DIT
IS
EN OMMELANDS,
ENGELBEWAARDER
m
m
STAATKUNDIGE OMSCHÖUW
Op Zaterdag, 25'n Januari 1902'.
5
eentimen 't blad.
VOOR DEN PAUS
Koninklijke Fanfare
Willen is Kunnen
Koorzangmaatschappij
L'Orphéon
Een aardig, maar
aandoenlijk smeekschrift
Vrankrijk
Transvaal
Duitschland
Panama
378M jaar. taimerk 1876.
Te trekken bij den Uitgever, Th 36, in de Boterstrate, te Yper, en bij 's land boodschap toe zen ofte posttegen 3 frank 's jaars.
't Nieuwsblad van Yper verschijnt 's Vrijdags, en 's Zaterdags na w
de markt, tegen 3 f. 's jaars; 3 f. en den vrachtloon buiten Belgenland. fp
Het blad en is niet min te trekken dan voor een geheel jaar en 't wordt
op voorhand betaald. 4|$
/.lies moet vrachtvrij ingezonden worden naar de Boterstrate,
Tk Sö, te Yper.
Echt en recht, 't oud Volk indachtig:
Kinderlijk, niet kinderachtig;
Ypersch, Vlaamsch en, bovenal,
God getrouwe ik wezen zal
De bekendmakingen kosten 0,fr.l5 de reke binnen 't blad is 't
0,f.30 van 's Rechters wegen f. 1; overdruk, 5 fr. 't honderd. Ieder
boek, waarvan ons twee afdruksels zijn gezonden, wordt besproken."
De Heeren van de Agenge HAVAs.te Brussel, Tk,32,in de Magdalena-
strate, en te Parijs, n° 8, Place de la Bourse, ontvangen bekendma
kingen voor 't Nieuwsblad van Yper, van al die buiten Oost-
Westvlaanderen wonen.
Vorige lijst 448 50
G. Mouraux, directeur 5.00
M-* P. Mulle 100 00
Julie Gontier, dienstmeid, Yper 5 00
Een prieiter van Yper 20 00
E. H. Vander Meersch, pastor van
St-Pieters, Yper 25.00
Naamloos uit Yper 5.00
M'le Chan. De Brouwer, curé-doyen
deSt-Martin 100 00
J. B.J. 5 00
Voor den Paus 2.00
Congregatie der jonge dochters,
Elverdinghe 48 00
Zondag 2 februari, avondfeeste
voor de vrouwen, aangeboden aan
de eereleden der Maatschappij en
hunne familie.
3de Wiuterfeeste, op Zondag 9n Fe
bruari 1902.
Zondag 26 dezer, om 7 ure juist,
geeft onze Koorzangmaatschappij
L'Orphéon een Avondfeest voor
Damen in de Iweinszaal.
Onze Kamers komen een eigenaar
dig smeekschrift te ontvangen.
Het komt van blinden, en is ge
schreven met puntletters, die volledig
zijn en alzoo leesbaar zijn voor al wie
ziet.
Hier is 't smeekschrift in 't lang en
in "t breed 't ware immers zonde
iets achter te laten van zijne treffende
eenvoudigheid.
MENGELWERK 4.
DE
VAN 'T DORP
door HONORÉ STAES
Hier, in uw midden, geachte inwoners
van Wimmelbeke is een man opgestaan, die
van de natuur de grootste begaafdheden, en
eene ijzeren wilskracht heeft ontvangen. Met
diepe smart zag hij den nacht der duister
nissen waarin zijne medeburgers gedompeld
waren, en in zijn edel herte ontvlamde de
zucht om het heil zijner dorpgenooten te
bewerken. Zwaar was die taak, want niet
tegenstaande het leven van zelfopoffering
dat hij ging beginnen, wachtten hem in de
worsteling tegen de volksverdrukkers, vele
valscbe beschuldigingen. Ja, Gillis Donckers,
in wiens vriendschap ik mij mag verheugen,
heeft dikwijls zijne edelste pogingen met
verguizing zien beloonen. Zijn naam is me
nigmaal door het modder gesleurd, en vele
andere strijders hadden in dien kamp reeds
den moed laten zinken. Maar, zooals ik
•traks zegde,hij bezit eene ijzeren wilskracht,
en hij heeft gezworen dat hij zijne medebur
gers redden zal uit den kolk der verdruk
king, al moeste hij als martelaar voor de
groote zaak welke hij verdedigt, vallen op
het veld van eer. Hij alleen is dus de man
onder wiens leiding de bevolking van Wim-
melgem tot bet toppunt van beschaving en
welvaart kan stijgen.
