HET NEERHOF.
MELKERIJ.
Volkswetensohap.
maag der kalveren en is in den
handel onder vorm van poeder of
in oplossing. In sommige streken
wordt dit kaasstremsel zoo maar
zonder veel zorgen gereedgemaakt
Men kan nochtans met weinige
moeiten een uitmuntend stremsel
vormen, waarvan door proefne
mingen de stremmende kracht
met juistheid kan vastgesteld woi
den. Een gewoon stremsel moet
in 45 minuten, met eene warmte
van 35 graden, 10.000 maal zijne
hoeveelheid melk doen stremmen.
Het stremsel wordt met water
of met alkooi gereedgemaakt. Zie
hier twee manieren, volgens M.
R. Lézé.
«100 gr. stremsel wordt te wee
ken gezet in een liter water met
50 gram zout en 40 gram boorzuur
Men schudt den inhoud van tijc
tot tijd na 5 dagen in gewone
temperatuur gestaan te hebben
voegt men 50 gram zout toe, en
eenweinig tijds daarna;, wordt
gefilterd: zoo verkrijgt men een
stremsel, dat vanaf de bereiding,
op 35 graden warmte 18000 maa1
zijn gewicht aan melk doet strem
men.
Men kan ook het stremsel met
alkool gereed maken: voor 100gr.
stremsel uit de lebmaag, neme
men een liter water met 50 gram
keukenzout.
Na vijf dagen voegt men er nog
50 gram zout bij, en 100 tot 110
kubiek centimeter gewonen alkool
van 90 tot 92°. Men filtert en men
voegt daarbij om den liter aan te
vullen, een oplossing van 10 t. h.
zout en 8 tot 9 t. h. alkool.
Dit stremsel is na korten tijd op
de gewone stremmende kracht van
1 op 10.000
Er dient opgemerkt té worden,
zegt de schrijver, dat bij de beste
bewaring van de ilesch met strem
sel, de stremmende kracht in de
eerste dagen na de bereiding af
neemt, om na ongeveer drie maan
den standvastig te blijven gedu
rende langen tijd.
De snelheid waarmede de strem
ming geschiedt hangt af van ver
scheidene factoren, zooals warm
tegraad, hoeveelheid stremsel,
hoeveelheid melk. Zij staat ook
onder den invloed van den aarc
der melk en van de wijzigingen,
welke de melk bij de verwarming
kan ondergaan.
Het stremsel werkt dikwijls zeer
astig in melk welke tot meer dan
De warmte heeft ook veel invloed
en met de warmtegraad moet
ook de hoeveelheid stremsel ver
schillen, Hoegrooter warmte, hoe
minder stremsel. Op dit punt zul-
en we nog terugkomen.
Men noemt stremsel de stof, die
bij de melk gevoegd wordt om ze
te doen stremmen. Deze stof is
van dierlijke of plantaardige af
komst. 't Is de eerste soort die het
meest bij kaasbereiding in gebruik
s. Dit stremsel komt uit de leb-
65° is verwarmd geworden. Het
werkt reeds bij eene warmte van
18°, doch het best op 37 tot 41 gra
den warmte.
Het verzuren der melk begun
stigt de werking van het stremsel.
Daardoor kabbelt de melk en de
kaasstof zinkt. De eiwitstof met
een gedeelte der minerale bestand-
deelen, phosphor en kalk blijft in
het serum.
De afscheiding van serum of wei
en wrongel geschiedt door de sa
menpakking van dezen laatste. De
wei of hui zondertzich zeer gemak
kelijk af in het begin, maar later
gaat dit langzamer en moeilijker.
Door eene groote hoeveelheid
stremsel te gebruiken, wordt de
wrongel droog en gaat de afzonde
ring van wei gemakkelijk. Wan
neer men te weinig stremsel /ge
bruikt gaat de afzondering te
traagzaam.
De stremtijd heeft een groot be
lang, vermits de hoedanigheden
van den wrongel verschillen, naar
mate de stremming langzaam of
spoedig heeft plaats gehad.
