et BEURS - BANK - WISSEL Tïf EU BV Jaar. - Nummer 34. 30 Centiemen. Zaterdag 24 Oogst 1929 Katholiek Weekblad van het Arrondissement Yper HULP-BISSCHOP VAN BRUGGE. os )0kl, len ckel, Bisschoplijke Wijding Aan deYpersebe Bode,, DE VERGETEf4EN CDeet ge cuat Voor uwe Geldplaatsingen wendt U in volle vertrouwen tot de Bijbank VSPJESS, Groote Markt, 9. - Tel. 304-334 Filiaal der Groep Handelsbank - Fondsfnbank - Noordstar. Kapitaal-Concentraties 300 Millioen. Brussel, Gent, Antwerpen, Kortrijk, Brugge, Oostende, Thielt, Iseghem, Lichtervelde, Poperinghe,.- Wervik, Komen, Yper Voorwaarden voor de Zicht-en Termijnrekeningen Zicht alle dagen beschikbaar 3 Veertiendaagsche Rekening 4.50 Spaarkas Zicht5 Kasbons aan toonder op 3 maanden (vooraf bctaalb.) 4 netto G maanden I jaar id. id. 4.50% netto 5 netto OBLIGATIEN op 5 JAAR aan drager 6 NETTO. Rente betaalbaar met zesmaandelijksche Koepons. :t«ü. be» 9d| EN tlpcvöcljc ABOXNEMEXTPRIJS 1 Jaar 15 fr. 6 maanden 9 fr. 3 maanden 5 fr. Men abonneert in alle Postkantoren en in het Opste'bureel. ABOXXEMEXT VOOR "T BUITEXLAXD 25 frank. Op het Upsteihireel alleen te vrapen. BEHEER EX OPSTEL io5, ZONNEBEKE STEENWEG, io5, YPER Postcheckrekening 40.201 (j. casier) waar op alle wekedapen alle inlirhtineen te bekomen zijn van 14 tot 16 uur. AAANKONDIGINGEN Prijs bij overeenkomst. Alle Aankondigingen moeten tegen den WOENSDAG ten laatste ingezonden worden. Kleine berichten en nieuws ten laatste tegen den WOENSDAG avond. ZITDAGEN. D' BRUTSAERT, Kamerlid, is spre- kelijk voor iedereen: Te POPERINGHE, in zijn huis, 's morgens, den Maandag en Vrijdag. Te YPER, den 1* en 3" Zaterdag der maand, van 9 J4 tot 12 uur, in den Katholieken Kring. Te WERVICK, den 2' Zaterdag der maand, van 9 ]/2 tot 12 uur, in Het Kapitel HANDELAARS vraagt eene aankondiging in «HET YPERSCHE VOLK» "•ijzer Tel - 1de! ne Zeer Eerw. Heer Henricus Lamiroy, roopstor-deken van St Mairtens, is door 'ne Heiligheid den Paus benoemd ieD ts hulpbisschop van Monseigneur 'affelaert, bisschop van Brugge, met lit van opvolging, fi En is niet noodig U te herinneren Hij geboren is te Heitrne, O -VI., 129 Augustus 1883, dat hij schit- ende studies deed in 't bisschoplijk foüegic van Kortrijk. in 't gesticht tii wijsbegeerte te Leuven, waar hij I den titel van Dokter verwierf en un de Katholieke Hoogschool, waar lij Dokter en Meester uitgeroepen rerd in de Godsgeleerdheid, Daarover Ulperd breedvoerig gehandeld, nog geen far geleden, als Eerw. Heer Lamiroy, u Monseigneur, naar Yper kwam als leken. Enkele maanden heeft hij on er ons vertoefd, genoeg nochtans op- it eenieder zijne menigvuldige talen- tn op hunne juiste mate zoude kun- tn schatten Minzaamheid, geleerd- eid, welsprekendheid, grensiooze rerkzaamheid. 't Is naTvtürlïJk met spijt dat wij Itm zien vertrekken; maar wij ver- Ipen dat Hij, zooals zijne voor gangers: Mgr Malou, in Yper geboren n Mgr. Waffe'aert, die in Yper stu- fl[ eerde, nooit Yper zal vergeten en lat wij dikwijls de eer en het genoe- [en zullen hebben. Hem in ons midden jj-ieer te zien. I Ad nntltos annos l)e wijding wordt toegediend door n Bisschop-Zalver. bijgestaan door ■vee Bisschoppen, die men de Peters i n emt van den nieuw-uitverkoren. Tweg. altaren moeten, gebruikt wor- i{i.pe:i. Het Hoog-altaar, waar zeven eersen branden; een bij-altaar waar keersen ontsteken zijn. He Bisschop-Zalver zit op den leun- itftoel, geplaatst op den vloer van t Hoog-altaar en draagt den Kasuifel fan 't Kleur van den dag, (wit, rood of Rroenj, en een versierden