p 1 s REVUE de la PRESSE J‘4 Vergadering van 13“ Januari 1924 1 lezing van een telegram) en van iïeratie der Geteisterden van het Arrondissement Yper iffl iMft I L peuple ypres, la Viïle martyre (jfne des Compressions S >i r ■’Association commerciale et industrielle ■re3 adresse au Parlement une pétition ■est édifiante a plus d’un point et montre le gouvernement, par sa politique de ■pression et par ses atermoiements, com- ■ptla vie etl’avenirde la ville martyre. Bfelle-ci avait 18.000 habitants avant la ■erre:elle en compte actuellement i3.ooo K il s’y trouve beaucoup d’ouvriers du tent qui s’en iront sans doute, la recons- ■ction achevée déja actuellement, l’activrté tomique ne serait pas suffisante pour re it tout lemon de. Vingt-sept families ouvriè- ontémigré en France au cours du seul iis d’aoüt écoulé. Que manque-t-il Le canal qui jadis reliait resal’Yser Anseele avait projeté et pro- sdele rétablir on n’a rien fait depuis son part, et en voici les consequences Letransport des briques coüte i5 a 20 fr. mille de plus que si le canal était rétabli dépense ainsi gaspillée dépasse le montant ce que coüterait le rétablissement du oal Le transport du sable coüte 10 francs de )p au mètre cube les bois reviennent i3 mes trop cher a la tonne. Fautede savoir oü passera le canal rétabli, s industriels de Boesin ghe, Steenstrate et «irons attendent toujours l’autorisation de sonstruire leurs usines !!f Est-il possible de concevoir une incurie ireille, plus ruineuse pour le présent et plus rilleuse pour I’avenir Après cela, les offi- ds iront faire, dans la cité martyre, toutes pèces de manifestations patriotiques. La is significative eAt été de mettre la cité en sure de vivre. F?jllégal, comme aussi le remploi de Fblissernent a Lede, autorisé par le Tri- 'Tdes Pommages de Guerre, comme éga- l>enlploi a Lede des revenus de l’An- iC“ Abbaye de Messines. Un Enfant de M. ssin es. 1 niettegenstaande de onverschilligheid van een groot deel der Kamerleden, steeds onver poosd onze rechten verdedigt. Het is mij aan genaam eveneens hulde te brengen aan de toewijding van de heeren Vandromme en Bruneel de Montpellier die altijd aan mijne zijde hebben gestreden. Mijne vrienden hebben U aangetoond hoe de Regeering, zonder recht of reden, de wet geving op de oorlogschade wil wijzigen. Gedurende den oorlog had onze Regeering aan de geteisterden de meest volstrekte ver zekering gègeven van het recht op het herstel der oorlogschade en, bij den wapenstilstand, stemden al de afgevaardigden des lands, in een prachtig gebaar van nationale solidari teit, de wet op de algeheele herstelling der ge leden schade. Pas was deze wet in voege, pas waren er eenige toepassingen van gebeurd, of de Re geering was er bang van. M. Jaspar heeft- getracht in zekere mate de rechten der geteisterden te krenken. Eenewet laat de Regeering toe de vermenigvuldigers (coefficients) te bepalen, na den Hoogeren Raad der Oorlogschade gehoord te hebben. Volgens M. Jaspar was men te ver gegaan op den weg van het herstel. Men had zich moe ten vergenoegen met de waarde 1911, mits de rest te verleenen den dag dat Duitschland zou betalen (Gelach). Een ander w-etsvoorstel Jaspar ging uit van dezelfde gedachte de rechten der geteisterden in zake herbeleg grootendeels te verminderen en had voor doel de Regeering toe te laten de wijze van uitbetaling der vergoeding vast te stellen door een gewoon koninklijk besluit. Deze leerstelling behoort nog niet tot het verleden, ’t Is onder den invloed van die leer stelling, welkede heer Minister Van de Vyvere misschien wel tegen zijn wil ondergaat, dat hij het wetsvoorstel heeft ingediend dat inbreuk maakt op de rechten der overnemens of ces- sionnaires en op de onafhankelijkheid der magistraten. Wij bezitten gelukkiglijk rechtschapen en' onpartijdige magistraten. Maar, de magistra ten der Rechtbanken van oorlogschade wor den enkel voor één jaar benoemd. M. Buyl heeft ze in de Kamers wel verdedigd. Men zendt gedurig aan al de magistraten, als voorbeeld, de teksten der minst voor- deelige vonnissen in zake oorlogschade. De Regeering heeft zich daardoor bovenmatige rechten toegeëigend. Naar aanleiding van mijne houding heeft een blad, verschijnende in deze streek, voor gewend dat ik, als advokaat, de zaken zou ver ward hebben. Ik heb luidop mijne meening laten kennen (Tj.) en ik heb gewetensvol mijn plicht volbracht (Herhaalde toejuichingen). Ik weet niet of de zege bepaald verzekerd is. "Ik vrees dat nieuwe wetten het daglicht zullen zien. Zooals in oorlogstijd zijn er nesten met machiengeweren die de geteister den aan den 1 eer der wegen bedreigen. De rechtbanken worden van langs om strenger, de Hoven hebben voor strekking de rechten der geteisterden in te krimpen. Men verplicht de magistraten rekening te houden met den economischen toestand van het land en van te handelen in beperkenden zin. Het is zeker dat een erger lot de geteister den wacht die nog niet gevonnisd werden. Ik denk dat de magistraten te rap vergeten dat de wet de cessionnaires beschermt. Deze wetten worden min of meer verdraaid, er