Een te groote hoeveelheid vg.n
stremsel maakt den wrongel slijk
achtig en dik.
verteerbaren vorm, en welke zetmeel'
waarde in die beschikbare veevoermid-
delen voorkomen. Wij komen met die
berekening tot de volgende uitslagen
Per kilogram bevatten deze voedermid
delen
Droge stof Eiwitstof Zetmeel
waarde
Hooi 857 47 317
Haverstroo 857 14 173
Klaverhooi 840 66 314
Voederbeeten 105 5 60
Hetgeen uitmaakt voor ons rantsoen
Droge stof Eiwitstof Zetmeel-
waarde
5 kg. hooi 4.285 235 1.585
55 kg. haverstroo 4.714 77 0.798
3.5 kg. klaverhooi 2.940 231 1.099
15.5 kg. beeten 1.628 78 930
Totalen 13.566 621 4.412
Volgens de proefnemingen van ver
schillende vakmannen moet het onder-
houdsrantsoen eener koe van 500 kg
ongeveer bevatten 10 tot 15 kg. droge
stof, 0.350 kg. verteerbare eiwitstof en
2,5 kg. zetmeelwaarde.
Daarbij moet dan nog voor eiken kg.
voortgebrachte melk gevoegd worden
50 gram verteerbare eiwitstof en 2.50 kg.
zetmeelwaarde. Men ziet dat ons rant
soen toelaat eenlge hoeveelheid melk
voort te brengen. Inderdaad, boven de
hoeveelheid, welke noodig is tot het
onderhoud, heeft men er nog 0.271 kg.
eiwitstof en 1.912 kg. zeimeelwaarde.
Dit overschot is ongeveer genoeg tot
voortbrenging van 5 kg. melk voor wat
de eiwitstof betreft en van 7.6 kg. voor
wat de zetmeelwaarde betreft.
Evenals het zich voordoet met de
plantenvoeding, waar het minimum be
standdeel steeds de hoeveelheid der op
brengst regelt, zoo zal ook dit dier niet
meer dan 5 liter melk voortbrengen.
Wij hebben verondersteld dat elke koe
15 liter melk per dag moet geven, waar
toe vereisebt wordt
Droge stof Eiwitstof Zetmeelwaarde
10 tot 15 1100 6.250
Dus een tekort van 479 gram eiwitstof
en 1738 kg. zetmeelwaarde. Dit tekort
moet aangevuld worden door een handels-
voeder en wij veronderstellen dat men
kan kiezen tusschen zemelen aan 12.50
fr., kokoskoeken aan 22.25 fr. en atoen-
meel aan 46 fr. de 100 kg.
De samenstelling van deze drie voèder-
middelen en de prijs der voedingseen
heid (zetmeelwaarde) zijn de volgende
Droge stof Eiwitstsf Zetmeel Prijs
Zemelen 879 110 596 0.21
Kokoskoek 595 156 755 0.29
Katoenmeel 900 360 671 0.24
Daar de eiwitstof, waarvan in het
'rantsoen 0.479 kg, te kort schiet, niet
kan vervangen worden door een ander
voedingsbestanddeel, en dit bestanddeel
ook het duurste kost, zullen wij daarmede
bereken hoeveel handelsvoeder er noodig
is om het te kort aan te vullen. Wij vin
den nagenoeg de volgende getallen
Droge stof Zetmeel- Prijs
kg. waarde
4.355 zemelen 3.828 2.586 0.54
3.070 kokoskoek 2.748 2,384 0.69
1.330 katoenmeel 1.197 0.892 0.21
Tegenover deze uitslagen geven wij
de voorkeur aan het katoenmeel en het
dagelijksch rantsoen van elke koe van
500 kg. gevende 15 liter melk per dag
zal samengesteld zijn als volgt
5 kg. hooi,-5.5 kg. haverstroo, 3.5 kg.
klaverhooi, 15.5 kg. beeten eu 1.330 kg.
katoenmeel.
Dit laatste voeder is zeer welgeschikt
om de melkopbrengst te bevorderen
wil men echter een hooger vetgehalte in
de melk bereiken, dan zal men w ellicht
een gedeelte katoenmeel vervangen door
kokoskoek.
F, Pirard
Landbouw-Ingenieur
(Verboden nadruk)
In den handel wordt meestal
het Deensch stremsel gevraagd,
alhoewel de toebereidingen, welke
uit andere landen afkomstig zijn
doorvoor niet moeten achteruit
gesteld, worden.