mijter. De ;:.pi>schoppen-Peters, dragende eene tiorkap van 't kleur van den dag en n witten myter, leiden naar den Bis- wchop-Zalver den nieuw-uitverkoren. pie aangekleed is als priester, dragen ie een witte koorkap en op het hoofd e priesterlijke barette, met vier vleu- e!s. Xa eene buigings-groet, klein .ban wegens de peters en diep van we tens den priester, zetten zij zich neder |'n leunstoelende priester recht over Wen zalver. de peters links en rechts en pich elkander toeziende. Een der pe- s zegtHoog Eerweerde. onze ^loeder de H. Kerk vraagt U de wij- ping toe te dienen aan dezen gekozen Bisschop. Hebt gij daar nopens een pauslijken brief, als bewijs? Ja. - Lees diep. s Eu na de lezing der paus- [l'jke hulle. de Bisschop-Zalver zegt 'Deo Gratias Men plaatst dan op Pe knieën van den Bisschop-Zalver een openliggend Evangelie-boek. De te kalven Bisschop, leggende zijne han den op het Evangelië. moet dan zwe ren o. m. dat Hij alle drie jaar zich zal I egeven naar Rome bij Zijn Heiligheid den Paus. om rekenschap te geven van zijn bestuur, dat Hij in geval van alge- meene Kerkvergadering naar de plaats reizen zal waar de Bisschoppen van geheel de wereld samengeroepen wor den en dat Hij, zelfs niet levensgevaar, z'.ine kudde zal bijstaan in geestelijken' stoftelijken nood. Volgt daarop een soort examen of 1 ndervraging, eertijds noodzakelijk, 'nu niet meer)... om te weten of de nieuw-uitverkoren geen schismatieke of kettersche gedachten aankleeft. Hierna vangt de mis aan, aan het Hoog-altaar en de drie Bisschoppen samen met den Priester, bidden de voorafgaande gebeden met den con fiteor en bewierooken bet altaar. Daarna gaat de Bisschop-Zalver naar zijnen troon, opgesteld in het koor langs den evangelië-kant om er de gebeden voort te zetten en de Pe ter's geleiden dén Priester haitr' hét klein altaar, waar zij Hem de bisschop lijke gewaden omhangen, den Kasuifel aandoen en met Hem al de gebeden der mis opzeggen tot aan het Evange lie. Dan worden de gebeden der mis geschorst en de Peters leiden den priester tot den Bisschop-Zalver, aan het Hoog-altaar. De zalver zegt Broeders laat ons hidden voor den nieuw-uitverkoren De Bisschoppen knielen vóór hunne zetels, de gekozen strekt zich uit op de trappen van 't al taar en men zingt de litanie van alle 4e -Heiligen- -- -- Dit gedaan zijnde, geschiedt de Zal ving. Een evangelië-boek wordt ge plaatst en behouden op de schouders en achterhoofd van den priester, zoo dat de kruin zichtbaar blijft; üe drie Bisschopnen leggen hunne handen op het hoofd van den Priester en men hoort de woorden Accioe Spiritum Sanctum... Ontvang den H. Geest... Daarna onder het zingen van den Veni Creator, de Bisschop-Zalver zalft den ïrivverkoren Priester op de kruin en op de handen... waarna aan dezen over handigd wordt de bisschoplijke staf, de ring en het evangelië-boek, dat men nu van zijne schouders verwijderd heeft en toegedaan. Xa de vredé-kus ontvangen te heb ben van den Bisschop-Zalver en van zijne twee Peters, de nieuwe Bisschop gaat met zijne peters naar het klein altaar en vordert de mis tot aan het offerandegebed. Aan het Hoog-altaar geschiedt hetzelfde. Met het inzetten der offerande-gebeden, de nieuwe Bis schop draagt als offer naar den Bis schop-Zalver Twee brandende keer sen, twee hrooden, twee vaatjes wijn, waarvan het eene verzilverd en het ander verguld is. Xu beklimt de nieu we Bisschop het Hoog-altaar en staande aan den epistelkant, tusschen zijne twee Peters. Hij bidt, samen met den Bisschop-Zalver alle