Bijvoegsel aan HET YPERSCHE VOLKvan Zaterdag 5 April 1913
ZEER EERWEERDE PATER CAMBIER
TRIMARD'S
Landbouwstatistiek
Sterfgevallen
Officieele Berichten
I
E* Het werk van Z. E. P. CAMBIER 3
UH
PROVEN
MENGELWERK N° 21
IV.
GANSCH VERLATEN
V.
WROEGING
Z. E. P. Emerie Cambier is op Dinsdag 1 April te [Antwerpen aart-
jgeland. 't Is de beste gelegenheid om aan onze lezers den grooten
èMisBionaris te laten kennen. - Z. E. P. Cambier, Apostolisch Prefekt
jjjder Zendelingen van Opper-Kasa'i maakte deel uit van den eersten ploeg
-zendelingen van Scheut die in 1888 naar Kongo trokken. Toen was
E jaar oud.
j Eerst wrocht.hij mêe in.'t Noord-Westen van Kongo te St Maria-
v Bergen, enstichtteop4 Januari 1890 den post van Nieuw Antwerpen.
Een eerste maal terug in België, in 'i belarig zijner Missie, in 1891,
wrocht bij alhier mede met het Komiteit ter bestrijding vanden Slaven
handel en gat een spraakleer uit van de BaDgala-taal. Toen hij naar
Kongo terugkeerde had hij een kleine stoomboot mêe en het getuig voor
eene stoomzagerij. Hij werd gelast met de Missie vau Muanda in te
richteneneefigentijd latermet.de zending van Kasa'i om daar de
Missie van Luluaburg-Sint Joseph te stichten.
Er was zeker levensgevaar bij de wouden binnen te dringen, en de
wilde zwarten te overhalen, maar Pater Cambier gelukte en zijn waag
stuk won hem buitengewone invloed. In 1893 op verkenning stocht legde
Pater Cambier de posten aan van Merode Salvator en van St Trudo.
Merode-Salvator werd nadien, in een opstand, vernield en moest in
1897 heel heropgericht worden. Daarna ontstonden de Missiën van
Hemptinne-St Benedictus en St-Jacobs Thielen.
Op min dan acht jaar tijd had de wakkere*'zendeling[vijf hooldmis-
sieposten gesticht, waar duizend slaven hunne bevrijding van^welvaart
van verschuldigd zijn.
In 1900 was P. Cambier or paselijken moest van zijn oversten naar
België terugkeeren maarjmet September van hetzelfde jaar was hij
wederom weg naar zijn geliefde Afrika.
In 1904 was het Missiegebied van. P. Cambier zoodanig uitgebreid
dat het door den Paus iu Prefektuur ingericht werd met Pater Cambier
als Apostolisch Prefekt. Achtereenvo'gens waren verschillende posten
tot stand gekomen als St Antonius, het Almoesenierschap te Lusambo,
Bena Makima-St Victorianus, de[scbool vanjNdemba, [het[ Missiehospi
taal van Mpangu en de Missie van Kanzenze (Luik HH. Herten) in
Katanga daarbij verschillige Catechumenaten.
Maar de geeseljder slaapziekte kwam Kasa'i beproeven. P. Cambier
bad noch rust noch duur meer om de noodlijdenden tejhelpen,"zocht zelf
het bestehulpmiddel, stichtte de beste toevluchtshuizen voor slaapzieken, terwijl hij daarom het werk zijner kerktorens in de steek liet.
Voor de derde maal kwam P. Cambier in October 1909 naar België t rug. Geen oogenblik verloor hij tijd. En na 22 jaar zendelings-
werk achtte de Prefekt van Kasai zich niet te groot en te wijs om twee maanden en half op de banken te zitten en de lessen te volgen in
tropische ziekteleer. Iatusschen wrocht hij hier voor[zijn|.Missiëa terwijl men daar twee nieuwe posten^stichtte te Otete en Mushenge.