Verboden nadruk)
The Dairyman
Het veredelen der Hoenders.
HET STREMSEL.
Wij hebben reeds gezegd in voorgaan
d.e besprekingen dat een hoenderhok met
onverschillig welk ras mag bevolkt wor
den, op voorwaarde dat het gekozen ras
de eigenschappen bezit, welke vereischt
worden om ons doel te bereiken en op
voorwaarde ook dat het gekozen ras ge
schikt is voor het midden waarin het moet
leven.
Daaruit volgt dat de vreemde kippen
moeten verwijderd blijven, hetzij dat ze
uit Italië, uit Rusland uit Spanje of el
ders komenmen moet zich toeleggen op
het veredelen der Inlandsche hen, welke
eigen is aan elke streek.
't Is door het verbeteren der zooge
noemde raslooze hoenders, dat men in het
bezit geraakt van een goed neerhof.
De wijze van veredelen zal verschillen
volgens het doel dat men beoogt. Daar
de landbouwers meestal hennen houden
voor de opbrtngst aan eieren, zullen wij
zien hoe men moet te werk gaan om vo
gels te kweeken welke overvloedig leggen
en wier eieren dik genoeg zijn.
Zeggen wij echter vooraf dat het eene
onontbeerlijke vereischteis dat de verblijf
plaats der kippen gezond zij en dat de
onderhoudszorgen niet verwaarloosd
worden. Door goede zorgen kan men de
opbrengst van gewone hennen reeds mer
kelijk doen toenemen, doch om tot het
maximum der opbrengst te komen zijn
er uitgelezen leghoenders noodig.
Bestaan er kenteekens, welke de goe
de leghen onderscheiden van de andere,
gewone hennen
Het antwoord op deze vraag luidt be
vestigend. maar het is altijd niet gemak
kclijk die kenteekens te onderscheiden.
Daartoe is veel opmerkzaamheid en veel
ondervinding noodig.
Een Amerikaansch dagblad heeft een
onderzoek ingesteld om tc weten of de
bijzonder kenmerken van het goede leg-
hoen kqnden bepaald worden. De ant
woorden die daarop ingekomen zijn van
we ge bijzondere liefhebbers en deskundi
gen zijn belangrijk genoeg om hier me
degedeeld te worden.
1° De goede leghen heeft een gansch
eigenaardig voorkomen, ze bezit bijzon
dere kenteekens die men bij alle goede
legstersvan hetzelfde welk ras terugvindt
tot dusverre zelfs dat door dis eigenschap
pen en dat voorkomen de bijzondere
kenmerken van een ras soms naar het
achterplan worden verschoven.
2° Al de goede leghennen dragen den
staart hooghun lichaam is langwerping
van vormhun oog is rond, klaar en le
vendig hun kam is goed ontwikkeld
hun kop is rond, hun bek kort, sterk en
stevig aangezet. Zij hebben eene middel
matig diepe borst en het achterlijf is breed
ontwikkeld'
Zulke kenteekens zijn niet te versma
den, doch daarmede moet men zich niet
tevreden stellende opbrengst moet
nauwkeurig in acht genomen worden,
zoowel voor wat het getal der eieren als
de dikte derzelve betreft.
Dit nauwkeurig toezicht is vooral on
misbaar, wanneer men eieren moet gaan
kiezen om te laten uitbroeden en wanneer
men daarbij wezenlijk het ras wil verbc
teren. De beste leghoenders van het neer
hof moeten gekend zijn en alleen van die
zal men eieren tot voortzetting van het
ras benuttigen.
Het geschikste middel om de waarde
eener hen vast te stellen is natuurlijk het
tellen der eieren, die ze legt. Dit tellen
levert niet veel moeilijkheid op wanneer
men gebruik maakt van een nest,daartoe
ingerichtzulk nest laat de hen binnen
komen om te leggen, doch houdt ze op
gesloten, totdat men ze verlost, nadat ze
gelegd heeft.
Waar men zich op veredeling wil toe
leggén, zijn zulke nesten onontbeerlijk
Het eenig bezwaar dat ze opleveren is
dat ze den kippenhouder tot meer arbeid
verplichten; doch zonder arbeid verkrijgt
men niet veel.
