DE ROODE LAMP WEjRtxrxaa I D Leest en verspreidt HET YPERSO® Bixschote 27 ’t Ypersche 7-6-24 I belache- dezel Vrij vertaald vaar het Engelsch Is. ACHTERGAEL A l’occasion du départ de Monsieur le Haut Commissaire adjoint Serruys une délé- gation de sinistrés composée de Messieurs Louis Geuten, Président de l’association Lerou}, Bourgmestre de Wervicq d’Enne- tières, Bourgmestre de Comines Bayart, Bourginestre de Becelaere Ghesquière, Bourgmestre de Gheluwe Bonduelle, Eche- vin a Jlouthem Dekerle, Echevin a Bas- Warnêton Vandevoorde, Secrétaire Com munal i Menin les notaires Vermeulen et RamaultVandenbulcke, Vanderheyden, Ser- vule Leroux, Deltour, Castelain, Billet, Thery, Gallant s’est rendue auprès de Mon sieur Serruys afin de le remercier pour les services rendus aux régions dévastées. Monsieur Louis Geuten au nom de la délé- gation lui adressa l’allocution ci-dessous. Monsieur Serruys remercia en termes tou- chantset exprima le vceu de voir au plus tót la realisation de son rève la reconstruction in tegrale des Régions dévastées. Monsieur SERRUYS, C’est avec une émotion bien comprehen sible qu’au nom des sinistrés nous venons Vous temercier bien sincèrement pour les immenses services que Vous avez rendus depuig 1920 a la renaissance de notre mal- heureuse région. Lorsque le Gouvernement du Roi Vous appelait aux Hautes fonctions que Vous avez remplies a la satisfaction de tous, Vous Vous trouvkz devant le néant quelques rares maisons se trouvaient debout, mais inhabi- tables des communes entières étaient anéan- ties, leg terres bouleversées, les habitants sans demeures, sans meubles, sans gagne pain. C’est ^lors que Vous Vous êtes attelé a la tache gans précédent, Vous Vous êtes multi- plié outre mesure, organisantméthodiquement et sür^ment tous les services indispensables au prompt rétablissement de ce que la guerre avait détruit. Il »’y a que nous, sinistrés, qui avons constaté votre oeuvre, qui pouvons juger a sa juste valeur la force d’énergie, de ténacité, de persévérance, que Vous avez dü déployer pour mener a bien, dans un laps de temps relativement restreint, cette entreprise qui fait l’admiration de tous et qu’en d’autres pays on a justement qualifié de miracle de la résur- In alles is het slechts de eerste stap die moeite kosteen moedig paard spitst de ooren bij den reuk van den buskruitdamp weder voer op zinrijken toon de bandiet. Ik verliet deze plaats, uitwendig kalm, doch inwendig aan den hevigsten zielenangst ten prooi. Dit vreeselijk geheim versmachtte mijn hart en drukte als een looden grafzerk op mijn geweten. Indien ik het politiebestuur verwittigde dit was mijn eerste denkbeeld. Edoch, na rijp overleg, overtuigde ik mij, dat ik noch klare aanduidingen noch stellige stoffelijke bewijzen bezat. Voorzichtigheidshalve, hielden mij beide booswichten den naam en de woon plaats van het door hen bedoelde slachtoffer verborgen. Aldus, hadden zij schoon spel om alles te loochenen, ja zelfs om mij het opvat ten dier vuige misdaad op den hals te laden. Mijn twijfelachtige toestand, en de zekerheid dat ik aan hunne wraak niet ontsnappen zou, indien zij ooit van eene dergelijke verklikking kennis kregen, waren meer dan genoegzame beweegredens om mij den onbreekbaren zegel des geheims op den mond te drukken. Gedurende den op dit onderhoud volgenden nacht, vond ik noch rust, noch duur. Mijne hersens gloeiden, als ware mijn bloed door eene koortsziekte ontstoken. Een storm van allerhande pijnlijke overwegingen loeide door mijnen geest. Was het wel ik, die zoo diep in het slijk der boosheid gezonken was Was het wel waar, dat ik eene heimelijke moordenaars beraadslaging bijgewoond had En echter vier jaren geleden, bloosde ik nog (vervolg) XIIII Maar hoe slecht ik hem aanzag, dat hij ooit mijne medewerking tot het plegen eener laffe moord hadde gevergd, zoo ver dacht ik nooit. De duistere haat, die reeds lang tegen dien man in mijn hart smeulde, ontgloeide thans in zijne volle hevigheid. Ik gevoelde dat alle de banden die mij aan hem vastklonken, op eens waren losgesprongen. Ja, al hadde ik alleen tegen beide gruwzame kerels eene worsteling op leven of dood moeten aangaan, het bloed van mijnen evenmensch te vergieten... dat nooit Wel wetende echter, welk gevaar eene rondborstige bekentenis van dit besluit mij hadde berokkend, besloot ik te veinzen. Ik onderdrukte met geweld mijne ontroering, en oogen^chijnlijk nam ik dit schandelijk voor stel agn, met eene bereidwilligheid die zelfs deze Onmenschen verwonderde. Eh wel Voorzegde ik het u zoo even niet, dat hij dan toch de harde noot kraken zou? vroeg Uurwekker, met eenen blik van zegevierende voldoening op zijnen gezel. our s’assurer de votre élégance et facilité, rien n’est plus simple Demandez les, Corsets D V«7. bij het hooren van een oneerbaar woord fflijll leven was toenmaals nog aan eenen schoonesi lentedag gelijk. Gods heilige engelen mochten alsdan zonder treurnis in mijn hart even als 4 eenen helderen spiegel blikken zij hadden© hun evenbeeld terug gezien. Hoe dan had dif gelukkige staat een einde genomen WeH booze geest ontroofde mij dien heiligen schatj mijner onschuld Wat eene voor verhol©! helsche macht stuurde mij immer