TE VELDE
Leest en verspreidt HET YPERSOHE.
en Ypcr
Reparations
t
30-12-22
’t Ypersche
17
Dagboek-Roman uit het laatste offensief
door Lodewijk Arend.
I
belle salie de la rue courte flamande. Merci
aux cceurs compatissants qui ont offert cette
multitude de vêtements, de jouets et de frian-
dises pour les enfants de ce bel organisme si
prospèrequ’est La Prévoyance
C’est avec les larmes aux yeux et le cceur
gonflé de joie que toute 1’assistance applaudit
au bien ètre des mères qui virent défiler au
milieu d’une salie archi comble ces i5o
petits enfants chargés de présents a la fois
pratiques et gourmands.
Pour combler la joie des gosses, les organi-
sateurs ont fait projeter un film cinématogra-
phique d’un comique hors pair qui arracha
des spectateurs grands et petits un fou rire
general.
En cette même journée de Noel, a 5,3o h.
de relevé la Libre Wervicquoise, doyenne des
sociétés de Gymnastique de la ville donna
sa grande fète d’Hiver. De tous les cótés
la foule est accourue pour applaudir les per
formances des exécutants. Il serait difficile si
pas impossible de dire quel fut le plus beau
numéro une mention toute spéciale revient
cependant au Tournoi des Gladiateurs, aux
exécutants aux barres parallèles et aux fillet-
tes qui dansèrent avec brio un superbe ballet
tyrolien lequel se termina comme bien on le
pense par une vibrante Brabanqonne.
Merci aux organisateurs d’une si parfaite soi-
rée de laquelle toute not re population gardera
un impérissable souvenir.
Vivat Wervicq et en avant
Au 31 octobre dernier, 1’Allemagne nous
avait payé 961,087,000 marks-or en espèces.
Les livraisons en nature sont évaluées a
656,366,000 marks-or.
Enfin, une somme de 259,668,000 marks
avait été portée au crédit de la Belgique pour
avances des charbons et remboursement des
frais d’occupation.
paar uw weekblad ten dienste staat van de
geteisterden heb ik besloten gedurende het
jaar 1923 van tijd tot tijd een en ander nieuws
tc geven over mijn dorp, des te meer dat
passchendaele in het arrondissement Yper
ligt en dat uw blad Het Ypersche noemt.
Geloof dat men dit soms zou moeten
herinneren aan eenige menschen van Pas
schendaele en van ’t omliggende immers
sinds den oorlog kennen er velen slechts
poeselare efi Kortrijk meer. Nochtans, Yper
js wereldberoemd geworden sinds den oorlog.
Zou men soms vergeten hebben Geen rijker
kroon dan eigen schoon ’k zou waarlijk
gelooven van ja. Nu tot daar, ieder doet zijn
gedacht, maar ziehier nu het mijne.
Na den oorlog, toen alles verwoest en
vernield was, kwamen de menschen stilaan
terug en gingen voor hunne aankoopen naai
de dichtstgelegen steden die niet totaal ver
nield waren. Ze hadden gelijk Daar bestaat
geen twijfel. Maar nu, is het nog zoo ’k Ge
loof het niet en dit hierom Yper was gansch
verwoest en staat stilaan weer op uit zijnen
puinenslaap ’t herleeft 1 En om aan zijne her
leving te helpen, om een vlaamsche stad die
vroegere eeuwen het middenpunt was van
handel en nijverheid te doen bloeien, zouden
de geteisterden niet veel beter hunne mede
broeders helpen Zeker ’t is een kleine zaak,
elk alleen genomen, maar indien allen het zoo
deden, denkt ge niet dat Yper nog meer en
meer zou bloeiender worden. Gansch natuur
lijk is het dat geteisterden’bij geteisterden
gaan. We hebben allen het zelfde geleden
waarom dan niet elkaar helpen in den nood
Het volk kent de weg naar Yper voor de
oorlogsschade... majr voor anders niet. En
nochtans welk een machtige zaak zou het niet
wezen moesten de geteisterden die hun geld
trekken, hunne aankoopen van meubels enz.,
doen in Yper de vernielde stad. Ze zouden
zonder dat ze het weten medehelpen in de
herleving, in de heropbeuring van de front-
streek. Iedereen doet daarvan wat hij wil.
Gij zult misschien zeggen te Rousselare of
Kortrijk is het wat goedkooper. Dat kan ik
niet gelooven. Ge denkt het misschien maar
hebt ge het ondervonden Indien ja, gaat dan
nog bij winkeliers en handelaars van uwe
Kom, Paul, geef ons een cigaret
Ja, die lukke-boon heeft er nog die niet
nat zijn.
Ik heb drie pakken waar ik niets meer
kan meê doen, jammert Peet.
De mijne zijn ook nat.
De mijne ook.
Hier, mannen, dat zijn drooge, begint
maar te dampen.
Dat verjaagt de bekommernissen.
Inderdaad, er hangt eene zekere moedeloos
heid over de mannen, en een cigaret geeft de
gewenschte verstrooiing
De tenten zijn hersteld en wij gaan weer bin
nen om uit dien zweependen wind te zijn.
’t Duurt niet lang of men ziet overal de hoof
den tot tusschen de knieën knikken en hier
en daar doet een kenmerkend gesnork hooren
dat er slapers zijn.
De nacht trekt langzaam voorbij en alle vijf
minuten schiet er een uit zijn onvasten slaap.
Dan hoort men
Brrr ik ben versteven.
Aai 1 mijn been slaapt, oei, oei
Is er niets meer om op dat vuur te leggen
Zwijg, man, ik ben half versmacht dooi
den rook.