Bijzijn vierde inscheping op 9 Juli w
1904 had de dappere zendeling al het noo-
dige mede om een groot Slaapziekengast-
huis'te bouwen dank aan de edelmoedig
heid van den Koning en de mildheid vau
zijne landgenooteu. Het was ook op die
heenreis dat P. Cambier vergezeld was
van zijn bioeder Jules met huisvrouw en
zeven kinderB die zich in Kongo gingen
vestigen.... om, wij mogen het zeggen,
aan de zwarten een beter voorbeeld te ge
ven vaa christen persoonlijk- en familie
leven als sommige andere Blanken in
Kongogeven.
Hetwas bij zijne afwezigheid uit België,
sedertl909, datZ. E. P. Cambier laffelijk
aangevallen werd in de kamer door Ci-
toyen'/andervelde die van Kongo niets
kent tenzij hetgeen hem loge-ambtenaars
schrijvm, tenzij hetgeen hij zelf zag op
zijn prinselijk speelreisje per stoomboot
van Baiana tot aan Matadi en per spoor
van Maadi totaan Leopeldville.
Het ii sedert zijn vierde terugkeer in
KoDgo lat Z. E. P. Cambier op bevel der
Logeomdat bij zonder protest den
aanval ian Br.-. Vandervelde niet liet
voorbij jaan tegengewrocht werd, aan-
gev len en schandelijk beschuldigd in
zijt priesterlijke eer door de duivels-
kneiütei der vrijmetselarij.
Nu op 1 April 1913, na 25 jaar Kongc-
leven, isZ.E. P. Cambier voor de vierde
maal terugin België om zich te verdedi
gen en zijn; zendelingen uit den dringen
den nood fe helpen.
herhaalde aanvallen van menscheDjagers,
oproerige Staats-soldaten en zijne leerlin
genbeschutten tegen de snoode en valsche
wilden.
Door zijne openhertige bedrijvigheid en
door zyne hardnekkige standvastigheid
wam hy alle mogelijke beletselen te boven.
Dy mocht zijne zendiDg zien ontwikkelen
en bloeien, en na kwade tijden beleefd te
hebben, smaakte bij de voldoening die de
by val verschaft.
Langzaam aan kwamen de inboorlingen
naar hem en verkozen hem tot scheidsrech
ter. Hy had geschillen te vereffenen tus-
schen hunne volkstammen en hij deed het
altijd zonder afkeer en met de meeste on
baatzuchtigheid, zoodat hy het vertrouwen
der,Zwarten volkomen winnen mocht.
Door hem kwam de vrede onder de dorpen
der gansche streek en de lieden leerden
hun land bewerken. Hij deelde hun zaaigoed
uiten gaf hun allen noodigen" raad. De
akkerbouw wierd bloeiend en de menschen
kenden geen hongersnood meer] zooals er
Dejonvoltooide kerk van Luluaburg St Joseph. Eer dao de torens op te bouwen
stichtte Z.E. P, Gambier[toevluchtshuirenjvoor slaapzieken.
aWM—IW'nImMMMMMfnaw»■■awaawwwfc*»»»»"*»»»'»- j
De acht uur-Mis 's Zondags morgen in de kerk van Luluaburg St Toseph
De kerk is te klein om al de chritene zwarten plaats te verleenen.
Wij laten geern het
oordeel kennen van een
onpartijdige koloni
aal. Kapilein J. H. Bradfer,
diejpoo hij elf
schrijft, noch voor
noch tegen een gods
dienst is, maarden
priester ter \ijde la
tend, alleen het werk
van P. Cambier als
beschaver ingiet.
Buiten zijn wonder
verstand en zijne groo-
te geleerdheid, heef
Z. E. P. Cambier nog
een geloof dat bergeu
verzelten kan.
Toen 'zijne lastige
taak te Luluaburg be
gon had hij te kampen
tegen het wantrouwen
en de kwaadwilligheid
der inboorlingen die
em als hun vijand
beschouwden. Met
zachtmoedigheid wist
bij te overtuigen.