verder ©I verder tot dicht aan de gruwzaamste der miS'l daden, op de baan des kwaads O hadde ik toch deze aarde verlat® vooraleer den eersten druppel genever mijne’ lippen bezoeldelde Immers, sinds ik het g© vloekte juk van den drankduivel op mijne| schouders nam, waren beurtelings alle de rei© en zoete begoochelingen mijner kinderjaren als verwelkte bloemen van mijne maagdelijl'8 zielenkroon gevallen. En thans eenzaam »a’, denkend, op de puinen van mijn gansch zed© lijk wezen neergezeten, bleef mij niets me© over dan met bloedige tranen mijn verdwen© geluk te beweenen. Voor dien ellendigen gene! ver, had ik alles geslachtofferd, alles verlor©11 Voor dien ellendigen genever, had ik met ee\ den hemel en de aarde gehoond, mij in d© modderpoel aller laagheden, aller vernet’ ringen, aller eerloosheden gedompeld, e| daarmede nog niet tevreden om mijn ze(m lijk verval te voltrekken stak dit genadelo°| monster mij nu het bloedige moordstaal den vuist!!! {’t VervolgÏÏ-A rection de la BELGIQUE. En effet ceux qui ont vu doivent avouer sans arrière pensée aucune, que le miracle s’est réellement réalisé. Devant les difficultés que Vous avez ren- contrées, Vous êtes resté calme, trouvant solution a tout, sans heurt ni cri, Vous avez contenté tout le monde malgré les milliers de solliciteurs a la fois. Ce n’est pas peu dire surmonter tous les obstacles, satisfaire les sinistrés et sauve- garder les intéréts de l’État. Vos qualités ont réalisé admirablement ces différents points. Est ce a dire que le miracle de la renaissance est arrivé a son apothéose Disons franche ment NON I bien des litiges restent en souf- france. Estce a dire que nos régions ont reconquis leur situation d’avant-guerre Disons encore franchement NON et avouons que le com merce et l’industrie ont déménagé de nos régions, que la mort règne encore dans nos plaines, et qu’il faudrait beaucoup de temps encore et des efforts surhumains pour y rame- ner la vie, si jamais elle y revient comme autrefois. Quoi qu’il en soit ne désespérons pas les sommes nécessaires a l’achèvement sont re lativement minimes, mais le Gouvernement ne voudra pas abandonner a la ruine la région la plus fertile de la Belgique. Nous avons même la conviction que nos Dirigeants voudront cautériser la dernière plaie de la guerre dont nos concitoyens sont et resteront les victimes. Votre passage parmi nous, Monsieur SER RUYS, aura été une legon d’énergie dont nous profiterons pour mener a bien 1’oeuvre commencée par Vous par une collaboration étroite et éventuellement en signalant les rares abus. En dehors de Vos fonctions, Vous avez été le réalisateur d’une oeuvre impérissable la constitution de la Société des habitations a bon marché, certaines localités frappées de la crise du logement Vous en doivent de la reconnaissance. Que cette modeste manifestation de recon naissance au milieu du chaos d’après guerre soit pour Vous l’expression sincère d’une légion de Beiges que Vous avez aidés a sortir du marasme et formons le vceu, dans l’intérêt du pays, quele Gouvernement donne les ordres formels pour effacer au plus tót les derniers vestiges de la plus affreuse des guerres. Gedenkteeken aan de Gesneuvelden Bixschote ook wil hulde brengen aan zijne I gesneuvelden en door een blijvend gedenk-1 teeken het offer onzer Helden bij het nage-r slacht bestendigen. Een Comiteit kwam tot stand en een ont- i werp werd reeds opgemaakt. Dit stelt een grondwerk voor met vier groote paneelen, op I welke de namen der gesneuvelden moeten komen midden prijkt een groot kruis (kruis van Malta). Het geheele stuk heeft 6 meters lengte op 5 m. hoogte en moet in wit steen afgewerkt worden. Onder het gedenkteeken; zullen vier gemetste graven zijn, in welke del overblijfselen der Helden dienen geplaatst. De noodige fondsen werden omgehaald bij de tegenwoordige en gewezen Bixschotenaren; alsmede bij enkele aanliggende geburen. De omhaling lukte, ja, boven verwachting; ieder een bracht bij naar zijn vermogen enkel twee of drie wisten, omwille van een lijk voorwendsel, hunnen penning aan daad van erkentelijkheid te ontzeggen. De omgehaalde som zal volstaan om de! onkosten van het Monument te dekken schik] kingen worden genomen om de onthulling in] de eerste dagen van September te vieren. Alle bijdragen, intusschen, zijn welkom, wantl het bijhalen der lijken, alsmede de feestelijk heid zelve, brengen tal van onkosten mede daarom is alle jonste, hoe gering ook, met! dank aanvaard. La modestie est une vertu qui Vous est propre, nous n’avons pas voulu sortir de Ce cadre, mais que notre démarche simple soit pour Vous l’expression de notre admiratiOn> notre geste a d’ailleurs été devancé par Majesté le Roi des Beiges qui voulant récorj. penser Votre travail Vous a élevé au grade de Chevalier de l’ordre de Léopold. I Avec l’expression de leur reconnaissance les sinistrés Vous adressent leurs felicitations et feront en sorte que Votre nom si considéré soit inscrit en lettres d’or dans l’histoire de la reconstruction des Flandres Dévastées. Encore au nom des sinistrés leur dernier cri, cri du cceur MERCIMERCIj DOOR L.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche (1925-1929) | 1924 | | pagina 6