de gebeden van de mis, ook de woorden van de Consecratie. Aan de Xutting. de Bis schop-Zalver neemt een deel der H- Hostie en reikt het ander deel toe aan den nieuwen Bisschop :daarna nut Hij een deel van 't H. Bloed en de nieuwe Bisschop neemt het overige. Xa het Ite missa est op het einde der mis. de Bisschop-Zalver, zittende op den zetel, geplaatst op den vloer van hef* Hoog1-altaar, zet den nieuwen Bisschop den mijter op en geeft hem de handschoenen. Dan. samen met een Peter, heemt Hij den nieuwen Bis schop bij de hand en leidt Hem naar zijnen troon, waar Hij Hem ook den staf overhandigt én Hij vangt den lof zang Te Deum aan. Gedurende den Te Deum. doorwan delt de nieuwe Bisschop, samen met zijne Peters, de kerk en zegt het volk. Bij zijne terugkomst aan het Hoog altaar. de Bisschop-Zalver en de Pe ters, zonder mijter, scharen zich op dep vloer van het altaar, langs den Evangelië-kant, en de nieuwe Bis schop. blijvende staan beneden het al taar schenkt aan 't volk. zijnen eersten pontificalen zegen. Daarna knielt hij op den eersten trap van het altaar, aan den Epistelkant en zingt als bedanking voor den Zalver: Ad muitos annos. Hij staat recht, knielt op den zelfden trap maar in 't midden van het altaar en zingt een tweede niaal. met hoogere stem «Ad muitos annos»; Hij staat nogmaals recht om te gaan knielen aan den Evangeliëkant en zingt een derde maal: «Ad muitos annos». Eindelijk na dat de nieuwe Bisschop den vrede-kus ontvangen heeft, van wegens Bisschop-Zalver en Peters, eenieder legt de pontificale gewaden af en de ceremonie is ten einde. Wij geven hieronder de welgepaste Aanspraak van E. H. Onderpastor De Coninck in de parochiale Hoogmis van St Maartens-Kathedraal, op Zondag 18 Oogst 1.1. Vrijdag namiddag kwam ter stede de blijde tijding aan dat het Z. H. de Paus had beliefd onzen zeer geleer den en hooggeachten Heer Deken Kan. Henricus Lamiroy, Dokter in de Wijs begeerte volgens St Thomas, Dokter en Magister in de Godgeleerdheid te verheffen tot de bisschoppelijke weer- digheid en hem aan te stellen tot hulp bisschop van Mgr Waffelaert, bisschop van Brugge, met recht van opvolging. Mgr Lamiroy wierd geboren te Heurne (Oost.-Vl.) den 29 Aug. 1883, studeerde aan het College te Kortrijk alwaar hij primus perpetuus werd uit geroepen d. w. zeggen altijd de eerste zijn in uitmuntendheid in de 6 latijnsche klassen deed schitteren de studiën aan de Ploogeschool van Leuven tijdens dewelke hij werd pries ter gewijd in 1909. In 1919 wierd hij benoemd tot leeraar in dogmatieke godsgeleerdheid aan heet Groot Se minarie te Brugge, in 1927 tot de weerdigheid van Kanonik verheven kwam hij den 12 September 1928 naar Yper als Pastor van St Maertens en Deken- der |vristenheid Yper. Geen mensch van goeden wil kan er gevonden worden die niet de buitenge wone bekwaamheid, de diepe gods vrucht, het gulden hart en den grooten eertveJud van Z. E. H. Lamiroy hoog schatte. Geern zullen wij ons dien ge liefden Deken herdenken en wij dur ven verhopen dat hij ook een aange naam herdenken van onze stad zal be waren. Met leed zien wij hem heen gaan, maar iedereen was toch in de overtuiging dat de uitstekende be gaafdheden die Z. E. H. Lamiroy ken merkten, hem tot hoogere bediening zouden roepen en dat zijn arbeidsveld alhier niet ruim genoeg was. __0nz_e vurigste wenschen en gebeden vergezellen hem, en daar de groote eer die Mgr Lamiroy te beurt valt met zwaren last en verantwoordelijkheid gepaard gaan, is het voor ons allen die hem met dankbaarheid bejegenen