1 Bijvoegsel aan D6 gGSGttlBilenis van een Doinnsr TRIMARD'S P£H fiBBQRDISSEmEH Het werk der "Franschmans" - PASTOR DENYS Zaterdag 11 Januari 1913 VOOR ONZE JONKHEID "Cr: he, YPER Eerw. Heer Edmond DENYS «3 £3 <5? fm Het Ypersche Volk L De werking van de K. J. W. Eigen persoonlijke vorming MENGELWERK N° io II IN 'T LAND VAN VERDERF Apostelschap voor het goede hcxjlidébil.itk: idetst m Leest en Verspreidt De groote liberale pers, de groote libeiale telegraafagentschappen zorgen oh! zoo ern stig!) dal bij: het publiek de groote man nen der wereld bekend worden. Toch gebeurt het (oh i niet vrijwillig dat zij een klein beetje iets vergeet of iets verzuimt, en daarom is het ook wel goed dat er nog eene kleine katholieke pers bestaat om die kleine leem ten aan te vullen. Over enkele weken werden de wereldbe roemde Nobelprijzen toegekend aan de we reldberoemde geleerden. O. a. werd de Nobel prijs voor medicale wetenschap uitgereikt aan Dr Carrel, een franschman, zooals uit zijn naam blijkt. De groote liberale bladen en telegraafagent schappen hebben (oh heel onvrijwillig het volgende uit Dr. Carrel's leven verzwegen. De wereldberoemde heelmeester Alexis Carrel woont niet in Frankrijk; hij is hoog leeraar aan het Roekefeller-instituut te New- •York. Hoe zoo Ja, hier is de ge schiedenis. Alexis Carrel was student in dc medecij- nen aan de hoogeschool te Lyon. Hij' legde daar zeer goede examens af en werd aan een ziekenhuis verbonden. Zijn meer dan gewone bekwaamheid deed voorspellen dal hij later een voorman in zijne wetenschap worden zou Om dien weg te kunnen ingaan, moest hij echter eerst agrégéworden en aan het concours deelnemen, dat de baan open zou. Plotseling werd aan Carrel medegedeeld dat hij er niet op rekenen moest het ooit zoovei te zullen brengen. Carrel begreep dat men hem daarmeê aan de deur zette en stak den Oceaan over. In Amerika zette hij1 zijne studie en kijtn werk voort en deed de groote ontdek kingen, d'ie, door het toekennen van den Nobelprijs, officieel worden erkend. Maar waarom dan toch beroofde het vrij heidslievende (oh zoo veel Frankrijk zich van de wetenschappelijke glorie die liet had kunnen behalenWaarom joeg de faculteit van Lyon den man weg die haar sieraad eens ware geworden Viel er iets aan te merken op het zedelijk leven van Dr Carrel Niets hoe genaamd niets Er was eene andere reden de jeugdige medicus Carrel was roomsch-ka tholiek en goed pratikant. Dat was de reden waarom vrijdenker en vrijmetselaar, professor B.'. Augagneur, zijn leerling verdreef. Dat is de reden ook, waarom de groote liberale en vrijmetselaarspers zoo weinig weet te vertel len van dezen waarlijk grooten man. Wat -een klerikale domper's geschiedenis mededeelen 1 NooitWij1 zullen met de conspiration du silence dien domper's be roemdheid verdooven Men is altijd zoo eerlijk in het antiklerikale kamp 1 Onze katholieke jonkheid ten nutte, geven wij hier de proef voordracht welke een katho liehe Jonge Wachter. een voorman - Aimé De Coninck van Elverdinghe aan de leden dei K. J. W. zijner gemeente voordroeg. Wanneer-onze tegenwoordige Paus Pius X den troon zijner voorgangers beklom, dan heefi Hij als richtsnoer van zijn pauzelijk bestuur eene wondersehoone leus gekozen Omnia re staurare in Christo alles herstellen in Chris tus, als wilde hij aan de gansehe wereld ver kondigen dat de maatschappij, wil zij in rus' en vrede leven, godsdienstig moet zijn. Wij oot beste vrienden, willen wij op maatschappelijk, godsdienstig