Samenwerkende Vennootschap Déclarations-Passavant Belgische Wetgevende Hamers ciéer n'est pas assurée, on ne peut prétendre que la Fédération des coopératives a fini sY mission. Emet le voeu de voir l'assemblée de la Fédération des Coopératives repousser la p/oposition de dissolution et de maintenir »la-durée de dix ans qu'elle s'est assignée par l'article 4 de l'acte constitutif du 25 JuÜllet 1919 Cette resolution mé/ite noire ckaude approba tion"; mais nous la trouvons insuffisante. Non seulement la Fédération des coopératives nedevraitpas étre dissoute, mais en supposant qu'elle soit dissouteles Coopératives locales devraient continuer d subsisier. Trop de sinistrés ont encore a recevoir le paiemeni de leurs indem- nitéset, parmi c'eux qui out refittrop de sinistrés ont, ou sont menacés d'avoir, des diffi- cnltés trés graves avec le Remploi, ou avec le Bureau de liquidation dpropos des intéréts payés:, Le gouvernement aurait beau jeu si les coopé ratives se dissolvaient Oir les malheureux iraient-ils prendre conseil ■.Tant que les sinistrés auront besoin d'etre aiciés, il est du devoir des bureaux des Coopé ratives locales de les aider de leur expérience. II est regrettable que tant de coopératives perdent celce de 1me. voor Oorlogsschade Yper en de Omstreken 'Zondag, 24 April, had de gewone algemeene vergadering plaats in de zaal Oud Yper. Een zeventigtal leden waren aanwezig. De heer A.. Masschelein zat de vergadering voor. Hij wenschte de aanwezigen welkom en drukte zijn spijt uit dat er zoovele afwezig zijn. Het is nochtans noodig dat al de geteisterden ver- eénigd blijven en elkander moeten steunen. Zii, die hunne schade geheel vereffend hebben mossen niet vergeten dat er nog vele zijn, die wachten moeten. Vervolgens gaf hij lezing van 't volgende Verslag van den Beheerraad der Samenwerkende Vennootschap Yper en de Omstreken Dienstjaar 1916 Dames, Heer en, Krachtens artikel 53 onzer standregelen hebben wij de plicht en de eer U verslag te geven over de werkzaamheden van onze Ven nootschap voor Oorlogschade Yper en de Omstreken gedurende het verloopen dienst jaar. 1926 en terzelfder tijd den bilan, gesloten op 3i December 1926, aan uwe goedkeuring te onderwerpen. Onze werkzaamheden, die vroeger veelom vattend waren, zijn heden zeer ingekrompen. Ér zijn geene voorschotten van 70 meer te verleenen, noch naamtitels uit te wisselen. Ook de betalingen zijn door het Ministerie van Geldwezen vereffend en niet meer door het Verbond der Samenwerkende Vennoot schappen. Er blijft ons alleen rog over over eenkomsten te sluiten voor schaden, die de 5o.ooo fr. niet overschrijden. Doch het zijn de laatste bundels, die het meest ingewikkeld zijn, en vele moeilijkheden opleveren. In den loop van het gansche jaar konden wij er maar 32 volledig krijgen en door overeenkomst op lossen. Het is maar weinig, doch de schuld ligt aan de geteisterden, die, door onverschilligheid of door nalatigheid, verzuimen aan onze her haalde uitnoodigingen het gewenschte en ver eischte gevolg te geven. In de moeilijke toestanden, waarin het Staatsbestuur op geldelijk gebied verkeert, moeten de geteisterden lang wachten op de vereffening der verschuldigde schadeloosstel lingen. Daardoor verkeeren er veel in groote verlegenheid en in zeer moeilijke, ja pijnlijke toestanden. Zij mogen zich altijd tot ons Bestuur wenden, waar zij immer met raad en daad. zullen bijgestaan en geholpen worden voor zooveel het in onze macht is. De Be heerraad is en blijft ter beschikking van iede repn ©m de belangen van eiken geteisterde ter harte te nemen en te verdedigen. Men weze overtuigd dat hij daaraan nooit te kort komen zal, zoolang er geteisterden zijn, die geene rechtmatige voldoening bekomen hebben. Het is ons een aangename plicht hier hulde te brengen aan den Heer Hoofdstaatskommis- saris met wien wij steeds de beste betrekkin gen hebben en die ons al de hulp en diensten bewijst, welke wij van hem verlangen kunnen. Hij ook is bezield met eene ware genegenheid voor alle geteisterden en eenen geest van rechtvaardigheid boven allen lof verheven. Daarvoor ontvange hij onzen besten dank. Dames en Heeren, aan uwe goedkeuring onderwerpen wij hier den bilan van het dienst jaar 1926 Hij sluit op 3i December als volgt: ACTIEF I. Onroerend gemaakt Bureelmeubelen 840,07 II. Verwez entlijkbaar 1) Portefeuille 10 aandeelen Verbond, ongek weten 1.000,00 60 loten, leening 1921 12.040,00 80 loten, leening ig22 19.800,00 120 loten, leening 1923 56.3g3,oo 73/5oo Inlandsche met premiën 32.174,00 Schatkistbons 3o.ooo,oo 151.407,00 2) Samenwerkers, on- gekweten onderschrijvingen 162.975,00 III. Beschikbaar 2) Postchecks 784,35 1.794,35 PASSIEF I. Jegens haarzelve 1) Kapitaal 2o3.025,oo 2)Afkortingen 840,07 3) Wettelijk voorbehoud 6.732,98 2io.5g?,o5 II. Jegens derden 10 aandeelen Verbond 1.000,00 III. Over te brengen als overschot van voorraad voor algemeene onkosten 105.418,97 317,017,02 Wij verzoeken U dien bilan te willen goed keuren. Daardoor zult Gij ons bewijzen dat onze werkzaamheden door U op prijs gesteld worden. Voor ons zal het eene aanmoediging zijn 0111 voortdurend