UITTREKSEL
van een vonnis tegensprekelijk uitgesproken door
de Rechtbank van Eersten Aanleg van het Arron-
dissement-Yper, Provincie West-Vlfuind*rsn,
zetelendeEerste Kamer, 7 December 1922,
Kamer van 3 Rechters.
UITTREKSEL
van een vonnis tegensprekelijk uitgesproken door
de Rechtbank van Eersten Aanleg van het Arron
dissement Yper, Provincie West-Vlaanderen, er
zetelende, Eerste Kamer, 14 December 1922,
Kamer van 3 Rechters.
UITTREKSEL
van een vonnis tegensprekelijk uitgesproken door
de Rechtbank van Eersten A anleg van het A rrott-
dissement Yper, Provincie West-Vlaanderen, er
zetelende Eerste Kamér, 3o November 1922,
Kamer van 3 Rechters.
Centre
Vne promerade dans Ypres
ten
Eersten Aanleg van Yper
o
Nr 769 der Greffie Nr 2430 van het Parket
o
Vonnis zonder Beroep
de vitrienen, in-
zijn winkel aange-
Eersten Aanleg van Yper
c
Nr 816 der Greffie Nr 2100 van het Parket
o
Vonnis zonder Beroep
Rechtbank van Eersten Aanleg van Yper
0
Nr 769 der Greffie Nr 1918 van het Parket
o -
Vonnis zonder beroep
Ie Transfer! du Tribunal
Rechtbank van
Rechtbank van
In zake het Openbaar Ministei ie, ten laste van
1161. MARKEY Marcel, geboren te Boe-
singhe, den 24 Juni 1889, zoon van Alois en
van Ampe ]üliana, slachter, er gehuisvest, sie
A, steenweg naar Elverdinghe.
W edersprakelijk.
Overtuigd van te Boesinghe op i5 Juli
1922, vleeschhouwer zijnde, het uitgestald
vleesch niet te hebben voorzien van een etiket
met melding van den prijs per kilogram.
De Rechtbank bij toepassing der artikelen
85-40 van het Strafwetboek, 194 strafvorde-
ringswetboek art. 1 Wet van 24 Juli 1921 1
en 4 Koninklijk Besluit van 12 Oogst 1921
art. 1 Besluit-Wet 5 November 1918 art. 1-
2-3 Wet 11 October 1919 art. 1 Wet 16 Oogst
1920 art. 2 Wet 10 Juli 1921 art. 2 Wet 3l
December 1921 art. 2 Wet 3o Juni 1922.
Veroordeelt hem tot een boete van vijf
frank en tot de kosten begroot op negen
frank 92 centiemen.
Beveelt de bekendmaking van het vonnis
bij middel van aanplakbrieven op het lokaal
tot den verkoop bestemd en van inlassching
in het weekblad Het Ypersche
Zegt dat, bij toepassing van artikel 1 der
Wet van 24 Juli 1921, de boete van vijf frank,
verhoogd wordt met twintig opdeciemen
weze dus samen vijftien frank.
Zegt dat de boete zal mogen vervangen
worden door eene gevangzitting van één dag.
Voor gelijkvormig uittreksel afgeleverd ten
verzoeke van het Openbaar Ministerie.
Yper, den 3 Januari 1923.
De Greffier der Rechtbank,
Charles PIEN.
I reckons la lettre suivante
I #Un argunient pour le maintien du tribunal
I y reS) reside dans la destruction compléte
La plupart des registres de l’État-Civil de
Lnée 19*4- Ccci «écessite souvent des juge-
Lts. En outre, les registres de l’État-Civil
|ntété tons détruits dans la plupart des com-
lilines. Pour les dommages de guerre, et
Ltaiiunent pour la question de nivellement
L terres, on a besoin de produire pour cha-
Lparcelle nivelée, un extrait de naissance.
[etransfert de notre Tribunal dans un lointain
Lge, obügerait nos malheureux sinistrés a de
Ltinuels et coüteux voyages. Je m’étonne
Lil n’ait pas encore été fait état de eet argu
ment dans la campagne menée dans l’arron-
Lsement, pour le maintien de notre Tribunal.