of politiek gebied iets; goeds t» weeg brengen, wij moeten doordrongen zijp van den waren godsdienstzin. Daarom heb u mij voorgenomen te spreken over de werking van de Katholieke Jonge Wacht,werking die ik zal samenvatten in vijf punten. De jonge wachter moet vooreerst zich zeiver vormen.Om in de Jonge Wacht aanveerd te zijij moet men eenen zekeren ouderdom hebben men moet 16 h 17 jaar tellen. Stellen wij om- een oogenblikeenl6 jarigen jongeling voor oo- gen. Wel hebben misschien doorbrave en chris tene ouders den stempel van hun overtuiging 11 het hert van hun kind gedrukt, wel heelt eet gewetensvolle onderwijzer al het mogelijkt gedaan om zijn geest met veelvuldige ken- Vervolg - Dien aVoind lag er een plooi van koppig heid over Remi's wezen, die plooi, dien ze thuis wel kenden en dien ze Meetje ten laste legden, omdat zij Rem' in zjjn jaren te zeer ingevolgd had en al zijn wil- letjes en grilletjes voldeed. ^„«dpiiik Maar nu zou zijn koppighe' zijn, indien ze, helaas niet enk I schelijke kracht steunde. Toen Remi van de Maatjes scheidde, was hij, mensch-alleen, door den avondl, naarhet hof van Monsieur Durenne terugge i A denkende al de woorden van P^t01 Zwicht den drank en vlucht geen Loden meer en geene uitstappe met Pol D'Haene. oroote 't Was vastelijk voorgenomen, mei B rimpels op liet voorhoofd en krachtvolle drukking d«r oogen. issen te verrijken, wel hebben de priester? jn ziel met alle deugden trachten te versieren n hem in het goede trachten te bevestigen uilen al die goede gevoelens wel stand houden De valsche en verleidende wereld zal toeroepen zich maar volop in de vermaken ei de genuchten te werpen. Zij zal hem allerhan de valscbe begrippen en veroordeelen over odsdienst en zedeleer trachten in te storten. Zij zal pogen hem af te trekken van alle odsdienstige en deugdelijkeS.vergaderingen onder voorwendsel dat hij daartoe geen tijr eeft. De onervaren jongeling zal mei volle ugen drinken aan den beker| van het vergif der zinnelijke vermaken. Hij zal niet eens pmerken dat degenen die veinzen geen tijd te hebben voor godsdienstige oefeningen, altijd ijd genoeg hebben om naar verderfelijke ver gaderplaatsen en vei maken te loopen,...dat dien elfden ook nooit iets slichtends voor bun even mensen deden, maar hem veelal lot ergernisdie nen en dikwijls hun dienstboden eü onderge cbiklen verleiden om ze daarna met walg te ersloöten. Welnu in de JongeWacht zal de opkomende pinpeling onder leiding van den eerw. proost a van oudere en meerervaren medeleden der rondslag leggen van een bestendig en vrucht baar burger leven. Hij zal er leeren zich deug lelijk maar eerlijk verzetten, de opwerping egen godsdiensten zedeleer hooren weerleg jen met een wooid zal hij er /leeren goeden fristen en goeden burger worden. Omu tetoonen hoe diep iemand kan zinken ie zich, in zijne jeugd,' niet om godsdienstige ijeenkomsten bekommert wil ik u een voor eeld aanhalen, 'tls zoo wat. 23 jaar geleden. Een bloedverwant werd door zijne ouders opge- raeht, ik zal niet zeggen kristelijk maar toch Is eerlijk mensch niet stelen, niet moorden, iet branden, maar daarmede at. Van jongs al ad bij de gewoonte aangenomen, 's avonds in de huizen der gebuurte zijn tijd over te •rengen, zoo gezeid om de gazet te lezen, ol lieuws te vernemen. Zoo mmk hij kennis in enige van die kotjes waar hij beter nooit den voet had gezet, zoo werd hij ook tot in het merg der beenderen bedorven vooraleer zijm ouders het wisten. Ten gevolge van zekere