I LIEVENSHULDE Katholiek Weekblad van het Arrondissement Yper BEURS - BANK - WISSEL 51e Jaar. - Nummer 33. 30 Centiemen. Zaterdag 17 Oogst 1929. in Moorslede. Voor uwe Geldplaatsingen wendt U in volle vertrouwen tot de Bijbank \r 1*31$. Groote Markt, 9. Tel. 304-334 Filiaal dei' Groep Handelsbank - Fondspnbank - Nrordstar. Kapitaal-Concentraties 300 Millioen Brussel, Gent, Antwerpen, Kortrijk, Brugge, Ooster.de, Thielt, Iseghem, Lichtervelde, Poperinghe, Wervik, Komen, Yper Voorwaarden voor de Zicht-en Ter mijn reken in en Zicht alle dagen beschikbaar 3 Veertiendaagsche Rekening 4.50 Spaarkas Zicht 5 Kasbons aan toonder op 3 maanden (vooraf beta lh.) 4 0 netto 6 maanden id. 4.50L/Onetto I jaar id. 5 °/0 netto 0BLI3ATIEN op 5 JAAR aan drager 6 NETTO. Rente betaalbaar met zesmaandelijksche Koepons. ilpcrec c w ABONNEMENTPRIJS 1 Jaar 15 fr. 6 maanden 9 fr. 3 maanden 5 £r. Men abonneert in alle Postkantoren en in het Opstelbureel ABONNEMENT VOOR 'T BUITENLAND: 25 frank. Op het Opstelbureel alleen te vragen. BEHEER EN OPSTEL io5, ZONNEBF.KE STEENWEG, io5, YPER Postcheck: ekening 40.201 0 casier) waar op alle wekedagen alle inlichtingen te bekoiqen zijn van 14 tot 11 AANKONDIGINGEN Prijs bij overeenkomst. Alle Aankondigingen mo> ten tegen den WOENSDAG ten laatste ingezonden worden. Kleine berichten en nieuws ten laatste tegen den WOENSDAG avond. ZITDAGEN. Dr BRUTSAERT, Kamerlid, is spre kelijk voor iedereen: Te POPERINGHE, in zijn hui», 's morgens, den Maandag en Vrijdag Te YPER, den le en 3e Zaterdag dei maand, van 9 tot 12 uur, in den Katholieken Kring. Te WERVICK, den 2' Zaterdag der maand, van 9 tot 12 uur, in Hel Kapitel HANDELAARS vraagt eene aankondiging in «HET YPERSCHE VOLK» Den Heer Senator G. BRUNEEL DE MONTPELLIER, zal gedurende de afwezigheid van den Heer Volks vertegenwoordiger Dr Brutsaert, op ln en 3n Zaterdag van elk maand, zitdag houden in den Katholieken Kring, telkens van 9 tot 12 ure. Zondag 1.1 werd Constants Lievens ai in standbeeld onthuld. Die christen held in zeven jaar tijds serrichtte reuzenwerk. In een zeer iirgestrekt indiaansch land, hielp hij fcntzeggelijk veel menschen in stoffe- Ijke moeilijkhedenhij bekeerde er ban een honderdduizend en van deze lunderdduizend doopte hij er 27.000 met eigen hand, eens op een dag ineer dan 1.500. Gedurig moetende lange reizen ondernemen, en geen ge bruik kunnende maken van 'de heden- jdaagsche vervoermiddels: velo of mo tto, moest hij dit alles doen te peerde. Zoo heeft hij zijn werk meest te lieer de verricht en daarom is hij te peerde [verbeeld. Het standbeeld stelt een vermoei den en afgmatten harddraver voor, tegenstelling opleverende met den niet vermoeiden ruiter, die met forsche handen, hooge boven het hoofd, het tapen verheft, waarmede hij de streek veroverde voor Kristus Koning: Dat «apen is een blinkend Christi-Kruis. Dat hij veel Indianen doopte is* ook wet weêrgegeven door het kunstge wrocht. Vóór het voetstuk van 't rui terstandbeeld ziet men geknield en twee - dobbel - geplooid een Indiaan Oeraon. Sommigen hebben geschreven dat dit beeld een dankenden inlander weergeeft. Maar 't is dat niet. Op de soorzijde van 't voetstuk immers, wat hooger dan de geknielde Oeraon, is gebeiteld een doop-schelpe, van waar «it Kerstend water vloeit. Dus stelt dat geknield beeld een der- 27.000 voor, die Pater Lievens kerstte. Buiten de vooraanstaande personen aan de onthulling tegenwoordig o. m. de Kardinaal Van Roey, de Bisschop- jen van Brugge en Roseau (Antilliën), lealgemeene Overste