Lconviendrait-il pas d’en faire mention dans
Ityersche
«Agréez, etc.
Inzakehet Openbaar Ministerie, tenlaste van
1202. - PAUWELS Alberic, zoon van
Isidore, geboren te Rumbeke, den 4 Februari
1889, leurder, te Rousselaere, Moorslede-
steenweg, 99. Wedersprakelijk.
Overtuigd van te Yper, op 5 Oogst 1922,
als slijter, ter markt, goederen of levensmid
delenvaneerste noodwendigheid verkoopende
of te koop stellende, deUijst der verkoopprij
zen van ieder der te koop gestelde waren,
niet op zichtbare en zeer leesbare wijze te
hebben opgehangen.
De Rechtbank bij toepassing der artikelen
85c4O van het Strafwetboek, 194 strafvorde-
ringswetboek art. 1 Wet van 24 Juli 1921
1 en 5 Koninklijk Besluit 4 Mei 1920 art. 1
Besluit-Wet 5 November 1918 art. 1-2-3 Wet
11 October 1919 art. 1 Wet ib Oogst 1920
2 Wet 10 Juli 1921 2 Wet 3i December
1921 art. 2 Wet 3o Juni 1922.
Veroordeelt hem tot een boete van tien
frank en tot de kosten begroot op vier frank
04 centiemen.
Beveelt de bekendmaking van het vonnis
bij middel van aanplakbrieven op het lokaal
tot den verkoop bestemd en van inlassching
in het weekblad Het Ypersche
Zegt dat, bij toepassing van artikel 1 der
Wet van 24 Juli 192J, de boete van tien frank,
verhoogd wordt met twintig opdeciemen
weze dus samen dertig frank.
Zegt dat de boete zal mogen vervangen
worden door ee-ne gevangzitting van twee
dagen.
Voor gelijkvormig uittreksel afgeleverd ten
verzoeke van het Openbaar Ministerie.
Yper, den 5 Januari 1923.
De Opper-Greffier der. Rechtbank,
Charles PIEN.
I W void dans ma bonne ville d’Ypres
■muis deux jours 1 J’occupe un appartement
Ln tapissé a cent cinquante par mois
jestpour rien. De mes fenêtresje distingue
L ruines des halles et les moignons de la
teille cathédrale, qu’un entrepreneur diligent
jitrevivre sous la garde de vigilants archi-
iectes.
lie liane aussi dans les rues boueuses, heu-
jeux de me retrouver, de reconnaitre certains
loins chers a mes souvenirs. Le charme de
les flaneries a travers les endroits jadis si
Lonnus est inexprimable et je goüte a chaque
Instanties joies du retour. Je rencontre beau-
Icoupdegens que je ne connais pas, bottés et
Logies, portenrs de larges bleus enroulés un
|mi me dit que ce sont des architectes et des
snducteurs de travaux qui, soucieux de
«faire Ypres, sont accounts des qtiatre coins
hi pays. Il ajoute qu’ils ont hate de doter la
rille de superbes et gracieuses faqades, et ne
eulent batir des maisons que dans l’intérêt
lel’esthétique, voulant ainsi garder intact le
ptriinoine que de vieux Yprois nous ont
aissé.
Je remarquai cependant au coin d’une rue
avoisinant la rue de Stuers, un edifice, con-
skuit en briques rouges. Cette maison, sur-
montée d’un chapiteau disgracieux du même
ton. avait été constitute par l’État. Je ne pus
■nempêcher de me mettre a la place de ma
tonne ville et ie chantai tout bas 1a plainte du
mousse Ma mere, qu’as-tu fait de ton
fauvre petit Je vis aussi uné petite
sanguine pas mal du tout, rue de la Gare,
^écidément les coins d’Ypres ont de la chance!
toes couvents et les maisons d’instruction
ii peU prés reconstruits. D’aucuns ont
aPporté un goüt exquis a les relaire, d’autres
So»t foncièrement laids-
Continuant ma promenade, je vis avec
*flroi un fort e» gros béton au milieu d’une
Metres fréquéntée. Jö me dis toutelois que
toétait le fait d’un architecte prévoyant, qui
'ï”nnaissait a fond les sentiments haineux des
a'tontands, et qui, en cas de revanche, prete-
son immeuble pour la defense de la ville.
