Onze Meesterkens.
23.COLAEHT,
Vierge et Martyr.
De Fanatieken.
Fermeture
du Palais de Justice.
Hun beloften van 1890.
Hunne daden.
En revanche, la marine des deniers
communaux continuera de plus belle a
tomber dans la caisse des écoles cléri-
cales. L'égalité, la liberté pour tous
passeront de plus en plus a Pétat de
mythes, les cléricaux tiendront a jouir
de leur reste.
Pour faire face aux conséquences
de leur mauvaise gestion, nos maftres
songeront-ils a ressusciter le projet
d'impöt sur les portes et fenêtres que
la réprobation unanime leur a fait
abandonner il y a peu de temps, ou
bien penseront-ils a quelque taxe nou
velle que leur suggérera leur habileté
a tondre le contribuable Question qui
aurait son importance, si les élections
n'étaient trop proches leur résultat la
résoudra en renvoyant les cléricaux de
l'hötel-de-ville a des études moins com-
promettantes pour les intéréts de leurs
concitoyens.
1895 sera l'année de la délivrance.
Nous la saluons avec joie, car elle réa-
lisera nos espoirs pour le plus grand
bien de tous.
La Lutte-De Strijd.
Minder politiek, meer bestuur.
Wij zullen alle ambten, alle verkre
gen rechten eerbiedigen.
Dat beloofden de klerikalen in 1890.
Wat hebben zij gedaan
In clo Academie
vliegt M. Lmeins aan de deur en wordt
vervangen door M. Golaert.
M. Boedt aan de deur, M. Fraeys in
zijn plaats.
M. Cr. Lapiere aan de deur, M. Struye
in zijn plaats.
In 't bestuur
der Grodsliuizen.
M. F. Van Daele aan de deur, M.
Lambin in zijn plaats.
M. L. Rabau aan de deur, M. E.
Fraeys in zijn plaats.
M. G. Cardinael aan de deur, M. Imeins
d'Eeckhoulte in zijn plaats.
In 't lim-eel
van ~W eldadigheid
M. C. Gravet aan de deur, M. Van-
denberghe in zijn plaats.
M. ELiebaert aan de deur, M.Rabau-
de Rorijfm zijn plaats.
M. EVan Daele aan de deur, M. L.
Vandenpeereboom in zijn plaats.
Dees week was het de beurt der heeren
Merghelynck en Poupart.
Zijn de klerikalen hun kiesbeloften
nagekomen
Waren de aan de deur gesmeten
heeren niet waardig hun ambt te be-
kleeden
Werden die heeren aan de deur ge
smeten om rede van beter bestuur
Wat doen de klerikalen
In de Academie zetten zij een amb
tenaar aan de deur juist zooals zij ge
daan hadden op het Stadhuis.
In de Godshuizen... maar laten wij
dat miljoenenpotje gedekten vragen
wij enkel waarom een arme liberale
huisvader weêrom aan de deur werd
gesmeten
In het Bureel van Weldadigheid....
maar, Mijnheeren, het geld van dit.
bureel behoort niet toe aan U, maar
aan de armen, aan de liberalen, aan de
katholieken,aan de socialisten... maar,
Mijnheeren, uit welk recht worden
de liberale winkeliers geboyocoteerd
door het klerikaal bestuur
*-
Meer bestuur, minder politiek.
Kreten de klerikalen.
Zij hebben gelogen.
Hun leus is
Meer politiek, minder bestuur.
Eerst troffen zij de inrichtingen of
besturen.
Zij klei'ikaliseerden de besturen.
Toen troffen zij de kleinen.
Zij broodroofden.
Toen klerikaliseerden zij de kas.
De liberale winkelier mag creveeren.
Reusje.
Décidément la Lutte-de Strijd n'a pas
de chance.
Pour une pauvre petite fois qu'elle
s'en prend a M. Colaert, elle en attrape
un démenti formel en plein conseil
communal.
