MENGELMAREN VAN DEN HAK OP DEN TAK Eene vreeselijke plaag Kamertjespelen Vrijwilligers De smaak der eiers Tegen inkt- en roestplekken Fruit eten Maïzena-Crême. Officieel nieuws te inderen, den Bond voor de Evenredige Wtégenwoordiging hij was de eerste se- kretaris van deie vereeniging. In het zelfde jaar werd hij leeraar van han dels-, notarieel- en fiscaalrecht aan de Hoogeschool van Leuven. In 1889 verwis selde hij deze leergangen tegen dezen van Strafrecht en strafrechtpleging. In 1892 werd hij door de kiezers van het arrondisse ment Leuven naar de Kamer van Volksver tegenwoordigers gezonden. M. Nyssens nam •en groot deel aan de herziening van artikel 47 der Grondwet. In 1890 gaf hij ouder den titel van Le Suffrage Universel tempéré, eene krochuur uit ten voordeele van het meervou dig stemrecht. Den 23 mei 1895 werd hij tot Minister van Nijverheid en Arbeid be noemd en bleei het tot in januari 1899. Hij getelde in de Kamer tot het einde van den «ittijd 1898-1899. Kort na zijn vertrek uit het ministerie werd M. Nyssens door eene hevige zenuwziekte een gevolg van geestesoverspanning atngetast, die hem schrikkelijk deed lijden. De geneesheeren zonden hem naar Wiesba den, in Duitschland, om zich daar te laten behandelen. Toen hij terugkeerde, dacht men dat hij genezen was. Hij herbegon te werken. In december van verleden jaar zat bij nog de Internationale Conference van den nijverheidseigendom voor. Zijne gezond heid was geenszins verbeterd, en eenige lijner vrienden hadden in de laatste dagen gezien dat zijne zenuwachtigheid op onrrust wekkende wijze toenam. Er werd verkeerdelijk gezegd dat mevr. Nyssens dinsdag morgend naar Oostende vertrokken was. De waarheid is dat mevr Nyssens sinds eenige weken te Mariakerke verbleef, met hare kinderen, wier gezond heid in den laatsten tijd te wenschen liet Verleden week kwam zij haren man Brussel bezoeken, doch vertrok een dag o twee later terug naar Mariakerke. Sinds zijnen terugkeer uit Duitschland waar hij verscheidene maanden doorgebracht heeft voor zijne gezondheid, werd hij voort durend streng bewaakt, daar men tenge volge zijner zenuwachtigheid, een ongeluk vreesde. Dinsdag morgend is M. Nyssens er ingelukt aan zijnen bewaker te ontsnap pen hij ging een revolver koopen en men weet wat er gebeurd is. Al de personen die in den laatsten tijd bi M. Nyssens kwamen, zijn het eens om zeggen dat hij meer dan ooit ziek en zenuw achtig was. Sinds eene week, zegde over een paar dagen een leeraar der Hoogeschool van Leuven aan eenen priester, schijnt M. Nyssens hel hoofd verloren te hebben. Geen twijfel is meer mogelijk: de zinneloos heid heeft den gewezen minister van arbeid tot de zelfmoord gedreven. Toen men de droevige gebeurtenis aan M. Demot, burgemeester van Brussel, tele foneerde, riep hij Muar ik dacht dat M Nyssens in een zinneloozengesticht opge sloten zat Dinsdag morgend nog zijn bloedverwan ten naar Mariakerke vertrokken om aan mevr. Nyssens met de grootste omzichtig heid, het droevig nieuws bekend te maken Ten 8 ure 's namiddags is mevr. Nyssens te Brussel aangekomen. De lijkkist voor het stoffelijk overschot van M. Nyssens bestemd, is van eik en bevat eene tweede van zink, belegd met violet kleurig satijn. Een groot koperen Kruisbeeld versierd het deksel. Dinsdag nacht werd het lijk, met eene wieg van Sint-Pietersgasthuis, uit bet hotel naar de woning van den overledene, Spa straat, overgebracht. Een geestelijke vaa de St-Joost poroehie heeft 's nachts, in het huis der Spastraat de laatste gebeden bij 't lijk gelezen. Don derdag morgend zal er in de St-Joostkerk een eenvoudige plechtigheid gecelebreerd worden. De plechtige lijkdienst zal later in dezelfde kerk plaats hebben. te met recht een waren door satan gekoesterd, die den mensch in den poel