Zichtenlluit het Oosten
Hemen noon gesonoien
Dans les Ruines d'Ypres
Van alles Wat
Zijne Excel encie Hoofdminister BARON tie BROQUEUILLE
/{Geen Paaschkoeken
Ypersch Nieuws
uit Frankrijk
Zicht op een hotk der versterking van den Bosphorus rond
Constantinopelen.
erroote havenstad, on de kus
Ook te Smyrna, de groote havenstad, op de kust van Klein-Asië,
door de Bondgenooten beschoten, Is de bevolking verplicht geweest
|de stad te verlaten voor het Binnenland.
De oude Koning Peter van Serbië en Kroonprins Alexander, die met
zijn moedige soldaten reeds zooveel maal de Oostenrijksche overmacht
[diepe nederlagen deed ondergaan.
Ter gelegenheid der Plechtige
Installatie van E. H. Neuville, tot
Pastor van Epinay-sur Orge.
Lesjdécombres des Halles
MINISTER VAN OORLOG
die verJedei week een bezoek bracht aan de stad en aan het
Burgerlijk hospitaal geopend in het Gesticht van 't H. Hert
door de Friends Ambulance Unit,
VVV
Terug uit Zuid-Afrika
Naar Doornvjk en Eecloo
La vision ds l'irrëparable
Aan de boete
Ofjze vliegers aan 't werk
David tegen Goliath
peu ginisty.
Zeventien Belgen, meestal landbouwers,
werden kortelings te Gent door de duitschers
gefusilleerd omdat ze, ten voordeele ^van
't Belgisch leger, gespionneerd hadden. De
duitsche krijgsmacht wilde hen, op zekere
voorwaarden, 't leven laten, maar allen,"
zonder uitzondering, weigerden en verkozen
te sterven voor hun land.
M. Paul Ginisty a publié, en Janvierdans
le Petit Parisien (n° 13.97440* année)
le tableau ci-après des grandes ruines de
notre ville. Cet article nous le plafons sous
le litre Pages de Gloire et non Pages
de deuil car nous estimons nos ruines glo
rieuses.
Ypres, janvier.
Puissance de la vie! Elle tente de re-
nailre dans cette ville d'Ypres, qui n'est plus
qu uii monceau dc ruines, et qui est encore
exposée aux obus. L'immensc place qu'enca-
dre, d un colé, la longue facade, mainlenant
ravagée, blessée A mort. de ce qui fut un
des monuments les plus céfèbres des Flan-
dres n'est plus déserte. Sur cette place, il
n'y a plus unc maison vraimenl intacte: toutcs
ont souffert de l'ctfroyable bombardement. II
en est qui ne rcprésentenl plus que leur sque-
lette noircid'autres ne sont qu a demi dé-
inolies Dans quelques-unes de celles-ei. des
boutiques, avec une devanture en planches
improvisée. se sont enlr'ouvertes.
S'il ne reste rien du café de LA LL'NE
et do 1 hotel DES TROIS ROIS, Ie café DES
TROIS SUISSES, épargné, par miracle, du
Te Berlijn is het de gewoonte lekkere
Paaschkoeken, uit de fijnste bloeme, te bak
ken. De stadsoverheid heeft dit verboden,
zeggende dat de bloeme te schaarsch en te
kostelijk is, en dat dejberlijners, gelijk alle
duitschers zich op hoog-cn leegdagen moeten
tevreden houden met het gemeten ration dat
het gouvernement toestaat.
colé de la rue, offre un abri auquel on a
volontiers recours. A colé, un magasin a
un scmb'ant d'élalagc, sans vilres, natuieüe-
ment. En dépit du froid, on voit, devant les
logis, presque tous A perron, des installations
de pcljts mnrchands, vendant du fil. des ai
guilles, des boutons. Des gamins proposent
déjA aux passanfs des cartes postales re
présentant les différents aspects des destruc-
ctions. D une rue voisine débouche une pe
tite voiture. trainée par deux chicns, que
conduit une femme emmitoufléc dans une
capeline noire.