Zulk nest is niet moeilijk om gereed te
makenmen laat eenvoudig de hen leg
gen in een kot,bak of kevie,voorzien van
vangklep, zooals men deze aantreft aan
de hokken der vliegduiven. waarlangs de
vogel jwel naar binnen maar niet naar
buiten kan.
Andere stelsels zijn even goed, van het
oogenblik dat men met zekerheid kan
toezicht houden over het leggen der hoen
ders. Wanneer men dan zorg draagt, de
hennen te voorzien van een genummer-
den ring, dan kan men gemakkelijk nota
houden van het aantal eieren. Als men
dan zorgt voor hanen di« afkomstig zijn
van goede leghennen en alleen de eieren
van goede leghennen laat uitbroeden,
dan moet men tot een uitmuntend ras
geraken.
Avicola.
(Verboden nadruk)
ZUURKOOL.
Velen kennen züurkool of zuurmoes,
waarop onze Rijnlandsche geburen zoo
zeer verlekkerd zijn, doch niet allen we
ten hoe gezond dit voedsel is, wanneer
het goed toebereid en tegen bederf be
vrijdis geworden.
Dit voedsel heeft zijne bijzondere ei
genschappen te danken aan de gisting,
welke de suikerbestanddeelen van de
kooien ondergaan, wanneer deze zich in
een bepaald midden op eene bepaalde
warmte bevinden. Deze gisting heeft veel
gelijkenis met die, welke zich voordoet
met de suikerstoffen der melk, er bestaat
dus gedaanteverandering van melksuiker
in melkzuur onder den invloed van eene
gansche reeks fermenten: de melkfcr
menten. Welnu, volgens Dr Lahache
staan deze fermenten aan het hoofd van
de weinig talrijke verdedigers van het
menschelijk bestaan.
Niet alleen verdragen onze verteringsor
ganen zeer goed deze giststof, maar eens
dat het melkferment er bij ons binnen is
speelt het eenen grooten en gunstigen
rol. Het belet de schadelijke bacteriën
hun uitwerksel op ons organisme te doen
gevoelen. Het melkferment wil alleen
meester zijn en duldt geene geburen, het
verlamt de vreemde en schadelijke fer
menten en daarom hebben wij ook vroe
ger geschreven dat melk de moest gepas
teuriseerd en niet gesteriliseerd worden voor
de voeding der kleine kinderen. Immers
de pasteuriseering, dit is de verwarming
in bepaalde voorwaarden op 72 tot 75
graden, eerbiedigt dit melkferment en
doodt de microben van longtering, ty
phus, kinderafgang, enz. doch het melk
ferment wordt slechts gedood op eene
warmte van 76 tot 77 graden.
De pasteuriseering doodt wel niet
alle schadelijke bacteriën, maar het is
beter eenige vijanden in het lichaam te
brengen wanneer ze onder goede bewa
king staan van het melkferment, dan ge
steriliseerde melk verbruiken, welke niet
zoo voedzaam meer is, welke lastig toe
geëigend en moeielijk verteerd wordt.
In ons lichaam kan de melkgiststof
zich vermenigvuldigen, zonder de spijs
vertering te storen. Integendeel hét melk
ferment begunstigt het -verwerken der
voedingsbestanddeelen en daarom is het
gebruik van de zoogenaamde buigaarsche
meikof yoghourt een zoo gezond voedsel,
deze melk welke ontstaat door de melk
zure gisting van melksuiker of lactoos
werkt ontsmettend op de ingewanden.
De kooien bevatten 4 tot 5 t. h. ver
schillende suikersoorten en geheel de we
tenschap van den zuurkool fabrikant be
staat hierin, dat vanaf het eerste oogen
blik de melkzuurgisting moet ontstaan,
om alzoo de ontwikkeling te beletten van
andere fermenten, zooals die van het
boterzuur. Deze laatste fermenten kun
nen niet anders dan nadeelig zijn. De al
coholische fermenten hinderen de melk
fermenten niet, integendeel zij werken
mede tot vernieling van de suikerstoffen
het melkferment doet er 1 tot 2 t.h. ver
dwijnen, het alcoholferment hervormt
het overige terwijl daardoor vooitdurend
koolzuur ontsnapt.
