I II i üoriogschade - Oommagas de guerre 680 i325 4o55 Berichten bezati II 18.465 26.160 - l’!l|S- 2245 1235 55o 43i5 35o 24.425 33.go5 De Burgemeester der Stad. Yper maakt be kend dat de Prijskamp voor Merrieveulens en Kweekmerriën van inlandsch ras (6e omschrij ving) zal plaats hebben op de Groote Markt te YPER, den Donderdag 19 Juni 1924, om 10 uur; Voor verdere inlichtingen, zie den plakbrief ten gemeentehuize. R. COLAERT De Burgemeester der Stad Yper maakt bekend dat het examen voor de plaatsen van ondercommissaris en agenten van policie zal plaatshebben inde Stadsjongensschool, Sint- Niklaasstraat, op Donderdag 5 Juni ®m 13 uur en niet ’s middags. Igil" In de laatste zitting der Scheidsrechterlijke Comtnis- sles werd de schade, waarde 1914, als volgt vastgesteld voor de hiernavermelde geteisterden Gheluwe We Detant-Verkindere Mahieu-Ghesquire w Denturck kinders Wervick Henri Vanrobaeys-Cannaert Désiré Roussel-Dochy We Coudron-Nuytten en deelhebbers 1400 Henri Bardijn-Houtekier Bailors Hélène we Decherf Georges Arcy We Debeuf-Delbecque en kinders We Demuysere-Delbaere en deelhebbers Emile Debeuf-Descamps en deelhebbers De erfgenamen van Masil-Daxid Jan Baptiste lij mogelijk te herstellen. Ik heb met aandacht ’s ministers antwoord op de markenkwestie, in verband met de oor logsschade, gelezen, antwoord dat hij gaf in den Senaat aan den heer Van Overbergh en waarin hij wees op de groote bezwaren welke aan die terugvordering verbonden waren. Zijn er moeilijkheden verbonden aan de terugvordering van hetgeen te veel uitbetaald werd in zake inwisseling der marken, er zul len er ook oprijzen bij het regelen der kwestie van de oorlogsschade. Immers de titels zonder wederbelegging kunnen slechts binnen vijftien jaren worden ingewisseld. Welnu, dan zullen velen van die lieden reeds overleden zijn en die moeilijkhe den voor de erfgenamen zullen bij de vleet oprijzen, zooals zij heden ten dage reeds vóórkomen Thans wil ik den minister vragen of het waar is, dat de Federatie der Kooperatieven zal verdwijnen dit zou ook de verdwijning beteekenen der plaatselijke kooperatieven, die hun werk gratis doen en dus door bezol digde ambtenaren zouden moeten vervangen worden. Het antwoord op de vraag wordt met ongeduld door de belanghebbenden ver wacht. Een tweede vraag Gedurende de laatste interpellatie over de politiek der regeering inzake het herstel van de verwoeste gewesten, werd er door den heer minister van ekonomische zaken verklaard, dat de inkrimpende omzendbrieven zouden ingetrokken worden. Maar zijn ze niet ver vangen door andere of door mondelinge on derrichtingen, die dezelfde beteekenis hebben? In dat geval zou de minister misbruik gemaakt hebben van zijn toestand. In het verslag van den heer de Liedekerke wordt gezegd'dat niet zal worden geduld, dat de geteisterden in twee reeksen worden ver deeld, en dat zij kunnen gerust zijn. De heer Theunis had reeds eene soortgelijke verkla ring bij zijn eerste ministerie afgelegd. En daar is niets van in huis gekomen. Bij zijn tweede ministerie legde hij eene zelfde ver klaring af. En weer werd dit woord niet ge stand gedaan. Dat weten alle geteisterden. Met wie dan heeft de heer de Liedekerke willen den draak steken ?Want zijn verklaring heeft geen de minste waarde. Er zijn reeds twee soorten van geteisterden al de rijken werden de eerste bediend, toen de frank nog