rechten, hoe ze verminderd waren
maar ik had moeten er bij voegen dat
de hoeveelheid vleesch welk in leper
jaarlijks verbruikt is sedert de inko
mende rechten bestaan, van bijna twee
honderd duizend kilos verminderd is.
't Is bijna vier duizend kilos per
week Zie hier de cijfers
1888 1,417,420 kilos.
1889 - 1,389,988
1890 1,328,866
1891 1,262,885
1892 - 1,251,262
1893 1,224,817
1894 1,282,417
1895 nog veel minder.
Is het ie vermonderen dat de leenhouwers
stiel zoo slecht gaaten ook de neering rond
het slachthuis Daarbij heeft het katho
liek gouvernement sedert nieuwjaar het
vleesch voor den Iroeg van Brugge doen ko
men.
De stiel van 't vette leggen is ook
om zeepede brave menschen van vet-
leggers staan met hunne hooge pach
ten en lasten en ze kunnen geen mage
re beesten krijgen, om er aan te
kunnen bestaan.
En tot overmate van ongeluk, onzen
braven volksvader Surmont heeft de
kraampachten op het vleeschhuis elk van
dertig franken verhoogd. gelach en toejui
chingen).
U we boterhammen, werkliedenheb
ben ze belast, vleesch, dat kent gij
niet meer en ze hebben met de lasten op
de boter den botermarkt gedood en daar
mede ook de neering van gansch de
stad. hoe hoe toejuichingen
Ik heb gesproken van den haat en de
verachting welk de katholieken, voor
het volk hebben en hoe schreeuwend
partijdig hunne weldadigheid is.
Toen de werkloosheid en de armoede
zoo hoog was gestegen in den winter
van 1892, dat de werkloozen in benden
naar het Stadhuis trokken, men nam
daar de namen op. Men zou gedacht
hebben dat er zou aanstonds werk en
hulp verleend worden aan die onge-
lukkigen zonder aan partijschap te
denken. Wat deed de Burgemeester,
hij weigerde daarvoor eene subsidie
door de gemeenteraad te stemmen.
De hulp zegde hij moest door bij
zonderen verleend worden. De stad
mocht niet tusschenkomenhet zou een
slecht exempel zijn geweest. Er was
eene omhaling gedaan door een komi-
teyt van iiberalen en katholieken die
775 franken opbracht.
Middelerwijl zond de Burgmeester
de lijst der werkloozen naar het tribu
naal om te doen onderzoeken wie al
gestraft was geweest. De lijst keerde
terug al de straffen, groot en klein,
waren er opj tot van voor Christustij d
toe. De lijst was dan overgegeven aan
de geestelijkheid der stad, die het si
gnalement van eiken werkloozen vol-
ledigde. Eerst waren ze bijna allen
oudverooldeelden, nu kwamen zij
bijna allen van gemeen of slecht gedrag
luiaardsdronkaards enz. enz. De win
ter raakte voorbij en ze kregen bijna
alle maal niemendalle. [gelach). Dus
een werkman, die zonder werk valt,
en die soms een pintje pakt, of die
min of meer gestraft is geweest moet
met vrouw en kinderen aan de koude
en den honger dood overgelaten zijn
Welke slechtheid, welke verachting
voor u arme werklieden steekt er in
die handelwijze{hoe, hoetoejuichingen).
Noch iets anders. In den winter van
1890-1891, stemden de Kamers eene
jhulpsom voor de slachtoffers van dien
buiten gewonen strengen winter. Het
aandeel voor leperen was 1,280 fr.
"Van deze som waren 900 fr. uitge
deeld, als volgt: 450 fr. volgens man
daat geteekend M. Oscar Poupart en M.
de politie-commissaris 450 fr. volgens
mandaat geteekend Af. de Souterpas
toor van St. Pieters.
De priesters zijn dischmeesters ge
worden, ik had gelijk te zeggen dat
voor den armen die geen schijnheilig-
aard speelt er moeilijk iets te beko
men is.
De overige 580 fr. zijn gegeven ge
weestraad eens aan wie aan Juve
nal Clinckemaille groote verwondering en
gerucht). Ja, aan Juvenal Clinckemaille
secretaris van de landbouwcomice
Kemmel-Ieper waarvan de Burgmees
ter baron Surmont President is! De
mandaten dragen: a u titre de dok
pour achat de pulvérisaleurs pour la con
fection de bouillie bordelaise!getee
kend: Baron Surmont, Berghman en
Ciinckemaillie.
