Poperinghe. Cartes de visite. Gemeente-Raad Bandes a 5 centimes Mort de Md e Co n i nek de Merekem POPERIITOHE. peuvent se procurer chez M. Minne keer, imprimeur, rue de Dixmude E. DES vendues au profit de l OEuvre du Denier des Ecoles d'Ypres. Ces bandes, affranchies seulement d'un timbre d'un centime, portent la mention qu'elles sont vendues d 5 cen times au profit de l'CEuvre du Denier. La politesse ou la mode qui exige l'af- franchissement des cartes de visite au moyen du timbre de cinq centimes, recevra done pleine satisfaction de la part de ceux qui se serviront de ces bandes et qui, de cette faqon et sans frais, contribueront a créer une res source précieuse pour l'CEuvre du De nier des Ecoles. Nous faisons en même temps un nouvel et chaleureux appel a tous les libéraux pour qu'ils veuillent prendre soin de collectioneer au profit de l'CEuvre du Denier des Ecoles les feuilles d'étain, les bouchons d champagne et les louts de cigareset les faire parvenir a Monsieur Arthur Salomé, Café du Sau- mon, rue du Séminaire, a Ypres. De Feesten der Philharmonic. Volgde een drama De Heideboeren waarin de heerKints ons in de sombere werkelijkheid het leven in de Kempen rond 1820 afschetste. Hij is er opper best m geslaagd en de spelers hebben al de schoonheden van het stuk eerlijk doen uitschijnen. Vermelden wij bij zonder de heeren Van Havermaete en Vanden Heuvel en Mev. Schauwvlie- ghe. Het feest werd gesloten met een blijspel van J. Alexandre, waarin de heeren Kingsbergen, Coelingh-Vorder- man en Vanden Heuvel zich vooral onderscheidden. Vooraleer te eindigen zullen wij nog het aandeel vermelden dat eenige on zer jongste spelende leden aan het feest genomen hebben. De heeren De- clercq, Questroy en vooral Vande- voorde maken snelle vorderingen en het zal ons genoegen doen ze nogmaals te kunnen hooren. Meer dan 230 dames namen deel aan het bolspel dat haar 's Dinsdags door de maatschappij aangeboden werd. Na een hofïelijken, maar dit jaar weinig schitterenden strijd, werden de voor naamste prijzen behaald door Mej. Van Vexem, Mev. Beheyt en Mej. De- ryeke. De danspartij die aan de feesten een einde stelde was zeer schitterend en levendig. Het eindigde juist om één uur tot groot spijt der deelnemers. sions et diversions n'ont d'ailleurs pas manqué. Citons, pour mémoire, l'inci- dent Picard-Petit Bleusur lequelil est inutile d'insister. car il a tourné en eau de boudin. M. Bara a prononcé Mercredi un discours remarquable, ou il s'est rallié a la proposition Le Jeune, au nom de l'intérêt populaire. 11 a conclu ainsi C'est a vous, assemblee de riches, de dire que vous voulez protéger le pauvre si les riches veulent jouer, ils iront jouer ailleurs, a Paris, a Epsom. Vous aurez refuse au peuple l'occasion de jouer. C'est la la plus juste intervention de l'Etat que 1'on puisse concevoir et elle fera honneur a M. Lejeune et au ministre, s'il veut s'y rallier. Quant au projet du gouvernement, il me paraït plus execrable que la situation ac- tuelle et je lui refuserai mon vote. (Appro bation a gauche.) II semble que la proposition Le Jeune ait les préférences de la majorité du Sénat. Espérons qu'elle sera votée, et que notre pays aura bientöt perdu le droit, peu enviable, d'etre surnom- mé le petit Péloponèse. Ph. de C. M. le baron de Coninck de Merekem, sénateur pour Furnes-Dixmude, est mort dans la nuit de Dimanche a Lundi, a, son chateau de Merekem. M. de Coninck était la personnalité la plus sympathique de la droite séna- tonale. U'était un vrai démocrate, un de ces gentilshommes campagnards qui passent toute l'année dans leurs terres et s'occupent activement d'amé- liorer le sort des paysans qui vivent autour de leur chateau. La franchise, la sincérité et les senti ments démocratiques de M. de Co ninck lui avaient valu l'estime de ses adversaires politiques, autant et plus peut-être que l'amitié de ses coréli- gionnaires cléricaux de l'avis de ces derniers, il était 1'enfant terrible de la droite sénatoriale, et son avis, toujours carrément