1922). ziel I Verrijzenis YPER OP Wervik T eraardbestelling bestaande lllewe ge. VeSiJ? 1 eetle gel- >uwen Une économie. Rétablir le canal d’Ypres a l'Yser Het waren nochtans niet al onze vrienden, die ons lazen of niet en lazen vijanden hadden wij ook. En dat kon niet uitblijven daar wij veel meer kritiek moesten neerschrijven dan lofzangen uitbazuinen. het getal en vraag, Komen, April 1922. taak der herstel- journalisme mee te IV erack Robert, den Yzer, op 1- >gs- en uit- De Schrijver, G. DESAVER Juich thans, Menschheid Alleluia De hemel hoort de zegepsalmen, Die vreugd verwekken verre en na, En jublend door het heelal galmen Alleluia En ’t albezielend zegepralen Wii leder hart in heil herhalen i van stad, het Brand- afhalen ons weekblad uw vertrouweling worden. Het weze van langs om meer het orgaan ‘aller geteisterden wier verdediging het steeds met hart en ziel op zich nemen zal. Komt tot budget de 1922 pour la restaura- ne constituent qu’une tromperie et on est bien décidé a laisser dormir l’af- (Paaschdichtje voor Hij is verrezen Alleluia Juich, Menschheid bij het blij herleven, En zing der eeuwen hooglied na, Zoo zcet als ’t eens werd aangeheven. Alleluia Lijk Jezus had zijn woord gegeven, Is Hij verrezen tot het leven der^twee oplossin,gen bekomti 1 n(>g te berekend ons. Er uwe mede- een anderen kant de Rechtbank van Q werpt de zaak uitsluitelijk op den inhoud van7 ’t konirakt dat de geteisterde verbindt ’’’■et den sta*t degetei. schadever- artikels len (zoo- in dien artikel voor niemand uitzondering gemaakt. De bevoegde plaatselijke Staatsoverheden treden dit gedacht bij, doch voor de toepassing zijn ze niet over eenstemmend. De H. Koninklijke Hoogcommissaris gevraagd werd als deze interest, krachtens kontrakt met den Staat, aan de weerde der bouwen niet mocht bijgevoegd worden tot der weerde 1914, verklaart dat het uitsluitelijk delijke zake is die de eigentlijke schade der geL niet aangaat en dat de oplossing in zijne bev0 Ji niet valt, maar wel toekomt aan den Betalinc j Brussel. Van schade voer 1 Staat. Immers door deze overeenkomst f sterde enkel alle rechten af betrekkelijk de goeding maar geene rechten tot toepassing van der wet die hem voordeel zouden kunnen verleen, als art. 14 voor de geteisterden die hun eigen hu' k woonden in 1914.) e Bij geval de zaak eene begeeren de bovengemelde Bestuurleden dan weten tol welken datum de interest zou i worden. Betrouwende op een gunstig onthaal hunner bieden zij aan den Heer Minister met hunnen vooraf gaanden dank de hulde van hunnen diepen eerbied Namens het Bestuur De dd. Voorzitter, H. VERMEULEN Brief gezonden aan den Heer Minister van Huishoudkundige Zaken te Brussel. De Bestuurleden der Maatschappij van geteisterden Yper-op nemen de eerbiedige vrijheid Ued. te vra gen zoo de geteisterden die door den Staat heropbou wen en een vonnis verkregen hebben tot schatting der weerde van 1914 niet zoowel recht hebben op den inte rest dier weerde sedert 1 Januari1920, als de andere geteisterden die bouwen op hunne eigene rekening. Krachtens art. 50 der wet van 6 September 1921 in algemeene vergadering besproken schijnen de eenen zoowel recht te hebben als de anderen immers er wordt weder, schaarden zich dichte drommen toeschouwers Verleden Zondag namiddag had de teraardbestelling plaats van Vanacker Joseph en IVerack Robert, twee Werviksche jongens gevallen aan den Yzer, op het ve van eere. Een stoet, waaraan al de Maatschappijen alsmede de Gendarmen, de Tolbeambten en 1 weerkorps in kleedij, deel namen, ging de lijken naar den Reekehoek, waar de ouders van de twee ge sneuvelde helden wonen. Niettegenstaande het gure ons, Vrienden Lezers, schrijft tot zal altijd iets goeds overgenomen worden uit deeling. Wij waren maar een handsvol Onze taak was niet altijd gemakkelijk! Onze weg was soms hobbelig als de uwe. Vereenigt