wouden de watermeters afgelost worden in io aar Het is de eigenaars van huizen vrij de watermeters te koopen of te huren, doch in foeicte gevallen blijit het toezicht erover ten jaSte van de stad. De heer Missiaen vindt de huurprijs over dreven Thans reeds wordt er geklaagd omdat men moet 27 fr. betalen voor het water. gn ou zouden de menschen 33 fr. moeten be talen per jaar voor een watermeter alleen zon der een druppel water verbruikt te hebben, pit is niet aannemelijk en ik zal het in geen geval stemmen. Dit zou oorzaak zijn dat tal van arme menschen geen stadswater meer ge bruiken en zich op een andere manier zouden trachten water te verschaffen, dat allerhande ziekten in stad zou kunnen brengen. Er mag niet vergeten worden dat de waterdienst een dienst is van openbaar nut en dat de openbare gezondheid er grootelijks van afhangt. Men za] moeten zoeken een ander formule te vin den die meer bevrediging geeft. De heer Bossaert vraagt dat men hier te Yper zou doen lijk te Oostende en zooveel andere steden, namelijk de watermeters doen betalen maar een zekere hoeveelheid water kosteloos geven. Alwie het bepaald aantal kubieke meters water overschrijdt is gehouden dit meerder gebruik te betalen. Het water tarief zou ook nog kunnen verhoogen naar mate het verbruik van water vermeerdert. Hierop ontstaat een lange bespreking, maar <er kan niets bepaald besloten worden. De heer schepene Declercq stelt voor artikel i3 en 14 onverlet te laten ofwel te vermelden dat de prijzen jaarlijks zullen herzien worden, om heden nog de volgende artikels te kunnen goedkeuren. Dit voorstel echter wordt niet aangenomen daar die twee artikels juist de hoofdzakelijkste zijn en gansch het reglement er op berust. M. Lemahieu. Uit de bespreking blijkt dat de kwestie niet grondig genoeg werd inge studeerd. Ik ook ben voorstander een zekere hoeveelheid water voor niets te geven, en volgens mij ware het best die zaak te verzen den naar de commissie van onderzoek. De heer schepene Declercq zegt ook nog dat de verordening een prijsvermindering voorziet voor de noodlijdenden en de kroost rijke gezinnen. Verschillige raadsleden bekampen dit stelsel en verkiezen een gelijke behandeling voor gansch de bevolking. Met het stelsel door den heer Bossaert vooruitgezet zal dit de inwoners aanzetten de hoeveelheid water kosteloos ver leend zoo weinig mogelijk te overschrijden. Dit zal dus een groote besparing zijn in het verbruik van het water, hetgeen het eigenlijke doel der watermeters is. M. Bonnet. Het is spijtig dat de heer Van Nieuwenhove, die in 't bezit is van be langrijke en nuttige gegevens over die kwestie, niet tegenwoordig was op de vergadering van de commissie. Hij had ons van het aller grootste nut geweest. M. Glorie. Ik heb het altijd gezegd dat men de liberalen nog niet kan missen. M. Van Nieuwenhove. Ik had aan den heer schepene gevraagd die commissie niet bijeen te roepen op een Donderdag, en 't is juist dien dag die gekozen werd. Eindelijk wordt er besloten dit punt uit te stellen en naar de commissie te verzenden noor nieuw onderzoek. VI. Mededeelingen. t) De Commissie van Openbaren Onder- an(i deelt mede dat zij overgegaan heeft tot pet voorschreven onderzoek der kas, waaruit i)kt dat er een overschot is van 179.271 fr. 52. tv2) Op 27 Juli heeft de heer Minister van innenlandsche Zaken een brief gericht aan p stadsbestuur om het te bedanken voor het n ed onthaal waarmede een afvaardiging van eri Volkerenbond hier ontvangen werd. 3) 3f. Bonnet. Vroeger werd er reeds vraagd hoe de gezondheidscommissie was mengësteld. Die vraag werd nooit stellig ^ant W°0r<^' Ti-idens de geheime zitting zal ik Wer f°nen dat die commissie niet regelmatig samengesteld en niet regelmatig werkt. heeft 1 ^euric^any Tijdens de laatste zitting 't ue heer sche- "CCI Glorie de aandacht van het verkgerieKncoIiege gevestigd op het gebrekkig 2eer fr ,Uer in Yper, dat op sommige dagen het feit a 'S' gebrek vindt een oorzaak in feer druk pVare h^at 6-r *"er c"sis in politieagenten, •dóen niet. m°gelijk 's Zomers beroep te n°g icuZ°u doen den Zondag Hieraan zou ook doelma^611 verholpen worden door een meer die in toePassing van den signaaldienst, ï°taai n ®,steden bestaat maar hier te Yper n breekt. Daarbij wij kunnen