4 ill III Mil I I I I Logemen te verkrijgen ten Contributions om lets over Veekweek I® fl I II i’Ki en laP| verd r er nog geen i iL lCM Ihttehetzd te ve y zo° argISi hunne w 1 Verscheide koopwaren vvar tijd uit zijns vaders pakhi deze die geene hoop hebben Onze aardsche scheiding zal slechts van korten duur zijn. Opdat ik gerust deze aarde moge verlaten, beloof, beloof mij plechtig, dat gij immer over ons ongelukkig kind waken zult. Zoo sterf ik dan met de zalige overtuiging, dat ik onzen Hendrik door een rechtzinnig leedwezen gezuiverd, eenmaal bij God in den hemel zal wederzien De diep ontroerde echtgenoot nam God voor getuige, dat hij deze laatste bede trouw volbrengen zou. En weinig daarna ontplooide de engel des doods zijne glanzende vlerken, en vloog met hare gelouterde ziel naar deze plaats waar noch droefheid noch lijden meeris. De laatste levenssnik der stervende moeder was eene vurige bede tot God voor haren dwalenden zoon, voor dienzelfden zoon, wiens wangedrag haar het hart doorboord had. De droefheid van Hendrik was groot. Hoe zwaar beladen zijn geweten ook was, gevoel de hij wel dat niets op aarde het hart eener teerdere moeder vervangen kan.Ook geduren de den lijkdienst in de kerk, en aan den gapenden kuil op het kerkhof, weende en snikte hij op eene hartverscheurende wijze. Zij slaapt nu reeds vier dagen, de duur bare, onder de schaduwe van het kruis. Hendrik, in den bitteren rouw gekleed, ontmoet een gewezen koopman die vroeger in handelsbetrekking met zijnen vader stond. Onder een listig verzonnen voorwendsel, vraagt hij aan dezen laatste op last zijns vaders eene som van 5oo fr. in leening. De onbespro- Sedert dagen lezen wij in al de dagl dat de prijs van het brood in geheel he afgeslegen is. In Yper nochtans, is van afslag. Graag zou ik willen weten uit welke onze bakkers het voorbeeld niet volge deze uit andere steden Wachten z schien om er in toe te stemmen, hetvoltr van de Ypersche vaart In Popering nog andere steden is er nochtans ook kanaal, maar er is afslag. tli 4 ken faam zijner ouders kennende, maakt gemelde koopman niet het minste bezwaar hij leidt Hendrik naar zijn huis mede de gevraagde som wordt hem in goud geteld. Gedurende acht dagen vierde men volop feest in de Roode Lamp De jonge losbol zat er met de brandewijnflesch in de vuist, midden zijner booze vrienden,in een bijzonder vertrek waar het publiek geen toegang had De zoo schandelijk verkregen goudstukken rolden kwistig uit zijne geldtesch over de tafel de hebzuchtige herbergier bergde ze glimlachend in zijnen geldkoffer. Wat be kreunde de lage kerel er zich om of dat goud van aftroggelarij ol diefstal voortkwam Het geld immers heeft geenen reuk. Ongelukkige 1 gij vergeet reeds onder de zinnen bedwelmen de dampen van den genevergeest, deze, die u meer dan haar eigen leven beminde I Hoor gedurig raast Hendrik om drank meer drank nog. Eindelijk met ledige beurs, moê gebrast, het lichaam uitgeput, den geest verbijsterd, dompelt de ontaarde zoon naar zijns vaders woon terug. Hendrik, lieve Hendrik, ik was zoo ang stig om u, waar bleeft gij zoo lang Jan, onze meestergast, zocht u vruchteloos de gansche stad door zuchtte de bevende stem eens kwijnenden giijsaards op het ziekbed uitge strekt. Goede vader, ik heb eene plechtige be lofte volbracht, eene bedevaart voor de eeuwige zielerust mijner moeder gedaan, zoo luidde des jongen huichelaars hemelter gend antwoord. Zooals wij reeds zegden i°. Het Vlaamsche ras vroeger in de streek zoo voordeelig opgekweekt terug vermenigvul digen en alsdan vrij bewaren van alle vreem de invloeden of kruisingen. 2°. De kwaliteiten van dit ras in de moge lijke mate vermeerderen en de woekerdieren wegruimen. 3°. De stamboeken der veekweeksyndicaten der streek moeten alleen waaidevolle en zui vere dieren opnemen en behouden. Geen enkel vreemd ras mag daarin zijn naam zien vermelden. Hoe zal men practisch te werk gaan De landbouwers zullen met de inlandsche dieren die ze bezitten, voortkweeken en daar mede hunne stallen herbevolken. Door melk- controol zullen zij de waarde hunner koeien vaststellen en alzoo zeker zijn van de hoe danigheden der afstammelingen. Ieder land bouwer, die vooruitstrevend wil zijn, moet het nameten der melk_op zijne hoeve toepassen, zooals dit gedaan wordt door de vooruitzien de boeren van andere landen. Daarbij moet rekening gehouden worden met een factor van minder belang de kweek- stier. Hier zal vooral de vereeniging zijn voor- deelen doen gelden. Men zal niet uit het oog verliezen dat de waarde van den stier niet alleen naar de uitwendige vormen moet be oordeeld worden, of naar de prijzen en meda- lies op prijskampen behaald hetgeen vo.oral van belang is in den kweek is de afstamming en het kweekvermogen van de voorttelers. Een goede stier, onder dat oogpunt, moet men dan ook, zoo lang mogelijk bewaren. Hier zal weer de