Misère de nous Q'en est fait
La Lutte-de Strijd a menti Grand
Dieu
M. Colaert l'a affirmé et la parole
d'un homme comme M. Colaert ne peut
laisser l'ombre d'un doute.
Dire que la Lutte-de Strijd a voulu le
noircir, le pauvre Un Monsieur si
avantageusement connu
Que voulez-vous Le respect aux
grands hommes s'en va.
Quelle dégringolade imméritée
Une si malheureuse aventure qui suit
de si prés l'aff'aire Godtschalck.
Certes les hommes charitables com-
patiront sincèrement a la douleur de
M. Colaert.
MSurmont lui-même a tenu a lui
faire preuve d'estime, a son retour de
voyage, peu après lamémorable séance;
de sitöt qu'il l'a aperiju, il lui a adressé
ces touchantes paroles (textuel)
Mais quelle gaffe avez-vous done
n commis a la séance du 15 n
M. Colaert interloqué n'a su ré-
pondre.
Et ce disant, M. Surmont avait les
larmes aux yeux.
Done appareinment la Lutte-de Strijd
a mentimais son injustice cause la
mort politique d'un brave homme
M. Colaert a, pourtantlumineusement
démontré qu'aucun mauvais cas n'est
niable M. Colaert n'a jamais parló de
l'aqucduc mais bien du pavé de la
chaussée d'Elsendamme; il est tout na
turel, n'est-ce pas, que lorsque M.
Brunfaut interpelle sur les travaux de
l'aqueduc, exécutés prés dos fossés des
remparts extérieurs, M Colaert luiré-
ponde par une dissertation au sujet du
pavé d Elsendamme.
Voila de la franchise au moins
Puis l'honorable échevin n'a jamais
cité M. Fx-oidure, n'a jamais parlé de
l'ingénieur des ponts et chaussées il
n'a pas dit qu'il avait été se plaindre
au ministre des menaces de M. Froi-
dure. Tont cela est faux et inventé de
toutes pièces. Faux aussi le compte-
rendu du Progrès.
M. Colaert nie toutcela est trés
simple.
La simplicité est d'ailleurs le carac-
tère des choses vraies.
Néanmoins la gauche prétend le con
traire, dit que tout ce que M. Colaert
nie est vrai Mais la gauche déguise la
vérité, comme la Lutte-de Strijd.
La parole de M. Colaert a évidem-
ment plus de valeur et de poids que
celle de tous les conseillers libéraux
réunis.
Un clérical du meilleur cru nous di-
saitl'autre jour d'unair navré:Quelle
triste affaire II nous faudra feindre
de croire M. Colaert et malheureuse-
n ment je ne sais que trop bien qu'au
n fond de l'ame aucun de nous ne dou-
tera de la parole de MM. Brunfaut,
Vermeulen et consorts mais M. Co-
laert est excusable l'amour pour la
cause catholique a poussé notre lea-
der a agir ainsi mentir pour Dieu et
pour l'Eglise n'est pas mentir.
Apparemment la Lutte-de Strijd a
menti
M. Colaert est la malheureuse victi-
me d'une haine sectaire
il a dü s'immoler pour son parti.
Un si brave homme Et sincère Et
loyal
Jetons un pleur sur sa tombe
M. COLAERT EST MORT VIERGE
ET MARTYR
II. I. P.
Niets is zoo gevaarlijk als een fana
tiek, niet zoo gevaarlijk voor de tegen
strevers als voor de partij zelve. Ge
holpen door het geld en door den
invloed dier fanatieken, kan een
partij zekeren tijd lang meenen dat zij
de sterkste is. Doch, dit IS niet. Lang
zamerhand vallen de bindsels van t
fanatismus af en dan verschijnt dit in
al zijn natuurlijken walg.
Fanatieken zijn de klerikalen welke
zeggen Wij zijn de waarheidgij zijt
de dwaling. De dwaling heeft dezelfde
rechten niet als de waarheid. Dus...
Welke is de gevolgtrekking
De vervolging der gedachten.
Dit is een kenmerk der klerikalen.