Het geld bestemd voor den arme is
aan de landbouw-comice van de Hee-
ren Bruneel en Surmont gegaan. Dat
is onregelmatig want het budget
draagt
repartition de la part revenant a la
ville dans le crédit voté par la legislature
en faveur des victihes des rigueurs de
l'hiver 1890-1891 dat is wei klaar en
duidelijk niet waar? Het was wel voor
de slachtoffers van den strenge winter
dus de armen? Men koopt er spuitbus
sen mede om de aardappelvelden te
bespuiten {Gelach en toejuiching en).
De heer Burgemeester, neemt het
geld der stadskas om een geschenk [un
don) te doen aan eene sociëteit waarvan
hij President is Gelach en toejuichin
gen).
Deze onregelmatigheid gaat de reke
ning aan, maar niet het budget. Hadde
M. Surmont zoo iets kunnen vinden
in de rekeningen der hospicen. (Ten
zijn hier geenbegrootingscijfersmaar
klinkende centen voorarmen bestemd).
Gij zoudt iets gehoord hebben
{toejuichingen).
Gij ziet wat de weldadigheid in de
handen der katholieken is: Dwang en
willekeur.
Gij hebt over acht dagen uwejonst
gegeven voor een hunner slachtoffers.
Ik heb van dezen nuchtend een brief
ontvangen die luid als volgt:
Gisteren zijn Henrietje en Fraeys
n naar het Nazareth geweest, binst dat
n de mannetjes bezig met eten waren,
n hebben openbaarlijk aan allen ver-
klaard, dat men verboodt liberale
gazetten te lezen. Indien een manne-
tje eene liberale gazet las, buiten of
n binnen het gesticht, hij streng ge-
straft ging zijn. Wij vragen uwe stem
j) niet zegde men hun, maar indien gij
voor ons stemt zult gij goed beloond
worden. Twee die aan tafel zaten
maakten teeken dat zij het niet gin-
i> gen doen, met den vinger om de keel
te gaan; de directeurdit ziende zegde
aan Fraeys en Henrietje dat die twee
mannen teeken deden dat zij dit niet
gingen doen, daarop volgde dat deze
mannen Vrijdag naar de séance van
de heeren moeten gaan
Is dat gelooflijk? 'T is om niet te
kunnen gelooven, ware deze brief niet
geteekend door een eerlijk man.
'T is schande, drie dubbele schande!
En dat zijn de voorstaanders van de
leer van Christus die liefde en broeder
lijkheid preekte. Hunne religie is'leu
gen, bedrogdwang.
Dat is hunnen God den vaderGod den
zoon en God den H. Geest geworden.
Toejuichingen
Wij mogen ons dus verwachten dat
er Vrijdag nog twee slachtoffers zullen
zijn van hunne inkwisitië. Laten wij
ons gereed maken om ze ook te hel
pen, om ze ook van den hongerdood en
van Hoogstraten te sparen, {ja! ja! en
toejuichingen).
Ja de katholieken gaan aan het
Hoornwerk een gesticht zetten dat veel
geld gaat kosten en veel werk geven,
maar ze voegen er niet bij dat het
Gouvernement in de noodzakelijkheid
was van die schbol van weldadigheid
te bouwen omdat de school van Reck-
heim onvoldoende geworden is, en dat
het geld, in plaats van van de staat te
zijn, het geldis die aan de hospicen,
dus aan den armen van leper was ge
geven. AVanneer, ten eeuwigen dage,
de oude werklieden van leper, die on
voldoende hulp bekomen voor dat ge
sticht zullen voorbij trekken zullen zij
zonderlinge herrinneringen hebben en
aardige opmerkingen doen. {hoe! hoe!
en toejuichingen).
Af at hebben de liberalen met het
geld gedaan gedurende hun halve eeuw
bestuur, om een half miljoen schuld te
verwekken, zeggen onze tegenstrevers.
Wel, wij antwoorden dat die schuld
in verhouding der bevolking veel, on
eindig veel minder was dan die van
Poperinghe, Rousselaere, Kortrijk,
Brugge enz.
Be liberalen hebben de schoone ho
ven rond de stad gemaakt.
Ee Hallo hersteld, versierd met de
muurschilderij en van Guff'ens en Swerts
van Pauwels en van Delbeke. De
Marché Couvert ingericht. Scholen
gebouwd. Het onderwijs doen bloeien.
Straten geopend, kalseijen en trot
toirs gelegd.
Riolen en waterlopen gemaakt.
Het slachthuis gebouwd.
De kerken hersteld en versierd.
De militaire gronden der vestingen
gekocht. De zwemschool gemaakt.'
De nieuwe waterleidingen gemaakt,
enz., enz.