Nooit was bij ontmoe
digd. Hij wist wat'bij
wilde en hij' wildejdiet
uitvoeren. Een nede
rig!! dorpje opmaken
voorziekenengev luch-
te slaven was zijn eer
ste werk, terwijl hij
zijne Missie verdedi
gen moest tegen de
Middenj „Afrikayplacht te
voorheen [jover
heerschen.
Heden wordt zijn gemoedelijk woord door
iedereen aanhoorden eerbiedigd, en bij al
de volkstammen tusschen Luluaburg en
Lysambo, mag hij aaiizien worden als de
heer en meester van hun herteD.
lerwijl bij zijne missie van St Jozef zag
voorspoedig aaDgroeieD, stichtte hij op korte
jaren nog de andere zendingen van St Tru
do, St Jacobs Thielen, Merode Salvator, St
Benedictus' Hemptinne, Bena-Makima en
St Antonius en hij richtte er nijverheidscho-
len op. Hij was getrofïen door de ellende en
het lijden van de ongelukkige slaapzieken
en hij legde; aan[zijne medewerkers den last
op van die allen aan te nemen, te bezorgen
en in hun uiterste te troosten. Over vijftien
jaar reeds stichtte hij op eigen hand de zie
kenhuizen van St Trudo en St Jozef te
Luluaburg.
Al den tijd dat hij in Afrika leefde, zocht
hij naar het bepaald geneesmiddel tegen die
slaapziekte en hij wil niet wanhopen van
het eeDS te vinden. Zijne zieken worden
gestadig en met de meeste bezorgdheid en
wondere zelfverloochening behandeld dooi
de kloosterzusters alle mogelijke maatre
gelen worden voorgeschreven om het ver
spreiden der kwaal te beletten en te voor
komen. Met alle moeite^ worden de zieken
opgezocht, die in het wilde gersland verlaten
'jggeA ofjdiegene, die door de eerste ken-
teekens ontsteld, nog in dedorpen te vinden
zijn.
Het geduld en de volherding is bij onze
belgische zendelingen door niets te over
winnen. Onze landgenoot,en bewijzen dat zij
hun zeiven weten te verloochenen volgens
de leer van het Evangelie» dat zij versprei
den. Welk ook het godsdienstig doel weze
dat zij betrachten, zij verdienen volkomen
dat men ze bewondere, dat men ze aan moe
dige, dat men ze aaDzie alsj dappere baan
brekers voor de beschaving, als moedige
voorvechters ten dienste der samenleving,
als onvermoeibare medewerkers in het werk
van maatschappelijke verbetering en ver
nieuwing door onzen Koning ondernomen in
Kongoland.
Eerweerde Pater Cambier mag met reden
fier zijn om den uitslag door zijne mensch
lievende pogingen behaald, hij heeft groo
telijks dienst bewezen aan 't menschdom.
Kapitein J. H. Bradfer.
In België waren er in 1911
I. Peerden dienende voor den landbouw
Provincie Antwerpen 18915
Brabant 38505
West-Vlaanderen 33051
Oost-Vlaanderen 27140
Henegouwen 51715
Luik 22458
Limburg 18438
Luxemburg 21968
Namen 29377
261967
II. Stieren, Ossen, Koeien
Provincie Antwerpen 163280
Brabant 229410
West-Vlaanderen 277377
Oost-Vlaanderen 284320
Henegouwen 252274
Luik 182617
Luxemburg 146484
Namen 136873
1812191
III. Zwijns
Provincie Antwerpen 88692
Brabant 155839
West-Vlaanderen 218887
Oost-Vlaanderen 241216
Henegouwen 53819
Luik 167171
Limburg 139553
Luxemburg 96771
Namen 76187
1229428
Die statistiek bewijst, dat de peerden-,
veeen z wy nsk week een machtig kapitaal ver
tegenwoordigt in België, dat)[mag geschat
worden op eene weerde} van 800 millioen,
lijna één milliard. Het is dus'niet zonder
reden, dat het Staatsbestuur" die machtige
3ron van welstand aanmoedigt met hulpgel
den te verleenen aan allerlei verzekeringen
en syndiKaten voor peerden, vee en zwijns.