zijn moeilijkheden in de vonnissen, het wordt bijna onmogelijk nieuwe leeningen aan te gaan, de toestand onzer finantiën is betreu- renswaardig. Kortom ik vraag mij af of wij ons in ’t kort niet voor nieuwe wetten zullen bevinden. De tegenwoordigheid van den Minister is. meer dan ooit wenschelijk op het oogenblik m de ontbinding zijner diensten. Deze ont binding moet trapsgewijze en zonder over haasting gebeuren. VERSLAG ^vergadering wordt om i5 ure geopend, het voorzitterschap van den heer Ad- !aa* Arthur Butaye van Yper. tan het bureel de heeren Arthur Butaye, Glorie, Ledoux, Van Alleynnes, Geuten de afgevaardigden der Pers. Onder de nvezigen een groot aantal afgevaardigden 1 Mna al de gemeenten van hel Arrondis- »ent. tat proces-verbaal der voorgaande zitting rdt zonder opmerkingen goedgekeurd. ,e Heer Voorzitter meldt dat de heeren aed> kandromme, Bruneel de Montpel- Kabau en Valcke zich lieten verontschul- en. geeft brief van de heeren Adolf Buyl en Beats- ^’e, tot hun groot spijt, ten gevolge van e2tch in dé onmogelijkheid bevinden de Nadering bij te wonen. eer Arthur Butaye verklaart dat de eking der volgende punten van de dag- n)ag uitgesteld worden - Van de moeilijkheden met het opzicht herbeleg nopens de waarde der her- goederen de moeilijkheden met het Konrnk- 'G ommissar iaat nopens het voltooien heropgebouwd door den Staat. Deze bespreking wordt voor het oogenblik nutteloos daar de Regeering zich voorstelt nogmaals de rechten der geteisterden te ver minderen De toestand wordt zeer erg, een zelfde gevaar kan al onze medeburgers treffen Hoe jammer dat deze die reeds betaald wer- den zich geheel en gansch onverschillig too- nen tegenover deze die nog niets bekwamen 1 De eersten schijnen niet te weten dat men, aan hoogerhand, zou besloten hebben al de uitgesproken vonnissen te herzien, ’t Zou voor velen den ondergang zijn Dat de onverschil ligen niet vergeten dat het tweemaal betalen is het ontvangen geld te moeten teruggeven Al de geteisterden moeten dus verwittigd worden van het groot gevaar dat hen dreigt. Aan de afgevaardigden hun plicht te vervul len (Algemeene goedkeuring.) De heer Geuten betreurt ten zeerste de af wezigheid van den volksvertegenwoordiger Buyl, de hardnekkige verdediger der rechten van de geteisterden. Men dreigt ons met de afschaffing van het Ministerie van Economische Zaken en van het Verbond der Samenwerkende Vennoot schappen voor Oorlogschade Zullen wij opnieuw moeten betoogen Wij •zijn, ongelukkiglijk gekomen tot den zelfden toestand als in 1919 1 Het is daaromtrent niet van belang ontbloot eenige dagbladen van dit tijdstip te herlezen en M. Geuten geeft, op luimige wijze, een verhaal der eerste betoo- gingen. De goede verstandhouding heerschté dan tusschen al de geteisterden, die goede verstand houding moet herleven voor het algemeen wel zijn (Toejuichingen.) De heer Ledoux, schrijver van de Nationale Federatie der Geteisterden, bevestigt dat er, in het Ministerie van Economische Zaken, een honderdtal beambten zich bezig houden met de herziening der tusschengekomen von nissen en dat er ernstig spraak is de diensten van dat Ministerie te splitsen van een deel ervan te doen overgaan naar de Finantiën en het ander deel naar de Openbare Werken, zonderlinge vermindering der uitgaven 1 De waarheid is dat men wenscht de geteis terden niet meer te betalen Er wordt ver teld dat, met September toekomende, het Verbond der Samenwerkende Vennootschap pen voor oorlogschade over geen kredieten meer zal beschikken om zijne leden te beta len Maar er is wat beters Het dagblad La Nation Beige van i3 Januari 1924, drukt over het herstel der oorlogschade een artikel dat alle palen te buiten gaan. De lezing van dat artikel (grootendeels overgenomen op onze eerste bladzijde) wordt op algemeen luidruchtig protest onthaald. Om dat dreigend gevaar te keer te gaan zegt M. Ledoux moeten wij onmiddelijk de macht herstelleniuaarover wij beschikten. On ze nationale leus staat meer dan ooit aan de dagorde (Toej.) Herdenkt dat het aan den heer Max Glorie te danken is en aan den veldtocht dien hij zoo moedig ondernam, dat het schadelijk wets voorstel op de cessionnaires werd inge trokken. Had M. Glorie daar niet geweest, ’t was er mee gedaan I... Schaart rondom U al de mannen van goeden wil, wakkert de onverschilligen op en houdt U gereed voor de verdedi ging der rechten van de geteisterden (Langdurige toejuichingen.) De heer Max Glorie, insgelijks zeer toege juicht, spreekt daaromtrent de volgende rede uit Mijne vrienden waren zoo goed mij lof toe te zwaaien. Ik ben er in ’t geheel niet hoo- vaardig om. De opoffering van een enkel per soon is bitter weinig. Ik herinner mij, met genoegen, de medehulp van al de mannen van «oeden wil in de verwoeste gewesten M. Geuten, die altijd in de bres isonze wakkere voorzitter, M. Arthur Butaye en M. Ledoux, de vriendelijke schrijver van de Nationale Federatie der Geteisterden (Toejuichingen) ’t Spijt mij rje.es M- Buyl.hier niet te zien die, I ■1i Hi

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche (1925-1929) | 1924 | | pagina 3