exprimé, différait souvent de celui du gouvernement et de la ma jorité sénatoriale. Presque toujours, dit la Réforjie on l'a trouvé du cöté des réformes et des revendica- tions pour lesquelles nous combattons ce nous est une raison toute particulière de rendre hommage a la mémoire de eet adversaire que nous aurions aisément pu compter au nombre de nos amis. Quant a sa droiture, a sa loyauté, a la sin cérité de ses convictions, il n'y aura qu'une voix pour y rendre hommage. Ce sénateur-la était vraiment l'aristocrate intelligent, libéral, tolérant, l'esprit ouvert a tous les progrès, c'est-a-dire le contre-pied de ce que sont la plupart des aristocrates. On peut Ie comparer, comme opinions, a Coomans, et l'on peut dire que la droite par lementaire, dans chaque Chambre, vient de perdre ie seul vrai ct sincère démocrate qui y sie'geait. Ils n'y seront pas remplacés par des hommes de leur valeur, ni de leur espèce car il n'y a plus ptace a droite que pour les réactionnaires de bon aloi ou les démocrates de pure parade. Et le trés regretté baron de Coninck, pas plus que Coomans, ne rentrait dans ces categories. On peut dire du défunt que c'était un libé ral dans le sens le plus large et le plus élevé du mot. Nous croyons même savoir que-jadis (il y a longtemps de cela il était ciassé comme libéral dans le joli coin de la West- Flandre qu'il représentait au Sénat avec au tant de distinction que de vigilance et de dé- vouement, et qu'il ne s'est brouille avec les libéraux de Fumes et de Dixmude com- bien modérés d'ailleurs que pour la pré- sidence d'une société de musique Simple question d'étiquette, d'ailleurs, qui ne pouvait modifier l'homme. Chose rare par le temps qui court, le baron de Coninck avait son franc-parler au Sénat il détonait a droite il disait fréquemment leurs vérités a nos gouvernants il ruait sou vent dans les rangs et plus d'une fois ses votes se rencontraient avec ceux de ses collègues de gauche. C'était un sincère, unintègre, un vaillant c'était un caractère. Ils sont rares les hommes politiques dont on puisse, sans réserve, faire un tel éloge. Puisse le Parlement ne compter que des hommes de cette trempe Ce serait pour le pays un bonheur et un honneur. Nous inforrnons nos amis qui, aux approches de la nouvelle année, ont l'habitude d'envoyer a leurs connais- sances des cartes de visite affranchies d'un timbre de cinq centimes, qu'ils De Philharmonie, getrouw aan den dienst harer patrones, heeft op eene schitterende wijze het Ste Cecilia feest gevierd. De trommels en klaroenen, gevolgd door meer dan vijftig toortsendragers, verkondigden sinds den Zaterdag avond door een fakkeltocht de feesten die aan de leden der maatschappij ge geven werden. Niettegenstaande de bijtende koude werden zij door eene groote menigte vergezeld. Het volksconcert, 's anderen daags op de Groote Markt gegeven, behaalde een schitterenden en welverdienden bijval. Het bestond uit verscheiden lichte, goedgekozen en opperbest uit gevoerde stukjes en uit een koor met harmonie-begeleiding. Dit laatste ge deelte heeft vooral veel bijval genoten en, zonderling genoeg voor Poperin ghe... werd op handgeklap onthaald. Na het concert begaven zich de in schrijvers op het feestmaal, wier eet lust door de wandeling en de koele lucht was opgewekt geworden, naar het lokaal der Philharmonie. De zaal was allerfraaist versierd en wel name lijk met de zeldzame planten uit de broeikassen van M. Van Merris. Het uitzicht was oprecht liefelijk en er is zeker wel geene andere maatschappij die aan hare leden eene zoo puik ver sierde feestzaal aanbieden kan. De heildronk door den onder-voor zitter aan den geachten Voorzitter der maatschappij toegebracht, lokte eene warme huldebetooging uit ter eere van den heer Van Merris. In dien heildronk deed de onder-voorzitter uitschijnen met hoeveel zelfopoffering en mildheid de heer Van Merris zijn voorzitterschap waarneemt. De balans van het genootschap sluit met een uit ga vencijfer van 13,000 fr. en om die kosten te dekken was