mstandigheden kwam het toenmalige geuzen olad van Yper in zijne handen en hij werd ei jetrouwe lezer van. Altijd voort zonk hij diepe? d'eper en in den poel der ondeugd. Alle verma ken liephij na met al wie gemeen en slecht was engeenszinsmet zijn stand. Ten jare 1893kwam hij,dan U jaren oud,in vierdagen tijds, vader en moeder te verliezen. Reeds den volgenden Zondag was hij te Yper op de kattefeeste en den Dinsdag) droeg men hem naar huis in en toestand elk redelijk mensch onweer- nig. Weldra kwam hij in betrekking met eeD bedorven vrouwspersoon en verkwistte met haai gansch zijn ouderlijk erfdeel. Van alles beroofd doolde Lij weg als wagenmakersknecht, wrocht hij eenigen tijd te Yper daarna te te Wambrechies, tot dat hij eindelijk in den omtrek van Deynze door de gendarmen als landlooper aangehouden wierd. Voor 3 jaar naar Ho'ogslraeten gezonden, verliet hij deze kolonie met cenig gewonnen geldt dat bij opnieuw verkwistte- om op zekeren dag te Brussel nogmaals aangehouden en teruggezon den te worden. Ziedaar de echte geschiedenis van een onverschilligaard. De Jonge Wachter moet ten tweede een apos tel zijn voor zijne omgevirg. In de jongf wacht zelve mag geen onderscheid van rang. fortuin of talent ingezien worden. Alleo moe ten broederlijk en minzaam zijn. Ten andere is er wel iets dwazar dan zich op fortuin, rang of talent te willen beroemen. Js dit geer- Kapitaal van God ontvangen met plicht van het hooge intresten te doen voortbren gen en waarover strenge rekening zou moetei gegeven worden. Voor zijne huisgenooten en omgeving moet de Jonge Wachter een toon beeld van iever en godsdienstigheid zijn en steeds met woord en daad het goede vorenstaan. Aan den evenmensch, vooral aan den mindere moet hij in de mate van talent en vermogei raad en bulpe gsven in alle mogelijke zaken. Vlenigen onderons hebben vrienden of bloed verwanten die rang of staat bekleeden. Welnu die kunnen veel goeds teweeg brengen. Een 'schoon voorbeeld van minzaamhrid werd ons gegeven door Mgr. Lambrechts gewezen bisschop van Gent. Deze door en door volksgezinde priester, pas eenige dagen tot bisschop gewijd zou in eene der kerken van Gent het Heilig Vormsel toedienen. Zcoals gewoonlijk, was eene groote menigte volk langs de straat geschaard om den nieuwen kerkvoogd te zien. Onder deze bevond zich ■ene jonge werkmansvrouwjnet een tweejarig kind op den arm. Haar man was socialist en iad geweigerd haar te vergezellen. Wat kan mij de bisschop schelen had hij gezegd, 't i> ook een die zich vet mest met onze zuur ge wonnen centen. De kerkdeur gaat open en laar verschijnt de kerkvoogd omringd van kannunikken en priesters. Het kleine kind bij het zien van fet plechtgewaad van den bisschop klapt in zijne handjes. De bisschop met zijn minnend priesterhert is diep getroffen. Hij geeft zijn staf aan een pries ter van zijn gevolg hij nadert, neemt het .kind, omhelst het, zegent het en geeft het terug met dc woorden mijn zoete engel De/gelukki ge moeder ijlt naar huis met den kleine, die haar nu'dubbel dierbaar is. 