ji h i ■il' 111 I I Gebruikt de KLEUREN en VERNISSEN Franco-Beige Déclarations-PaSLi au bureau de ce 1 kill U' 1 c 0 M IW L’école de Musique d’Ypres i M FABRIEK Legein Gebr, Brugge. DepotVANDE LANOITTE, Dixmu- destraat, Yper. banen. Verscheidene mijner nieuwe makkers van een flink geweer voorzien, schoten al reizende menig prachtig stuk wild hazen, reebokken, zelfs herten en ook gevogelte vooral wilde ganzen, patrijzen en fezanten. Dat wij er lekker aan peuzelden hoeft niet gezegd. Vooral ik, die sedert verscheidene dagen om zoo te zeggen van water en brood geleefd had. De tocht duurde 10 dagen. Eindelijk geraak ten wij vreugdevol op onze bestemmingsplaats. Aanstonds wierden drie of vier houten barakken opgetimmerd, om ons tot eet- en legerplaats te dienen. Dit gedaan zijnde, viel men ijverig aan het werk. Wij moesten begin nen met eene lange strook gronds effen te maken, hier aardhoogten af te delven, ginder met de afgevoerde aarde, putten en diepten aan te vullen, al navolgens de plaatselijke grondligging zulks vereischte. Ik had mij dezen arbeid omjer de aanlok- kendste kleuren voorgesteld... de onmeet bare blauwe lucht... de wijduitgestrekte vlakte... het vrije onafhankelijke leven... geen rechtstreeksch gezag... arbeiden naar zijnen zin... slechts zoolang en zooveel men wilde... Helaas de ontgoocheling, die mij trof was bitter Ik viel van kwaad in erger. Alles wat ik binnen de stad New-York aan de zeehaven had uitgestaa'n, was slechts een lachspel in vergelijking van hetgeen mij hier wachtte. Hoe u mijn toestand afschetsen Ik zal het niet beproeven, overtuigd als ik ben, dat elke beschrijving ervan, hoe krachtig gekleurd dan ook, beneden de wezenlijkheid blijven zou. IL'l s I Voorwaar, een galeiboef hadde voor zulk leven terug geschrikt. Ach waarom kon ik mijne eerste opvoe ding niet vergeten in mijnen boezem de herinneringen mijner gelukkige kindschheid niet dooden mij niet verlagen tot den staat van het stompe redelooze dier dat zich in het slijk wentelt Waarom blonk mij soms nog de reinglanzende star der deugd als een verruk kend goochelbeeld vóór den geest Waarom gevoelde ik nog teedere gemoedsopwellingen en gewaarwordingen Was dat in dergelijken toestand geene dubbele straf Ik was gedwon gen om te gaan met lieden, wellicht minder verdorven dan ik, edoch bovenmate ruw en onbeschaafd, zoodat zij bij eiken oogenblik mij bloedige wonden aan het harte sloegen. Wij sliepen door elkander onder een afdak op vuile stroozakken uitgestrekt. Hoe afgemat ik dan ook wezen mocht, daar kon ik noch slaap noch rust genieten. Een onoverwinbare afkeer belette mij zulks. De met ademdamp bezwan gerde lucht drukte mij loodzwaar op de zin tuigen. Het luide snorken dezer met ruwe haren begroeide borsten, verscheurde mijn zenuwgestel. Ook bij kalme nachten, vloog ik, even als een naar vrijheid snakkende vogel' uit zijne kooi, naar buiten en rustte liever onder den blooten hemel. Voor wat het lichaamsgestel betreft, was ik slechts een zwak, kranke riet, tegenover deze ijzeren mannen, van hunne teere jeugd af, aan harden arbeid en allerhande luchtgesteltenis sen gewoon. Ik toonde weinig aanleg bij het hanteeren van spade, schup of houweel, bij dringen aan op het onverwijld herbouwen van den toren zij verlangen naar hun beiaard, om de stad toch iets terug te geven van het be koorlijke der gelukkige jaren. Moge hij daar binnen afzienbaren tijd weer prijken als het symbool der liefde voor den geboortegrond. Bij dit alles zal het oud-karakter der stad in het nieuw Yper niet meer teruggevonden •worden. De vroegere Ypersche huizingen waren, elk op zich zelfs, musea van snijwerk, antieke meubelen, prachtige ornementatië in steen of marmer. Wel heeft men een loffelijke poging gedaan om de gevels te herbouwen naar den ouden trant, maar, spijtig genoeg, zonder een breed programma op te maken. De geldelijke toestand heeft niet toegelaten op te treden zooals te Leuven, waar, zoo het schijnt, premies werden uitgeloofd voor de mooiste gevels. Echter, tusschen veel storende dingen prijken ook juweeltjes van huizen, en het geheel wint er door aan sierlijkheid. Nu is het nog te nieuw, te blinkend maar de tijd zal het zijne doen. Het bekende museum Merghelijnck werd ook niet gespaard door den brand. Wel heeft men de kunstwerken en oudheden tijdig kun nen verhuizen, maar de eigenaardigheid van dit museum bestond juist in het inwendig decor der zalen, met hun typischen kijk op den woonaard der Fransche aristocratie in vervlogen eeuwen. Voortaan zal Yper-meer kosmopolitisch zijn. Vele gevluchte Yperlingen kunnen de oude positie niet meer goed maken en hebben binst den oorlog, op vreemden grond, allicht andere richtingen gevolgd. Het Gemeentebestuur werd gezien de omstandigheden zonder verkiezing samen gesteld bij overeenkomst van katholieken en liberalen op het eenig mogelijk programma Politiek van heropbouw en volledig herstel. Moge de taak op kloeke schouders blijven rusten en tot eer. goed einde worden gebracht. Wij willen dit artikel niet sluiten zonder een