uwe krachtinspanningen met de onze! In onze eendracht zal ’t geheim onzer eindoverwinning liggen DIXIT. De hoop moet wezen van ^eu restauration coüteraii done actuellement quelque chose comme 500 millions. De ce chiffre bien prés de la moitié revient a la magonnerie, soit 250 millions, dont au moins I 30 millions passent au compte briques. Eiablir la quantité de briques importées soit par chemin de Ier ou par tram est une chose assez difficile a faire, mais il n’est nullement exagéré d’admettre que la moitié des oriques viennent de regions, telles que le littoral, le pays de Boom, d’oü le transport peut se faire par eau. Des briques pour une va' ur de 60 a 70 millions arriveraient done par cette voie si le canal était répare. Or, que constatons-nous en ce moment? Les briques du pays de Boom (grand format) sont livrées a Wer- vicq, Comines, Warneton a raison de 105 francs le mille contre 125 francs, prix payé a Ypres, soit une dif- férence de prix de prés de 2 0%et il se passe actuel lement cè phénomène que des briques débarquées a Warneton et transportées a Ypres par auto-camion re- viennent a meilleur compte que celles expédiées directe- ment par chemin de fer. En ce qui concerne le transport des briques du littoral, il résulte d’informations prises que l’avantage du trans port par eau serait d’environ 10 francs par mille briques. En appliquant ces 20 et ces 10 a la somme de 65 millions, valeur des briques importables par voie d’eau, on arrive a une somme qui serait suffisante a couvrir la majeure partie des frais de restauration du canal. La véritable économie réside done a rétablir le plus vite pos sible nos communications par eau et non a les retarder. Avant la guerre, tout le sable employé a la construc tion et aux routes arrivait par le canal. Actuellement, tout ce transport doit se faire par tram ou chemin de fer. On estime entre 50.00Ö et 100.000 tonnes la quantité de sable qu’on déchargera a Ypres cette année. Par eau le transport coüterait 1 0 francs la tonne moins cher, nous a ceriifié un importateur. Nous laissons au lecteur le soin de calculer l’énorme économie a réaliser de ce chef. Pour les bois, le transport par chemin de fer revient a plus de 20 francs les 1000 kilos. Par eau, le cofit n’en serait que d’un tiers. Si I’on songe qu’environ 20 du cofit d’une construction passe en bois brut, on se rend compte du bénéfice énorme que le transport par eau ferait réaliser. F aut-il mentionner encore d’autres matériaux de con struction Faut-il parler du charbon, du pétrole, de 1’essence, des grains Faut-il appliquer ces calculs aux diverses communes se trouvant dans le cas de la ville d’Yprcs Faut-il rappeler-qu’il existait dans notre Ypres de jadis un commerce florissant grace a notre canal Faut-il aussi, pour la centième fois, redire que ce com merce ne peut reprendre son extension que si on lui rend la vie possible, que si on lui rend ses communications par eau avec le restant du pays Il nous semble que les chiffres cités ci-dessus démon- trent suffisamment l’extrême urgence de la restauration de notre canal, et que s’il y a dans notre région des éco nomies a réaliser dans le cofit de la restauration e’est par cette voie-la qu’il faut y aboutir. Il parait en effet, qu’a Bruxelles ou s’émeut du ofit de la restauration du pays dévasté. On s’échine a dé- couvrir les économies a réaliser, on parle de rogner sur les coefficients et on refuse de rétablir notre canal Pourtant, les données qu’on y possède sur les coefficients des différentes communes du pays dévasté doivent per- mettre de juger de la nécessité des communications par eau. Le fait est la, évident Le canal ferait économiser 10 fois plus de millions que n’en coüterait sa remise en état. Mais veut-on voir clair a Bruxelles On est tenté d’en douter. Al wat een kiem des levens houdt, Gevoelt de kracht tot