Terwijl de heer met den neusnijper die
edevoering uitsprak, hield de koning van
Wij, blinden, leerlingen van 't Konink-
ijk Gesticht voor doofstommen en blinden
te Woluwe-Sint-Lambrecht, bestatigen met
deernisse dat het barbaarsch gebruik van
kleene vogelen, vinken en rietvinken te ver
blinden, in ons land nog altijd voort besta t,
en uitbreidt
Aangezien dit misbruik eene afschuwe-
ijkheid i?, onweerdig van ons land en onze
eeuwe
Dat daardoor het karakter en het herte
der kinderen bedorven wordt
Dat dit gebruik zijne slachtoffers kiest
onder de vogelen die de nuttigste zijn aan
den landbouw
Dat er geen een gegronde roderi bestaat
om hetzelve te wettigen of te verschoonen
Dat de afschaffing van dit misbruik, zelf
bij wettigen middel, gevraagd wordt door
allen weldenkenden mensch
Dat wij, blinden, geheel bijzondere re
denen hebben om er de afschaffing van te
begeeren
Dat wij, beter gelijk wie, de afgrijze-
lijkheid kennen van den diepen en altijddu
renden nacht waarin kinderen, ja mannen
zelve, die onschuldige en lieve schepseltjes
koud weg dompelen, omdat voor hun bar
baarsch gehoor, de zuchten en noodkreten
een veirukkender muziek zijn dan de vrolij
ke zangen der vreugde
Dat voor ons de schoone natuur niet en
is de sterrenhemel, de dagraad of de avond
schemering het veld met zijne groenende
weiden, zijne bloeiende hoven, zijne gelu-
wende koornhalmen; in een woord hel
overschoon tafereel dat de Opperschilder
alle oogenblikken voor de blikken van andere
menschen ontplooit
Dat de schoone matuur voor ons is die
duizende stemmen die uit den hoogen hemel
aan onze aandachtige ziele de pracht der
schepping openbaren, de grootheid, de
goedheid, de liefde van den Schepperdie
duizende stemmen die zoo zacht ons gehoor
betooveren, ons min duister en ons leven
vreugdiger makendie duizende bekoor
lijke stemmen welke wreede en heiligscheu-
dende handen willen veranderen in klagende
zuchten die ons gevoelig herte doen bloeden;
den dag ootmoedig zijn hoofd gebogen gelijk
alle groote geesten doen wanneer men hun
nen lot uitgalmt, en hij knikte bijwijlen eens
twijfelend met het hoofd als wilde hij zich
nederig afvragen Ben ik het waarlijk die
al dat goede gedaan heb
Roept maar, wij verstaan er toch niets
van, fluistert Totten in het oor van zijnen
«boezemvriend wij zullen eens zien wie
die twintig marbels zal winnen. Rik zet
zijne handen trechtervormig aan zijnen
mond, en terwijl de redenaar die weer wal
gerust heeft, zich bereidt om zijne dramatieke
alleenspraak voort te zetten, roept de knaap
uit al zijne krachten
Dag kozijn Gillis
Bij het hooren van dien kreet draaien de
blikken der menigte schielijk naar den ven-
slerdorpel waar Rik, met zijne stekelige
witte wimpers, fier zit rond te kijken.