II est vrai que cette animation est fac-
tice. Elle provient du passage de troupes,
des lialtes de soldats dont la plupart portent
un uniforme glorieusement usé, et les voi-
tures qui tiaversent la place ne sont que
des voitures militaires. Cependant, en dehors
de ce mouvement que créent les circonslan-
ces on constate une volonté de réserruction.
On déblayc les décombres, on place des é-
tais P°ur prévenir les écroulcments, 011 tra-
vaille A mettre une sorte d'ordre dans edte
misère de déiaslalions. LA aussi, c'est le
courage des habitants qui, malgré l'énornii-
tó de la catastrophe ne veulent pas dé-
scspérer.
Et pourlant A Ypres. plus que partoul
ailleurs". peut-être. on a la sensation de 1 a-
néantisscment d une ville dout l ame mème
a été atleinle.
I Cette amc. e'le était dans la masse im
posante de cet edifice auquel rien ne se
pouvait comparer dans I'arehitecture civile,
ces Halles, datant de la fin du treizième
siècle, qu'un ècrivain beige appelait Le Lou
vre dun peuple libre». Elle était dans la
Cathédrale Saint-Martin dont la tour carrée
De Yperlingen weten dat de krankzinnigen
van de gestichten van Yper, als wanneer het
bombardementgevaar het verblijf in stad on
mogelijk maakte, weggevoerd werden naar
Frankiijk, met de religieuzen, de bedienden,
de bestuurders, de geneesheeren en het per
soneel.
Met^hen vertrok ook de E. H. Neuville,
bestuurder van het H. Hert, krankzinnigen
gesticht voor vrouwen.
Dat de installatie, in Frankrijk, t. w. in
't gesticht van Vaucluse te Epinay-sur-Orge,
niet al te ver van Paiijs, aan den Ecrvveer-
den Bestuurder veel te danken heeft, dit
weten best al degene die in beide gestichten
weikzaam zijn. Zulks verwondert niemand
die den ijver van E. H. Neuville kent.
Te Epinay-sur-Orge was de frnnsche
pastor moeten vertrekken om dienst te nemen
in 't leger. Daar zijn zooveel fransche
priesters in 't leger dat er aldaar waarlijk nu
in sommige bisdommen een groot te kort is
aan priesters. Ook werd algauw E. H.
Neuville pastor benoemd van Epinay. Heel
eenvoudig en vriendelijk vierde men aldaar
zijn installatie Ook de pensionnairen
van het krankzinnigengesticht wilden er in
zeker mate deel aan nemen... en 't is daarom
dat een welbekende dichter voor hen volgend
gedicht opstelde hetwelk door een der gasten
afgelezen werd.
Terwijl in 't Vaderland shrapnels,milraille én bommen,
nwit/eis en canons hun zwarte keele uitbrommen,
en menschen bij miljoen elkaar naar't leven staan
m<t sabi-l en geweer, en 't al in stukken s'aan...
terwijl men brandt en moordt.onsland-en stadsgrnooten,
ons kerke,ons buis en heenl en al wordt platgeschoten...
gaf Glides goedheid ons lot rus tg toevluchtsoord
Vaucluse, te tv inay, door oorlog ongestoord.
't Was wel, zeer wel, maar nog niet al want, toen
[wij landden,
was onze zielezorg besteed aan vreemde handen.
Wij hadden God voor ons, maar God 11 el ons nog niet
Dat was een nood vonrw ar D.ich hij die 't at voorziet,
Voorzag ook brood en wyn en al'aar, lampeen lichten,
en daar! elk mocht voortaan voldoen zijn zondagplichten.
Maar eene vraag nochtans onopgelost bleef staan,
en elkeen vroeg zich afhoe zal 't te l'aschen gaan
Waar zal gedoopt berecht waar moeten we gaan
[trouwen
de mannen le Epinay en te I ongpont de vrouwen I
't Was lastig! doch ineens de knoop wordt doorgehakt
Als pastor te Epinay wierd onze proost gepakt
Geluk den ouden proost, geluk den nieuwen herder
is Epinay wat ver, Longpont nas nog veel verder
maar in heel Frankrijk heeft nog nooit een dorp gehad
een Vlaamschen pastor., en waar zooveel poer inzat.