Al werken die gij kent die leper
in een der schoonste steden van Vlaan
deren herschapen hebben en die veel
honderd duizenden gekost hebben.
De katholieken zijn vijf jaar aan
het bestuur. Zij hebben nog niets se
rieus gedaan zij hebben 358 duizend
franken geleend, zeer veel stadsgoed
verkocht. Ze zullen algauw op nieuw
moeten leenen en nieuwe belastingen
stemmen. {Toejuichingen).
En de werken die ze gedaan hebben
zijn meest al om u, werklieden, den
muilband, het slavenjuk aan te doen.
{Toejuichingen)
Dus gij allen, kiezers, die het wel
meent met den bloei, den welstand,
de vrijheid uwer medewerkers, denkt
eens goed na en gij zult stemmen voor
de vrijzinnige lijst en zelf propaganda
medemaken omdat de triomf volledig
en schitterend zou zijn. {Langdurige
toejuichingen).
De redevoering van M. Vermeulen
maakt een diepen indruk, iedereen
weet hoe M. Vermeulen op de hoogte
is van administratieve zaken.
De feiten die hij aanhaalt zijn zoo
nauwkeurig, toonen zoo wel hoe men
de leperlingen bedrogen heeft, en in 't
bijzonder de arme lieden, dat al wat
in leperen een hart heeft fier zal zijn
een man als M. Vermeulen, die zoo
goed zijne zending verstaat, nogmaals
met zijne liberale vrienden op het
Stadhuis te zien.
M. Engel Van Eeckhout neemt het
woord onder algemeene toejuichingen
en spreekt als volgt:
Mijne heeren,
Gazetjes van Ieperen hebben gezrgd dat
ik een scharnoteur was!
AVelnu 't is waar, en ik sta hier maar op
de lijst om de kaloten van 't Stadhuis te
schamoteeren
Iedereen lacht en juicht toe, en M.
Van Eeckhout neemt geheel serieus
zijne plaats weer.
M. A. Maegherman vraagt van de
Gaanderij het woord: de Voorzitter
geeft het hem en bid hem op de tribu
ne te komen spreken.
Hij houdt in warme en wel uitge
drukte woorden de volgende kracht
dadige aanspraak.
Kede van M. Magherman
Burgers en Werklieden
De klerikalen om te zegepralen
met de aanstaande kiezingen, nemen
wederom hunnen toevlucht tot het
schandelijk uitkoopen van liberale
stemmen: iedereen weet het, het is hun
eenigste redmiddel.
AVelnu, Vrienden... wanneer gij be
zocht wordt van die hatelijke kiesbe-
dervers, zendt ze de deur uit, hun
toeroepende.... weg van hier, Volksbe
driegers, gij wilt mijn burgersrecht
afkoopen voor eenige arme franstuk
ken
Maar weet gij niet, snoodsche val-
schaards, dat... vermits mijn stemrecht
u eenige stukken geld weerd is, hetzelve
mij duizendmaal kostbaarder is.. AVant,
indien ik de zwakheid had mij te laten
bederven om U mijne stem te schen
ken, ik zou mij laten vangen gelijk
eene muis in de val en eens in de val dan
vrongt gij mij den hals af.
En inderdaad, is de katholieke partij
niet de gezworene natuurlijke vijand
van werkman EN burger zij die
hun het recht van onafhankelijken als
vrijen Belg zoo ernst benijdt, aangezien
zij den merkman slechts eene stem ver
leent.terwijl de rijkaard er 3 en 4
bekomt toejuichingen
En zij durven thans zeggen dat al
de Belgen gelijk zijn voor de wet, ja,
ja... Vrienden wij zijn allen gelijk
voor de wet zoo 'lang dat men van 'de
kalotenbende niets van doen heeft.
Is het die domperspartij niet, moest
zij ongelukkiglijk aan het bewind blij
ven, die onze Stadsscholen de roem en
eer van Ieperen, zou afschaffen om de
zelfde in kloosters en ailernande ge
stichten, ze zelfs doen besturen door
broerkens in plaats van door bekwame
mannen gelijk nu.
Is het dat afschuwelijk volk niet dat de
kleine klas der samenleving onder het
juk der onwetendheid en armoede
zoekt gebukt te houden, ten einde des
te beter hunne dwingelandsche heer
schappij te kunnen vestigen?
Is het niet ten laste dier vreeselijke
sektie die met bedrog en trouwelooze be
lofteover 4 jaar onze stad overweldig
de, en reeds dezelfde met zware schul
den en lasten overladen heeft, en zelfs
vele harer eigendommen verkocht
heeft, om hare nuttelooze verkwistin
gen te ontdragen.