't Huis gekomen valt zij snikkend van ontroering op een stoel neder. De man vraagt haar deelnemend wal haar scheelt en de vrouw doet omstandig hel verhaal van het voorgevallen.Vrouw, zegt de man. is alles wat gij mij daar zegt wel waar -la ja, antwoordde de vrouw, honderben heb ben bet gezien Van dien dag af was het socia lisme uit dat huls verdwenen. (V.rvolgt). Hij' hield zijne belofte goed drie weken lang, niettegenstaande de spotternijen en kwa de verwijfingen van Pol en spijts de verlok king der flessche, welke zijn maat altijd bin nen grepe liet staan om hem te bekoren Op een achternoen, dat de regen kletste bij stroomen en de dag donker zat lijk nacht, waren de twee jongens in hunne barak. Pol had al veel gezwetst en verergerlijken klap gezeeverd en, opeens, greep hij de flesch, schonk een glas boordevol en bood het Remi aan. Helaas -de verergernissen het slecht voor beeld behaalden de bovenhand Remi nam het glas en dronk het, in een teug, ten gron de uit's avonds lagen ze alle twee smoor dronken op hun bed, 'lijk vuile vodden. En 's Zondags was het weerom een jammer lijk schouwspel, die twee jonkheden te zien uitzetten naar hun verderf, de eene met vcr- beestwezen, misvormd door de klauw der ondeugd en de andere, met zijn fijne wezens trekken, waarop de- bloei van zieleschoon- heid nog niet gansch verwelkt was, omdat hij de genoegens der zonde nog in lijden en bitterheid smaakte. De val was volledig I Ze waren twee dron kaards, levend in de ondeugd Pol, met de liederlijkheid der veriatelingen Gods, en Re mi, met den walg en de wanhoop der laf aards. Middelerwijl was de tijd der groote werken an gebroken de zeven-jaar-klaver was afge- "c algemeene Teestvergadering der k. J. W. van Yper, Zaterdag, 20 December II. ge houden in 't Volkshuis, is wonderwel gelukt: twee puike aanspraken, zoetluidend snaarmu ziek, liederen, alleenspraken, kluchten, en dat alles omglansd door eenen gloed van gezel lige broederliefde bij de talrijk aanwezige J W., herschiepen de vergadering in een min zaam familiefeest. Orn 8 :f/2 ure werd de vergadering geopend door den opbeurenden samenzang De Vlaamsche Leeuw met begeleiding van het orkest, dat, onder het bestuur van den lieer L. Verhaeghe, gedurende het feest, den aan wezige leden nog op een welgelukt openings stuk en een zoetluidend Intermezzo vergastte.. De Heer Voorzitter, V. Seys, sprak een kort en kernachtig woord om eenieder tot iever en werkzaamheid voor het goede ajn te vuren, en hun tevens zijne beste wenschen van heil en zaligheid voor het jaar'13 aan te bieden. Hij wenscble den Eere-Voorzitter, M. A. Bi buyck, opnieuw geluk, over zijne kiezing tot gouwraadslid. De H. J. Tyberghein, schrij ver der K. W., las den leden een schoon en dichterlijk verslag der ingewikkelde en levens uitgebreide werking van 191.2, waarna de H. E Demarey, penningmeester, den staat der kas, bloeiend ondanks de kosten van het strijdjaar 1912, in klare cijfers voorhield. Nu volgden luim en ernst elkander regelma tig De Erfenis van Tante Treeze" kluch- zang door de heer C. D'Haene; "Mijn fami lieboom,, en "Ik ben von Silbersteyn' door den heer H. Dobbelaere en de alleen spraak "De nieuwe Burgmeester,, door E Demarey. die aller lachspieren in gevaai bracht. Het kerstlied ,,'t Is Middernacht' werd door den heer A. Liowijck, lief en kun dig voorgedragen. Daarna het kluchtspel "Vo gels voor de kat!,, waar meester Mager- man -- verbeeld dcor M. Noorenberghe zijne onverbeterlijke poetsbakkende ketellap- pers wist te foppen, werd terecht kluchtig opgevoerd, en niet zonder reden met daverend handgeklap begroet De bijrollen waren ver vuld door A. Dedeurwaerder, P. Vander- ghole, J. Moerman en O. De Grave. Twee kernachtige aanspraken, de eene dooi den heer O. Renaerts Voorzitter der St-Pie lersafdeeling, de andere door den Eerw. H Rcose, onderpastoor, Proost der St-Michiels Turners en van het Christen Vlaamsch Ver bond, kwamen