Alom ishij gelend, al is sinds koite dagen
alhiir z["n iev'rigweik zijn rijpe vrucht aan't dragen.
Elk tuint zijn blij gelaat, elk kent zijn vlaaoischèn kop,
a' staat er sedert kort een franschen i'rieluit op
Hij wendt naar Oost en West z'jn noo t vermoeide
[hemen,
zijne ongeo vonkten a's een paar karbonkelsteenen,
zijn vuist is vast als staal, zgn lichaam als een rots,
een laming, in een woord, van echten stam en trots!
Een Vlaming vrij van taal, een Vlaming vrij va,) voere,
een Vlaming recht van heit zooals ze zijn te boere
want is zijn hand van staal, zijn hert is louter goud,
zi. n middels weet zijn geest te maken honderdvoud.
Hij gaat al weldoen, lijk zijn Meester, langs zijn wegen
en niemand ooit die kwam Mijnheer Neuville tegen
of vond zijn huis en hert herbergzaam openstaan,
en mocht gesterkt, getroost, zijn wegen verder gaan,
en vond, ten dienst bereid, hem minzaam en verdut lig,
en was voor 't leven hem een nieuwe weldaad schuldig.
Hij bedelt en hij houwt, hij reddert en hij slicht
nog nooit 'n heeft hij zich voor moeite ofwerk gezwicht
H ij werkt voor arme en rijk,voor zusters en voor weezen
hij heeft al meer dan een zijn groot verdriet genezen
maar altijd doel hij voort en zonder ommezien
vergeet hij niemand dan zijn eigen zelfmisschien
Wij laten, Fpinay, U onzen proost als herder
vier dagen in de week en voor nen tijd want verder
behoort h[j Vlaand'ren weer, behoort hij 't Heilig Hert»
en Yper toe en ons. En als eens uit de vert
het blijde nieuws toekomtde Pruisen zijn verslagen,
elk mag naai huis en God geeft Yper blijder dagen,.
dan moet h j mêe met ans, weer 't Noorden in, en dan
Vaucluse en Epinay, gij heide trekt je plan
Dan halen wij hem in met trommels en trompetten
Te midden 't 1 Heilig Hert gaan wij zijn standbeeld
[zetten
We zijn Eerwccrde Hrcr een handvol zwakke mcnsche
en kunnen niet zooveel uit dank als wij wel wenschen
Maar God kan meer dan wij en. moet het at vergaan,
Gods dankbaarheid is Iels dat eeuwig blijft bestaan.
Ma wette.
faisail un majeslueux pendant au beffroi des
Halles. Elle était dans les vieilles maisons
flamandes, témoins du passé illustre de la-
cité.
Tout ce que les siècles avaient respecté,
lout ce qui évoquait l'histoire d'une ville, s'est
écroulé dans le bombardement du 22 novem-
bre. C'est maintenant aprés qu'on a essayd
le dégagement des formidables éboulemenls
qu'il est permis de se rendre compte de ce
que ce d'ésaslre a d'inoui.
II n'y a rien de tnagiqué comme une pro
menade au milieu des ruines du vieux pa
lais communal, si vaste quo ses quatre faces
se développent sur une superficie dc qua
tre mille nuit cent douze mètres. A lui seul,
ce palais formait unne ville dans une ville, et
il n'en est pas une parlie qui ait échappé
A l'effroyable attentat allemand, voulu, dé-
cidé, opéré avec une science sauvage.