AVelnu, in tegenwoordigheid
zulke gegronde redens, zou elke 1
ger niet schrikken en beven zijne s
te geven aan mannen die zulke gru
lijke daden ten hunnen laste dra
en met zulke inzichten bezield zijr
Duizendmaal ja! geen waren lej
ling kan nog betrouwen stellen in
zwarte bende om de belangen der s
te verdedigen.
AVij kunnen het niet genoeg her
len, wees op uwe hoede. Ware lei
lingen, laat utoch niet verblinden d
eenige geldstukken om uwe duurb
stem aan de onverzoenelijke volks
ters af te staan.
Dag en nacht,zijn hunne kiesdrav
reeds op gang, doch zij verkiezen
duisternissen gelijk de vlindermui:
om hunnen slechten handel tedrijv
Beveelt uwe vrouw, kinders, vri
den en geburen aan standvastig te -<
derstaan aan de aanvallen en bekoi
gen dier zwarte nachtduivels die
den dag hun gezicht niet durven t
nen.
Zoo niet is het gedaan met onze vr
stad van leperen en misschien valt
voor eeuwig in de diepste slaver
waaraan zij sedert de middeleeuv
bespaard is gebleven.
Nog eens het zal het kan noch 1
mag niet gebeuren! ftoej).
Gij zult die snoodsche kerels schan
lijk van 't Stadhuis jagen, en hm
vangen door uwe rechtzinnige LiBERi
volksvrienden, {hevige toejuichingen).
Het publiek is zeer te vreden ïema
anders dan een kandidaat gehoord
hebben en bewijst het door onz
vriend Maegherman hevig toe te j
chen.
Die toejuichingen verdubbelen
men onzen werkers-kandidaat M. H:
teel het woord hoort nemen.
Rede van M. Harteel.
Mijne heeren,
Ik wil hier eenige woorden uitleg gev
over het minimum van dagloon, waarvan
immer zal verdediger zijn in deu gemeen
raad.
Kleine bazen en kleine burgers denk
dat het invoeren van het minimum van d<
loon hun zou dwingen aan de eenige wer
lieden die zij gebruiken eene dagloon
betalen die boven hunne middels gaat.
Dat is eene slechte opvatting het mi:
mum van dagloon vragen wij maar in
ondernemingen door de stad in aanbestedi
gebracht.
De ondernemer zou daar niets bij verl:
zen hij zou zijne rekening steunen op c
minimum, en de stadskas alleen zou e
werk eenige duizende franken meer bet
len, ten groote voordeele van de werkli
den, en zou zoo de exploitatie van werkm
door patroon vermijden.
Men zegt, aannemers zouden kunn
zonder het te laten weten werklieden a;
minderen prijs gebruiken Het zou genoe
zaam zijn eene groote boet op iedere ove
treding te stellen om dit te beletten.
Een tweede punt dat ik immer zal ve
dedigen is de betere toepassing van b
inkomen der Hospicen.
De Hospicen hebben een jaarlijks inkom
van 300,000 franken en men ziet personi
die het niet noodig hebben en toch gehc
pen worden, terwijl andere, oude werkli
den slechts 2 of 3 franken per maand tre
ken.
Ten derde het onderwijs.
Daarvoor, Mijne, heeren, zal ik alti
strijden
Die wet Schollaert die de vrijheid v;
geweten ontneemt en tegenstrijdig is m
de Grondwet, die wet gestemu door C<
laert, Surmont en O, ligt op mijn hart
Gij, kleine burgers, zult geen recht me
hebben gratis onderwijs aan uwe kinder
te geven indien door de slechte toapassii
der belastingen gij het ongeluk hebt
franks lasten te betalen.
En teekent gij een briefken die uwe ki
deren toelaat de kathekismus niet te volge
gij geert uwe vijanden een wapen in i
hand om u in uwen handel of bij uwen ba
dikwijls schade te veroorzaken.
Onze klerikale administrateurs hebben
onze goede scholen afgeschaft.
Ons gemeente collegie om te beginnen.
Gelukkiglijk hebben eenige heeren onz<
stad de noodige sacrificiën gedaan en d<
noodigon moed gehad ons het collegie d(
Hondstraat in te richten.
De geleerdheid is een schat, en men gee
nooit te veel uit om dien schat aan iederer
te bezorgen.
Maar zij, zij weten dat de geleerdheid c
zuivere wetenschappelijke wijze gegevt
den mensch wel ontwikkelt en hem de
zucht naar vrijheid inboezemt, en dat zij or
dan niet meer kunnen verslaven.