Werklieden, leest! Oordeelt!
Weest indachtig!
NUL
ZÉRO
NUL
ZÉRO
NUL
O
ZÉRO
NUL
NUL
O
NUL
Verbetering een den werkmensstaat sedert dat de Katholieke Regeering
aan 't bestuur is
i. Bescherming van den Arbeid.
II. Verdediging der belangen
van den werkman.
IV. Eigendom der werkmanswoningen.
III. Uitbreiding der Spaarkas.
V. Verzekering tegen ongevallen en ziekten.
VI. Zondagrust.
VII. Ouderdomspensioenen.
VIII. Vroegtijdige werkonbekwaamheid.
Grrrroote Bankroet.
TOT AAN 1883
onder 'tliberaal gouvernement
VAN AF 1884
onder het katholiek gouvernement.
41 leerwerkhuizen.
1) Wet op het arbeidsverdrag
(10 Maart 1909
2) Wet op het bestuur der werkhui
zen (15 Juni 1896)
3) Wet op het uitrekenen van het afge
dane werk der werklieden
(39 Juli 1901)
4) Wet op het betalen van den loon
der arbeiders. (16 Augusti 1987
6) Wet op den arbeid van vrouw en
kinders (13. December 1889)
6) Wet op de zondagrust
(17 Juli 1905)
38 opzieners van den arbeid.
(December 1909)
61 leerwerkhuizen.
Wet van 17 Februari 1859
In 1883, 23 raden.
1) Vakvereenigingen
Wet van 31 Maart 1990 waardoor de
vakvereenigingen het burgerlijk bestaan
verkrijgen.
2) Overkomst in geschillen
Wet van 31 Juli 1889 en 20 November
1896 nopens het hervormen van dengoe-
denmannenraad.
In 1907, 33 raden.
3) Bestendige scheidrechtersraad
Wet van 16 Augusti 1887, instelling
der scheidrechtersraden voor nijverheid
en arbeid.
In 1907, 77 raden.
1) Wet van 20 Juni 1887 nopens de
naamloosschap der maatschappijen van
werkmanshuizen.
(weinig of geen uitslagen)
2) Wetten van 9 Augusti 1889 en 16
Augusti 1897 op de werkmanswoningen.
Uitslag December 1908
Meer dan 110.000 werklieden zijn eigenaar
geworden. Onder hen kregen er 43.000
van de spaarkas 80 miljoen 629,580 fr.
December 1883.
374.000 spaar- en lijfrentboekjes.
168.900.000 gestort geld.
December 1908
2.724.991 spaar- en lijfrentboekjes
1 miljard 359.000.000 gestort geld.
Dat maakt
2.349.991 boekjes meer!
1.189100.000 fr meer!
Tijdens het liberaal bestuur.
1) Verzekering.
5 Mei 1888 wet op het toezicht der ge
vaarlijke (ongezonde of onmogelijke)
werkplaatsen,
j 2 Juli 1889 wet op de verzekering en
j gezondheid der werklieden in nijver-
heids en handelsondernemingen.
wet van 13 April 1851
In 1883
186 maatschap, van ond. bijst.
29.121 leden.
600 fr. hulpgeld.
25 Juni 1905 wet ten vonrdeele der be
dienden in magazijnen.
30 April 1909 wet op de woningen der
werklieden gebruikt in baksteenovens
en bouwwerven.
20 Augusti 1909 wet ten voordeele der
werklieden schilders.
2) Onderlinge bijstand
Wetten op de maatschap, van onderl. bij
stand waardoor zulke maatschap, wet-
tiglijk erkend worden23 Juni 1884 en
19 Maart 1898.
In December 1909.
8.525 maatschap, van ond. bijst.
1.400.000 leden
1.450.000 hulpgeld
5.200.000 aanmoedigingspremiën.
Dat maakt
8.026 maatschappijen
1.370.879 leden Mnnpl
6.649.400 hulpgeld en premien'"®®'
3) Wet op de vergoeding in werkonge
vallen 24 December 1903.
Wet van 17 Juli 1905
onder het liberaal bestuur.
Wet van 10 Mei 1900
In 1909
Jaarlijksch Crediet 16.000.000 fr.
Aangeslotene leden 1.100.000
Oude werklieden die 65 fr krijgen
210.000.
Voor 't pensioen van 65 fr. 117.000.00 fr.
sedert 1901
aanveerde werkl. sedert 1910 409.000
64 kassen van onderlingen bijstand voor
herverzekering en werkonbekwaamheid.
141.887 leden verkrijgen 60 per cent
hulpgeld op hunne stortingen.
Werklieden en gij allen, vrienden van de werklieden, besluit-daaruit dat alleen
de katholieke partij het lot van den werkman ter herte neemt, dat de socialisten
het volk paaien en ophitsen zonder ware voordeelen te verschaffen, dat de libera
le partij de oude, verstokte en versteende hertelooze is gebleven die zorgt voor
eigen, persoonlijk voordeel en zich niet bekommert om het lot van den werkman.
Dat M. NOLF het contrarie bewijze!
De vrienden van het volk.
Kostbare bekentenis van een socialist.
Nooit deden de liberalen iefs voor het
goed van het volk, van den werkman, van
de behoeftigen. De socialist Destrée, volks
vertegenwoordiger, verklaarde in de Ka
mer als volgt
Laat ons nu maar de maatschappe
lijke, de sociale wetten stemmen terwijl het
nog tijd is. ('tis te zeggen terwijl de
KATHOLIEKEN aan het bewind zijn.)
Want eens dat wij met de liberalen de
meerderheid zullen uitmaken, KOMT ER
NIETS MEER VAN!
Kiezers, gij hebt NIETS te verwachten
van de LIBERALEN. De liberalen brood
roven, vergeuzen, bederven, verbeesten het
volk om aan het roer te geraken en aan
de geldkas. Oe kunt dat niet loochenen, M.
Nolf!
Als een liberaal of socialist zijnen mond
opent, dan is't om te roepen 't Land zit
in de krot, de lasten klimmen van dag tot
dag, de kas is leeg, België is in bankroet.
Ze liegen en ze weten dat ze liegen
Ze bedriegen en ze weten dat ze be
driegen
Sedert 26 jaar dat de katholieken aan
het bestuur kwamen, zijn de rechtstreek-
sche belastingen geen centiem verhoogd.
Aan den Staat betaalt men hedendaags geen
centiem meer dan over zes-en-twintig jaar.
België is 'tland waar de burgers de
minste rechtstreeksche lasten betalen.
De Belg betaalt per kop slechts 34 fr.
De Engelschman betaalt per kup 65 fr.
De Franschman, hij, moet per kop 76 fr.
afdoppen
Dat zijn geen woorden, dat zijn onweer
legbare feiten, M. Nolf!
O
O
O
O
O
o