Miserie, miserie, wat moet een mensch
toch sukkelen I
Rond drie uren in den morgen moét ik
mijne mannen gaan opzoeken die de koffie moe
ten gaan halen. Drie kwart uurs ver moeten
ze gaan in den nacht, door dat onhebbelijk
land, op zoek naar de veldkeuken, geladen
met de veldflesschen van gansch de sectie.
(7 Vervolgt).
VIL
Doolaars
(vervolg)
De mannen zien de juistheid dezer bemerking
’n, en niettegenstaande hun ellendigen toe
stand gaan zij aan ’t werk.
Het terrein waar wij liggen, isoverzaaid met
allerlei materiaal balken, planken, ijzeren
platen, staken, ijzerdraad. Deze voorweipen
worden van alle kanten bijgehaald. Met drie,
v>er of zes man wordt er samengespannen om
die bouwstoffen tegeneen te pla’atsen, in den
8rond te planten of aaneen te binden. Elk
geeft zijn zeildoek en de tenten worden opge-
slagen. Weldra gelijkt dat veld aan een uitge
strekt bohemerskamp. Zoo goed als t gaat
worden er menigvuldige open vuren aange-
kgd een stuk papier en een eindje kaars en
Wat drooge splinters uit het hart der balken
gehaald zetten het vuur in gang. Alleman is
aan ’t werk bajonet, schup en bijl worden
gehanteerd en elk trekt op zijn best zijn plan.
De. vijand, ingelicht over onze legerplaats
door de menigvuldige vuurtjes, stunt t
eenige granaten over, doch zonder eig. De
avond overvalt ons en weldra ziet men achter
°r onder elk schutsel ons volk zitten rond de
vuren ze zouden hunne zolen verbranden om
hunne voeten en kleederen te droogen. De
schoenen worden uitgedaan en de zokken uit
gewrongen. Hunne oogen staan vol tranen
van den rook, dien het natte hout uitgeeft.
We beginnen ons wat beter te gevoelen,
toen al met eens de wind opkomt en steeds
heviger wordt. Tentjes die maar tegeneenge-
steld waren, vliegen om, van de andere vliegt
het zeildoek af en er ontstaat een algemeen
geroep en lawaai. De mannen bibberen weer
van de koude. Terwijl de tent weer vastgelegd
wordt ga ik wat over en weer wandelen.
Ik ontmoet mijn broeder, Jef Peet en Daans.
- Wel, broertje, hoe gaat het
Hoe zou ’t gaan in al die miserie en
met u
Ik maak het heel slecht ’t water leekt
mij nog uit de kleederen, ik heb reeds eene
koude opgedaan en ik ril waar ik sta.
We zien er allen zeer ellendig uit, meent
Jef, maar ’t is voor ’t Vaderland.
Spotter zegt Daans, als we ’t daarmeê
konden redden, zou ’t zoo lang niet duren.
Kom kom, ’t zal beteren als wij op de
baan Brussel-Mechelen zijn
Als wij zoo altijd over en weer moeten
loopen, kan ’t nog lang duren eer wij daar
geraken is de zienswijze van Daans.
Waar zullen wij van hier naartoe moeten?
Wie weet dat
Konden wij maar aan de eerste huizen
geraken van ’t bezette gedeelte, dan zou
’t beter gaan.
Ja, dan zou ’t eerst plezierig worden.
streek die maar tijdelijk in die steden verblij
ven. Het geld zou moeten in de handen der
geteisterden blijven. Immers is dat niet gelijk
bij wien gij aankoopt ’k Geloof wel van ja
1 c. h pei is er ook van alles te krijgen, zoowel
als elders.
En wat dan zeggen van sommige menschen
die zelfs hun winkelware gaan koopen ter
stede, wanneer ze den penning zouden kunnen
gunnen aan een geteisterd dorpsgenoot
Vrienden 1 denkt toch op de herleving van
uw dorp, van uwe zoo diepbeproefde streek.
Toont wie en wat ge zijt, toont dat gij waar
lijk zelf de herlevingsgeesten zi,t van uwe
dorpen. Nu met ’t begin van ’t jaar IQ23, reeds
vier jaren zijn vervlogen in werken en zwoe
gen, in armoede en ellende. Maakt een
besluit, overdenktu over die punten die ik
daar zooeven aanhaalde, doch gij zijt vrij,
maar ik zou het als een plicht aanzien aan de
opbeuring van uwe streek, van uw zoo diep
beproefd arrondissement Yper te helpen.
Mocht het zoo wezen Hoop
Passchendaele.
Wervicq et la Noël
Est-ce a vous glorieux soldats de l’Yser que
la population Wervicquoise doit ses sincères
remerciements pour avoir introduit dans notre
cher patelin cette fête traditionnelle anglo-
saxonne de NoëlLa Chrismas, qui a trouvé
prés de nous le meilleur accueil
Joyeux Noël réjouissez nos cceurs car
votre fète est pour nous tous, ouvriers, arti
sans et bourgeois la détente indispensable
a la fin d’une rude année de labeur. De nos
ruines sort un Wervicq nouveau et plus indé-
pendant, notre population se réveille, s’éman-
cipe, et sent plus que jamais le besoin de
vivre.
Merci aux commergants qui ont paré leurs
étalages de l’arbre symbolisant la fête du 25
Décembre. Merci a la Société de Secours
Mutuels pour femmes, La Prévoyance pour
avoir organise a Ons Huis une fête gran
diose au profit de nos chérubins. Tous ontpu
constater et admirer ce bel arbre de Noël
abondamment garni /d’effets, de jouets et de
friandises qui se dressait sur l’estrade de cette
Zondag 31 December
HEROPENING
DER HERBERG
In den Pekdraad
bewoond door Jérome NEYSENS-VERSAEVEL,
Kauwekijnstraat (bij de Meenenpoort), Yper