cler Jesuiten Pa ler Wladimir Ledochowskv, Minister ïaels en de Gouverneur van West- 'laanderen... moeten vermeld worden le Broeder van den held en zijne Zus- er, alsook E. Pater Nic Kurjur, S. J., •eraon van geboorte en die ook eene eestrede hieldIn vloeiend Vlaamsch prak hij zijne dankbaarheid uit, tegen ver hem, dien hij noemde onze va- er en onze redder Uit de brieven van Pater Lievens. Ranchi, 15 Nov. '88. Mijne lieve Zuster. [Over eën maand waren 13 menschen chter mij om mij den kop in te slaan n ware het niet geweest van mijn Xerd, dat een schrikkelijke zeere-loo- er is.'k zoude er aan geweest zijn met üijn leventje en gij zoudt allen niet Deer gehoord hebben van Constant. - Xu dit is al niets. De duivels voor- eker zullen mij wel eens trachten aan en hals te helpen. Over 14 dagen, 'as ik bijna opgeëten van een tijger, ihrikkelijke beest die een man en me vrouw en twee ossen verscheurd 'adde. Uw broeder, C. Lievens, S. J. Sermoen uitgesproken, gedurende e pontificale mis te Moorslede, op iondag 11 Augustus 1929 door E. P. Bomas Aquinas, ongeschoeiden Kar teliet, geboortig van Moorslede. Hliges Dominum Deum tuum ex toto corde tuo. et proximum tuum si- cut teipsum. zult den Heer uwen God uit gan- ■scher hart beminnenen uwen evennaaste als u zeiven. Luc. X, 27. Eminentie, Hoogweerdigheden, Uwe hoogvereerende tegenwoordig- |id onder ons, vervult aller hart met r-tene fierheid en met diep gevoel- *n dank. i«iu zijn wij, hier in 't hart van «anderen, de doorluchtigste kerk- frjgden van ons Vaderland vereenigd zien, en de gelegenheid te mogen [aarnemen hun de hulde van onzen ■rusten eerbied en kinderlijke onder- «v.igheid aan te bieden. Dank betuigen wij ook aan uwe •t'Ogveerdighedendank. omdat zij -e plechtigheid ter eere van een mschen held, door eene pontificale den hoogsten kerkelijken luister •Uen willen bijzetten; dank, omdat zij door deze mede-verheerlijking van I'. Constant Lievens, zich verwaardig den onze achting en liefde aan te vuren jegens onze zendelingen, door uwe Hoogweerdigheden in hare herderlijke brieven genoemdde besten onzers broeders. Eminentie. Hoogweerdigheden, de vruchten van deze uwe aanmoediging zullen niet uitblijven: met voller toe wijding zullen we beantwoorden aan den oproep van O. H. Vader den Paus, die alle kristenen zoo dringend den plicht herinnert mede te arbeiden tot de bekeering der ongeloovigen, tot de uitbreiding van Gods Rijk op aarde. Dierbare Kristenen, De grootsche plechtigheid van lie den wordt in haar volle licht gesteld door het H. Evangelie dat zooeven werd gezongen. Het stralend beeld van den held dien we thans herdenken, de kracht die hem heeft bezield, het reuzenwerk dat hij heeft volbracht, tot de les toe die er uit volgt voor ons, dit alles vinden wij wonder weergege ven in het Evangelie van den dag. Er kwam zoo verhaalt St Lu cas, een rechtsgeleerde tot onzen Goddelijken Meester en vroeg hem: Meester, wat moet ik doen om het eeuwig leven te winnen? En Jesus zeide: «Wat staat er in de wet ge schreven? wat leest ge daar? De rechtsgeleerde antwoordde: Gij zult den Heer uwen God liefhebben uit ge heel uw hart, uit geheel uwe ziel, uit alle uwe krachten, en uit al uw ver stand, en... uwe naaste als u zeiven Jesus daarop: «Gij hebt goed geant woord, doe dat en gij zult leven Deze eerste woorden van het Evan gelie,, D. Kr., herinneren ons aan den hoofdplicht, daar ieder ntensch zich aan onderwerper! moet. De eeuwen mogen voorbijgaan, de geslachten mo gen elkander verdringen, het aanschijn der aarde