bestati- gen dat de agenten zich hier niet kunnen aan passen aan de manier die overal in andere steden gebruikt wordt. Zij hebben de ver- eischte mentaliteit niet om het verkeer te regelen. Ik heb ook nog kunnen nagaan dat het politiebureel hier een boekerij, een echte fichenverzameling wordt. Er wordteen buiten gewone controle uitgeoefend op de talrijke vreemdelingen die hier een tijdje verblijven en dit brengt een buitengewoon zware ver meerdering van werk mede. Ik vraag dus dat de heer Burgemeester, die het hoofd is der politie, de noodige maatregelen zou willen nemen om hieraan te verhelpen. M. Sobry. Ik bedank den heer Leuridan voor zijne inlichtingen en zal de zaak onder zoeken. M. Van Nieuwenhove. Le chef de notre police pourrait utilement se mettre en rapport avec la police de Bruges ou de Gand et de- mander de bien vouloir déléguer ici pour deux, trois jours un agent de police qui serait placé a cöté de nos agents et les mettrait bien vite au courant de la réglementation de la circulation. M. Bossaert. Zijt gij misschien van oor deel dat onze politie-oversten daartoe niet bekwaam ziju MVan Nieuwenhove. Maar de tijd ont breekt hun. M. Bossaert. Ik vind dat zulks vernede rend ware voor onze politie. De heeren Missiaen en Leuridan deelen hetzelfde gedacht niet, vermits er thans een gansch nieuwe manier bestaat om het verkeer te regelen. 5) M. Vandamme. In de vorige zitting heb ik gevraagd aan het schepenencollege bij de Commissie van Openbaren Onderstand te willen aandringen om zoo mogelijk de elec- trische verlichting te plaatsen in de huisjes van het weduwenhof. Tot op heden kreeg ik geen antwoord hierop. Ik ben hierover zoo zeer niet verwonderd vanwege de Commissie van Openbaren Onderstand die, wanneer wij iets vragen, al den tijd gebruikt om ons te antwoorden. Maar wanneer zij iets van noode heeft, dan kunnen wij niet rap genoeg sprin gen. MSobry. Het spijt mij U geen antwoord te kunnen geven, gezien de Commissie van Openbaren Onderstand mij tot op heden nog niets liet geworden. 6) M. Missiaen. Ik zou wenschen te we ten wat er gebeurt in het museum. M. Sobry. De bovenzaal van de vleesch- halle werd ter beschikking gesteld van de Commissie van het Museum, en met spijt moeten wij bestatigen dat tot heden nog niets werd gedaan. Een engelschman heeft het schepenencollege gevraagd voor het seizoen tijdelijk te mogen beschikken over den kelder om er een Oorlogsmuseum in te richten. Daar dit van aard is de vreemde bezoekers aan te lokken heeft het Schepenencollege geoordeeld dit niet te mogen weigeren en heeft de gedane vraag ingewilligd op voorwaarde den kelder te verlaten op het eerste verzoek en een bij drage te betalen aan de stad van 5 op de inkomsten. Daarop hebben wij een klacht ontvangen van de Commissie van het Museum die thans vraagt om over gansch het gebouw te mogen beschikken. Ik geloof dat wij zullen wel doen de vruchten af te wachten der wer king van de Commissie van het Musetsm, eer wij haar over gansch het gebouw laten beschikken. M. Missiaen. De Commissie van het Museum heeft nog niet de bovenzaal van het vleeschhuis ter harer beschikking gehad, zij mag er zelfs niet ingaan, niettegenstaande een schriftelijk bewijs waarbij zij met in Februari moest vrij zijn. Daarbij de vleeschhalle is een stadsgebouw en 't is het Schepenencollege dat zou moeten zorgen dit gebouw vrij te heb ben. Ik heb voorgesteld, maar werd ongeluk kiglijk niet gesteund, den deurwaarder te zenden aan den heer Verwilghen om binnen de veertien dagen alle voorwerpen, die er zich nog bevinden en door hun eigenaars niet werden teruggevraagd, uit de bovenzaal te ruimen. In geval van niet uitvoering zou de deurwaarder eenvoudig alles op straat zetten en niemand zou er zich tegen kunnen verzet ten. Van een anderen kant heeft het Schepenen college het recht niet een stadsgebouw geheel of ten deele te verhuren zonder den gemeen teraad te raadplegen. M. Sobry. Nog nooit werd de kelder gebruikt als museum. De Commissie van het Museum is zelfs nog in staat niet de boven zaal in te richten en nu zou zij al met eens den kelder noodig hebben. De kelder werd niet verhuurd maar enkel tijdelijk in gebruik gegeven. Ik denk dat de raad zal eensgezind zijn om de handelwijze van het Schepenen college goed