in de bonzende herten dei Jonge Wachters het goede woord planten, in den gloed hunner feestvierende broederliefde Doorslaande en overtuigend doet de heei Renaerts uitschijnen lioe het verderfelijke so cialisme, de ontaarde zoonis van het kwijnen de liberalisme, politieke inrichting van de vrij metselarij1. Hij bewijst hoe de jonge wachter, bij het zien der bergen van zedeloosheid, ontsproten uit de krochten der vrijmetselarij niet mag onverschillig en werkeloos blijven maar krachtdadig den vijand -dient tegen te te gaan... Hij- weidt uit over het doel, het ideaal van mensch te zijn, en verwijst op de doelma tigste middels om dat edel doel te bereiken t. w. kennis der godsdienstwaarheden, zelfop leiding en zelfvolmaking, kennis der voor mannen, samenwerking, enz... Hij: eindigt met de strijdende kracht te doen uitschijnen dei drukpers, alsook de onbetwistbare en vooruit strevende macht der syndikale beweging. Op zijne beurt boeide de Eerw. Heer Roose. pikt en de oegst stond te rijpen. Wanneer de vadsige wind, als een lompe- rik, over de velden loerelaaide, met stillen adem, 'lijk van een vrouwtje dat een spoke lampe doodblaast, wimpelde 't vergulde koren zoetjes, neeg stil, in bijna onmerkbare bar men en wreef zijn stalen zoet-schravend langs malkaar, lijk een vliege die haar pootjes wet. Maar wanneer de wind, 'lijk bezeten van kwaad, nu eens rollebolde, dan met bokke- sprongen en verraadsche neerpoef fingen, in de rijpe tervve moorschte, was het gelijk een onstuimige zee, vol woeste baren en draaien de kolken van opengespetterd goud. Dan, wan neer hij effen en verstandig wrocht, met gere- gelden en vasten ademtocht, dan speelde koren 't spel van. eene stille zee, vol gelijkige. dartele baren, vol goudgele wimpelingen, stij gend en dalend, de rijzingen op en de glooiin gen neer, eeuwig en ervig, zonder rusten, tol ginder ver, alwaar de beetenstukken, door het spelende goud der korenvelden sneden en zijn schoonen dans braken, gelijk groene ei landen, tusschen cfe gouden koren-zeeën in gesloten. De oogst was rijp"; de stalen stonden stijf, met krom-bekte auwen, gezwollen van 't graan. Pol maakte akkoord met Monsieur Duren ne, om het koren af te pikken en te rechten aan vijf-en vijftig frank de hectaar en op een vroegen morgen trokken ze te velde, te niesss en te klauwe, malkaar opmakend en Pastor der Westvlaamsche Uitwijkelingen. CT3 i C/3 alig Nieuwjaar en Gods zegen an U, Lieve Herder teer uister'k blijf U zóó genegen k bemin U, meer en meer! fj moogt in mijn herte kijken ooit vergeet ik U een dag, k zie steeds uw liefeblijken n uw gullen, blijden lach... zie 'k met de Maatjes praaten ijl z'U brengen een bezoek oelend. vreugdig, uitgelaten, Hen even frisch en kloek Hen minnen U zoo feeder uw en goed. van ver en naar, lk zoekt telken jare TJ weder n wenscht U een Zalig .laar I oerend is uw Herdersleven; ant uwjschapen rordverspreid eren U, en alleo geven enen blijk van dankbaarheid oste... blonde... zwarte grijze rukken Uvervoerd de band lk zoekt U. ten allen prijze ertlijk weêr... in Vlaandrenland I n ik zie ze dan vergaren Ik op zjjne beurt bekoord ondom (J gebeele scharen orstig naar uw Herderswoord I i'k ben t' enden Geef de vjjve 1 ooit volprezen goede Vrier d vervolle Herder,'k bliive teeds eerHvriend, die U bemint I PIETER GHESQUIERE Gheluvelt, 1" Januari 1913 Het inzenden van bovenstaanden gerijmden nieuwjaarwensch is eene goede gelegenheid orn onze lezers in nader kennis te brengen met Pastor Denys. Of dat wel zal gekomen zijn bij de Franschmans van het Ypersche t Is over omtrent veertig jaren dat de Vlamingen begonnen naar Frankrijk te gaan werken op het land in 'braaklijdren oogst, in de steenbakkerijen, in de suikerijasten en droogerijen. Onze westvlaamsche zoogenoemde Franschmans vormen een klein.leger. 