moge door de meest verras sende uitvindingen worden vernieuwd, het blijft, onveranderlijk, dat voor el- keu sterveling, het eenige middel om •'•6 levens doel te lier-eiken,-isde liefde tot God en de liefde tót den even mensch. Dubbele liefde, waardoor in het onderhouden van alle overige god delijke hevelen wordt voorzien; dub bele liefde die onze goddelijke Meester zelf tot eene enkele liefde heeft her leid, zeggendehet tweede gebod is gelijk aan het eerste Zoo dat we ons niet angstvallig dienen af te vragen, welkdanige onze persoonlijke liefde tot Qod wel wezen mag. -Wilt ge wetenbesluit terecht de heilige Moeder Theresia, wilt ge weten de maat van uwe liefde tot God, meet die liefde met de maat uwer liefde tot den evenmensch Op die eeuwenoude evangelische leer, D. Kr., rust de grootheid en ook de huidige verheerlijking van Pater Constant Lievens. Die leer vermocht P. Lievens om te scheppen tot reuzen- daden. Luisteren we aandachtig naar het vervolg van het H. Evangelie: De rechtgeleerde stelde nu aan Jezus de vraag: Wie is onze even mensch? En Jezus leert het hem door een pa rabel, een parabel, dat hier vóór ons opgaat tot een levende feit Zeker mensch verhaalt Jezus, kwam af van Jerusalem naar Jeri cho en hij viel in de handen van roo- vers, die hem uitschudden, en, na hem gewond te hebben, henengingen en hem half dood lieten liggen. D. Kr., in het verre land van Indie, in de bergen, in de oerwouden en de vla.kten van Chota-Nagpor lagen de inboorlingen lijk de man van het Evan gelie, neer op den weg des levens, zoo armzalig en zoo verlaten. Te midden eener heerlijke weelderige natuur, leefden zij, uitgeplunderd, tot de uiter ste ellende gebracht door de onverza- delijke hebzucht hunner landheeren. Erger nog: ze leefden er, gewond ook en doodziek... in hun zielden wa ren God kenden ze niet, noch de liefde van Hem die voor hen zijn bloed heeft gestort op het kruisdie Indiërs wa ren aanbidders van den duivel, aanbid ders en vereerders van inbeeldige go den en geesten afgodendienaarsen wie zal het zedelijk verval peilen dat ten allen tijde met afgodendienst ging gepaard? Halt" dood lag de man van het parabel op den weg van Jericho; de ongelukkigen van Chota-Xagpor ook zouden sterven weldra... helaas, den eeuwigen dood Wat zal er met hen gebeuren? Nu gebeurde het vervolgt het Evangelie, dat een joodsche priester dienzelfden weg afkwam, en toen hij dien man liggen zag, ging hij voorbij... En evenzoo kwam er een leviet nabij die plaats, die toezag, maar die ging ook voorbij. D..Kr., in de heidensche dorpen van Chota-Nagpor kwamen eerst mannen toe. die op de ellenden der Indiërs neerschouwden, maar van wie men be- weeren mag dat zij evengoed als de joodsche priester en de leviet, achte loos zijn voo nen, 't zijn de gen. We' waar, vooraleer de katholieke 1, pgepaan. - ine man- Orde niet alleen, maar door heel zijn ünï vaderland, en de vrijgevigheid van on- telbaren doen oplaaien voor de bekee ring van Indië. Wat Pater Lievens missionnarissen er heentogen haddenJ bezat, dat gaf hij. terstond en voluit, de Protestanten hunne werking in did al de krachten van lichaam en van ziel. landstreken reeds ingezet en uitge- Noor de heidenen van Chota-Nag- breid.Maar.ligt in bet Protestantismus- Por dat verblijf dag in dag nit. in de het heelmiddel v r de gruwelijke] dëra^ eerst van 1 orpa dan van Ranchi, kwalen van .het heidendom.? Al wie j waar hij met onverstoorbaar geduld weet op welke aardsche politieke be-Jde klachten de:* verdrukte Indiërs aan- doelingen de