vereeniging ter hulp komen om de kosten van onderhoud te helpen dragen. De hoogere uitgaven zullen meer dan ioo °/0 vergoed worden. Wat moet er dan gebeuren met de vreemde koeien die in de stallen zijn ingedrongen, en met hunne afstammelingen Langzamerhand zal men die verwijderen, te beginnen met deze bij dewelke het melk- meten de mindere waarde zal hebben doen vaststellen. Het zal wel meer dan eens voor komen, dat men koeien met inlandsche stieren kruist, zoo denkende door opslorpingskruising tot zuivere rassen te komen. Het zal ook wel gebeuren dat sommigen die werkwijze aan prijzen en om die gedachten bij het publiek Het vraagstuk der veeverbetering met zijne nieuwe kweekmethoden is ten huidigen dage aan de orde van den dag. Maar wellicht wordt er wel een beetje te weinig nadruk gelegd op het doel dat men wil bereiken en de wegen die er henen leiden. Wij mogen ten eerste niet vergeten dat het na den oorlog ingevoerde vee bestaat uit een mengeling van alle rassen en soorten. Daarmee in den blinde voortkweeken en kruisen, zou den toestand nog verergeren. Welk is het doel der veeverbetering In de streek terug een eenvormig zuiver ras be komen, een ras dat goed zij, niet alleen onder oogpunt van vorm, maar ook van melkgifte en vetmesting. Dit ras zal terug het ras wezen der streek met zijn alom gekende kwaliteiten. Dit doel dient verwézentlijkt in den kortst mogelijken tijd, enkele jaren, en met de minste onkosten en ontgoochelingen. Nu een woordje over de middelen. Om een ras te verbeteren moet men trach ten het zoo zuiver mogelijk te bekomen, en alsdan te bewaren, om zoo doende de hoe danigheden ook erfelijk, zuiver te maken. Het mengelen en kruisen, op onze hoeven, hetgeen zeer dikwijls door de gewone men- schen in den wilde gedaan wordt, is in’t alge meen af te keuren. Immers, hoe meer de hoe danigheden der dieren tot kruisen gebruikt verschillen, hoe meer ingewikkeld de menge ling zal worden. Kruist men b. v. zwarte Hollandsche dieren, met zuivere roede inland sche, dan ontstaat daaruit een type, niet al leen onzuiver onder oogpunt van kleur en vorm, maar ook van meest alle andere hoe: danigheden en dit gebrek zal zich nog lan gen tijd nadien doen gevoelen. In Vlaanderen nu, is het aantal zuivere dieren in de stallen aanwezig, zeker onvol doende. Nochtans, een opmerkend toeschou wer die de streek doorkruist, zal kunnen vast stellen dat er nog vele goede oude typen in onze weiden en boomgaarden aanwezig zijn- In iedere kudde bijna zijner, en hoe klein de kern ook is, toch kan er goed werk verricht wor den. Daartoe is alleen samenwerking noodig. De enkeling staat hier machteloos, de samen- werking kan wonderen te-weeg brengen. Wat moet er gedaan worden v men in minder tijd dan, dere wijze tot een zeer komen. Dat de Vlaandersche wel de les van het verleden herdenk" vele jaren- werd in Vlaanderen, Op schaal gekruist met vreemde rassen en slag is erbarmelijk geweest. Zulke les is te duur betaald nog moeten herhaald te worden. D. Sioen of volgens hunne begeerten uitleggen. Maar indachtig dat die methode regels v oningewijde.n niet gemakkelijk f begrijpen, en om toe te passen. Er zijn bij de inlandsche ras stammen en dieren genoeg Om vormen van het herstel van ons vi" k ras. Wat hier noodig is, wij b Y*"1 samenwerking, goede leiding e„ begrepen geest van vooruitgang ft01 kern van het inlandsch vee zal men y2 uldigen met de bestaande dieren, enz met gelijk wel voldoenden - landbt :en II. Gewis, uw gemoed, mijne jonge vnt weigert aan zoo schijnheilig eene b® te gelooven het komt u ónmogelijk'® een zoon tot dusverre alle menschep voelens onder de voeten kunne treden, weet het wel, eenmaal dat de men- heilzaam juk van den godsdienst heeft, dan bestaan geene hmder,p staat otn hem op den weg des k"*J te houden. Weet het wel, eenD1’j slaaf van den geneverduivelgeffOr deinst hij voorgeene middelen terL loeilijk dan ook, om zijne vuige voldoen. Doch het kwaad, alz'J J in ’t verborgen bedreven, komt aan het daglicht. Gij kent a e I woord m Al is de leugen n°gz°° 1waarheid „t I De koopman, aan wiem n aangehaalde som van 5oo r’ nam door zekere loopende slecht gedrag. Hij ack- aanstonds zijnen vader dere personen, even brachten beurtelings hUI1"v^ Verscheide koopwaren ",al verdiv^ tijd uit zijns vaders pakhuis verdacht eenen reeds heJaa1;. Het kwam uit, dat Hel1 Le bureau des Contributions (Ypres reau) pour les communes de Gheluvelt, beke, Houthem, Ypres, Voormezeele, voorde et Zillebeke, précédemment f d’Amour, est transféré RUE Dl BOUCHE (en face de la Caserne d’Iota ingang te doen vinden, de Wo^ wijzen van de leiders der wete^" beweging in zake veeverbetering of volgens hunne persoonlijk?’ '- ----- J °Pvatt nien wez !Ml gewei j I; I;,' j I - r i Veearts bij het Algemeen verbond der Verbonden C

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche (1925-1929) | 1923 | | pagina 4