't Moet gezegd worden dat ze wrochten verlaten van God en de menschen en dat ze in 't zuiden leefden lijk ,God in Frankrijk erbarmelijke toestand op stoffelijk en geestelijk gebied. Over tien jaar schafte de geestelijke overheid er middel in en gaf aan die zwervende westvlamingen een zwervenden pastor, een pastor ronder pastorij, zonder hulppriester, zonder kerk, zonder parochie... maar met 12.000 parochianen in acht departementen van Frankrijk. Le Vord, Le Pas de Galais La Somme, L'Oise, L'Aisne, Seine et Marne, Seine et Oise, Seine Inférieure of Normandie Die pastor is E. H. Edmond Denys. Een berek kwam tot stand om de belangen der Franschmans en hunne 73 Onderlinge Bijstanden te handhaven. Maken deel van dit óerek benevens Pastor Denys, te Brugge Baron Gilles de Périchy, voorzitter, Stanislas van Outryve d'Idewalle en Coppieters te Yper Adrokaat Albert Biebuyck te Kortrijk volksvertegenwoordiger Ernest Reynaert. Het werk der uitwijkelingen heeft ook, benevens de jaarlijksche verslagen die hoogst belangrijk zijn, een tijdelijk gazetje het bekend lad De stem uit het Vaderland verschijnend van April tot September. De pastor heeft zijn zomerwerk van April tot September in Frankrijk. Alsdan, een echte missionnaris gelyk. doortrekt hij Frankrijk om overal zijne schapen te vinden en te geleiden. Geen pastor wordt door zijn volk bemind gelijk pastor Denys. Van af September tot en met April begint het winterwerk, hier in Vlaanderen, om zijn volk terug te vinden in hunne dorpen. Het werk van Pastor Denys is misschien te weinig gekend, te weinig geacht in Vlaanderen zelfalleszins wordt het hooggeschat en bewonderd in Frankrijk door leeken, priesters en Bisschoppen. Het ware te wenschen dat Pastor Denys eens naar Yper kwame, omgelijk hij in ander steden deed een voordracht te geven over het werk der Franschmans. Die er over meer wil weten lezen in Ons Volk (1912, Maart) het artikel van onzen Vriend Edward Vermeulen, den schrijver van Trimards, en abonneere zich op De stem uit het Vaderland. aller aandacht. Hij: toonde hoe broederlijk heid en deftigheid twee onmisbare hoedanig heden zijn van den rechtzinnigen Jongen Wachtei-... Broederlijkheid: die beletten moet dat men ooit schame te verbroederen met minderen dan wij... Eerlijk- en deftigheid, in' Huis, in herberg, op straat, in stoeten, ja overal zoodat men riooit blozen moet zijn aangezicht in 't open baar te to-onen. Daarom besloot hij1, zwicht u van valsche profeten die door hunne ophitsing de hoo- ger geplaatsten van de minderen willen schei den, die door hunne lage listen uwe eerlijk heid en deftigheid onder de walgende druk king van wulpsche en zinnelijke vermaken willen versmachten. Inrichters, sprekers, spelers en zangers, uw af est is wonderwel gelukt; het heeft bij de jonge wachters de herten opgeruimd, de wils kracht versterkt, en zoo den broederband die alle jonge wachters rond hun vaandel schaart nauwer toegesloten. t. Jonge Wachter BECELAERE Brand. Donderdag over aebt dagen om 11 1/2 ure 's nachts is er een geweldige brand ont staan in het koeistal en afhankelijkheden toebe- aanhitsend, om hun zenuwachtige gejaagd heid tegen te werken en den