protestantsché missiën! hoorde. hoofdzakelijk berusten. - welke zichten die mannen bezielen die de: geldzucht van den groot-handel of de wedijver van sekten naar den vreemde voert al wie weet hoe zeer de bere kende en winstgevende arbeid der pro- testanten moet onderdoen, voor de al- gehecle en belangelopze offervaardig heid onzer katholieke zendelingen. die zal met weemoed staren op elke landstreek door protestantsche zende lingen bewerkt. Daarbij, wat vermag' datverminkt en verdord kristendom dat Protestan- tismus heet, oin zielewonden te gene zen Kan ooit v i dwaalleer uit, een vruchtbare kracht opgaan, die groeit en bloeit on tier den zegen van God? Ondanks en :-le niet te onderschatten uitslagen, mogen we hier ook vast stellen de inboorlingen van Chota- Nagpor hieven liggen, uitgeput, ge wond en stervend naar lichaam en naar ziel... •Nachtans, liet uur dt r verlossing was nakend; de hermhertb, Samari taan was op weg. Een zeker» Samaritaan die s reis was vervolgt Jesus in zijn pavabe'y kwam omtrent dien rampzaligen man, en hem ziende, werd hij va.? me delijden bewogen. En hij ging naar hem toe, verbond ziine wonden, goot er wiin en o'ie on, hief hem op zi'i eigen lastdier en bracht hem in erne herberg. Daar gaf hij een voorschot en zegde tot den waard: draag er zorg voor: al wat zijn onderhoud u kosten za', wil ik u teruggeven, wan neer ik wederkeer. ■T inH Voor hen. de onophoudende studie om die netelige, ingewikkelde toestan den en conflikten te ontwarren tusr schen pachters en Zemindars, en recht te laten weervaren, uien recht toe kwam. Voor hen, die herhaalde verre toch ten onder den oosterschen zonnebrand, door liosschen en door rivieren, over bergen en dalen, blootgesteld aan de gevaren van wilde dieren en tegelijk van verwoede verdrukkers van het volkverre tochten, waarin hij, nieu we Franciscus Xaverius, optrok, on derrichtend en doopend, van dorp tot dorp. Voor hen, voor die arme Indiërs, vooral, dat leven van versterving en van gedurig gebedwant de arbeid van Pater Lievens, in al zijn vertak kingen, doelde op de zielezaligheid der heidenen. Vandaar, dat onze held zijn ijver wortelde in het gebed; immers, hij vergat het nooit Verloren, verloren. Geploegd en gezaaid, Als God in de voren, Geen zegen laat gaan. Geen rust vond hij. Pater Lievens, vooraleer hij van de Moenda's en an dere volkstammen die zich in massa bij hem aanboden, lijk de hermhertige Samaritaan, alle wonden had verbon den, ze geherbergd had, dat is vooral eer hij die onwetenden had onderricht, gedoopt en ze vereenigd zag in eene kristene gemeenschap, toevertrouwd .voortaan aan de waakzaamheid en de ■zorgen zijner medebroeders. Hter, 1>: Kr., rijst h'firmi's'«ft rn alf* Kr.,-d«i Samaritaan van de schoonheid zijner weergalooze naastenliefde. Pater Constant Lie vens Hij, voorwaar, hij is de echte Samaritaan dien den Heer ter navol ging voorstelt. Hij ook kwam in Cho ta-Nagpor toe, en zag er den treurigen toestand waarin die arme lieden ver keerden. Of liever, niet lijk de Sa maritaan van het Evangelie, kwam P. Lievens bij toeval voor eene groote ellende te staan; hij had ze opgezocht. Heidenen ophelpen, zielen redden, was geweest de droom van heel zijn leven. Is er één levenskracht, verspild al te dikwijls bij jongeren, maar die bij Lie vens niet werd gedrild voor dat groot sche liefdewerk de bekeering der hei denen Van zijn jeugd af, staalde hij zijn lichaam en richtte het af voor den lateren missiearbeid. Zijn pngemeen- krachtige vermogens bracht hij, door strak gespannen