stort van baat en van nijd, die rem onteert, vernedert, verderft en hem zijnen plicht doet verachten Ja, die valsche listige booze, met al hare scherpe en giftige wapens, ja, zij beloert en belaagt altoos en alom de zwakke sterve lingen, welke ze zoo graag en zorgzaam in bunnen boezem koesteren. O Mensch toch, wat zijt gij dwaas Het bestaan dat gij op de wereld beleeft, is toch zoo wisselvallig en van rampen en onheil en tegenspoed vol. En wanneer eens een vertroostend licht straaltje, dat op 't onweder volgt, uws broeders hemel komt verlichten en een von kje geluk zijn duister lot komt verheugen, ohdan zijt gij afgunstig van 't weinige heil, dat hij een oogenblik slechts meer mag genieten op aard De wreede slang der dwaze jaloerschheid kronkelt hare ringen om uwe ziel en met giftige tong vervult ze haar met doodend venijn, en dan... oh dan ziet men verraad, ist en loosheid ontluiken, dan geven spot en misachting en laster zich lucht en dan wor den helsche en snoode plannen gebouwen Maar mensch toch wat denkt gij, wel wanneer gij uws meesteis welvaren le oijdt? Hebt gij zelf dan meer geluk dan te voren? Weegt uw leed en uw eigen verdriet dan minder zwaar of brengt u die afgunst 'tgeluk en 't genot? Voorwaar neen, dit is stellig en zeker want de afgunst deed u nog ongelukkiger, ellendiger worden, daar gij, door haar ver blindt, uw geluk niet waardeert noch en kent, daar uwe jaloerscheid te veel bitterheid mengt in uw zoet en daar de vreeselijke kwaal, die gij zoo zorgzaam in uw herte wilt koesteren, u eene. ongelukkige inborst ver schaften zwak en morrend karakter,welk u weldra geen greintje tevredenheid meer en zal gunnen Oh ruk uit uw hert die plage ten wor telen uit! volbreng den zoeten plicht der f dele naastenliefde en verblijd u liever in den voorspoed en in het geluk uws gelijken en dan zal zoete vreugde uw ziele vervullen dan zult gij ook vreugdig zijn in 'tgeluk en de vreugde uws naasten en gij zult ook min door uw eigen tegenspoed lijden. Gun dus aan een ander wat gij zelve zoud willen, gun hem geluk en welvaren en 'tgoed dat. ook gij betracht, en dan zal uw broeder u ook om uw heil niet beklagen en allen, gi zult tevreden uw bestaan op aarde doorbren gen, in vrede en genoegen, in zalige vreugd welk de verhevene naastenliefde in uw herte zal doen blaken H. D. Z. Er bestaat eene kwaal, zoo algemeen en «00 wijd en alom verspreid, eene ondeugd «oo diep ingeworteld in de inborst des men schen, dat men ze geesel mag heeten. Alle menschen zijn broeders en moeten volgens Godes geloof, elkander als ware broeders uit der herten beminnen belang loos gedienstig, edelmoedig welwillend, helpen in leed en in nood. De menseh moet vreugde en voldoening scheppen in 't heil en 't geluk van zijnen evenmenscb, in den voorspoed en t wel varen welk hem tendeele komt vallen. Dat is eene zoete wedemjdsche plicht, een heilig gebod der naastenliefde. Maar helaas! de kwaal waaraan het arme mecsehdom lijdt, die als een kanker, als eene verteerende worm aan het herte knaagt en de goade gevoelens versmacht, verloo chent en uitroeit ten wortelen toe, die vree selijke plage is de afgunst. 't Is zij, die vele edele neigingen krenkt «B vergruist! 't Is zij, die helsche slange elkander eri voor Bonpapa die kijkt lijk een duivel,... scbietenzij in eecen lach De kleene Agnes, een bevallig kind mei blond baar en blauwe oogen komt vooren. Bonpapaije, zegt het, wij speelden Kamertje Josefiene was M. Tack Ernest deed lijk Smeets Paul was Cavrot, ik, Demblon en Jaak, Furnemont 't is bij die de karaffe gebroken heeft en 't glas mede. Het is ik die geroepen heb Bonpapa is een smeerlap maar gij weet wel dat bei masr en is om te lachen Bonpapa, ('t is te verstaan) had moeite om hem serieus te houden maar papa, daar toegekomen, deed