En nochtans, liberalen jen socialisten (zij a
het eens om te zeggen Als wij aan het be
stuur van 't land komen, wy schaffen al die
hulpgelden af.
Boeren, oordeelt, wie uwe'vrienden en
beschermers zijn. Boer Jan.
PROVEN
Uitslag der stierenkeuring van Proven op
27 Maart 1912
54 stieren zijn voorgesteld waarvan er 50
aangenomen en 4 geweigerd zijn geweest.
Eene bewaringspremie van 200 fratk aan
Henri Leys van Rousbrugge die eene be
waringspremie van 150 behaald heeft in den
prijskamp van 1912.
Eene bewaringspremie van 150 fr. aan Sieur
Achille Neudt van Rousbrugge die een aecessiet
behaald heeft in den prijskamp van 1912.
Een accessiet aan Jerome Pil van Stavele.
De lc omschrijvings premie van 100 frank
met zilveren eeremetaal aan Jerome Pil van
Stave'e.
De 2eomschrijvings premie van 80 frank met
bronzen eeremetaal aan Emile Desmyter .van
Poperinghe.
De 3e omschrijvings premie van 60 fr. met
bronzen eeremetaal aan Van de Caveye W. Ch
van Westvleteren.
De 4e omschrijvings premie van 30 fr. met
bronzen eeremetaaal aan Vandenbussche Ca
naille van Proven.
De 5e omschrijvings premie van 30 fr. met
bronzen eeremetaal aan Bonnez Seraphin van
Stavele.
Accessiefen aan 1. Leys Henri van Rous
brugge, 2 Cornette Jules van Crombeke, 3. De
reckx Achille van Poperinghe, 4. Leys Remi
van Slavele, en 5. Dochy Henri van Poperinghe.
Veerzen niet meer dan 2 volwassen tanden
hebbend, s mededingers.
1. pr. 50 fr. met zil. eerrn Lemahieu Jacob Proven.
1. pr. 50 fr. met zil. eerm. Mahieu W. Justin Poperinghe.
2. pr. 25 fr. met br. eerm. Mahieu W. Justin id
2. pr. 25 fr. id. Vandenbussche-Leys J. Itous-
fbrugge.
2. pr. 25 fr. id. Desmyttei' Hector Proven.
Veerzen met 2 of g volwassen tanden
5 mededingers.
50 fr. met zil. eerm. Dehaene Desire Rousbrugge
25 fr. metbr. eerm. Cesmytter Hector Proven.
25 fr. id. Leroy Alois Rousbrugge.
Koeien 12 mededingers.
met zil. eerm. Outlier Hoiioré Watou.
dienstwilligheid, en sleeds wist hij het publiek
aangenaam te zijn, zonder nochtans de regle
menten van het Bestuur te overschreden.
'I Is dan ook niet te verwonderen dat hij ge
durende zijne lange loopbaan geene de minste
straf opgeloopen heeft, ook mogen wij hem als
voorbeeld aan zijne ambtgenooten voorstellen
en met overtuiging zeggen aan zijnen zoon,
dat, als hij de stappen zijns vaders volgt, hij
ook een nuttig en eerlijk man in de samenleving
zal wezen.
Jules Roothaer, gij hebt steeds uwen plicht
gedaan als echtgenoot en vader, zoowel als die
van nuttige postbediende, en wij twijfelen er
niet aan of gij hebt reeds het loon ontvangen
dat God den zijnen voorbereid heeft.
Mochten deze eenige afscheidswoorden eenen
troost brengen aan uwe bedroefde weduwe en
haren zoon, mochten zij eeneu balsem leggen
op de grievende wonde die uw afsterven hun
veroorzaakt heeft, dit zou eene verlichting
wezen voor ons, die ook door droefheid over
stelpt, u vaarwel zeggen en u bedaDken voor
uwe goede en trouwe medewei king.
Heb nogmaals dank, trouwe onderdaan, en
rust zacht.
1pr.
2. pr,
2. pr.
1. pr.
1. pr.
1. pr.
2. pr.
2. pr.
2. pr.
2. pr.
50 fr
50 fr.