studie en door zelfbe- heersching, tot eene vaardigheid die hem zou bekwamen zegevierend Op te treden in alle mogelijke moeilijkheden van het apostolaat. Vooral zijn ziel hield hij hoog op, boven het zondige van het wereldsch leven want hij wist het: wilde hij heldenwerk verrichten, hij moest vooraf een heilige worden. Doch, een heilige wordt men niet, zonder den berg op te gaan van zware opofferingen. Lievens ging immer vooruit, recht op het doel af; tegen hoogten noch diepten zag hij nooit op. Geen vooruitzicht op eene eervolle toe komst kon hem in zijn gang beinvloe- dengeen liefde voor eene familie, waar hij de glorie van was, hem weer houden. Over alle offers stapte hij heen. en ging in de volle lente zijns levens, aankloppen hij de Paters Je suiten. om zich in die Orde, door heili ge gehoorzaamheid en door studie vóór te bereiden, tot liet grootsche werk waar hij van droomde. En toen nu eindelijk, na veel lasti- gen en gezegenden arbeid, zijn jeugd ideaal in vervulling kwamtoen hij stond op het uitgestrekte missieveld van Chota-Xagportoen hij in voeling geraakte met den erbarmelijken toe stand van arme heidenen -veel er barmelijker voorwaar, dan hij het ooit had vermoed. met welk eene be geestering ging hij er op los om die Indiërs te verhelpen. Geen veldheer snelde ooit zoo moedig vooruit ter verovering van een land als Pater Constant Lierens onversaagd oprukte ter verovering der zielen Alle wonden der Indiërs wou hij genezen, en hij wou ze genezen bij allen: wonden \an het lichaam, door de verdrukte Indiërs bij te staan voor den rechtbank van het land: maar vooral wonden der ziel. Die heel in» die geestelijke opstanding was het einddoel van Lievens' allesomvattende bedrijvigheid. Lijk de Samaritaan van het Evange lie, zou hij mets sparen dat baten-kon aan die ongelukkige heidenen. Geld en goed bezat hij niet: doch. van uit het ZrZ Z°uren ziU' en zijn oproep eene rilling jagen door zijn et Evangelie zou onze vlaamsche zen deling overtreffen: In zijn hardnekkig streven naar onbegrensden zielen- oogst, zou Lievens meer geven dan de Samaritaan het vermocht. Christus heeft gezegdignem veni mittere in terrain et quid volo nisi ut accendatur(Luc. XII, 49). «Vuur ben ik komen werpen op aarde, en wat ivil ik anders tenzij dat het ontstoken worde. Aan dat goddelijk vuur dat immer branden moet zoo verstond het T Te vens zelf, heeft onze vlaamsche held den gloed ontstoken van zijn apostel har i en daarom waren zijn daden een vuur dat het heidendom in brande stak, maar dat ook hem het leven nam. Zijn leven voelde P. Lievens, na korte jaren, ingedrukt, stilaan verbrij zeld onder den pletmolen van zijn reu zenarbeid daarom staakte hij zijn ar beid niet. Voor zijn arme Indiërs alles, ook zijn leven, met de teleurstellingen en het zielewee der laatste dagentot hij eindelijk,neerviel, zelf een gewonde, uit liefde tot hen die hij had verzorgd. Een gewonde? Weldra een stervende; om op 36 jarigen leeftijd, na 7 jaren missiearbeid, zijn schoone leven en alle ontvangen talenten met zooveel winst terug te geven aan den Heer. Majorem hac dilectionem nemo habet ut animam suam ponat qufs pro amicis suis (Joan. XV, 13). Nie- <mand kan eene meerdere liefde hebben dan hij die zijn leven geeft voor zijne vrienden. Keeren we nu terug naar het H. Evangelie. Na het parabel te hebben verhaald, antwoordt Jezus cp de vraag van den rechtsgeleerde, door zelf eene vraag te stellen: Zeg gij nu, wie de even naaste is Tegenover de bekrompen beteekenis die de joden gaven aan