een zekere waarde had. Nu legt men aan de geteisterden alle moeilijkheden in den weg, vermindert men het coëfficiënt, en de frank heeft nog de helft van de waarde. En wij stellen verder vast dat bij voorbeeld voor het arrondissement Yper, waar geen nijverheid was, van de meer dan 79,000 dossiers er nog 37,684 moeten uitbetaald worden Dus nog 46 t. h. Anderzijds werd in dat arrondisse ment 969,585,56g frank vergoeding uitgekeerd. Het zal zeker niemand verwonderen dat ik tegen de begrooting van de verhaalbare uit gaven zal stemmen. (Zeer wel bij de uiterste linkerzijde.) e en kinders 23 Mei 1924 De Heer Van Glabbeke Ik vraag de regeering dat zij tegenover de bevolking der verwoeste streken geen maatregelen zou nemen van aard om haar te verontrusten. De jongste verklaringen hebben een zekeren twijfel laten bestaan. Het komt er op aan dat de minister dien bepaald wegneme. Wij hebben recht op vergoedingen. Niemand ter wereld kan volhouden dat de wonden van Duitschland en Rusland voor de onze moeten verbeeld worden. De opofferingen welke wij sedert den wapenstilstand ons getroostten, geschiedden met de overtuiging, dat Duitschland zou gedwongen worden ons schadevergoeding te betalen. Wij kunnen ons slechts verheugen over de gedane pogingen. Ook zijn wij bijzondere erkentelijkheid verschuldigd aan de koopera tieven voor oorlogschade en in het verslag van Aankoop van ilj'l Stad Yper Gemeenteraad Zitting van 31 Mei 1924 om 15 ure DAGORDE 1. Proces-verbaal der zitting van 3 Mei 1924. 2. Algemeen inrichtingsplan der stad en rcoiingsplan van de Hallestraat, Hot k der Korte Thourout- en Oude Houtmarktstraten, deel van den Kanonweg en Hoek der Mond en Arsenaalstraten, overblijvende deel van den Kanonweg, Schuttelaer- en Blinle Lie denstraten, Beluikstraat, Nieuwe straat tus- schen den Kanonweg en de Tegelstraat, Nieuwe laan tusschen ’t Minneplein en de Veurnesteenweg, verlengd tot aan de Pope- ringhe steenweg. 3. Gemeentebestuur stoelen Krediet. 4. Waterleiding Aankoop van grond. 5. Lager onderwijs Aangenomen Sint Aloysius’ school Aanvullende toelage. 6. Burgerlijke Godshuizen Aankoop van Bouwgrond. 7. Burgerlijke Godshuizen Verkooping door onteigening van een perceel grond. 8. Kerkfabriek van St Jacobs Aankoop van grond. g. Bureel van Weldadigheid Ouder domspensioenen Tusschenkomst. 10. St Pieters wijk Volksfeesten Aanvraag om toelage. 11. Gemeentefeesten 1924 Feestwijzer. 12. Mededeelingen. den heer de Liedekerke stip,ik vooral aan dat al het niögelijke moet gedaan worden om Duitschland te verplichten zijn schadever- goedingsschuld te betalen. Ik beknibbel de belastingswetten niet die ons zoo zware lasten opleggen, want de regeering weet wat zij van het land mag vra gen. Ik herhaal echter, dat de geteisterden recht hebben op het verkrijgen van voldoe ning zoo spoedig mogelijk op voorwaarde natuurlijk, dat het echte geteisterden zijn en niet zulke die weinig of niet gegronde klachten doen gelden. ment dat de 47 t. h. der in vertoef blijvende zaken zich bevinden. In welk tijdperk kunnen wij derhalve de eindoplossing voorzien Over de cessionnairs wil ik ook een woord zeggen niet om hen in ’t algemeen te verde digen, maar om de aandacht te vestigen op de kleinen onder hen. In Yper zijn thans een zevental openbare vermaakslokalen gebouwd met de gelden der oorlogsschade. Nog andere groote openbare gebouwen werden alzoo