de speelzale ontruimen, en gaf aan de gssten te slim voor hunne oude de volgende zinsrede te ontleden v Wal er ook in de Kamers moge gebeuren, welopgevoede hinders en moeten geene Kamermanieren hebben. Eere aan dien wijzen, voorziendert en klaarzienden vader De volgende gescbiedenisse komt eenen brusselschen Bien Public. van bi iefwiss daar van den Een der bijzonderste iteeringdoenders on zer Neerstad was aan tafel gezeten met eenen vreugden reesem ktnders en kleen kioders. Na 't noenmaal was Bonpapatje zachtjes, beginnen ronken en de kleene schavuiten waren naar boven getrokken en ter speel kamer juiste boven Bonpapatjes hoofd. Al met eens wordt Bonpapatje wakker gesohudt btj 't duivelsch geruchte van eene belle die klinkt en klinkt dat het alle men schen te vele schilt. Bah zegt bij, 't zijn de kleene deug nieten dia hen verzetten. Het is hun te vergeven. Wij hebben ook kind geweest en, aan hunne oude en was ik niet beter dan zij. En bij hernam zijnen noenetuk. Masr na korten tijd komt er nieuw ge ruchte, een helsch geruchte en lawijd vee geweldiger dan den eersten keer. Hij hoort gelijk het stampen op eene latte, daarna meubels die omvallen, glazen die breken en tusschen in den warboel eene vit namen en titels geheel buiten den woorden' boek van eene welopgevoede jeugd sloeber, dief, tchriflvervalschtr, deugniet smeerlap, verken, enz., enz. Jamaar, ddt gaat te verre Bonpapa springt op. Dat en zal geen waar zijn zegt hij. En, over dal 't gaat, trekt hij den trap op, en komt boven op het tooneel der rampe zouden de dagbladen zeggen. Hetgeen hij daar ziet is waarlijk wreed De speelkamer is om zoo te zeggen ge plunderd Gescheurde gordijnen, afgevallen kaders, gebroken stoelen, omgeworpen tafels, schuppen en tangen langs den grond, en te midden dit alles eene dozijne bengels die om ter best de Marseillaise huilen Qu'un sang impur abreuve nos sillons Bonpapa staat daar lijk van de hand Gods geslegen «Wat beteekent dat hier? roept hij, schurken dat gij zijt De kinders staan paf, aarzelen, bezien Zekere geuzenblades noemen de vrijwil ligers verachtelijk «huurlingen, soldeniers» omdat zij betaald worden. En de gendarmen, policiemannen, bedien den van alle besturen, van klein tot groot, zijn dat ook geene vrijwilligers? worden die ook niet betaald En de heeren officieren Volgens de be grooting van 1901telt ons leger 3,406 offi eieren, wier jaarwedden beloopen tot veer tien millioen en half frank... worden die ook niet betaald? Zijn dat ook geene vrijwilli gers Noemen de geuzenbladen die ook huurlingen, soldeniers? De betaling van den dienst vinden de geu zenbladen vernederend alleen voor de klei nen, omdat de gewaande volksvrienden altijd vleiers der grooien zijn en verachters van 't volk. «De stoutste wezels zuipende beste eiers.» Er zijn eiers en eiers. De kutsers hou den het vooral op de grootte, hst gewicht, de kleur, en sommigen op verschheid der eiers, maarzij schijnen zich weinig over de smaak te bekreunen. 't Is waar, 't is niet gemakkelijk voor eenen kuiser of kooper de grootere of min dere fijnheid van een ei te onderzoeken. De hoenderkweekers kunnen daarover beter oordeelen, rekening houdende van de soor ten van hennen, van de soorten van voedsel, van de weiden, den loop, enz. Maar de koo pers kunnen toch de eiers niet proeven, zoo ais men de boter proeft. Maar hetgene dat volgt is waar Men moet zeer wel letten op den reuk der stoften die in de nabijheid der eieren liggen. De kleine luchtgatjes der schaal laten ge makkelijk de sterke reuken binnendringen. Deze bemerking is voorzeker nuttig, zoo wel voor de bijzonderen als voor de verkoo pers die ter markt gaan. Men bemerkt dat eiers die gewonden zijn in verscb gedrukt papier, zooals in dagbla den en die daar eenigen tijd in blijven, den