dat woord, tegenover alle inkortingen en dwaalleeren van latere eeuwen: on verschilligheid bij de eenen, beperkte en partijdige menschlievendheid bij anderen, dwingt Jezus den rechtsge leerde tot de bekentenis, dat de even naaste is ieder mensch, wie hij ook zij, waar hij ook verblijve, zelfs en vooral, wanneer hij onze hulp behoeft. Die leering. D. Kr., beleed de H. Ka tholieke Kerk van af haar ontstaan. De armen, de verdrukten, de noodlijden den. de door de wereld verstootenen. aanzag onze Moeder de H. Kerk altijd als de eersten onder de kinderen Gods. naar het woord van den Zaligmaker: Wat gij zult gedaan hebben aan de minsten mijner broeders, dat reken ik aan mijn zeiven gedaan En 't is om dat de nijpendste nood van den even mensch zijn zieienood is. omdat het hoogste goed dat men liehoeftigen be zorgen kan in het kristen zieleleven ligt. dat vrijwaart van het eeuwig ver derf. daarom is het. dat, wie als een apostel optreedt onder de heidenen, het heiligste liefdewerk pleegdhij verricht het hoogste werk van naas tenliefde, en God bemint hij uit gan- scher hert. Zietdaar, D. Kr., de liefdeleer waar uit heel de missiearbeid van P. Con stant Lievens zoo machtig en over heerlijk is opgebloeid: liefdeleer die zijn leven en zijn dood omhult in on- sterfelijken glans. O, indien de goddelijke Meester den Samaritaan van het parabel looft om zijne barmartigheid, met welke eere- lauweren moet Hij het hoofd niet om- kransd hebben van den Samaritaan van het nieuw Verbond, den Apostel van Chota-Nagpor, Z?an hem die in de liefde tot zijn God de kracht heeft ge vonden den armoedigsten evenmensch te beminnen ten uiterste toe! Ja, die heldenkracht vond Pater Lie vens alleen in zijn liefde tot God. IJdel heid kende hij nooit; nimmer liet hij zijn apostolaat ontaarden tot een vie ring van zijn eigen persoon. Op den vooravond van zijn dood, kwam bij hem de vrees op, dat het verhaal van zijn missiewerk, door hem zelf opge steld, zijn naam in eer kon doen ge denken hij het nageslachten de leuze indachtig die heel zijn leven had be zield: ilium oportet crescere, me autern minui God moet grooter worden, ik zelf kleiner», beval hij al die schriften er waren drie volle schrijfboeken - te verbranden Ik wil zegde hij met nadruk, ik wil vergeten worden Vergeten? De Heer heeft het niet gewild. Lijk zijn studiemakker en vriend Rodenliach in dezes geboortestad ge huldigd werd, weleer, als het zinne beeld van den vlaamschen strijder, zoo wordt lieden P. C. Lievens in zijn ge boortedorp verheerlijkt als het sym bool van den vlaamschen zendeling. Heden nog zal zijn beeld hier wor den onthuld. Niet alleen zal het een eer zijn voor de achtbare familie waar uit hij is gesproten, voor de Orde die hem gevormd heeft en gesteund; niet alleen zullen zijne dorpsgertooten mét rechtmatigen trots op dat standbeeld mogen neerzien maar van hieruit, zal P. Constant Lievens voor heel het vTaarnsche volk' dat hij zoo lief had, eene aanmoediging zijn en eene les Welke is die les Weerom vinden wij ze, kort en klaar uitgedrukt, in de slotwoorden van het Evangelie van den dag. Vade et tu fac similiter zegde Jezus tot den joodschen rechtsgeleer de: Ga heen en doe ook lijk de Sa maritaan «Fac similiter», 1). Kr. Gaat heen, en doe ook lijk onze zendelingen! Fac similiter die woorden herhaal den de Pauzen van alle tijden, niet het minst zijne Heiligheid Paus Pius XI, en ze joegen ermede de Kristenen op tot missiearbeid. «Fac similiter», herhalen nog onze hoogeerwaarde Bisschoppen, en hunne hoogvereeren