verdokenen, on- bepaalden angst te verdrijven, dien ze ge voelden bij 't aanschouwen dier eenlijke zee ran koren, dat hunkerde naar af. En zoo pikten ze dagen op dagen, weke- dag en Zondag, door dik en door dun, van 's morgens in de kleine uren tot 's avonds late, zoo lang ze een hand voor hun oogen zagen. Soms vielen ze, in den voornacht, afge beuld, nevens hun werk en bleven er slapen, roerloos 'lijk steenblokken, tot de halve klaarte den zegepralenden dag aankondigde dan gre pen ze weerom de pik en savelden ze door de natte stalen. In- '1 herte van den dag hing de zon te bran den en te glariën en ze pugden, lekend van het zweet, met voor alle kleeding, een blauwe lijnwaden broek en een baailijf de zonne knetterde op hun bloot vel, in 't geschee van buikriem en lijf en op den hals, en roos terde ze, en in hun mond zwol hun tonge van den dorst. De Fransch* pikkers lengden de twee li ters wijn af, die ze dagelijks van den boer kregen, maar Pol en Remi dronken hem klaar, benevens zuiveren Loden ze vaarden er te slechter mee, hun dorst was onverdraag lijk en ze zweetten de ziel uit hun lijf. Tegen het einde van Oogst waren ze uitge mergeld Pol, met zijn verbrand wezen on ongeschoren kin, met dungezaaide stoppels be zet, seheen tien jaar ouder dan hij was, en hoorende aan Georges giemyttenaere-Brey e, landbouwer en vlashandelaar te Wervick, wijk Basse-Fiandre. De pompiers van dezen wijk snelden ter plaats onder het geleide van hunnen bevelhebber M. Jules Dstefortrie en begonnen het vuur moedig te bestrijden. Daar zij nogthans vreesden het groot vlasmagazijn palende aan het koeistal me' te kunnen vrijwaren, vroegen zij de hulp in van de pompiers der stad, die een half uur daarna reeds ter plaatse waren. Doch de medewerking van deze laatsten werd onnoodig geacht daar het vuur alsdan reeds uitgedootd was. Het vee werd gevrijwaard. De schade is niet belangrijk en door verzekering gedekt. PROVEN Binst bet. jaar 1912zijn er in Proven 51 geboor ten, 8 huwelijken en 31 sterfgevallen geweest. Onder de afgestorvene personen zijn er 21 meerderjarigen en 13 kinders. Er zijn 20 300 communiën uitgedeeld geweest. WESTNIEU WKERKE Men spreekt hier met grooten lof over den verzetteljjken avondstond die. Zondag over acht dagen, den leden van den Christen Vrouwen bord aangeboden werd door de juffers van onze zoo gunstig gekende Koormaatschappij. Liefwas de mise en scène", frisch en knoddig de kostu- men, onberispelijk de uitvoering dar stukken. Daar het Ypersche Volk ons altijd vraagt kort- bondigte zijn, zoo is het ons onmogelijk in vele bijzonderheden te treden. Wij willen toch eene eervolle melding toekennen aan den gentleman- woman een chique type, voorwaar die ons. met de cravache in de hand, den oorsprong van Remi, met zijn mager aangezicht en zijn kin vol stof-haar, vuil en vettig, geleek een zie kelijk gehavend kind, vol kripsiën en miseriën. Toen het koren getast was, betaalde Mon sieur Durenne aan elk driehonderd frank en, nadat Remi ai zijne schulden betaald had bij de winkeliers, zond hij honderd frank naar huis, met belofte, het overige zelf naar huis te dragen. Als hij" dien brief schreef, was zijne mee- ninge nog goed maar Pol, die hem geerne op de streek had gehouden, om er 's win ters geen vreemdeling alleen te zijn, wond hem biji tijden op. Hij bewrocht den jongen gansehe dagen, voorspelde hem de vernej>enheid en de ver veling, die hem thuis te wachten stonden, na dat hij in Frankrijk zoo veel leute en Loden