Le beffroi, qui n'a plus que deux cloche-
fons, lamentablement mutilés, montre ses gran
des plaies béantes. ouvertes par de mon-
Irueux proejctiles. Rien n'existe plus des dé
tails dc son architecture. Ce n'est plus que
de la pierre noire, dont les gigantesques
hajes laissent apercevoir le ciel. Par hasnrd,
au milieu de ces profondes blessures de la
tour, 1'horloge est demeuréo intacte, enregis-
strant l'heure, oü dans 1 incendie embrasant
le monument, elle s est arrêtéccinq heures
moins vingt-cinq. In merveilleuse facade éta-
lc douloureusement sas déchirures innombra-
bles, et, soudain, A l'extrémité nord, c'est
l'écroulement complet, un tas indicible de
débris amoncelés.
GodWaar is de tijd, de schoone tijd van
vrijheid en van vrede! De goede tijd als eik-
end-een in eigen huiskriu» en aan eigen heerd
de groole wee!de genoot van 't rustigloopen-
de leven met t gewone werk en de dag. lijk-
st^ie doening: a's 't van verre was. van heel
vem1 verie. dal we in de bladen van de streke
'tgewoel en 't geweld trachtten te volgen van
kji oorlog in de Hal kans. of van den Rus-
sisch-japoncesehcn. of van den oorlog in
Transvaal.
Pan kizeu we., gretig, met gespannendh.iJ.
dqg 001 dag:... en we prangden en prikkel
den onze verbeelding om daar iets van le
zien te krijgen, dichte, vóór ons.
En ze wrocht, onze kranke verbeeldings
kracht cru kkin be.-tje,... en we zagen lan
ge keurige krijgsbenden van weerskanten voor-
bijschtrrureii, me: groote gejaagdheid en geest-
drilt naar elkander toe, onder 't gerij en 't
gerols ven gahsche karavanen krijgs- er voer
tuig.... en we zagen rook, en vier en vlamme,
eit doomend bloed ook op c!e slagvelden! En
we boorden den donder van l kanon en voel
den de davering ervan in onze beenderen,
niet de kiel lering van wapens en geweren daar-
tusschon en 'l scherpe geschuifel van moord
dadig lood en schroot.., en T was al sulfer
ok poerreuke dat hoven den strijd hing.
M<p.ir de buigers, in wier streken de geesel
aan 't woeden was, "n zagen we nitfi noch
vróuwen en kinderen; en als we nog lazen
en de burgerlijke bevolking vlucht», dan
gingen we daar onbedacht ove." alsof het niets
was.
Doch nu! nu, in de ongelukkige tijden' die
we beleven, nu dc oorlogsgeesel onze stre
ken vernield, en onze fa mi lied getroffen heeft.
1111 kunnen we zien en welen wat «vluchten»
is. We zien nu van dichte bij niet meer
enkel in dc verbeelding het afschuwelijk
oorlogsspel in al zijne afgrijzelijkhedcn af
spelen; "t zijn de oogen 1111 die te zien krij
gen, en méér dan ze verlangen', en méér dan
'tgemoed verwerken kan.
O! we hebben ze zien dolen en tjolen, van
in Oogstmaand reeds, langs de zandige wegen
van Brabant en Antwerpen, die duizende on-
gelukkigen: vrouwen en kleine kinderen en
stokoude menschen. Door de barbaren ver
jogen uit huis en hoeve en heerd! verjogen en
vervolgd lijk schadig ongedierte en beroofd
van have en goed; ja! tot van hun bovenklee-
deren toe!... En toen ging er in Vlaanderen
in Vlaanderen dat alstlan nog gespaard bleef
een kreet op van diepe verontweerdiging en
innig medelijden, en overal werden de onge
lukkige vluchtelingen ontvangen met goed
heid en met liefde. E11 we zagen tot dc werk
menschen toe het hunne bijdragen om de
vreemdelingen te herbergen en dc liongeri-
gen te spijzen en de naakten te klecden...