smaak van de drukinkt nemen, de bijwe zigheid van ajuinen bij de eiers is ook na- deeiig aan den goeden smaak. Men moet ze plaatsen in kalK. of in fijne bakkerskolen om ze zonder smaak te bewaren. Indien de eiers gemakkelijk eenen slechten smaak aannemen, ook somwijlen, zonder bet le willen, verandert men den smaak op eene onverwachte wijze. Niet lang ge leden, eene vrouw van den buiten bracht ons een vijf-en-twintig versche eieren van hare hennen. In den pander waren eenige rozen en wat tbymoen wij letten op die planten niet, maar al een gekookt ei eten proefden wij eenen uitgelezen smaak van fijne groensels, en dan alleen dacht ik aan de rozen en aan den thymoen. Een halve dag was genoeg geweest om de eieren eenen welriekenden geur en smaak te geven, die verre was van onaangenaam te zijn. Het is ook met de hennen die op de mest hopen ajuinpellen, koolbladeren, enz., eten, gelijk met de koeien die rapen eten, gelijk de melk daardoor eenen onaangenamen smaak krijgt, zoo ook verliezen de eieren dier hennen vele van hunne goedheid. Hoenders die gekweekt zijn met tarwe geven goede eiers en deze die tursche terwe eten geven gemeenlijk nog betere. Neemt eene geheel rijpe tomate, smeiert ze, houdt het zap en doopt er de geplekte slot tn. Na eenige oogenblikken mag men uit wrijven en spoelen. Tomatezap neemt even als citroenzap de inklplekken van de handen weg. De volgende nuttige wenken over het fruit eten, aan de orde van den dag, verdie nen zegt bet Dagblad, zeker zoo algemeen mogelijk verspreid te worden. Het gebruik van fiuit is niet slechls aan genaam, het is ook nuttig en speelt eene be langrijke rol in de voeding. Fruit in bet al gemeen is verfiisschend en de spijsverte ring bevorderend, als men zorgt bet te eten in zijn seizoen ert in volkomen staat van rijpheid, niet te groen en niet overrijp. Te groen gebruikt, bewerkt bet slechte spijs vertering, kan het maagkwalen veroorzaken en schadelijk .inwerken op de ingewanden; ai te rijp, dus meer of minder rot, kan bet misselijkheid en braking verwekken. Matig geéien echter en onder de aangeduide voor waarden, bevordert bet uitstekend de ge zondheid. leder heeft, overigens, daarbij rekening te houden met zijn eigen gestel. Er zijn magen, die fruit niet goed kannen verdergen. In zulke gevallen hoeft men er zich van te onthouden. Stoort men er zich niet aan, of bezwijkt men voor het aange name van bet fruit, dan moet men daarvoor met maagkrampen, zoo niet zelfs met buik loop boeten, Alle vruchten zijn overigens niet van ge lijke hoedanigheid. Zijn bijna alle verffris schend, daar zijn er evenwel ook, die inte gendeel verhittend, zelfs samentrekkend werken, zooals bijvoorbeeld de kweepeer en de kastanie. Andere werken laxeerend, wat bij groote hitte gevaarlijk kan wordenzoo als bijvoorbeeld de meloen, de pruim. Nu de pruimetijd aanstaande is, mag het zeker wel niet ortverbodig worden geacht—wijl in dien tijd altijd gevallen, soms ernstige, van buik loop en cholorine. tengevolge van onmatig gebruik van pruimen voorkomen tegen alle onmatigheid dringend te waarschuwen. Nog andere vruchten verwekken koorts, ten minste bij personen, die er aanleg voor hebben. Men moet dus sober en voorzichlig zijn i liet gebruik van fruit, heilzaam zoo het in matige hoeveelheid wordt geëten en onder bepaalde voorwaarden, maar schadelijk in zekere gevallen, zoo men of te gulzig is of die voorwaarden uit het oog verliest. Laat eenen liter zoete melk koken. Voeg er dan 250 gram suiker bij en een stukje vanille. Zet bet deksel op de kasserol en laat koelen. Neem dan 70 gram Maïzena bloem, beslaag die met melk en zet op het vuur, zorg dragende wel te roeren. Laat een paar minuten koken. Neem het mengsel van het vuur en voeg erbij de dooi ers van 4 of 5 eieren. Roei t goed onder