eenen ernstigen plicht, hem in onze gebeden te herdenken. God gave 't dat hij gedurende lange en vruchtbare ja ren mocht ten dienste staan van het belangrijke bisdom Brugge en ge troost -zijn door het vertrouwen en de medewerking van al zijne diocesanen, vertrouwen en medewerking die hij ruimschoots verdient. Wij vernemen dat Mgr Lamiroy als Bisschop van Larno zal betiteld wor den. In nummer 138 van 17 Oogst 1929 geeft De YperscheBode een stuk van een intervieuw met Mgr Szeptychy, Me tropoliet van Halier en Aartsbisschop van Leopol en Galice, aangegeven door den reporter van een te Brussel verschijnend katholiek franschschrijvend dagblad en maakt er gebruik van om, naar natio nalistische opvatting van christelijke liefde, kinderlijke onderdanigheid en vooral van fijngevoelde hoffelijkheid/de Kerkelijke Overheid door God aangesteld zwart en hatelijk te maken. Hij doet dat natuurlijk uit echten eer bied voor dat geestelijk Gezag (waarvan de nationalisten de trouwste onderda nen zijn) en ook om dat gezag te onder steunen en om de eerbied en de gehoor zaamheid der onderdanen op te wekk&n en te vervasterr! Dat is dus een schrijven van bedied. Ook geren zullen wij de zaak overleg gen en bespreken zonder voorengenomen- heid. Doch 'k geloof dat het goed is van eerst klaar te zien waarover men zal spreken en hoa het in een zit. Een intervieuw gehouden in 1925 en nu in Oogst 1929 aangebracht is voor zeker niet aangebrand maar kan heel naar zijn vaa nuttig. alzoo. onhebbelijk voorkomen Daarom wagen wij 1.) De nummer en de naam van dat dagblad waarin dat intervieuw te vinden is te willen aangeven. Dat moet voorze ker niet moeilijk zijn, want als de schrij ver ernstig is heeft hij voorzeker dat blad en die intervieuw onder zijne oogen. 2.) Welk de juiste streving was van den strijd in Gallie in 1925. 't Is toch trou wens noodig van te weten als wij in de zelfde omstandigheden zijn en als het doel hetzelfde is. 'j 3.) Wat de handeling onzer Bis schoppen betreft, schrijver gelieve de teksten Of reporten aan te geven die toonen dat onze Kerkelijke Overheid sedert 1830 steeds stond, en nog staat aan de zijde van den verdrukkenden Staat en meespande met hem om onze Vlaam- sche volksziel te dooden. Die vragen zijn toch redelijk. Trouwens dat is een zware beschuldi ging tegen de Kerkelijke Overheid en dat mag niet lichtzinniglijk gedaan zijn Eene bewering tegen eene Kerkelijke Overheid van zulk gewicht zonder vol doende bewijs en voldoende redens is een zwaar kwaad. Het geweten en het goed gedacht van vele der zielen kan er van afhangen en er door pijnlijk geschokt zijn en onthutst. Wij verwachten dus de antwoorden op die verschillige vragen. Daarin zal de schrijver toonen dat hij ernstig is en het wel meent. Dan kan ook de zake naar waar heid en kennis besproken worden en dus met pit van reden en oordeel Zie ik sterf en ga den weg van al het aardsche. Josue 21,14. In scharen trokken zij naar de plaats der dooden en van den dood,daar naartoe waar zich deze stilte en stomme rijen van •sHpenden bevinden, bij wie het gerucht des levens sedert lang gedoofd is en over wie slechts nog de heilige plechtige rust der eeuwigheid uitgespreid ligt. Diepe, diepe zwijgen. Langs de grafheuvels gaan de levenden, deze die al gauw achterko men zullen, daar zij zelf de doodeskiem in zich dragen. Nu en dan blijven zij bij een der vredige graven staanEen graf als een altaar. Daar wordt zooveel in verborgene smart geofferd. Daar worden druppelen hartbloed vergoten in het wee der schei