Maar Ileere God! de laatste hoek van 't
Vaderland, de schuilhoek van al die ongeluk
kigen, werd in zijn schoone hope bedffo-
gende bloedhond was nog niet verzadigd,
en Vlaanderen ook zou zijn deel in den tol
betalen; zijn roover.sbendcn kwamen met woest
gewekt alles overrompelen, lijk een onstui
uiige stroom die niet houdelijk '11 is en
t al omverrespoelt. En verderop moesten
de vluchtelingen, en vele van de inwoners
uieê, verderop tot over den Yzcr, den Yzer
ja!... En dan eerst, met de koude en de
sombere winterdagen moest het groote lij
den aanvangen. I Eerste medelijden was ver
sleten, en de ijverzucht om te helpen en de
schoone milddadigheid waren uilgetsorvenve
le vluchtelingen kwamen nu niet meer van
zoo heel verre, van Aarschot of Leuven,
of Meehelen, er waren er kennissen! bij en
vrienden en familieleden. En de vreeze van
kortelings zelve tc moeten vluchten, en... te
le kort te komen, kwam als een schijnreden
voorwaart om de gierigheid en de herleloos-
hcid die er achter zaten te verduiken.
Schande is 't, en niet gelooflijk!
Dan hebben we met eigen oogen een teug
water uit den steenput zien weigeren, en
meer dan éénmaal en een bondel- strooi
om er op te rusten in de schure aan vrouwen
met kleine kinderen! God!! welke tergende
herteloosheid, ewlke schaam telooze hondsch-
heid I
En de vluchtelingen waren algauw in twee
klassen verdeelddie geld luidden en die
géén 'n hadden.
Dc eerste waren de beste natuurlijk. Maar
ze moesten 't ook aldra zien en voelen dat
't 'om hun centen was, en alleen 0111 hun
hun eenten dat ze aan andermans heerd
halvelinge geduld werden. Lijk de badgasten
's zomers aan zee, moesten ze zijn, alleen
ge-komen om 't verzet en 0111 vele vele te
verteeren; zonder dat: slechte kalanten en
afgedankt I
L'extéricur du long édifice, crevé, déchi-
queté, tlépeeé, offre l'image tie la désolation
mais l'impression est plus sinistre encore A
i'inlérieur. Sur Le sol, des abimes s'entr'ou-
vrent, creusés par les obus de la plus ter
rible puissance destructive. Aux trouées dans
tips murs pourtant si êpois, on suit leurs
bouleversements. Ils ont emporté, émietlé les
étages, dont il ne reste plus trace. Au-dessus
dé soi, ce n'est plus que le vide. II n'y
a mème pins la forme de ce qu'était la
salie prodigieuse par ses dimensions qui, pour
voüte avail la charpente mème du toit, avec
ses étonnantes complications de poutres, cette
salie qui semblait infinie, longeant les faca
des. au milieu dc laquelle se trouvait seulcment
la chambre du Conseil, dans le btvffroi. Quel
aliment a dü trouver le feu 'daas cet amas
dé bois vénérable, qui avail servi A la con
struction la plus hardie et la plus origi-
nale qui füt! On avail calculé que, pour
cette charpente. il avail fallu abattre cent
hectares de forêts. Le toit n'a résisté parlial-
lement que sur une petite étendue, A l'ex
trémité sud, du coté de la rue-au-beurre, et
c'est IA une singularity car cette rue a été
presqu'enlièrement dévastée.
Entre ces carcasses dei murs des Halles,
on a line sorts de vertige de l'immensité
de ce qu'était cette construction. Elle avail
défié le temps. En quelque-i heures, les Al-
Icmands en ont fa if des ruines. O11 n'aper-
eoit plus que par irtfiincs fi-agmcnts Ie; fres-
ques qui recouvrent les parois de la galerie
échevinale. II n'y a plus une parcelle de
l'ancienne maison de bois dont la facade
avail été conservée dans les salles, si hau-
tes, qu'elle n'y epgaraissait que comme un
détail d'ornementathion. C est de la stupcur
En méér nog voelden 'tde schamele dut
sen zonder geld. Ze werden aanzien ge
schuwd zou 'k wel moeten zeggen als
iets dat heel schadig is of besmet met een
vuile afschuwelijke plaag. Alleen de solda
ten hadden nog medelijden over en herte
genoeg. God zal 't hun loonen om van
hun mager rantsoen wat soep en brood mede
te deelen.