Ze verdedigen zich tegen die aantij
ging niet. Ho neen lees hun boeken.
Fanatieken zijn gevaarlijke mannen.
Fanatieken zijn degene welke zeg
gen De maatschappij is rot. Snijden
we tot bloedens toe den kanker uit.
Zeker, er is wat rots in de maat
schappij. Wie het tegenovergestelde
durft beweren is ofwel een leugenaar
welke zich wil aanstellen als bescher
mer van voorrechten, en die mensch
verdient de minachting van alle open
hartige lieden ofwel een mensch die
zelfs te dom is rond zich te kij ken, en
dan schenken wij hem vergiffenis om
rede zijner domheid.
Er is wat rots in de maatschappij
Wie dit loochent, zegt wij zijn tot
het volmaakste punt gekomen tot welk
de menschelijke natuur kan geraken.
Verder komen is onmogelijk....
Doch zoo spreekt bijna niemand
meer.
Er is wat rots in de maatschappij
Doch, geweld zal dat rot niet uit
roeien.
Scheldwoorden evenmin.
De klerikalen hebben in hun verle
den veel geweld. Tot hun verontschuldi
ging kunnen zij niets bijbrengen, zelfs
geen menschlievend doel.
De ömwentelingsgëzmden van 1789
hebben geweld op hun geweten.
Doch, zij waren slechts de kinderen
hunner eeuw van koninglij ke en pries
terlijke willekeur, zij hadden zien
moorden hun leven lang en zij vermoor
den hun vijanden op hun beurt. Een
revolutie is altijd bloedig.
De Fransche Revolutie heeft jaren
gemoord.
De Inkwisitie i? eeuwen.
En het gebeurt heden, dat mannen
welke, voor wat de Inkwisitie alléén
betreft, 2 eeuwen moorden op hun ge
weten hebben, dat zulke menschen
scheldwoorden werpen op den eersten
den besten, op den eersten om den
tweeden trachten te treffen.
Wanneer men met die menschen
spreekt over hun verledendan halen zij
verontschuldigingsredenen aan.
Hunne voorouders waren kinderen
hunner eeuw.
En wanneer heden mannen van een
nieuwe leer opstaan, mannen die groo-
tendeels in hun woorden veel te ver
gaan, mannen welke nog in hun tijd
perk van goede gevoelens en soms ietswat
holle klanken zijn.... dan komen er ex-
ploiteurs te voorschijn en exploiteeren
die holle klanken voor hun eigen
egoïsmus. Gelukkig nog dat zoo de
holle klanken, neergeschreven in 't
een of ander blad voortkomen van een
oprecht mensch, want het gebeurt ge
woonlijk dat, waar oproer voorkomt,
die oproer belegd was in 't katholiek
ministerie (zie zaak Pourbaix), dat,
waar zonderlinge houdingen en woor
den uitgesproken werden, die houdin
gen zonderlinge processen veroorza
ken. En zoo gebeurt het ook
Dat gewoonlijk de holle klanken
welke in zekere bladen voorkomen ge
schreven zijn door mannen welke
zich bij jonge opkomende partijen
aansluiten om de opkomende macht
dier partij in den put te stooten.
Hooger zei ik holle klanken en goede
gevoelens.
En deze woorden wil ik uitleggen.
Goede gevoelens zijn het de afgrij
selijke crisissen van handel en nijver
heid willen te keer gaan, het arbeiders
vraagstuk te willen oplossen met de
huishoudelijke inrichting der toe
komst, een nieuw loonstelsel voor te
staan, de samenstelling der regeering
te bestudeeren, de zelfzucht uit te
roeien en te droomen dat we broeders
zijn en we ons als broeders moeten
gedragen.
Die mannen welke zich met zulke
vraagstukken bezig houden zijn goede
menschen.
Zij mogen soms zeer uiteenloopende
gedachten voor stellen. Zij mogen aan
hun verontwaardiging lucht geven, in
bitsige, hevige, soms zelfs alles ver
nietigende ronkende woorden....