ding. Daar begfnt de ziel lijze en-vanzelf te bidden. Oude herinneringen stijgen uit den diepen langzaam op gelijk de nevels in den Novemberavond hoe lang is het reeds geleden en wat al geschiedde sedertdien en hoe staat het met het aan denken aan deze, onze dooden kloppen de vragen. Hoe doch de jaren vliegen en vlieden Het wil ons voorkomen als was het nog zoo lang niet geleden dat zij den laatsten kamp daar streden, op hun kruis, het smartenbed, dat zij ons baden denk op mij, vergeet mij niet En wij beloofden het. Dan echter moesten zij den verren verren weg in de eeuwigheid zoo gansch alleen afleggen «de bittere dood scheidt.» Een vriendelijk gebed volgde hen na. Een vroom aandenken sprak hunnen naam nog uit. Op het graf stond algauw een kruis met jaargetal en opschrift. Wij her haalden het weihoe U zouden we vergeten Maar algauw hebben hemel en aarde eenen grooten stap vcider ge daan. De nacht der vergetendheid laat zich over de grafheuvels nedergaan zwijgen hult ze in,en van geen strand heen waait er nog een warme adem der liefde over de plaats des doodes. Dit is ja de ge schiedenis der menschen in de liefde hier op aarde. Ik zag er velen onder de graven die nog frisch getooid waren. Dit had eene zach te menschenhand vol liefde gedaan. Maar er waren er daar ook vele die niemand meer versierde en bezocht, waar niemand knieide, niemand, om een vrome vaderons te bidden, vervallende lijksteenen, uitge sleten, lang verbleekte opschriften, geen naam meer en geen jaargetal en geene bloem in het dorre aardrijk. Vergaan, ver geten. Dat wou ons doen huiveren en ijzen. Wat zijn wij arme menschen toch, wanneer wij uit het land der levenden weggenomen worden, weg uit de zonne die nu ons toeschijnt in deze wijde we reldverlorene verten, in de eeuwigheden Voor de aarde niets. Maar voor het land aan de overzijde der wolken en dersterren alles. Dat juist is het groote onze God ver geet niemand, vergeet niets, Alle de mil- lioenen, cie daar stierven en wier namen hier niemand meer kent noch noemt, weet hij. In zijne handen hee.'t hij ons geschre ven in zijn eeuwig rijk leven zij allen. In zijn vaderhart brandt de eeuwige gelij ke liefde tot allen, allen. Daar mogen tientallen, honderdtallen van jaren over de graven trekken. Die op aarde vergeten zijn, ze zijn bij God. Ook Godes kerk ge denkt ze alle dagen en getrouw. Zij be stijgt het altaar van het verzoeningsoffer en bidt voor allen, weêr zij hunne naam kent of niet, waar zij nog maar vóór kor ten tijd stierven of reeds vóór vele jaren, zij bidt voor allen om eeuwige rust, eeuwig licht, eeuwigen vrede daarboven in Godes rijk. Ook zij vergeet de dooden niet. Onze God is ons een vader, onze Kerk is ons een moeder, en vader en moe der vergeten hunne kinderen niet, nooit. Denk op ons vergeet ons niet Neen weest getroost wij vergeten u niet. Gij zult nret alleenlijk onvergetelijk heeten gij zult ons onvergeten zijn. Het Eiia d Madame door de omwentelaars genoemd eiland Citoy- enne is een versterkt eiland recht over de monding van de Charente. Daar wer den begraven veel der verbannen pries ters, die in 1792 naar het bijgelegen eiland Aix overgebracht werden, als galei-boeven, omdat ze geen getrouwheid wilden zweren aan den goddeloozeh grondwet. Dinsdag 1. had de jaarlijksche bedevaart plaats van veel priesters en toeristen, die op de graven gingen bidden. In Znid-FranRrijk, eenige streken van Italië, Spanje en. Portugaal, maar bijzon derlijk in 't Noorden van Afrika is de Kurken-pluk volop aan gang. Kurk is