Dolen mag dat hecten, dolen en tjolen,
en onzeggelijk lijden van gebrek en herte-
leed. Verre van hun platgebrand of omverre-
geschoten huis; verloren sommige en zon
der nieuws van ouders of vrouw of man, of
kinderen, of broers en zusters; zonder- bestaan,
zonder hope van nog iets weer te vinden bij
hun terugkeer. En al hun fouten wie is
daar nochtans vrij van tol dc kleinste toe,
afgespeurd en in 't licht gesteld met vergroot
glazen van tiendubbel kracht. En eindelinge
dat gedwongen weggevoerd worden uit
NOOD naar verre vreemde streken, met
den angst in "t herte van nóóit meer 't vader
land en 't geboortedorp en 't geliefde woon
huis en dc vermiste familieleden weder te
zien.
Schept moed, ongelukkigen, beklagensweer-
dige slachtoffers van den gruwelijken oorlog,
gij zoowel als de gevallen strijders; schept
moed en sterkt uwe hope bij de gedachte dat
er een God leeft, een God van rechtveerdig-
heid, die alles te gepastcn tijde te loonen en
to vergelden weet, die geen vogel 'n laat ver
gaan op het veld en hoornen en planten
kleedt met groenigheid en bloemen!
C. ASTAES.
Rousbrugge den 23 maart 1915
Twee Kamerheeren, M. Standaert van
Brugge en M. Vande Perre van Antwerpen,
door den Koning op zending gezonden, zijn
teruggekeerd uit Zuid-Afrika. Deze afgeveer-
digde verklaarde dat aldaar ons Belgenland
tot in den hemel verheven wordt om zijn
eerlijkheid, zijn moed .en dapperheid.
Een bewijs dat het duitsche leger het niet
zal uithouden tegenover de oprukkende
Bondgenooten kan men vinden in de veel
beduidende verhuizing der grocte legerstafs.
De duitsche legerstaf te Rijsel gevestigd, is
vertrokken naar Doornijk. Deze die te
Brugge huis hield is naar Eecloo verhuisd.
qu'on éprouve devant de te'Les disparitions
d'un passé dart.
L*n anglais, mais ce touriste qui veut
tout voir, est un officier parcourl avec
nous ces é.mouvanls décombres. 11 ne se pi
que pas, lui, de la coulumière impas-sibilité
britannique. II s indigne, it exprime son dé-
goüt de ce vandalisme calculé. Pourtant, il se
reprend, et it ajoute foidement, d'un air de
ce calme résolulion
II est extrêmement utile d'avoir eonsi-
déré ce spectacle.
Dans la partje de Ia galerie du rez-de
chaussée, dont la voüte a résisté provi-
soirement peut-être, car on ne peut juger
rdoü nous sommes, des menace; contra sa
solidité une note lugubre ajoute A 1 im
pression de tristesse: on a rangé IA ce qui
n été sauvé du mat'riel des pompes funèbies
des corbillards, des civières, de; draps noirs.
On est Wen, en effet. dans le domaine de
la mort.
On trasaillait. depuis longtemps. a la res-
tauration des Halles. Par quelle bizarrerie
un échafaudage qui n'entoure ptus qu'un é-
boulement, est il reslé debotil'? Mais si on
s'approche, on s'apercoit que le bois, a élé
entièrement consumó. Ce n'est plus qu'une.
apparence.
Et la cathédrale Saint-MartinSix sièclcs
avaient passé sans qu'aucun aceiient eüt dé
menti 1 audace de l'arehijeete élevant sou g.nn-
diose vaisseau. Ce nest plus aussi qu'une
mine sublime, touchant A ces autre; ruines
que sont les Halles. On a remplacé le por-
Te Brugge hebben eenige kleine onbe
dachte schoolknapen het duitsche vaandel
bespot. Daarop krijgt dc stad een boete van
5oo.ooo frank. Daar de duitsche overheid de
hand legde op de kleine plichtigen kregen
hun ouders drie weken gevang. Dit niet
tegenstaande moest de sjad maar seffens
10.000 frank dokken met de bedreiging er
5oo.ooo te moeten betalen indien de duit
sche vlag nog bespot werd.