innig woord van dank aan den knappen stadsbibliothekaris, den heer Antony, die ons ter plaatse heeft rondgeleid en in vaak kleu rige taal, de lijdensgeschiedenis zijner Vader stad verhaalde, en met opbeurende woorden van een hoopvolle toekomst sprak. H. B. (Gazet van Antwerpen.) Après les écoles officielles ir.stallées toutes dans leurs nouveaux locaux, les unes depuis 2 ans déja, les autres, depuis octobre deiniei, voici qu’approche le tour de l’école de Musi que. Cette institution d’enseignement musical dissoute par faits de guerre, n avait pu être réorganisée plus tót, par suite de multiples obstacles en présence et dont les uns ont pré senté plus de difficultés que les autres, poui être surmontés. Les batiments détruits n ont vu démarer leur reconstruction que tardive- ment M. Van de Vyvere, bien que Gantois, n’aime sans doute pas la musique et s’est laissé tirer l’oreille bien des semaines avant de donner son assentiment a la reconstruction de l’école. De l’ancien comité administratif de cette école, un seul membre était rentré a Ypres il a fallu remplacer les1 morts et les absents par des concitoyens réinstallés en ville et qui deplus, s’intéressent au développement de l’art musical. Leur dévouement nous étant acquis, nous pouvons espérer de ces Mes sieurs, un controle permanent des cours et une administration raisonnée et opportune. Le personnel enseignant de 14 était dis- disséminé un peu dans tous les coins du pays et même a l’étranger il bénéfipiait d’un petit traitement d’attente et certains de ces profes- seurs avaient pris des engagements dans d’autres établissements. Le comité administra tif, aprês pas mal d’échanges de lettres, est parvenu a reconstituer son personnel ensei gnant et n’attend plus que du conseil commu nal, la confirmation de son choix. Quant a la date d’ouverture de l’école, un membre du comité nous assure que si les entrepreneurs des Batiments MM. Boom, tien- nent leur promesse, si le mobilier a fournir par les soins de M. le H. C. R. ne se fait pas attendre outre mesure, l’ouverture de l’école peut être espérée pour le xer février prochain. Rc-mi bémol. het voeren van den kruiwagen. Oo/ eiken oogenblik stortte wegens mijne on digheid eene hagelvlaag van grove sc u scheuten en scheldwoorden op mij neder., den weg, domkop Wat rapper aan gang, luiaard Meent gij dan nog m" vaders huis te zijn, melkbaard Die P®nne^ weegt zwaar eh 1 porseleinen manne 'en uwe fijne jufvrouwpootjes 1 Wel is waar, staken enkele beterg®^ mij ondertusschen een handje toe, uitgeput van krachten niet ver der me maar toch, ’t is zoo, de meesten on vonden er een boosaardig vermaa hunne moedwillig berekende sPott5ten/[ giftige pijlen naar het hert te sc 1 reden daarvan is doodeenvoucig- ten dat ik eene betere opvoeding g en zij wilden mij daarvoor bloe ren. ^est^1 Wij arbeidden op eene wij dorre vlakte, onder den blaken gloed, halfnaakt, dampende van ^^1 gevaar loopende eiken oogen o1 '^or(je)), 6 zonnesteek doodelijk getroffen t®^^ele' nergers in den omtrek zelfs niet boom, om ons ter verkoeling schaduw te bieden. ]iande° Weldra waren mijne téeie gek1’611'' bloedbleinen overdekt, mijne vo en gezwollen, mijne ledematen K±r"k"n--- Cérémonie funèbre du retour d( soldat J. LANNOqj^ Dimanche, 16 Décembre, a eu f rement du brave soldat I’^tf tombé pour la Patrie a Som^ °°1 La cérémonie a laquelle assist ’9’ les Sociétés de Comines était, lentt°u1 pressionnante. ra’menti M. L. Jonville, Secrétaire de la p v remplapant le Président, M. J Geu nonqa sur la tombe, le discours suivTnu P Mesdames, Messieurs etChers Camar Au nom de la F. N. C. Sectionde Co^ je me fats 1 interprête de tous les anci combattants de Comines pour venir po t* notre camarade LANNOOTE J. un salut. Nous venons nous incliner sur les dépo les mortelles d’un brave, d’un des enfants Comines. Le drapeau de la Patrie, le Drapeau di victoire agite tristement ses glorieusesc leurs sur cette tombe et dans la plénitude notre reconnaissance patriotique nous ven prier pour le soldat qui a donné sa vie p notre liberté. Ceux qui sont morts pour la Patrie droit qu’a leur tombeau l’on prie et que foule leur rende les honneurs. C’est ce qu passe en ce moment, c’est notre devoir pratriotique admiration et de gratitude 1 nous remplissons ici... Jules LANNOOTE ëst né le 21 Octo 1882. En 1914 lors de l’arrivée des hor barbares, Jules, comme beaucoup de seso patriotes, chercha un refuge en France. Après avoir déja connu de tristes passa; de l’exil, la Patrie fit appel a son dévouero et rentra a l’armée faisant partie du conting spécial 1917. Son dévouement était a to épreuve et bien souvent sa vaillance fat l’admiration de tous ses chefs et ses cai rades d’armes. II a connu les tristesses, les incertituc les angoisses des hivers dans la boue et tranchées de l’Yser. Mais enfin, la grande bataille des F1 dres se déclancha et notre Roi Héroiquet duisit sa vaillante petite armee des bords ji I'.’i I I -

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche (1925-1929) | 1923 | | pagina 6