A to voir, il est imprenable
Je saluai en passant le moignon gloriéux de
atour de l’antique collégiale et je m aperejus
^Ue les habitants du Marché et de la Place
an<lenpeereboom s’inspiraientbiendusens de
a c'rculaire du collége échevinal d Ypies,
rec°mmandant a ceux-ci d’ériger leurs faqades
Jns le style des monuments grandioos
I ctruits je constatai que le souci de 1 ait
I a'l de tous, la vertu cardinale.
i y;l°n ami ajouta qu’il existait du reste a
P*es une commission zéléc, travaillant jour
1 o. imspectant minutieusement chaque
ch"1 SOumis> et écartant sans esprit de retoui
L jj.a^Ue to^ade qui ne répondait pas compléte
L a 1 esthétique et a la ligne pure.
II se faisait tard. J arrivai vers 5 heures du
soir a la gare, batiment provisoire construit
par M. Dédale, archi-architecte au Ministère
des Beaux Cartons. I rois mille personnes
s engouffraient par la même porte. Je les vis
suivre un nombre de petites places et de cou
loirs pour arriver enfin a la porte de sortie
dormant sur les perrons. Je songeai sans le
vouloir au vieux labyrinthe de Kemmel, d’heu-
reuse mémoire. Il regnait dans le batiment
une atmosphère saine et trés respirable, a
cause des désinfections joürnalières, et des
nombreuses pelures d’oranges mosaïquant les
dalles.
Chaque train était annoncé d’une voix claire
et nette par le garde-salle dont l’amabilité
exquise faisait Ia joie de tous les voyageurs.
batigué de ma promenade, je rentrai chez
moi et, pensant a Candide, je m’endormis d’un
sommeil profond, enchanté de ma seconde
journée a Ypres.
In zake het Openbaar Ministerie, ten laste
van 1134. - DEBAENE Hectoor, geboren te
Dickebusch, den 8 September i883, zoon van
Theophiel en van Brutsaert Leonia, herber
gier, er gehuisvest, sie B, 1 Wedersprakelijk.
Overtuigd van te Dickebusch op 12 Sep
tember 1922,
Goederen of levensmiddelen van eerste
noodwend'gheid verkoopende,'of te koop stel
lende, de lijst der verkoopprijzen van ieder
der te koop gestelde waren, niet op zichtbare
en zeer leesbare wijze, aan
gang en binnenplaats van
plakt te hebben.
De Rechtbank bij toepassing der artikele»
85-40 van het Strafwetboek, 194 strafvorde-
ringswetboek 1 en 5 Koninklijk Besluit 4
Mei 1920 1 Besluit-Wet 5 November 1918
1-2-3 Wet 11 October 1919 1 Wet 16 Oogst
1920 art. 2 Wet 10 Juli 1921 art. 2 Wet 3l
December 1921 art. 2 Wet 3o Juni 1922 art-.
1 Wet van 24 Juli 1921.
Veroordeelt hem tot een boete van tien
frank en tot de kosten begroot op zes fraaik
14 centiemen.
Beveelt de bekendmaking van het vonnis
bij middel van aanplakbrieven op het lokaal
tot den verkoop bestemd en van inlassching
in het weekblad Het Ypersche
Zegt dat, bij toepassing van artikel 1 der
Wet van 24 Juli 1921, de boeté van tien frank
verhoogd wordt met twintig opdeciemen
weze dus samen dertig frank.
Zegt dat de boete zal mogen vervangen
worden door eene gevangzitting van twee
dagen.
Voor gelijkvormig uittreksel afgeleverd
verzoeke van het Openbaar Ministerie.
Yper, den 3 Januari 1923.
De Greffier der Rechtbank,
diaries PIEN.
pu ,O. l hr v****^*»^^^ nuniFJL