Ook de held van den dag kijkt waar de
anderen kijken, en nu hij ziet wie het is die
geroepen heeft, wordt zijn aangezicht -
behalve zijn neus die gewis onveranderlijk
van tint is zoo wit als plaaster.
Hij zegt echter niets, en Rik die denkt dat
de groote man hem niet verstaan heeft, roept
nu, nog eenen halven toon hooger
Dag kozijn Gillis Donckers
Nu verschijnen schielijk op het gelaat van
deu gevierde al de kenteekens eener gewel
dige gramschap. De apostel der Wimmel
gemsche verlichting weet echter dat het
geenen wijze past.zich in hei openbaar kwaad
ie maken, en daarom veinst hij het geroep
van den bengel niet te hcoren, en zegt tot
De ware Kunstvrienden en de muzikan
ten
Broeder», wij gaan nu naar ons lokaal,
Eindelijk inziende dat dit barbaarsch
ebruik een smaad is, onze gebrekelijkbeid
toegedaan, daar de mildadige zorgen der
maatschappij, de opofferingen die zij doet
om ons op te helpen ui! den ellendigen staat
waarin de blindheid ons dompelt, aardig
afsteken bij de koude onverschilligheid met
dewelke diezelfde maatschappij toelaat van
het gezicht te berooven zoovele nuttige en
schuldelooze wezens die, om meer dan een
reden, recht hebben op hare welwillendheid
en dankbaarheid
Wij smeeken den heer Minister van
andbouw, de heereR Senators en Volks
vertegenwoordigers, zoo goed te willen zijn
voor ons nieuwjaar ons eene wet te willen
geven die verbiede de kleene vogelen te
verblinden.
Hopende mijne heeren, dat gij niet on
gevoelig zult zijn aan de smeeking van blin
den, bieden wij u de eerbiedige hulde van
onze dankbaarheid op voorhand
Zelden hebben onze Kamers zulk
een beweeglijk smeekschrift ontvan-
gen.
Wij verhopen dat er gevolg zal aan
gegeven worden, en dat welhaast op
vrage van kinderen die niet en zien,
le wet zal tusschenkomen om aan de
vogeltjes het gezicht te bewaren.
De socialistenpartij uoeh zondag
aatst eene gevoelige neerlaag onder
gaan in de kieziug voor het stadsbe
stuur van Robaais. Van de 21 leden,
die hun ontslag gegeven hadden, zijn
er slechts 7 herkozen. De andere zijn
vervangen door gematigden van alle
aartijen. De meier of burgemeest< r
Garette is geklopt in de drie plaa'sen,
waar hij hem voorgesteld had.
Ten gevolge dier kieziug zijn de ge
matigden nu met 29 leden op 36.
Niet alleen is dit eene nederlaag
voor de socialisten, maar 't fransch
De groote Pint om or het vaandel uil de
kist te halen.
Die woordc» schijnen door niemand ge
hoord le worden, en aller oogen blijven op
Patat gevestigd. Deze, van zijnen kant, zegt
met verbazing tot Totten
Zou bij mij nog niet gehoord hebben
En thans schreeuwt hij zoo hard dat men het
wel honderd stappen verre kan verstaan
Kozijn Gillis, ik wensch u proficiat
Nu begint de menigte le lachen, terwijl
de koning van den dag beeft als iemand die
koorts heeft.
Wal deert u, mijnheer Doncker?
vraagt de heer met den neusnijper.
De politie is hier voor niets goed,
romt de gevierde. Het is schande dat
deze prachtige manifestatie door schuim van
volk gestoord mag worden.
Is die kleine schelm inderdaad aan u
verwant
«Kaa ik het gebeteren dat mijn oom zijnen
rang en zijne geboorte vergat door met eene
boerenmeid te trouwen, en dat er uit dit
Huwelijk eene bende vagebonden is gespro
ten, die mij en geheel mijne deftige familie
onteert
Dat is zeker uwe schuld niet, achtbare
vriend. Nu, ontstel u daar niet in. Wanneer
gij hier aan net hoofd der gemeente staat,
moet uw eerste werk zijn, dien kleinen ma-
jesteitschenner naar een bedelaarsgesticht te
zenden.
