever Perino bij hem een nieuwen zeer dramatischen roman en voegde erbij dat hij tien frank zou betalen voor eiken persoon die niet op zijn bed stierf. Barbieri liet het zich geen tweemaal zeggenin elk hoofdstuk van zijn nieuwen roman doodde hij verschei- de personen en die hoofdstukken werden, steeds bij gebrek aan geld, een voor een aan zijn uitgever ge stuurd. Maar het kwam zoover dat op het einde van één der hoofdstukken een groote paketboot, die door het onweer verrast werd. dreigde te vergaan met de zes honderd reizigers die aan boord waren. De verschrikte Perino echter stuurde een spoedbrief naar Barbieri, waarbij hij hem verwittigde dat. als het schip verging, hij maar tien frank zou betalen voor al de passagiers samen. Aan dit tarief, besloot Barbieri. verkies ik de boot te redden. Fernand DE BRUYN. Postzegelverzamelaars die uw eigen belangen bemint uwe verzameling liefhebt, graag bestkoop en door ruil uwe verzameling aanvult, komt naar onze vergaderin gen die gehouden worden lederen 3" Woensdag der maand, van 18 u. tot 21 uur en iederen 1" Zondag, van 10 tot 12 uur in ons lokaal Café bij Achille LAIRE-DEBEUF. de Stuersstraat, te Yper. Nieuwe leden wo-den steeds ingeschreven. Wij noodigen u uit op onze e. k. vergadering ra* Woensdag 20 Mei, en bieden U onze philatelische jjroe- ten. Namens Fhilatel - Ruilgroep Sectie Yper - Poperinghe. O OPROEP TOT DE BEVOLKING Op Woensdag 29 April, omstreeks 11.30 uur. teisterde een geweldige ramp het schoone dorpje Tessenderloo in de Limburgsche Kempen. Nadat de eerste verzorging van de slachtoffers van de ontploffing had plaats gehad, werd van officleele zijde aangevangen met de maat regelen tot steunverieenlng. Ook de particuliere initia tieven bleven niet ten achter en in menige stad we-d een steuncomité opgericht. Ook onze stad kon hierin niet werkloos blijven. Een beperkt comité we'd samen gesteld dat onmiddellijk aan den arbeid toog en een programma rimpelde om deze hulpverleening zoo ruim mogelijk te maken. Het comité werd als volgt samengesteld De heer A. Notebaert, burgemeester-voorzitter De zeer Eerwaarde Heer C. Verhaeghe. deken De heer W. Boonen. arrondissementscommissaris De heer J. H. Boone. advokaat De heer A. Van Wassenhove. bijzondere De heer R. Buckinx. leeraar, secretaris-penningmees ter Het Comité begon zijn werking met een manifest uit te plakken in de stad OPROEP TOT DE IEPERSCHE BEVOLKING Een verschrikkelijke ramp heeft Tessenderloo. een der schoonste dorpen uit Limburg, getroffen. In honder den gezinnen betreurt men verlies van familieleden, van have en goed. Het is onze plicht te steunen zooveel het ln onze krach ten ligt. Bewust van de gevoelens van solidariteit en hulpvaardigheid welke onze Iepe-sche bevolking steeds bezield hebben, wend ik mij, namens het pas gestichte Comité tot Hulpverleening, tot mijn medeburgers, op dat zij in de grootste mate, zouden medehelpen aan deze actie en deelnemen aan de verscheidene manifes taties welke door het Comité zullen worden ingericht Alle verdere steun kan gestort worden op de post- check rekening van den Secreta: is-penningmeesiet, van het Comité (Nr 159576 R. Buckinx leper) met de ver melding Voor de slachtoffers van Tessenderloo. De Voorzitter van het Comité A. NOTEBAERT, Burgemeester. Verder ls er een reeks feestelijkheden voorzien, waar van de prachtig geslaagde vertoon'ng van Weenerwal- sendoor het Wlnterhulptooneel de inzet was. Onze hartelijke dank aan de Winterhulp-tooneelspelers voor hun edel gebaar In de eerstkomende dagen zullen verder worden in gericht 1) Een BONTE AVOND, met de medewerking van lepersche krachten. 2) Een KUNSTCONCERT, door het Jonge-en Trio», onder de leiding van Juffrouw Dethoor, lepersche kun stenares. 3> Een STRAATCOLLECTE, op Zondag 24 Mei (Pink steren). 4) Een COLLECTE in de SCHOLEN 5) Eventueel: een FILMVERTOONTNG. Voor de openbare Inschrijving (zie oproep) zullen alle gelden verantwoord worden ln de weekbladen Het Iepe-sche» en «De Poperingenaar Verder mededeelingen van het Comité zullen ver schijnen volgende week.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1942 | | pagina 2