elk aar en laat nogmaals 2 of 3 minuten op hel vuur staan, Giet daarna in eenen vorm dien ge wei met boter hebt gesmeerd. Eu dan kunt ge de gasten een fijn brokje opdienen, Bij koninklijk besluit van 9 augustus wordt de burgerlijke decoratie (kruis van 1* klasse) verleend aan jufvrouwen L. Demarez, in religte zuster Gatbarinia; M. Dewaels, in religie zuster Clara; S. Devoghel, in religie zuster Seraphina; S. Doridder, in religie zuster Bernatdina, allen te Poperinghe, voor diensten bewezen tijdens besmettelijke ziek ten. Een koninklijk besluit van 9 augustus keurt de beraadslagingen goed van den ge meenteraad van Yper een plan aannemende tot opening, in deze stad, van eene laan, de zoogezegde plaine d'atnour» verbindende met den weg van Yper naar Veurne en tot opeising ,eener straat die laan verbindende met de openbare wandeling rondom de in stellingen der waterverdeeling. De gemeen teraad is gemachtigd de daartoe noodige gronden te koopen. 't zij in der minne, 't zij. zoo noodig, bij de onteigening ingevolge de wetten ter zake. Bij koninklijk besluit van 16 juli wordt de landbouwdecoratie van l5te klas toegekend aan Albrecht Pollet, hovenier te Kortrijk en Pieter Verhenne, veldarbeider te Osseghem Bij koninklijk besluit van 8 juli wordt een pensioen van 423 frank verleend aan Mad. Sanders-De Brouwer, gewezen onder wijzeres in de bewaarschool vt n Oostkerke, Bij koninklijk besluit van 4 augustus is aan de commissie tot beheer van het Konink lijk gesticht te Meesen machtiging verleend om eene rente inschrijving, 3 t. h. nominaal kapitaal: 16,000 frank, in titels aan houder om te zetten en die titels te vervreemden naarmate de behoeften. BRUSSEL. Gevaarlijke dievenbende. Men heeft den reusachtigen diefstal niet verge ten die verleden Vrijdag nacht te Brussel, op den Magdalenasteenweg, ten nadeele van den goudsmid M. Grottendieci gepleegd werd. Vijf hollanders werden als vermoedelijke da ders opgezocht, omdat hunne persoonsbeschrij ving geheel en gansch overeenstemt met de kerels die daags voor den diefstal in den goud- winkel van M. Groltendieck geweest zijn. Vrijdag in den voormiddag heeft de polieie van Laeken in een huis der Marthastraat een der hollanders aangehouden, die verdacht wor den de daders van den juweelendiefstal te zijn Hij woonde sinds donderdag op een kamerken in gemelde straat, dat hij aan 2 fr. 50 per week gehuurd had. In het kommissariaat werd de aangehoudene, die zeer zwierig gekleed was door M. Octors, officier van politie, onder vraagd Hij beweerde donderdag morgend uit Engeland te Brussel aangekomen te zijn en van den diefstal niets te weten. Men vond in zijn bezit een geldbeugel gevuld met ponden ster ling, en eene kostelijke goude ketting. De ver dachte werd ter beschikking van het gerecht in den amigo van het kommissariaat opgeslo ten. Ten 2 ure 's namiddags is hel parket van Brussel in 't kommissariaat afgestapt. In 't bezit van den aangehouden hollander heeft de polieie twee notaboekjes gevondenop 't eene stond het adres van M. Groltendieck geschreven op 't ander deze enkele woorden «'de Spanjaard Op 't kommissariaat der Masuisiraat verklaarde hij Boeren te heeten hij veinsde zinneloosheid en zegde dat God alleen weet wie hij is, enz. De t Spanjaard is de kerel die over eenige dagen aangehouden werd door de polieie der 1° afdeeling, op het oogenblik dat hij aan eene groentenverkoopster der Hoogstraat kassen van uurwerken en gouden kettingen aanbood, waarvan hij het gewicht wenschte te kennen. Zondag nacht is zekere Caryn aangehouden, die weigerde op de vragen die hem gesteld wer den te antwoorden en in wiens bezit men een volledig dievengereedschap vond. Caryn be weerde tijdens eene reis van Rijssel naar Brus sel kennis gemaakt te hebben met een kerel dien hij slechts