Om de regelmatige ontwikkeling van
het melkferment te bevorderen en het
mislukken te vermijden, kan men voor
afgaandelijk de kooien koken. Daardoor
zijn dan alle fermenten gedood. Men
brengt dan alcoholfermenten en melkfer-
menten in de gekookte kooien, zoodat de
gisting zonder tusschenkomst van vreem
de fermenten geschiedt. De smaak van
zulke zuurkool is echter niet zoo aange
naam.
De fermenten, die de omzetting van
de suikerstoffen moeten bewerken, kun
nen maar leven en zich ontwikkelen bij
afsluiting der lucht; daarom moet de
koolmassa vast aangedrukt worden en
overdekt zijn met het gesuikerd sap,
wiens afscheiding bevorderd wordt door
het zouten. Daar op een gegeven oogen
blik dit sap zuur wordt en het melkfer
ment zich dan niet meer kanontwikkelen,
moet dat sap of vocht dan afgegoten
werden en vervangen door zoutwater.
Ziehier nu eenige practische wenken
over het gebruik van zuurkool:
Wanneer de zuurkool gereed is voor
het gebruik, moet men zooveel mogelijk
de toetreding der lucht blijven beletten
De melkgiststoffen, die in de lacht ver
nietigd worden, zou vrij spel laten aan de
schimmels die het voedsel bederven.
Eindelijk, wanneer de zuurkool moet
gereedgemaakt worden, zal men dezelve
niet te veel uitwasschen, men zal zelfs
een weinig van het vocht eraan toevoe
gen ter bereiding.
't Is jammer dat het melkferment door
het koken moet gedood worden, doch er
zal altijd in het voedsel melkzuur over
blijven, tot groot voordeel van onze maag
en onze ingewanden.
Laat ons, om te eindigen, in weinige
regels de gansche toebereiding samen
vatten.
De witte kooien, welke daartoe bijzon
derlijk worden geteeld, worden gewas-
schen, van de groene bladeren en stam
men beroofd en daarna fijn gesneden.
De gesneden kooien worden met 1 tot 2
t. h. zout in eene kuip of steenen pot ge
duwd. Op het moes legt men doorboorde
planken, welke met zware steenen of ge
wichten worden afgeladen.
Door toedoen van het zout en de druk
king der steenen wordt het sap afgeschei
den, in verhouding van ongeveer 50 tot
t. h. Weldra stijgt het vocht tot boven
de plankjes. De omvang der kooien is
met een derde en later tot de helft ver
minderd. Op tut vocht komt er eene laag
schuim, welke ontstaat door het ontsnap
pend gas. Dit vocht, met schuim, wordt
verwijderd zoodra zich een soort van
vlies begint te vormenmen voegt daar
na frisch water toe, dat voorafgaandelijk
gekookt en gezouten is geworden. Dit
water moet tot boven de plankjes staan.
Soms wordt ook langs onder het gansche
vocht afgetrokken en daarna door gezou
ten water vervangen, Deze bewerking
wordt vier-of vijfmaal herhaald inde
veertien eerste dagen, daarna laat men de
gisting haren gaug en na verloop van
eene maand ongeveer is het voedsel
bruikbaar; zelfs eerder, indien de gisting
in gunstige voorwaarden geschiedt.
Goed gevormde - zuurkool is wit. Tel
kens men eene hoeveelheid wil gebruiken
worden de steenen en plankjes weggeno
men, het vocht wordt afgegoten, d« op
pervlakte wordt met een zuiveren doek of
spons afgfeyaagd, men neemt de noodige
hoeveelheid eruit en na goed gelijk ge
legd te hebben, worden wederom de
plankjes en steenen aangebracht en daar
na met vooraf gekookt pekelwater over
goten, zoodanig dat alles goed met vocht
is overdekt. Wanneer men geburende
eenigen tijd geen züurkool verbruikt
moet deze vernieuwing van vocht, 's zo
mers alle dagen en 's winters alle maan
den geschieden daarbij zal men telkens
goed toezien of er geen bedorven plaat
sen op voorkomen, die dan zorgvuldig
verwijderd worden.
F. deVinesky
(Verboden nadruk)