50 fr.
id.
id.
25 fr. met br. eerm.
25 fr. id.
25 fr. id.
25 fr. id.
Desmytter Hector Proven
Vandenbussche Cam. Proven
Declercq Henri Poperinghe.
Kestelyn Camille Crombeke.
Cornette Jules Crombeke.
Dehaene Desire Rousbrugge.
Zaterdag 29e Maart, had alhier plaats de be
graving van den heer Jules Roothaer, depot
houder van het overdraaghantoor van Proven
Eene talrijke menigte had, ondanks het slecht
weder, er aan gehouden in den lijkdienst tegen
woordig te zijn om aldus een laatste bewijs van
hulde en genegenheid te brengen aan hunnen
allervriend.
Jules Roolhaer had immers, door zijne
dienstveerdigheid en de stiptheid in het vervul
len zijner ambtsplichten, de achting en het
vertrouwen gewonnen van allen die hem
kenden.
In den lijkstoet bemeikte men al deleden der
bollegilde van Proven met vaandel en trom
mei. en al de beschikbare briefdragers der
postkantoren van Poperinghe, Watou en Rous
brugge in ambtskleedij.
Lijkrede van M. D'Kooghe, overste van het
postkantoor ie Poperinghe.
Mijnheeren,
Dat het mij toegelaten zij, vooraleer dit kille
graf te zien sluiten, in naam van het Postbe
stuur, een laatste woord van hulde te brengen
aan den (e vroeg ontslapen bediende, Jules Root
haer. Misschien zal het eenigen verwonderen
dat men op het graf van een eenvoudigen brief
drager eene lijkrede uitspreekt maar alwie
weet welk een braaf en voorbeeldige bediende
Jules Roothaer was, zal allichte begrijpen dat
de oversten der posterijen zulk een man hunne
achting toedragen en hem tevens erkentelijk
zijn voor zijne bewezen trouwe diensten. Ook
ontving hij daarvoor in 1905 de herinnerings
medalie en in 1906 het burgerlijk eereteeken
van 2-,e klas.
Vergeten wij niet dat de man die daarnu
zielloos voor ons ligt, zich gedurende 33 jaren
van eene lastige taak gekweten heeft, en nu
dat die taak eenigszins ging verlicht worden
zien wij hem op eenige dagen door eene onver
biddelijke ziekte weggemaaid, 't Is droevig
want iu alle omstandigheden was hij steeds
bereid om zijne rust en zijne gezondheid ten
pande te stellen.
Nooit deed men te vergeefs beroep op zijne
Lijkrede van M.
te Rousbrugge.
Bossaert, brievenbesteller
Ambtgenooten, Vrienden, Achtbare Familie,
Wij bevinden ods heden pijnlijk getroffen
doordien wij het stoffelijk overschot ten grave
leggen van hem die eens onze beste makker en
vriend was. 't ls voorwaar eene pijnlijke taak
bij het graf van eenen achtingswaardigen
collega de afscheidsgroet te moeten uitsprtken
en graag zou men zich aan dergelijken droeven
plicht willen onttrekken. Maar... wanneer een
man uit ods midden verdwijnt die met ons in
lief en leed heeft gedeeld, een boezemvriend
wiens vriendschaps betrtkkingen steeds den
stempel droegen van grenzelooze dienstwillig
heid, edelmoedige openhertigheid en oprechte
overtuiging... oh dan... dan roept de stem van
ons geweten sta op en doe uwen plicht
Aan die stem wil ik hier gihoor geven.
Ik zal evenwel niet breedvoerig uitweiden
over de verhevene burgerdeugden en de lof
waardige hoedanigheden van den diepbetreur-
den vriend dien wij hier naar zijne laatste rust
plaats vergezellen. Andere meer bevoegde
stemmen dan de mijne zullen zich met die taak
gelasten.
In 1858 geboren, begon zijne loopbaan bij
het Postbureel van Rousbrugge op 25 August!