kende onder den naam van Spanjaard en die hem 's nachts van zijn uurwerk ontlaste en het dievengereedschap in zijn zak gestoken had. De Spanjaard heeft verklaard Leon Degraeve te heeten. De zoogenaamde Boeren is ongeveer 21 jaar ond hij heeft met twee zijner makkers in de herberg l'Ancienne Mère Moreau, Antwerp- schen steenweg, gewoond. Hij is niet alleen herkend geworden door den houder van gemel de herberg en door Mad. Noël, uit de Herry- straat, waar hij alle dagen,eene week lang ge komen is maar ook door M. Groltendieck Boeren was een der kerels die daags voor den diefstal bij den juwelier geweest zijn. Op de kamer van Boeren heeft men eene som van on geveer 1000 frank gevonden. Gisteren avond, rond 9 ure, heeft de geheime polieie nog twee andere medeplichtigen in de Marthastraat aangehouden. Zij waren er geko men, niet wetende dat hun vriend Boeren reeds achter de grendels zat. Maar die boosdoeners hebben hen als wilden verwserd, de agenten kwetsende met alles wat hen onder de handen kwam. Op een oogenblik wilden zij den bijzon deren agent Goenen die alleen tegen hen doen de was, vermoorden. Gelukkiglijk kwam er versterking. Een der twee Hollanders trok zelfs ponjaard, op het oogenblik dat hij de polieagen ten omverre smeet om te vluchten. Gelukkiglijk kon hij zijn wapen niet gebruiken en werd hij spoedig terug gevat. Op het oogenblik- dat men een der boosdoe ners onderzocht vond men een brief op hem. De booswicht greep hem en wilde hem inslik ken, zekeromdat er geheimen in stonden. Nog- eenskondens de agenten zulks beletten. Wel is de brief geschuurd, maar men hoopt hem te kunnen aaneenbrengen. Men heeft ook op de gevangenen belangrijke geldsommen gevonden alsook horlogiekettingen en gouden staven. ROUSSELAERE. In 't begin der week kwam een vreemdeling, vergezeld van een turkschen drogman, een peerd en rijtuig voor een spotprijs te koop bieden aan zekeren C. V... Deze laatste verwittigde de polieie, die een on derzoek instelde. Deverkooper werd aangehou den en het gespan in beslag genomen. Weldra bleek het dat peerd en kar gestolen waren ten nadeele van een koopman van Bethune (Frank rijk), die zijn eigendom reeds is komen terug- eischen. De dief, een deserteur van het duitsche leger, knecht bij bedoelden koopman, is ter beschikking van den prokureur des koning» opgesloten. WYNGHENE. Zaterdag is het parket van Brugge, vertegenwoordigd door M. De Snick dienstdoende als onderzoeksrechter, alhier af gestapt om een onderzoek in te stellen over een gevecht dat ter gemeente geleverd werd door twee dronkaards. Het slachtoffer is Van Gampe- laere; en Vens, een jongen van 23 jaar, is de dader. Ten gevolge van 't verhoor van dezen laatste, verleende de onderzoeksrechter een bevel van aanhouding tegen Vens. De veld wachter ging den vermoedelijken dader aan houden. Maar op het oogenblik dat deze in het gemeentegevang zou opgesloten worden, geluk te hij erin uit de handen van den veldwachter te ontsnappen en de vlucht te nemen velde- waarts in. De opzoekingen die ingesteld werden om hem te ontdekken, bleven zonder uitslag, Nochtans, van het naastgelegen telegraafbureel, zond de onderzoeksrechter ten allen kante tele grammen met de persoonbeschrijving van den ontsnapte. Van 's anderendaags werd Vens aan gehouden, door de gendarmerie van Eeghem. HANDZAEME. Woensdag avond is het hofstedeke afgebrand van Frans Vandoorn. Niets is kunnen gered worden, want in korten tijd stond alles in laaie vlam. De oogst van dit jaar, het vlas van verleden jaar, meubels en kleergoed zijn den prooi der vlammen gewor den. De oorzaak is onbekend en slechts een gedeelte der gebouwen en meubelen zijn door verzekering gedekt. in

HISTORISCHE KRANTEN

Nieuwsblad van Yperen en van het Arrondissement (1872-1912) | 1901 | | pagina 2