geproefd had, en de jongen stelde zijn ver trek ran dag tot dag uit en stortte hem van langs om dieper in het verderf. Met Oogst had hij de misse leeren blind slaan en nu was het er mee uit voor goed ze wrochten al de heiligdagen tot 's noens en in den achternoen trokken ze naar 't dorp, naar den drank, naar de leute en de ontucht. Van half-Oogst af, begonnen de brieven uit Stroombeke toe te komen, eerst biddend en smeekend,... dan verwijtend en dreigend. Pol miek er gebruik ran om Remi te mis leiden. Arme jongen, spotte hij", ze nemen u thuis nog voor een kind, het verwondert mij, dat ze u geen zuigfleschje zenden met een dan Vrouwenbond zoo flink heeft uiteengedaan De doctoresse van de Chine heeft met brio hare moeilijke taak volbracht en ongetwijfeld, de toehoorders overtuigd dat zij, met haar won derbaar geneesmiddel, al de kwalen die het arm menschdom teisteren,gemakkelijk kan genezen. Venise, met zooveel kunstgevoelen gezongen, vervoerde ons mijmei end naar der Dogen stad en het scheen ons dat wij, lustig gezeten in eene gondole, zoetjes vaarden over de blauwe en stille wateren van het Venitiaansche meer. Wy mogen ook ons jong. maar veelbelovend zangeresje niet vergeten, die zoo verstandig en zoo bevallig over haar neusje neen, over hare groote leelijke neus wisi te redekavelen. Maar wat bijzonderlijk nog in de smaak viel van het volk 't was het blijspel. Hier zouden wij geerne over de hoedanigheden der ver scheidene speelsters wat uitweiden maar wy moeten ons bepalen. Het weze dus genoeg te zeggen dat allen volmaakteljjk en om ter grap pigst hun rol gespeeld hebben Zoo dat men beweren mag dat die Coup d'essai waarlijk een Coup de Maitre is. bet zal dan ook niemand verwonderen dat onze Koormaatschappij nu ook eene tooneelmaatschappy zal worden. De vrouwtjes waren uitermate tevreden en vertrokken zeggendeMen moet elders niet gaan om iets te zien dat de moeite weerd is. En het is slechts een begin. Wacht maar tot daj onze nieuwe feestzaal, dia reeds onder dak is, zal gereed zijn. luitedermtje. - Zoo veunsde hij' den jongen op, den dag door, met venijnige woorden en greep hem al den flauwen kant. Op 't einde van September kwam er een brief waaraan ze met drieën gewrocht had den moeder, zoet en smeekend vader, drei gend en verwijtend, zóó verwijtend... dat Re mi het bloed naar het hoofd voelde rijzen; maar wat de maat deed overloopen, was het schrijven ran Lena, die in een naschrift vroeg, of hij misschien van zin was te wachten, tot hij opgebeest was en slechts nog goed zou zijn, om in 't oud ijzer gegooid te worden. De plooi van koppigheid sneed tusschen zijne oogen, hij spande de lippen, gaf den brief aan Pol te lezen, en sprak, vast e* barsch, mei een leelijken vloek Ik blijf hier - *5 Ze belegden het spel te zamen en beslo ten dat het gevaarlijk was voor Remi op Go- nesse te blijven en, met einde September ver huurde hiji hem bij een klein boertje, op een aanpalend dorp. Pol belastte hem de brieven, die toekwa men, naar Stroombeke terug te stieren en maakte zijn boer wijs, dat zijn maat naar Calvados opgetrokken was. Zoo kwam het, dat Monsieur Durenne aan prstor Denys, die hem inlichtingen vroeg, in volle waarheid antwoordde, dat hij niet wist, waar de jongen belonden was. En zoo logen en bedrogen ze t'-ot hun verderf. Ze dronken en ze beestten alle twee geheel den winter door... „Wordt voortgezet.*

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche Volk (1910-1915, 1927-32) | 1913 | | pagina 3