TE VELDE
I
y en
Oorlogsschade-Dommages de guerre
a
fr. 8i5o
P. kinders
fr.
35.g3g,5o
Braem Emile
2g8o
66
I
STAD YPER
24-3-23
’t Ypersche
29
de
Dag boek-Rom an uit het laatste offensief
door Lode wijk Arend.
GEMEENTERAAD
Zitting van Zaterdag 24 Maart 1923 om 15 ure.
fr. 848 -
7225
3oo
6026
680
760
fr.7300
523o
620
7144 -
23.igo
9370
2325
fr. 472
4571,25
9071,50
5714
io3i
2482
2g73,5o
i3go -
1148
3379
1405
7575,85
7944
5o6o
2162
221,14
6238 -
ggi6 -
2828
fr. 3g38,5o
831 -
873 --
5g86
i8i5,8o
4782
Masso Louis
Sanders Jean
we Tillie
Six Alphonse
Dauchel Bernard
Codron Marie
we Lanckiet
Gemeente Westouter
Gemeente Langemarck
fr. 28.843
n.5oo
i58g
13.602
DAGORDE
1. Proces-verbaal der zitting van 3 Maart
ig23.
2. Mededeelingen.
3. Wegenis. Aankoop van gronden.
4. Stadseigendommen. Verkooping
van bouwgrond.
Gemeentekerkhof. Grondvergun-
Avant le rideau du second acte M. Van der
Meisch, échevin, monta sur la scène pour
remercier tous ceux qui se dévouèrent pourle
succès de la revue Ypr’s y en a et en même
temps pour procurer ainsi des fonds pour
1 election du monument de reconnaissance a
nos Yprois martyrs de leurs patriotisme.
Nous tenons a ajouter, au nom de tous les
auditeurs, nos remerciments a tous les dé-
voués de la revue, auteurs anonymes, acteurs
et musiciens. Et que nos remerciments les
plus chaleureux n’oublient pas une mention
toute speciale a la Commere, M^e Ferna, de
Bruxelles, et a la symphonic de 1’ Ypriana
sous la direction de M. Van Eegroo. Ce n’est
pas une tache facile que d’assurer une si par-
faite liaison entre un orchestre et des chanteurs
amateurs. Ce tour de force fut accompli de
main de maitre.
Et un autre tour de force encore, ce fut
celui de 1’architecte et des entrepreneurs et
des ouvriers qui, au bout de cinq mois seule-
ment de travaux, ont élevé cette salie des
fètes qui dame le pion a celles de bi«n de
grandes villes. Ce sera pournotre ville d’Ypres
une grande ressource pour ses diverses fêtes.
Disons pour finir que son propriétaire, M.
Georges Lapiere, l’a raise gratuitement a la
disposition de la Revue
Merci a eux tous.
In valeur des dommages 1914 a été -fixée
snit pour les personnes ci-dessous
Gemeente Boesinghe
Fasseel Leonard fr 5^I2
Charlet Amand
Torsy Alois 3
1!i(
Verhoustraete Jules
Stevelynck Emile
Blanckaert Nicolas
Lecluse Alois
Gemeente Locre
Gouwy Gustave
Stad Poperinghe
Temperville Clabau
Bourhave Engel
Deconinck Charles
Synaeve Alois
Vanrobayes Cyrille
Ducorney Jules
wc Goethals
Vandaele M.
Demey René
Borry
Liefooghe Petrus
Buntinx Devos we Emerence
Syoen Emma we Caron Gustave
Rabaut Armand
Suffys Emile
Vancayseele Rosalie
Demeyer Jules
Leys Lievin
Mme Casier Cnapelinck
Gemeente Ploegsteert
Cnockaert Edouard
Bartier Augustin
Doisne Germaine
Sieuw Henri
Bocksoen Alfred
Delattre Philomène
Gemeente Reninghelst
Derycke Jules
Pauwels Prudence
Gruson Henri
Carton Stéphanie
Coolzaet Cyrille
Depuydt Jéróme
In de laatste zitting der Scheidsrechterlijke Commit
sies werd de schade, waarde IQ14, ais vol t
vastgesteld voor de hiernavermelde geteisterden
Dans la dernière séance des Commissions Arbitrates
commt
La Première de cette joyeuse revue
locale a eu lieu avant-hier jeudi, a Ypres,
dans la salie Lapiere, devant une audience qui
remplissait le theatre. Ce fut unswcc&y épatant.
Avant les huit heures, toutes les places
étaient déja occupées.
Puis commenga le défilé des diverses scènes
du prologue que ne tardèrent pas a interrom-
pre les acclamations chaleureuses du public.
La scène finale oü la commère fit son appa
rition fut particulièrement applaudie et rap-
pelée jusque quatre fois. Puis le succès ne
fit que s’accroitre, les rires et les acclamations
soulignaient tous les traits et toutes les scènes
spirituelles, et il y en a il y en a Bref,
voila un événement qui coraptera dans l’his-
toire du relèvement de la ville. Nous n’allons
pas raconter toutes les bonnes choses que
nous avons entendues tout le monde, ira,
doit aller, les entendre.
La recette, au profit du monument aux
martyrs Yprois, s’annonce coname fructueuse.