1880 als bijgevoegd brievenbesteller; in 1897.
benoemd tot brievenbesteller ziet men h m op
6" November 1900 overgaan naar het over-
draagkantoor te Proven als depothouder»
Diensiveerdigheid, behulpzaamheid en regel
matigheid in zijne verschillende diensten, daar
bij zijn gevoegd en rechtschapen en openhertig
karakter deden hem weldra de achting en de
liefde zijner collega's en oversten winnen.
Ja, Jules Roothaer, was steeds een vlijtig
en voorbeeldig beambte, door zijne oversten
werd hij geacht om de stiptheid in het volbren
gen zijner opgelegde plichten, als ook door de
bevolking met wien hij dagelijks in betrekking
kwam.
O, zeker, het verlies is onherstelbaar voor
zijne nabestaanden maar zij mogen 't aan-
uooren en mededragen als balsem voor hun
bloedend hert, dat zijn leven hier gewaardeerd
werd en in de harten van velen zal voortleven
als een voorbeeld van eenvoud en oprechtheid.
Rust zacht, vriend Jules, rust zacht
Wij die hier rond uw graf staan en met
bevende lippen u eenen stillen, innigen groet
toezenden, wij weten wat en hoe uw leven is
geweestaltijd waart gij met een oprecht ge
moed bezield, voor rechtveerdigheid en liefde,
voor kind en huisgezin, en hoe weinig dacht
gij aan heengaan doch helaas te vroeg zijt
gij uit het leven weggemaaid, en de onbermher-
tige dood heeft plots een einde gesteld aan de
genegenheid en vriendschap welke gij ons allen
toedroeg'.
Vaarwel dan-..! Vaarwel beste makker
Jules. In naam van al uw bedroefde makkers en
rechtzinnige vrienden vaarwel, tot wederziens
In den gevorderden ouderdom van 80 jaar,
komt te overlijden te Thielt, M. Loontjes,provin
ciaal raadslid en bestendig afgevaardigde van
den provincialen raad. M. Loontjes was kom-
mandeur van het orde der kroon officier van
het Leopoldsorde vereerd met het burgerkruis
van te klas en de herinneriiigmedalie der regee-
ring van Leopold II.
De Amerikaansche miljardair John Pierpont
Morgan, bijgenaamd DeStaalkoning is maan
dag te Rome overleden, waar hij lijdeDd uit
Cairo toegekomen was. Hij was 75 jaar oud.
Bij ministerieel besluit van 20 Maart, werd cle
heer Hendrik Fiers, voor zes jaar herbenoemd
tot lid van den beheerraad der nijverheidsschool
van Yper.
Bij hetzelfde besluit, werden de herbenoe
mingen, voor denzelfden tyd, goedgekeurd van
de heeren Oscar Poupart en Leo Vanderghote,
in de zelfde Loedanigbeid aangesteld, onder
scheidenlijk door de bestendige afvaardiging
vau den provincieraad van West-Vlaanderen en
door den gemeenteraad van Yper.
rij koninklijk besluit van 20 Maart, is be
noemd tot briefwisselende lid van de Konink
lijke kommissie voor de monumenten en de-
landschappen, M. H. Iweins d'Eeckhoutte, pro-
vinciraadslid, Yper.
Bij koninklijk besluit van 5 Maart, is het
burgerlijk eereteeken verleend, medalie van
le klas, aan MM. J. Thevelin, gemeentesekre-
taris van Dickebusch E. Bailleul, burgemeester
van VoormezeeJe.
SPELLEWERKPAPIER.
't BESTE Vindt men ter Drukkerij Cal-
Iewaert, Boterstraat, Yper.
-i Vervolg .1
Iedermaal dat ze van de kerk terugkwam,
was zo vcrvTO'Q-md en vej sterkt, cn haai hert
helde gunscheiijk ..over lot Hem, die haar
verstond en versterkte.
Ze was een bewohiderensw-eerdig jong, cn
al -de menschen 'n zagen het niet.