te keuren en alzoo de weinige aantrekkelijkheden die hier voor de vreemde lingen bestaan te behouden. De kelder is daarbij niet beschikt voor het inrichten van een Museum,het is er veel te donker, en het is enkel om tegenstrijdig te zijn met het Sche penencollege dat gij dit voorstel hebt gedaan. M. Missiaen. Ik weet het niet zoo deze plaats niet geschikt is, want 'k ben er nog niet in geweest. Maar ik meen toch dat wij geen betere plaats zouden vinden om er de ankers, oude steenen en andere herinneringen van onze vernielde kunstgebouwen ten toon te stellen. M. Bossaert. Werd er vroeger nooit een vraag gedaan door een stadgenoot om dien zelfden kelder te huren Ik meen te weten van ja, en ik zou willen de reden kennen waarom die vraag werd geweigerd. M. Declercq. Die vraag, die nooit schrif telijk maar mondelings werd gedaan, is afge weerd geweest omdat die kelder ten deele dient als stadsmagazijn. M. Glorie. Messieurs les Membres de la Commission du Musée ne doivent pas féliciter le collége échevinal pour le zèle intempestif apporté pour lui procurer un local. Si j'ai bien entendu, l'Etat occupe l'étage du batiment servant de Halle aux viandes sans aucun bail, et la ville doit se contenter de se laisser spolier. Allons done prenez les mesures adéquates et, a bref délai, les salles seront mises a votre disposition. Quant a la cave, n'est il pas extraordinaire d'entendre affirmer qu'elle a été mise, sans bail, a la disposition d'un Anglais. Peut-on imaginer que la ville laissera occuper ses batiments avec droit de les reprendre du jour au lendemain Et, a moins d'etre un anglais avec un caractère tout a fait spécial, s'imagine-t-on que quelqu'un veuille faire les frais de l'installation de tout un musée, alors qu'il court le risque de devoir déguerpir immédiatement. Mais, a l'instar de l'Etat, il a la certitude de pouvoir occuper durant tout le temps qu'il lui plaira, car, si la ville doit être rétribuée en recevant 5 des recettes, il faut bien que l'occupeur ait la garantie de pouvoir y rester suffisamment longtemps pour pouvoir faire des recettes. Les membres de la com mission du musée peuvent se féliciter des encouragements qu'ils regoivent de la part du collége échevinal Et je passe a un autre acte plein de délicatesse. J'ai lu dans le Soir du 28 Juillet ce qui suit M. Louis Marin, ministre des pensions de France, et les membres du congrès des combattants frangais ont été l'objet Ven- dredi, a Ypres, de la part des autorités beiges d'un accueil enthousiaste. Parmi les personnalités présentes se trouvaient notamment un représentant du gouverne ment beige, le bourgmestre d'Ypres ainsi que les principales notabilités de la ville. Sans cette information par la voie des jour- naux, j'aurais probablement ignoré compléte- ment cette visite du Ministre Frangais, mais, puisqu'il a été regu par les principales notabi lités de la ville, pourrais je savoir pourquoi, Monsieur le Bourgmestre n'a pas daigné inviter les conseillers communaux a assister a cette réception Est ce peut-être paree que le renom du conseil communal d'Ypres est devenu tel, qu'il n'y a plus de notabilités a y trouver Quoiqu'il en soit, j'eus été trés heureux d'entendre les paroles de bienvenue prononcées par notre Bourgmestre Pourquoi cependant a-t-on mis une parci- monie si grande pour arborer le drapeau Frangais qui a flotté a peine durant 3 heures a notre Hotel de Ville. A-t-on craint peut être que les rayons par trop brulants du soleil auraient pu ternir ses couleurs, ou a-t on voulu simplement le sortir pour le préserver des mites. Car réellement il faut croire qu'on n'aime pas d'arborer le drapeau Frangais, car n'était ce pas un geste de courtoisie qui s'imposait au 14 Juillet, jour de la fête nationale de la France, cette grande nation voisine, alliée et amie Nombreux sont les Frangais qui dorment dans les cimetières non loin de notre ville. Nombreux sont les Beiges qui vont gagner leur pain en France, et c'est en grand nombre que,le 14 Juillet, les Frangais viennent visiter notre ville et c'eut été, certes, un geste appré- cié par toute la population, et qui aurait pu augmenter un peu votre popularité, Monsieur

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche (1925-1929) | 1928 | | pagina 5