er slechts een in komen van 2,500 fr. Welnu, de heer Van Merris heeft het te kort uitbe taald en heeft zich bovendien nog ge last met de uniformen der spelende leden en met de muziekinstrumenten. Daarenboven heeft hij verscheidene schitterende feesten gegeven. Het is niet te verwonderen dat die heildronk een langdurig en geestdrif tig handgeklap verwekte. Weinige maatschappijen hebben het voordeel een voorzitter te bezitten die zijn ambt met zooveel zelfopoffering waarneemt als de heer Van Merris. De liefhebbers van toon- en tooneel- kunst hebben op het feest van Pope ringhe een puiken avond kunnen door brengen. Het feest begon met de op voering van Jean-Marie door het Ne- derlandsch tooneel van Gent onder het bestuur van den heer Gevaert. De rol len werden vervuld door de beste spe lers en de opvoering was onberispelijk. Bij zonderen lof verdient Mevrouw Steven waar zou men nog eene kun stenares vinden die zoo goed de in drukken weergeeft welke zij gevoelt Wij hebben den strijd bijgewoond tusschen plicht en liefde en Mev. Ste ven heeft ons aangetoond hoe moeie- lijkhetis den plicht te doen zegepra len over de vurigste drift die het menschelijk hart bevatten kan. Verslag der zitting van 2i November '1896. (vervolg en einde). Rekening van den Disch voor J895. Reserve -fondsen. M. Lebbe. Ik zou begeeren uitleg te heb ben over die fondsen. M. Van Merris antwoordt niet hij be- ziet M. Vanden Berghe, die zijne schou- ders optrekt. Eindelijk vraagt M. Van Merris aan M. Verscheure als hij begeert uitleg te geven. M. Verscheure. Komt het aan mij meer toe dan aan U, M. Van Merris, dien uitleg te geven M. Van Merrisschepen. Die som komt voort van de gemeene fondsen, ingericht in 1882, en in plaats van telken jare in de rekening verschenen te zijn, is er, in eene bijeenkomst van den ontvanger met het schepencollegie, besloten geweest die som in eene maal in te brengen, 't geen de ont vanger gedaan heeft in rekening van 1887. M. Verscheure. Wilt gij zeggen dat de ontvanger die som ontvreemd heeft MVan Merrisschepen. Ah neen. Niet op al. M. Verscheure. Hewel Waarom haalt gij dan dit aan M. Schabaïlie. Daar die zaak U onrecht streeks aangaat, Confrater Verscheure, laat ze mij behandelen. Het spijt mij oude koeien uit de dijken te moeten halen, om den oorsprong van die zaak te laten kennen. Tijdens den strijd in de laatste gemeente- kiezingen, heeft zekere heer in herbergen, 's avonds in de kleine uren, zich geoorloofd te zeggen dat eene somme van 5000 fr. 00 c. aan den Ontvanger van den Disch zou kwijt gegeven geweest zij n door den Burgmeester. Die heer, ja zelfs dischmeester, hadde eene klok hooren luiden en wist niet waar de string hangde, Daarom geloofde hij dat die som inderdaad als cadeau aan Henri Ver scheure geschonken was. Daar die woorden kwamen uit de mond van eenen dischheer zelf, heb ik mij naderhand verplicht gevon den, als lid van den gemeenteraad, die zaak te onderzoeken. Na nauwkeurig de rekening van den Disch van de jaren 1882 tot 1887 nagezien te hebben, heb ik bestatigd dat er geene melding gedaan is geweest van 't gedeelte gemeene fonds voor ieder jaar afzonderlijk, maar in de rekening van den ontvanger van 't jaar 1887 heb ik de totale som van 1882 tot 1887 erin beschreven gevonden, en ie dereen kan zich daarvan alle dagen over tuigen bij den ontvanger. M. Van Merris heeft gezegd dat er in eene bijeenkomst van 't Schepen Collegie met den ontvanger van den Disch besloten is geworden deze som in eens in te brengen in de rekening van 1887, en die som is werkelijk in die rekening ge bracht geweest. Waar is dan die cadeau M. Van Merrisschepen. Ik zeg niet dat ermede cadeau gedaan is geweest. In tegendeel, de som staat wel in de rekening van den ontvanger van 1887. Ml Verscheure. Wat is 't dan Is 't eene vergetendheid Of wilt gij misschien zeg- gen, gij M. Van Merris, Schepen, dat daa rin plichtigheid gelegen was Antwoord maar vrij en vrank. Ik vraag van u geene verschooning. M. Van Merrisschepen. Ik beweer niet dat er plichtigheid