de belangen van al de geteisterden te blijven verdedigen. Gij zult ook gelieven de heeren Beheerders en Kommissarissen, die allen steeds geijverd hebben ten uwen voordeele, ontlasting te geven, als bewijs van vertrouwen, dat Gij in hun onbaatzuchtig werk stelt. Het mandaat van twee Beheerders, de h h. A. Donck en Jos. Van der Mersch, is geëin digd. Zij stemmen beide er in toe het te laten vernieuwen en zij zijn herkiesbaar. Wij stel len U voor ze te willen herbenoemen, U de verzekering gevende dat zij voortdurend uwe belangen met hart en ziel zullen blijven ter harte nemen. De heeren R. Cordenier, Bestuurder, en H. Simoen, zijn helper, zijn altijd ten dienste van alle geteisterden en ontvangen iedereen vriendschappelijk. Zij ook zijn bereid U bij te staan en te helpen zooveel het in hunne macht is en verdienen dus uwen dank en uwe genegenheid. Blijft dus uw volle vertrouwen stellen in uwen Beheerraad. Deze zal U nooit in den steek laten en voor dat vertrouwen drukken wij U bij voorbaat onzen rechtzinnigen dank uit. De Beheerraad, Dan nam de heer H. Sobry het woord, namens den Raad der Kommissarissen en hield lezing van 't Verslag van den Raad der Kommissarissen. Ingevolge .de wet en de standregelen heb ben wij de eer U verslag te geven over de zending, waarmede Gij ons belast hebt. Wij hebben de boekhouding, de geschriften, den inhoud van Kas, Postcheckrekening en de waarden in Portefeuille onderzocht en nagezien, evenals den bilan op het einde van het dienstjaar. Dat onderzoek en nazicht bewees ons dat de schriften regelmatig ge houden zijn en dat de boeken volkomen overeenstemmen met de sommen, die op den bilan voorkomen. Er heerscht orde in het bestuur en de boek houding is met nauwgezetheid gehouden. Alles getuigt er van spaarzaamheid en stipte naleving der standregelen. Wij stellen U derhalve de goedkeuring voor van den bilan, zooals hij door den Beheerraad voorgedragen geweest is. Met eene oprechte voldoening brengen wij hulde aan de werkzaamheden van den Be heerraad en het dienstpersoneel en sturen aan hen allen een welgemeend dankwoord toe; Ten slotte werden de bilan goedgekeurd, aan de Beheerders en Kommissarissen ont lasting gegeven en de Beheerders benoemd. De voorzitter richt nog eenige gemeende dankwoorden tot de aanwezigen en verklaart de zitting geheven. VRAGEN EN ANTWOORDEN Ministerie van Openbare Werken Vraag van den heer Brutsaert. De bevol king van de gemeenten Ploegsteert (België), Houplines (Frankrijk) en omgeving vernamen met vreugde dat de laagste aanbieding werd goedgekeurd betreffende het herbouwen van de brug te Houplines op de Midden-Leije dit werk werd verwoest onder den oorlog en sedertdien niet vervangen. Door het herbouwen van die brug zal op nieuw aldaar het verkeer kunnen plaats heb ben tusschen de beide landen en tevens zal er een einde gesteld worden aan den droeven toestand waarin de bewoners van het gehucht Klein Vlaanderen verkeerden, doordien zij sedert den oorlog geen vaste huizen konden doen bouwen en verplicht waren barakken te doen zetten die eiken Winter overgestroomd werden. Blijkens sommige geruchten nochtans, zou den de departementen van landbouw en van openbare werken het nog niet eens zijn betref fende hun wederzijdsche geldelijke tusschen- komst en andere punten van bijkomenden aard, wat de vrees doet ontstaan, dat opnieuw vertragingen bij het uitvoeren der werken zullen voorkomen. Anderzijds weet ik, dat Frankrijk zijn instemming heeft verleend aan gaande zijn geldelijke tusschenkomst, die de helft zou bedragen van de uitgaven en dit niettegenstaande het vermeerderen van den prijs der werken, bepaald voor de waardever mindering van den frank. Van Fransche zijde zal dus geen de minste moeilijkheden be staan. Mag verwacht worden dat de heer minister zijn twee departementen tot overeenstemming zal brengen, ten einde te vermijden, dat nog maals vertragingen in het uitvoeren der be doelde werken zouden voorkomen Antwoord Het departement van openbare werken heeft de goedkeuring van de inschrij ving Coussée-Bostoen, verminderd op 999,876 fr. 65 c. aangenomen. Het departement van Landbouw heeft be slist tusschenbeide te komen en het deel der uitgave betreffende de oorlogsschade en het heelt de wijze bepaald waarop zijn aandeel in de uitgaven tot verbetering zal berekend worden. De hierbij betrokken besturen zullen eerlang nopens de bepaalde bedragen der financieële bijdragen en nopens de bijkomende vraagstuk ken overeenkomen. Van mijnentwege verzet er zich dus niets tegen de uitvoering der werken. iEers® ScthB«mde Wij vernemen dat gezien de vordering der grootsche nieuwe werken aan de haven van Oostende, de Heer Minister Baels besloten heeft onmiddellijk te doen overgaan aan de werken der nieuwe vischmijn. Miljoenen dus voor nieuwe werken, die kunnen wachten, maar geen centiem voor de vaart van Yper naar den Yzer. Het is eene ongehoorde schande Heeren Kamerleden en Senatoren, wie van U zal daarover de regeering interpelleeren au bureau de ce journal 1) Kas 1.010,60 317.017,02

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche (1925-1929) | 1927 | | pagina 2