De apostel der Wimmelgemsehe verlich
ting heft thans den arm op alsof uij de maat
ginge geven om een muziekstuk uit te voeren
en roept zoo hard hij kan
Vrienden, ik bedank u allen voor de
groote eer die gij mij aandoet tot spijt van
wie ze benijdt. Zooals mijnheer De Bloecker
ministerie zelf is getroffen, doordien
dat het bijzonderlijk door 6e socialisten
ondersteund wordt eq ook voorname
lijk de socialisten tracht te bevoordee-
ligen.
Mochten de mannen van orde uit
geheel Vrankrijk nut en voordeel
trekken uit die kieziug en dank aan
eendrachtige werking in Mei toeko
mend dat hatelijk jodenministerie af
werpen, dat Vrank rij gedurig nader
vau zijn verval brengt
Deze week is de Boerencomman-
dant Scheepers, die ziekelijk, in de
handen der enge schen eva ten was,
door deze laatsten vermoord. Deze
euveldaad doet den afkeer van alle
beschaafde volkeren ten opzichte der
engelsche natie z< o mogelijk nog ver
meerderen. Niemand zou het aardig
vinden dat de Boeren nu ook op hun
ne beurt de engelsche krijgsgevange
nen moesten ter dood brengen.
't Schijnt dat de engelsche kroon
prins toch de feesten van Berlijn zai
bijwonen, doch er zou geene ofïiciëele
ontvangst plaats hebben, omdat men
vreest Rat hét duitsche volk te veel
zijiun baat en afkeer voor de engel-
schen zou laten bl jken.
Er bpstaat nog een weinig kans dat
de zaken der beruchte Panamamaat-
schapp zouden overgenomen worden
door de Vereenigde Stalen voor 40
miliioen dollars.
Dat ware goed nieuws voor deze die
uog actiën bezitten van Panama.
u daar straks gezegd heeftzal ik u allen ge
lukkig maken. Dat de vijanden van bet volk
daar eene punt., aan zuigen Nu gaan wij
naar De groote Puit waar deze heuge
lijke plechtigheid zal voortgezet worden
door krentenbroodjes, besp en bier zooveel
gij drinken wilt, alsook door eene reis met
den stoomboot naar Terneuzen
ln deze redevoering, hoe sober ook aan
hoogdravende woorden, is, volgens het oor
deel der Wimmelgemsche bevolking veel
meer prac'isch, nut dan in de twee vorige.
Daarom wordt zij ook zoo sterk toegejuicht
door iedereen en vooral door de muzikanten
en a De Ware Kunstvrienden», die zeer
practische mannen schijnen te zijn, dat de
kraaien, van welke wij hooger spraken, het
hazenpad kiezen in de diepten der lucht, bij
de gedachte dat de bewoners van het onzalige
tranendal daarbeneden, het beginnen te
meenen.
Nu heft de muziek den dichterlijken marsch
aan o, Mieke Pijpekop en de feeststoet,
gevolgd door de volksmenigte, schuift lang
zaam voort in de richting eener herberg,
boven welker deur de prachtige verzen
prijken
Gillis Donckers' nieuwe vaan
Zal hier honderd jaar bestaan.
De heer Donckers is, met den heer met
den neusnijper terug in de koets geste
gen. Hij groet weer rechts eu links het volk
met een vriendelijfei hoofdknikje. Zijn gelaat
is weder onbewolkt, en toont daardoor dui
delijk aan dat het eene onbetwistbare waar-
neid is dat groote geesten zich zoodanig bo
ven de beleediging weten te verheffen dat de
oeleediging hen niet kan bereiken.
Wat Rik betreft, deze blijft met Totten
nog altijd op den vensterdorpel zitten.