Terwijl de Engelsche vliegers naar Ho-
boken-bij-Antwerpen vlogen en met hun
bommen een duitsch onderzeeër deden
springen, een ander erg beschadigden en
drie honderd militaire werklieden kwetsten,
zijn onze Belgische vliegers naar Ghistel
gevlogen, alwaar de duitschers een vliegplein
stelden, en hebben de vijandelijke stellingen
groote schade toegebracht.
De Engelsche vliegers hebben daarbij het
duitsch vliegplein van Gits zoodanig ge
bombardeerd .dat zij er de plaats hebben
moeten ruimen en niet weten waar een ander
opgericht. Te Zeebrugge ook werden de
duitsche versterkingen en onderzeeërs-instel
lingen beschadigd zelfs werd de havenstatie
van Brugge vernield.
Nu hebben de Belgische vliegers weer in
den nacht van 3o op 1 Maart het vliegplein
van Handzaeme gebombardeerd en het
spoorwegnet van Cortemarck.
Vijf vliegmachienen hebben bommen ge
worpen te Ichteghem op de duitsche troepen
3o soldaten werden gedood en 60 gekwetst.
Ten Zuiden van Dixmude bracht de fran
sche vlieger Garros 2 duitsche aviatik-
vliegtuigen neer met zijne mitrailleuze.
De Belgen maken wonderbaren vooruit
gang. Zij hebben een belangrijke opmarsch
gedaan in 't Zuiden van Dixmude en 't
Oosten van Loo. De duitschers werden
zoover achteruitgedreven dat de Belgen hun
voorposten stelden langs den rechteroever
van den Yzer, tot op 600 meters van Wou-
men.
In de laatste gevechten in de over
stroomde str.ek lukten de Belgen zoowel dat
hun zegepralen slechts weinig verliezen
kostten. De Belgische divisie die dit deel van
het Yzer-front den vijand ontnam telde
slechts óodooden en gekwetsten.
tail [wr unc cloture en planches, dont les
interstices laissent apercevoir Thorreur des
effets du bombardement. La grande rosace
au-dessus du porche, ne garde que le dessin
de sa parlie supérieure; les verrières, dont
plombs ont fondu, se sont éparpiilées en
pelits moreeaux; lis ures-boutants, dui.e grüce
sé-vère. se sont effondréslc clocher, pour
robuste qu'il fut, a 'été atteint dans ses oeu-
vres vives. II est mainleaant inaccessible par
1'intérieur de l édifice. Comme nous conlein-
p'ons l immensité du désastre, 011 di;posai! de
grandes poutres pour I'étayer. Au-dedans c'est
le chaos d'un éboulis d'aroéaux ct ('.e pi-
liers qui onl tout écrasé dans leur chute,
les boiseries, les statues, 'les mausolées, ln
ehaire. C'est une confusion sans nom' de
pierres, de colonne;, de marbres brisés, re-
couvrant, parmi tant d'autres dalles 'cdle
sous laquelle reposent los restos de Jansé
11 ius.
Ccst la vision de 1 inéjwrable Mais 011
nest pas lc deuil des monument; pkins d bi
toire et qui disaient la gi-andeur d Ynrês
avant que la ville. autrefois puis^nte se
füt en que!que sorte endonniev O,ml L,
elisme la réveil léc dc sa lorn m- f
la Uier' II n'est pas une maison ilbm 1>l""
ai, été é,Kirgnée. De cdlTL cutT
tant du quatorzième sié-cle.
urecuse, da-
ou avail été in-
este
statie le musée, il n'y p, 0,é 11
de facade. Celles du Marché-Bas om
ment disparu. C'est avee une inf- r,»oi°mp -
que 1 ennemi a abattu toat ce qui 'V fUl01.6
cieux. D Ypres. les Alleman.,s ont V'itP'V
mais en auelmies heures
mais en quelques heuro
péi.
une autre Pom-