in gelegen was. Ik herhaalt dat 't niets anders was dan eene vergetendheid. M. Verscheure. Op wie draagt die ver getendheid M. Schabaïlie. Inderdaad dat is eene vergetendheid. Dat is gemakkelijk om ver staan, aangezien die gemeene fondsen vroe ger niet bestonden. Die vergetendheid heeft, wel is waar, te lang geduurd, maar is die aan den Ontvanger alleen toe te schrijven? zekerlijk neen. De Ontvanger is immers maar een bediende in 't bestuur van den disch. De dischheeren moesten dit aange merkt hebben zoo niet 't eerste jaar, doch ten langste het tweede jaar. Waarom heb ben zij dit niet te zamen met hunnen Sekretaris jaarlijks in 't budget geschre ven Zij hadden nogtans kennis van de in richting van 't gemeene fonds. M. Van Merrisschepen. Dat is de faute van den Voorzitter. M. Schabaïlie. Ik betwist dat niet, Maar boven den Voorzitter en de andere disch heeren staan Burgmeester en Schepenen. Immers wat zegt 't artikel 91 van de ge meente-wet Het toezicht en de bewa king van Disch en Hospicen behooren uit- sluitelijk toe aan 't schepencollegie. M. Verscheure. En, na alle deze uitleg gingen van weerskanten gegeven, welk is nu, M. Van Merris uw inzicht in deze zaak? Is het enkel om die vergetendheid aan te halen, reeds in rekening sedert 1887 M. Van Merrisschepen. Niet anders dan daarvoor en omdat het niet regelmatig was. MVerscheure. Maar meent toch niet dat ik zoo onnoozel ben om zulks te geloo- ven. Ja, een ander doel wildet gij bereiken. En, schoon gij maar weinig Leuvens-ver stand hebt, getuige uwe talrijke diplomas die gij aldaar bekomen hebt, toch hebt gij droef verstand, misschien zonder het te we ten, om mij in 't openbaar te schandvlekken en u alzoo op mij te wreken, en dat met zaken aan te halen waarin ik voor niets ben. En is mijn vader dan zoo eerlijk niet als g'j MVan Merrisschepen. Ik heb er nooit aan getwijfeld. En, indien ik die zaak aan gehaald heb, 't en is maar juist om u te herinneren dat gij maar al te dikwijls de verscheidene besturen van Stad hebt be knibbeld. Niemand meer dan gij. M. Verscheure. Ik heb het recht de be sturen te beknibbeleu, en tot nu toe heeft men nog niet bewezen dat mijne opmerkin gen ten onrechte gedaan wierden. Maar neen, gij denkt mij heden te verpletteren met eene critique ten laste van mijnen va der te leggen. Gij meent misschien mij al- zoo de mond te stoppen. Maar dit zal mij niet beletten mijne plichten als gemeente raadslid te vervullen. Mijn vader heeft zich in die zaak niets te verwijten. Heeft Stad of Disch iets te goed van mijnen va der, M. Van Merris M. Van Merrisschepen. Geenszins. M. Verscheure. Gij weet wel dat hij er goed voor is. M. Van Merrisschepen. Ik geloof 't wel, hij is rijk geworden door M. Berten. M. Verscheure. Gij hebt zeker niet verre gepeinsd vooraleer dit te antwoorden. M. Berten weet genoeg wat hij aan vader be taald heeft gedurende de 20 jaren dat hij zij n werk gedaan heeftvraag het hem maar gij zult u alzoo kunnen rekening geven of er middel is om geld te vergaren met notarisklerk te zijn. 'T geen hij bezit heeft hij met zijn werk rechtvaardig gewonnen. En ik herhaal het, mijn vader in zijne zaken is altijd zoo eerlijk geweest als gij. M. Van Merris, schepen. Gij moet het niet herhalen, wij gelooven het genoeg. Maar indien gij 't recht hebt van te be knibbelen, dat heb ik ook. Altijd en overal zal ik de onregelmatig heden bestrijden waar ik kan. Dat kunt en zult gij mij niet beletten. M. Verscheure. Gij zegt dat gij altijd en overal de onregelmatigheden wilt bestrij den. 'T is spijtig dat gij niet vroeger zulk besluit genomen hebt. Alle Poperinghenaars gingen 't met vreugde zien. De Stad zou zoo diep in schulden niet gevallen zijn, en niet verplicht zijn altijd voort munt te slaan op den rug van landbouwer en nering doener. Jaarwedde van den Ontvanger. M. Vanden Bergheschepen. Wij be- grijpen genoeg waaruit de strijd, tijdens de stemming, voortgesproten is. Hadden wij J'Jl/WvtA.".- VAN

HISTORISCHE KRANTEN

De Strijd – La Lutte (1894-1899) | 1896 | | pagina 2