blij ontwaken I Het gras in ’t veld, de boom in ’t woud Ontspruiten bij het zonneblaken Alleluia Al wat de dood eens scheen te staren. Wordt tot nieuw leven nu herbaren I Hij is verrezen vol van Majesteit, Na al de smart van ’t ijsiijkt lijden 'Het grootste wonder eens voorzeid, Bracht aarde en hemel tot verblijden Alleluia 1 Hij is uit ’t rotsengraf verrezen En heeft zijn Almacht klaar bewezen 1 op den doortocht van den stoet, en honderden inwone van stad, waaronder de verschillige overheden van vik, volgden den lijkwagen, na de bloedverwante C’est un fait bien connu de tous ceux qui s’intéres- sent au relèvement de notre chère contrée que les trois millions inscrits au tion de notre canal qu’en haut lieu faire. Des faits récents le prouvent a suffisance et il nous faudra des actes avant que les sinistrés soient amenés a changer leur opinion sur la bonne foi du Gouvernement dans cette question. Compressions et économies, tels sont les prétextes in- voqués. Comprimez et économisez dans vos travaux nouveaux, dans vos travaux de luxe, mais ne commettez pas le crime de rogner sur les crédits qui doivent permettre au pays dévasté de reprendre sa place au foyer beige, telle est la réponse des sinistrés. Et puis... y a-t-il vraiment économie a ne pas exécu- ter un travail d’une telle urgence? C’est la question que se posent sans cesse tous ceux qui, habitant le pays dé vasté, en connaissent un peu plus que certains augures de la capitale. En effet, calculons. Prenons, par exemple, comme base, le coüt de la reconstruction d’Ypres. Les dom- mages sont, dit-on, estimés a environ 100 millions. La formaat en ’t getal bladzijden vergrootte lezers groeide aan. Maar nooit zal men ons het verwijt kunnen toesturen persoonlijke aanvallen neergepend te hebben. Nooit tot den persoon zelf, maar wel tot wat hij deed of niet en deed, tot zijn nalatigheid, zijn misslagen, zijn onwetend heid of zijn onbevoegdheid, daar waar deze het al gemeen belang tegenwerkten, richtten zich onze blaam en onze misnoegdheid. Een persoonlijke aanval kan immers niets dan laf hatelijk wezen. Mogen wij zeggen dat wij er altijd in geslaagd heb ben alle grieven weg te nemen en alle hinderpalen uit den weg te ruimen Zulks ware verwaandheid Nochtans mogen wij op meer dan een zegepraal fier zijn. Wie Yper en om streken zag in 1920 en deze nu ziet, tot het leven, als voormalig, wederkeeren en de bevolking gedurig en ge durig ziet aangroeien, moet de wanhoop en de zwart galligheid uit het hart verbannen en zich tot onze denk wijze bekeeren Er is reeds veel goeds tot stand gekomen. In minder tijds dan we het noodig dachten, zal onze streek wezen, bloeiend en voorspoedig als weleer. De hoop moet ons allen bezielen en we moeten overtuigd wezen dat voor velen, zoo niet voor allen, de langste tijd van hun ban- nelingschap.voorbij is. Van zijne stichting af was ons weekblad een vrije tribuun op twee punten na open aan. allen die er gebruik van maken wilden. Te weinig talrijk zijn zij, die zich in dien zin tot ons gewend hebben. En onze veront schuldiging ligt bij de hand de zware ling liet hun den tijd niet aan ons doen. Nochtans vrienden lezers, laat ons toe een oproep te doen tot U, wie gij ook zijn moget Stelt ons op de hoogte, van wat er rondom U gebeurd, deelt ons uwe grieven, wenschen en verlangens mede. In ieder kanton, in ieder stad, in ieder gemeente, in ieder gehucht moeten wij medewerkers hebben, die ons edel doel begrijpend, ons helpen in de verwezenlijking ervan. Ons weekblad moet En bij het hopend opstaan, uit den dood, O, Volk van Vlaandren wil verrijzen 1 Door werk en moed, stijg uit den nood, En kom uw heilig Recht bewijzen Alleluia Alleluia H rgalm dan om U te prijzen ’t Is ’t plechtig uur van ’t blij verrijzen P. Denys. i

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche (1925-1929) | 1922 | | pagina 2