hout, namelijk de dikgeworden schors van den kurken-eik. Die boom, die ten hoogste 15 meters hoogte bereikt, maar tot 5 meters omtrek heeft, geeft alle 10 jaar kurken-oogst. Met eene wel-snij- dende hap, verdeelt men de schors in stukken van een meter hoogte op 1/2 me ter breedte die kurkeniagen zijn twee tot drie vingers dik en boogvormig bij het afnemen, maar worden daarna langza merhand horizontaal gemaakt. Vóór het gebruik van kurken in voege was, om wijn in rechtstaande flesschen of kruiken te bewaren, goot men bovenop den wijn een kleine laag olie. Dan, bij het verbruiken van dien wijn, men goot de olielaag af, op den grond of in een be ker daartoe bestemd, vooraleer degenoo- digden te bedienen. Van daar het gebruik als men wijn schinkt, van den top der flesch te gieten in zijn eigen glas. Te Woh bij Hoei, een steenkapper die wrocht op een rotsblok, hangende boven eene diepte, is met dien rotsblok, Den Heer Senator G. BRUNEEL DE MONTPELLIER, zal gedurende de afwezigheid van den Heer Volks vertegenwoordiger Dr Brutsaert, op ln en 3n Zaterdag van elk maand, zitdag houden in den Katholieken Kring, telkens van 9 tot 12 ure. die begaf, dertig meters diepgevallen. Wat in die streek belangstelling verwekt bij oudheids-liefhebbers is, dat verschilli ge dorpen araabsche namen dragen, o.m.: Moha, Bas-Oha en Ben-Ahin. Het steen, dat men te Moha uit de groeven trekt, is donkerblauw, gelijkend aan lei- rotse. Uit zulk steen is verveerdigd de trap van den predikstoel, in St Pieters Kerk, te Yper. De Eiffel-toren is 40 jaar oud. Hij was voltooid tegen de wereldtentoonstel ling van 1889. Twee jaar lang, hadden 40 teekenaars en wiskundigen gew-rocht om al de stukken te teekenen, waarop de plaats van ieder klinkbout moest aange duid worden, opeen 1/2 millimeter naar. De toren bestaat uit 15.000 stukken, waarvan velen geheel groot en 2.500.000 klinkbouten houden ze samen. De grond bepaald door de vier voeten van den to ren is meer dan een bectaar in oppervlak te. Die toren werd gebouwd om het vraagstuk op te lossen Is er middel een toren te bouwen van 300 meters hoogte en daarbij om veel volk aan trekken naar de tentoonstelling. Men was van gedacht hem na korte jaren af te breken Maar hij heeft zooveel diensten bewezen voor wetenschappelijke proeven en bijzonder lijk voor den T. S. F., dat men hem nu niet meer zoude willen missen. Op zonnige dagen de zuidkant zet meer uit door de zonnewarmte 'dan de noordkant en met den noen helt de spits eenige centimeters noordwaarts. Met den avond, als alles verkoeld is, is de spits wederom loodrecht op zijne plaats. Een wereldbeweging is aan den gang ten einde te bekomen van Paus Pius XI dat Hij het feit van Maria's Hemelvaart, als geloofspunt zou afkondigen. Dat wil zeggen dat men verlangt, datde Paus, gebruik-makende van-z-ijne-onfalbaarheid, verklaren zou dat die waarheid deel maakt van de Apostelijke Traditiën. Zoolang de Paus alzoo niet gesproken heeft, mo gen de geleerden, steunende op hun verstand, over de zaak redetwisten maar eens de pauselijke verklaring ge daan, wie nog anders zoude durven spre ken is als ketter gedoemd. Te Aarlen heeft men het standbeeld in gehuldigd van Lenoir Etienna (1822- 1900), geboortig van de provincie Luxem burg en uitvinder van den gas-motor. Vóór deze uitvinding, kende men alleen lijk den stoom-motor De gas-motor steunt Agentschappen in al de bijzonderste Gemeenten van West-Vlaanderen.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersche Volk (1910-1915, 1927-32) | 1929 | | pagina 1