Ze was eene heldin, en niemand wisl Int,
■omdat -cle menschen in de wereld gewoon zijn
enkel het kwade te aanschouwen en slechts
die schoone daden, of zoogenoemde schoone
zien, die met veel kl inklonk cn makement-
spol vergezeld gaan»
Sommigen zegden van haar Ze steekt
haar clihbe
Maar Lena had de goedkeuring der men
schen niet noodigze misprees ze en als
ze alles overdacht wat ze reeds tegengekomen
was, en al wat ze nog kon afzien, dan
ravelde ze haar mouwen op en ze beet op
haar tanden, als om in tweegevecht te gaan
met een 'onzichtbaren vijand.
Ja, ze sleep en scherpte haren meed; ze
wist dat het noodig was en ze wachtte de
toekomst af, steunend op God en haar
vuisten.
O i ze had wel moed noodig; niets van
alles, waar een jongmeisjes-hert naar dorst,
was haar gejond, niets, tenzij de zoetigheid
van den vervulden plicht, en daarmee bleef
ze tevreden.
Tot op een kleintje naar, was het gespaar
de geld opgesmo-lten, binst vaders en moeders
ziekte, gedurende den achter-winter en nu
wrocht ze, slag-om-slinger, vroeg en laat,
om alle putjes te vullen. Moeder kon 1111
weerom gansche dagen, spellewerken, en va
der bezorgde en beging het huishouden, ter
wijl Lena al het handwerk deed.
Ze spijkerden en ze spaarden, beten cle
centen in tweeën en leefden mikraas 'lijk do
vaders in de woestijn.
Zij waren arm, dood-arm en verlaten; me
nu nd geerde ze nog, buiten Marietjeze
waren 'lijk op de wereld en er van.
Als vader of moeder kloegen over deze
gesteltenis, sprak Lena profetisch
Wel, wel, er is hier niets dat eeuwig
duurt; de' braambeiers hebben ook maar hun
lijd, g'e zult' dat al weten veranderen; de men
schen koeren lijk de wind; alles duuit maai
een bakte brood.
't Is omdat Wijl arm zijn knulde Pier.
't Zal beteren als we rijk zijn, loech ze.
Ware Remitje hier nog kriepte moeder.
Is lange weg, dat nooit komt, zei ze
dan troostend hij zal komen, ik voel het;
er zit 'te veel goe bloed in hem en dat zal
beven draaien... Ja, ja, en als hiji weder
keert, zal alles vergeten zijn en wij zullen
niet ineer treuren om onze verlatenis I...
Remi Braem was wel bij zijn bo-er te
Blanc-Mesnil en hij was er door-geerne gezien.
De boet had nimmer zoo'11 goeden dienst
knecht op het hof gehad; neerstig, handig
aan alle werken, beleefd en vriendelijk; jam
mer dat hij wat te veel dronk en 's Zon
dags le laat uitlbeef.
Remi mocht met alle zekerheid denken,
clat er in heel Frankrijk geen enkel uitwij
keling tc vinden was, die zoo gemeenzaam
met zijn meester omsprong, want bijna ge
heel Frankrijk door, worden de Belgen als
werktuigen beschouwd en behandeld.
De boer en de boerin waren al wat buiten
de jonge-jaren en kinderloos. Bij hen woonde
den boers moeder in, een oud, oucl-versleten
dingetje, braaf 'lijk een liemelbeestje, en Remi
was haar suikerknuistje.
Hij had wel zijn barak, zooals het overal
is in Frankrijk, maar hij werd aangetrokken
in huis en 't oud madametjo sprak er geerne
meê.
Hiji leerde ras de taal', en daar hij goed
lozen en schrijven kon, leerde de boer hem
soms Fransch schrijven, en hij vorderde dat
zijir baas er waareedig verstomd over stónd.
Dc vermaningen moest hij er niet koopen
en telkens hij 's Maandags met Ieepe oogen
stond, bekeef de boer hem en ruide
Weerom gezottebold, hé zei hij1.
Dat was al regen 'op een aande maar groot
moedertje legde het beier aan boord ze
sprak hem over zijn huis en streed
Dat pakte hem en. hiji was beschaamd en
wist niet wat zeggen.