Zulk gedrag is honderdmaal beter de
kalme egoïst, die leeft om zijn eigen
ik en er zich wemig om bekreunt of er
in den killigen winter honderden lij
den van honger en gebrek. Egoïst die
soms ook zich tot de hoogere ambten
Iaat dragen en dan kalmtjes zegt
Ha die lui durven honger hebben!
Ha ze durven werkstakingen op
touw zetten
Ha ze durven opstaan
Die kerels zijn nooit tevreden.
Zij zullen toch nooit meer krijgen
dan wij hun zullen geven.
Overste schiet ze kapot.
En ze worden kapot geschoten.
Hewel zoo het Journal d1 Ypres wil,
dan zullen wij hem een nieuwe soort
fanatieken voorstellen
DE KOUDE FANATIEKEN.
Geen fanatieken welke een mensch
lievend idee in den kop hebben
Neen, koudekoudekoude.
Fanatieken met rokken.
Fanatieken welke toelaten
1) Een dubbelzinnig en eed te zweren.
2) Te liegen.
3) Te moorden.
4) Echtschennis te begaan.
5) Te stelen.
6) Valsche getuigenis te geven.
7) Zijns vaders dood te menschen..
Die fanatieken zijn
DE JESUIETEN.
En hun aanhanger Alphonsus Liguori
werd heilig verklaard door de R. C.
Kerk in 1839.
En te dier gelegenheid verklaarde
de kerk dat zijne werken geen enkel
woord bevatten dat censuur verdient.»
De zedelijke Godgeleerdheid van Li
guori is een aantrekkelijk boek.
Weet ge, katholieke lezers dat
ge moogt dubbelzinnig zweren, lie
gen, moorden, echtschennis begaan,
stelen, valsche getuigenis geven, zijns
vaders dood wenschen... maar op
één voorwaarde, zoo dit gebeurt «voor
een juiste zaak voor het goed der
Kerk
Wij moeten bekennen dat er in het
jesuitisch wijwater meer dan petrool
is daar is BLOED in.
A. M. D. G.
La fermeture du Palais de Justice,
arrêtée par décision de notre maïeur
en date du 31 Décembre dernier, nous
offre le spectacle étrange d'une magis-
trature en état de vagabondage. Dame
Thémis est sans gite c'est le cadeau
de nouvel an que lui a adressé notre
Bourgmestre. Voici en quelques mots,
l'exposé des faits
Notre tribunal, ancienne demeure
de l'évêque Jansénius, se trouve depuis
longtemps dans un état de délabrement
complet et actuellement menace ruine.
II appartient a la ville depuis une bon
ne cinquantaine d'années. Jusqu'en
1890, le batiment était loué moyen-
nant 3000 francs l'an a la province, a
qui incombe le soin de pourvoir a l'in-
stallation des tribunaux de première
instance. Dés 1888, la ville, pour qui
l'immeuble constituait une charge plus
tot qu'une source de revenus, étant
données les nombreuses dépenses que
nécessitait son entretien, en tra en né-
gociations avec la province pour abou-
tir a la vente de l'immeuble qui eut
lieu en 1890. Oette vente se fit pour la
somme de 50000 francs, qui restent
impayés. La province prétend que la
convention a été faite,moyennant obli
gation pour la ville de mettre le bati
ment en bon état, de réparations de
toute espèce La ville au contraire
soutient que la vente a été pure et sim
ple, prétendant que si semblable con
dition avait été imposée, le prix stipule
eut été purement illusoire. D'oü le
conflit.
Done, Lundi dernier, a Tissue de la
séance du Conseil communal, a 6 heu-
res du soir, M. le Bourgmestre a pro
cédé a l'apposition des scellés sur les
differentes portes du Pal ais de Justice,
a fait déguerpir le concierge et sa fa
milie et a mis main basse sur les robes
des juges, des avocats, etc., etc. Brei,
il y eut la un sauve qui peut.
aAAAAAAAA/wv
-Je.