de tegenwoordigheid onder ons. bè- teekeut: doet lijk P. Constant Lievens, dien ge op heden zoo plechtig huldigt Voelt ge in u de roeping niet, om lijk hij, met de wereld af te breken, alle krachten en lijk en ziel te gaan uit putten op een verafgelegen missieveldj niemand toch achte zich ontsagen van het apostelschap. Apostolische ijver is geen louter liefhebberij't is voor elkeen plichtzonder apostelgeest is geen katholiek leven denkbaar. Welnu, nog rijzen er bergen, nog donkeren er oerwouden, nog strekken zich uit, eindelooze vlakten en woes tenijen,. waar millioenen menschen leven, bloedend uit diep-kankerende zielwonden, daar ze ronddolen in de duisternissen van dwaalleer en de schaduwen des doods: «Et tu t'ac si militer doet gij ook lijk de Samari taan, doet lijk P. Constant Lievens! Bemint ge waarlijk God? Medelij den zult ge voelen voor't verloren gaan van zooveel zielen, vrijgekocht door het dierbaar bloed Christi. Waarom zoudt ge dan ook de helden niet steu nen die geen offers te zwaar vinden als het geldt de liekeering der heidenen Waarom ze niet volgen, die helden, door uw gebeden, door uwe milde aal- moesen, waar zij ook heentrekken, dat is, 1 >ij alle volkeren der wereld? D. Kr., de protestanten van Enge land en Amerika, beweert men, hebben gezworen dat het Protestantismus, in de 20ste eeuw, zijn algenieenen tri omf zou beleven, hier en in de missie landen. 'T en zalDe grootsche hulde die li hier vereenigt, getuigt van uwen vroom gebleven kristenen zin, getuigt van den ernst en den groei der apos- tolaat-gedachte ónder hetvlaamsche volk. Voor de katholieke missiën, het daghet in den Oosten In ons blijft Pater Lievens werkenin ons hart zal hij een vonkje wekken van de vlam clie laaide in zijn eigen hart, en ons, met hem, opvoeren tot de bergtoppen der liefdeliefde tot God, en liefde tot den evenmensch. AMEN. KindevgpExven Er werd een kind begraven dat nog maar enkele maanden oud was. De ouders stonden weenend om het klei ne graf, als de zwijgende zwarte wagen den lichten last bijvoerde .De dood maakte het hier zeer kort. Aan menige roos laat hij- in 't geheel geen tijd om hare pracht te ontvouwen en haren zoetgeur ui t te ademennog eer zij haar kópjen uit den kelk verheven en het oog der menschen verheugd heeft, plukt hij ze harteloos afmijn blik glijdt over dit kinderdoodeuveld waar ze in lange rijen vredig sluime ren,waar de kleine kruisjes stille wacht houden, waar vele eenzame tranen in oprechte stille smart geweend worden. Er ligt entwat zoo eigenaardigs daar over uitgespreid, dat het ons steeds nieuw, als een vraag, aan de ziel klopt «Wij kwamen en gingen; wij zagen voor eene korte tijd uwe wereld, maar wij verstonden ze niet en u ook niet. Dan vloog Gods engel neder en haalde ons weg in een verre land der heerlijk- hid, bij den Vader daarboven zoo zeggen zij ons. Wij volwassenen echter blijven zinnénd staan en wanneer wij de aardschollen afwerpen op den witten zerk, dan vragen wij ons: «Waarom?» Gewis wij kennen ze sedert lang alle de troostredenen die men op dit veld der kleinen te zeggen heeft. Maar vooreerst zou men het moeten meege voelen en niet zoo gemakkelijk daar over heen glijden, hoe hard en zwaar zulke stonde voor de vader en de moe der is. Zoo vele zorgen der ouders delft men daar met het doode kind in de koele aarde, zorgen bij dage en ondsenbank Agentschappen in al de bijzonderste Gemeenten van West-Vlaanderen.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche Volk (1910-1915, 1927-32) | 1929 | | pagina 1