Januari 1902.
Hooggeachte Heeren en Vrienden
Aan het einde onzer rondreis door
Vlaamsch-België gekomen, is het ons eene
innige behoefte aan alle vrienden een harte
lijk vaarwel toe te roepen en onzen welge-
meenden dank te betuigen voor den steun,
die wij ondervonden hebben bij onze pogin
gen gelden te verzamelen voor de lijdende
vrouwen en kinderen van ons volk, en voor
de gulhartige en geestdriftige ontvangst, die
ons ten deele is gevallen overal, waar wij
optraden.
Vijf maanden lang hebben wij Uw land
doorreisd, in bijkans '100 plaatsen voor
drachten gegeven, meer dan 40.000 francs
verzameld voor de vrouwenkampen weinig
konden wij vermoeden, toen wij onzen tocht
aanvingen, dat deze zoo schitterend zou
zijn. Waarlijk beschamend was de geest
drift waarmede in ons, ons volk werd ge
huldigd, de gulhartige ontvangst ons bereid,
de liefde door zoovelen ons bewezen, de
mildheid waarmede de beursen zich voor
ortze vrouwen en kinderen openden. Neen,
neen nooit, hopen wij deze maanden van ons
leven te vergeten. Nooit, neen nooit, hopen
wij U, die wij immers vrienden mogen noe
men, en Uw land te vergeten, gelijk wij ver
trouwen, dat Gij ook na ons vertrek de zaak
van ons volk, bovenal van onze vrouwen en
kinderen, zult blijven gedenken.
God zegene U allen en Hij geve het U
zoo wij hopen binnen niet te langen tijd
met ons U te verblijden in de eindelijke
zegepraal onzer rechtvaardige zaak.
Leve de Vlamingen
Leve het Dietsche ras
Leve onze oude, gemeenschappelijke
Dietsche, Nederlandsche taal
Nogmaals, vrienden hartelijk vaarwel
Al zijn wij echter door land en zee ge
scheiden, wij blijven verbonden door de
innigste banden des bloeds en der taal.
Uwe Zuid Afrikaansche vrienden
H. J. LOUW.
G. PLOKHOOY.
Afgevaardigden van het Chr. Nat. Boeren-
comité.
De jongen kijkt verbluft zijnen rijken ko
zijn achterna en zucht
«Dat is wonder. Hij zegde niets. Zou hij
mij niet gehoord hebben
Hij is uw kozijn niet; anders had hij wel
gesproken roept Totten.
Hij is het wel.
Hij is het nietGeef de twintig marbels
af
Ik geef ze niet. Ik ben gewonnen want
ik heb toch geroepen.
Wat heeft uw roepen geholpen
Kan ik het gebeteren dat hij niet
sprak
Hij is uw kozijn nietGeef zeg ik u
Totten onderzoekt hoe lang de wortel van
Riks borstelige haren is, en Rik doet op
Tollens hoofd dezelfde proefneming. Dat is
de aanvang der worsteling. Weldra doen de
tanden ook hun werk. Na de tanden worden
de ellebcogen insgelijks ten strijde ge
bracht. Deze zijn echter zoo onbehendig dat
zij het venster openstooten waartegen de
bengels leunen, en eenige oogenblikken later
verdwijnen de beide strijders uit ons oog,
daar zij, hals over hoofd in eene kamer tui
melen van het huis welks vensterporpel buu
zitplaats heeft verleend.
III.
De zon is in het Westen nedergezonken,
en de schemering die het donkere van den
nacht voorafgaat, is over de aarde gezakt.
In de lucht vliegen de huilen, de vleder-
muizen en de nachtvlinders, en dansen de
muggen op den grond liggen de jongens te
vechten ot van spooken en verwenscüte
koningsdochters te vertellen, of, eindelijk
de groote raenscheu te plagen die vóór hun
ne deur komen zitten om een avondluchtje
te scheppen. (Wordt voortgezet).
1
9
YPER
-
v