opgetrokken, maar huizen en werkmanswoningen werden in on toereikend getal gebouwd. Ditziet men genoeg aan de massa barakken welke nog overal in en rondom de stad te vinden zijn. De minister kan zulks niet loochenen het feit is al te waar Anderzijds ziet men dat, wanneer een paar werklieden hun rechten hebben samengevoegd om een netter huis voor beider onderkomen te bemachtigen, dan worden die als speku- lanten aanzien, en niet zelden wordt dan door den Staat beroep aangeteekend. Hebben zij den slag thuis gehaald in beroep, dan heb ben zij nog te kampen met den dienst van wederbelegging. Ik meen echter dat aldaar de vertraging het gevolg is van de overmaat van werk. Het ware dus, mijns inziens, wensche- lijk dat het getal opzichters bij dien dienst werde verhoogd. Ik meen te weten dat de minister hier eens verklaard heeft dat er geene titels afgeleverd werden zonder interest. Ik heb het bewijs van het tegenovergestelde, onder andere ben ik in het bezit van een titel toebehoorende aan een oud vrouwken dat verklaard had niet meer te zullen heropbouwen welnu, die titel is niet uitkeerbaar en geeft geen interest. Nu zou het wel van belang zijn te weten, hoeveel het aan den Staat kosten zal om een niet uitwis selbare titel van 100 frank uitwisselbaar en rentegevend te maken Dat zal wellicht veel meer bedragen dan de titel waard is. Een andere bemerking betreft de laatste maatregelen opgedrongen aan de kooperatieve voor oorlogsschade. Volgens deze maatrege len zouden de titels aan de kleine geteisterden door kooperatieven niet meer mogen uitbe taald worden, wanneer die geteisterden een kleinen handel of nijverheid drijven. Zoo dit waar is, moet dit onmiddellijk veranderd worden. Want die menschen worden nu ge dwongen zich te wenden tot de Nationale maatschappij voor Krediet aan Nijverheid en Handel, waar zij een hoop formaliteiten te vervullen hebben, en gedurende dertig jaar per duizend hebben te betalen van het opge haald kapitaal. Dat maakt dus 18 t. h. dat zij van hun schadeloosstelling verliezen. De heer minister zal met mij moeten erkennen dat dit onrecht is. Een mensch die voor den oorlog een klein winkeltje of herbergje had, kan geen geld meer krijgen van de kooperatieve voor oorlogs schade, terwijl een schatrijke rentenier zonder eonige moeite zijn titels kan laten uitwisselen hij de kooperatieve voor oorlogsschade Reeds zoo menigmaal werd er beweerd dat ergeen geld meer is om te betalen. Doch aan regeering werd tevens reeds herhaaldelijk et middel aangewezen om zich dit geld te ezorgen. Ik wil spreken van de kwestie der marken. O 1 ik weet wel dat het zeer moeilijk zal zijn de uitwisselaars van marken te doen *®ruggeven wat zij te veel hebben ontvangen. aar toch mogen wij niet uit het oog verlie zen dat meest al degenen die alsdan marken en, dezelve hadden aangekocht beneden ^_en prijs van 1 fr. 25. Indien zij nu 80, 70 of d Centiem per mark hadden verkregen, zoü- 0 n zij zich reeds gelukkig hebben geacht, ten erstaan van al de andere geteisterden. Wel- dié T kestond dus niet veel verschil tusschen wee soorten van geteisterden. Waarom vereSte? ^an de markenbezitters alleen geheel de wi^' ^orden en de andere op ontoereiken de do^nC een’^e bedoeling is naar een middel en U1dz’en om de onrechtvaardigheid zoo I p I I,

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche (1925-1929) | 1924 | | pagina 3