't Oud vrouwtje ondervroeg liem dikwijls
over zijn huis, ouders en huisgenooten en
over «sa bonne- amiemaar hij hield hem
koes en langde niet veel uit, ofwel hij loog
en verzekerde, dat ze er thuis warm inzaten
en hiji al zijn geld naar hen afzond...
Ja, hij loog, want sedert hij verleden win
ter, op aanhitsen van Pol D'Haene, vijflig frank
a [slierde, had hij geen rosten duit meer ge-
zenden.
Toen moest hij alles thoopo scliarten wat
hiji bezat en hij deed het al knorren en mor
ren, omdat Pol hem zei dat ze ook schande
van hem spraken, heel Stroombeke door.
En wat zeggen ze van u, bakzwijn
vroeg hij,
Men is er tend-en geklapt van mij', zwet
ste Pol, en 't zal met u ook zoo uitvallen,
maar ge moet den tijd afwachten.
Remi was uiterst nieuwsgierig, als Pol met
Nieuwjaar uit Stroombeke terug kwam, cn
hij meest al het nieuws van de streke weten.
Pol vertelde juist wat hij kwijt wilde Zijn.
Zoo sprak hij niet over clen ellendigen toe
stand van Remi's huisgeno-oten, noch over
Meetjes onno-ozelhcid, uit vrees den jongens
hert te raken, maar hij vertelde veel over
Lena, die haar broer zoo verzekerde hiji
te. Stroombeke vuil maakte- 'lijk een helle-jong,
zoodat hij ginder stonk.
Hij vertinde ook Remi's oore-n met alle
slach van leelijke geruchten, die op Marietje
Crepeel-e's rekening rondliepen.
En toen de jongen groot© oogen openzette
en de lip liet hangen, zette Pol de puntjes op
de i's en bevestigde hem dat ze met Rob
Velghe, den welgekenden vuilaard, liep.
Hoe diep de jongen gevallen was, toch
leefde in hem en huiten zijn wete, zijn eerste
zuivere liefde en hij voelde pijnigend den
minnenijd, onstuimig van gramschap en haat.
Ja, hij haatte op den stond dat valseh
meisje, met haar suikermondje, die hem zoo
veel schoone beloften deed en slechts gewacht
had tot hij de hielen keerde, om met dien
vuilen lap op den dril te gaan.
Pol likkebaardehij zag zijn plan goed
uitgeteekend en zijn listen gelukt, en hij veuns-
de Remi voort aan
Jongen, sprak hij valseh', in uwe plaats
zou ik nooit een voet op Stroombeke meer
zetten; uw volk keert u den rug toe en uw
lief is een djaksteerL Neen, ik zou voor mijn
eigen leven en leute maken; 't zal later ent
wat zijn, en... achter ons haar een gersfakke'._
't Was alsdan dat Remi vijftig frank naar
huis zond en een brief vol verwijtingen naar
Mc rietje.
Po! D'Haene was met de verzendiug he
iast; hij stierde eerst cle brieven,- onder om
hulsel, naar een vrfênd, trimara in Calvados,
met bede, deze te Caën in dc post te gooien,
om Remi's genomen schuilplaats verdoken te
houden. Sedert dien had Remi ook geen- létter
meer naar huis geschreven, noch van iemand
briöven 0111 vangen, om redep clat zijn verblijf
onbekend bleef.
Pol, integendeel, schreef meermaals naar
Stroombeke; hij' vulde zijn brieven op met al
lerlei leelijke nieuwsmaren over zijn maats
gedrag in 't Fransehe, om den jongen ginder
vuil cn hatelijk te maken, en de mensehen
meer en meer tegen hem aan te hitsen.
Zoohaast hij brieven terug ontving, vertelde
hij aan Remi al wat waar en niet waar was.
Volgens zijn bewering, schreven ze hem
uit Stroombeke gruwelijke dingen over Marie
Crepeele en Rob Velghe en ook over zijn
zuster Lena, die, naar het loopend gerucht,
afjunstig was van Rob, en heel de buurt wilde
ringelen, M
i'" "ffiordl voortgezet,,