Nous ne pouvons que souhaiter, pour le
plaisir de chacun, que personne ne manque
d’aller voir ce spectacle essentiellement
Yprois et qui. vaut amplement bien des
revues des capitales. On jouera encore
aujourd’hui, samedi a 6 heures—. a
l’intention des environs d’Ypres (chacun
pourra rentrer par les derniers trains) et une
troisième fois dimanche soir a 8 heures.
Gemeente St Jan
Jules Demeersseman-Waterbley
Gemeente Staden
Jules Pifferoen-Deblonde
Alois Carrein-Verslype
Couwolier-Busschasrt w'
Jules Vanthuyne-Villein
Constant Geerlandt-Termote
Karei Ameel-Hollewaere
Léonard Beaumont-Jonscheere
Ville de Warnêton
fr. dq.ogg
927
21.720
11.606
8572
1863'
ig36
5.
ningen.
6. Kastelnij en Gemeenteknechtenschool.
Centrale verwarming. Inschrijvingen.
7. Beziging van een deel der gebouwen
van het gewezen burgerlijk gasthuis voor
zekere diensten der stad. Pacht.
8. Festival St Omer. Deelneming der
Harmonie Ypriana. Vraag om toelage.
aan ’t schrijven of kleederen en knoopen aan
’t naaien. In den kelder, zelfde schouwspel
met dit verschil dat er twee eindjes kaars
branden omdat er geen licht genoeg binnen
komt. En boven onder ’t overschot van dak
heeft men dezelfde bezigheid.
Terwijl ik rondloop om een briefomslag te
vragen zie ik met belangstelling deze werk
zaamheden aan en vind Jooris Daans die
plaats gevonden heeft in een soort spelonk.
Allo Lodewijk
Allo Jooris. Woont gij onder den
grond
Ja, ’k word kluizenaar.
Heeft de kluizenaar soms geen briefom
slag voor mij
Neen, maar Lapaire woont hier ook,
die zal u daaraan helpen.
Geen nieuws van Paul
- Neen, maar ik ben toch gerustgesteld, nu
ik weet dat hij naar ’t hospitaal is.
Sergeant
Ja, Verbeek, wat nieuws
De luitenant vraagt naar u, hij zou u
moeten spreken.
Waar is hij
Daar, achter ’t huis. Hij wacht.
Ik ga er dadelijk henen.
Dag, mijn luitenant. Gij hebt mij doen
roepen
Dag, Arend Ik heb u een pijnlijk nieuws
mede te deelen
Mijn hart krimpt ineen. Mijn broeder is
mijne eerste gedachte.
(Zie volgende bladzijde).
X.
Droevig Nieuws
(vervolg)
’t Bevel wordt herhaald en al die schim
men, die nu monsters schijnen met dat mas
ker aan, slaan hun boeltje over den schouder
en trekken verder.
Waar wij halt maken, valt er opnieuw’ te
werken een put wordt gedolven, een schuil
hoek gemaakt en als ’t bijna gereed is
nieuwe bevelen, nogmaals veranderen
- Tonnerre de Brest I - Milliard de mil
liard 1 Nooit gedaan, altijd ju - Worden ze
zot of zijn wij onnoozel - Kan er dat nu
iemand uit houden ?-Ze denken zekei at wij
per automobiel reizen I als t zoo vooit gaa
zijn onze beenen weldra versleten tot aan
kniëen 1
Zulke gezegden vliegen al dooreen, doei
niemand blijft achter.
Gelukkiglijk is’t niet ver dezen keer. Slechts
3 tot 400 meters verder staat eene vei a en
hoeve. Een deel ervan is stuk gesc oten,
ander, alhoewel beschadigd staat nog recht
Dit levert het voordeel op dat wy ditmaal
«iet moeten aan ’t werk vallen om ons eene
Cellui [plaats te bezorgen.
Vensters en deuren zijn verdwenen hier
en daar zijn de muren stuk geschoten, ’t dak is
ver af, maar er wordt verzind en geschikt zoo-
dat elk zijn plaatsje vindt in ’t drooge. Hier
wordt een zeildoek gespannen, daar worden
bijgehaalde planken voorgehecht, de kelder
wordt leeg gemaakt van brikken en balken en
de woonst is klaar.
Anderen vinden een onderkomen in een
half ingestorte, onderaardsche versterking en
elk is tevreden.
Zoo is die dag voorbijgegaan met verhuizen,
werken, bouwen, af breken en herbouwen.
Terwijl ik eea oogslag werp in ’t ronde,
begrijp ik waarom wij onze vorige legerplaats
moesten verlaten in de verte staat een spitse
kerktoren boven de vlakte te prijken en niet
ver vandaar hangt nog een vijandelijke draak-
ballon in de wolken. Van die twee zichtpun
ten uit kon Fritz ongestoord onze bedrijvig
heid afzien en ons dan naar willekeur met
schroot besproeien.
En inderdaad gedurende den volgenden
nacht heeft hij daar eenige donderbusssen
heengestuurd die alles behalve welkom zou
den geweest zijn gedurende onzen slaap.
Eene algemeene kalmte heerscht over het
landschap. Last en vermoeidheid schijnen
weer vergeten, want zingend en fluitend zijn
de mannen aan ’t werk. Allerlei wordt er ge
daan. Daar in ’t gene overblijft van de keuken
zijn de eenen, gezeten op een hoopje brikken,
op een stuk hout of op een handsvol strooi,
hunne wapens aan ’t schoon maken, brieven
99