ENGELBEWAARDER
A-B-C van den Alcooi
Stad Yper. Gemeenteraad
't Vat en kan maar uitgeven
wat het inheeft
allen gelezen dat, bij de terugkomst
van Zola s begraving, eenige groepen
afkwamen en de overgroote vrijheid
namen de Marseillaise te zingen
Oh la la Ze hadden gerekend zon-
der M.den hoofdkommissaris Lépine!
Het nationaal lied, de Marseillaise
>-> zingen, dat moogl ge als ge alleene
zijt, maar in groep of in stoet
Berniek 1.
Aardige, vrije aardige vrijheid in
frankrijk met dewelke wij, kleine
Belgen, maar moeilijk zouden te
vreden g'steld zijn
Nogtans, zult gij mij zeggen, men
neemt tegenwoordig ook voorzorgen
van policie in beloogingsgevaler
bestaat zelfs te Brussel eenen betoo
gingsvrijen omtrek fzove neutrej 'l
Akkoord... maar men is toch nog
niet, God zij geloofd, zooverre geko
men van alle betooging door de policie
te regelenalle gezangalle muziek
en vaandel ook te verbieden.
En bijzonderlijk nooit heeft het te ziene
geweest en zal het, hoop ik, in België te
ziene zijn dat eene luidruchtige samenloop
van menschen of vormde zij samen eene
betooging uit, ver boden wierd of zijn zal
En wij hebben er pertank gezien van die
begravingen in Brussel
We hebben Volders weten begraven en
daar was al't kleen en 't groot gepeupel
van 't socialisme tegenwoordig Alles liep
in de grootste kalmte af, en Mijnheer Lé-
pine en moest er nogtans zijnen snater niet
insteken
Men beweert dat die uitstekende Spe
cialist is komen lesse nemen in België. Is
dat waar, 't en zijn toch die lessen niet welke
hij te werke stelde tijdens de begravinge aan
Zola Wij hebben meer trouwe als dat in
't vernuft, de zedigheid en de opvoeding van
Be Belg is min theaterachtig als de
Franschman in de omstandighedenmaar
t is misschien daarom dat hij zich niet
tevreden houdt met eene vrijheid van karton
Hij eischt dat men kaart op tafel spele en
hij gedoogt niet dal men hem voor den aap
a houde, al ware t nog onder voorwendsel
hem te beschermen
De vrijheid lijk te Parijs Oekeninï
We willen er hier niet van weten
Hoor je 'i? Aelbrouck Weg met de
Fransche Gotnbevrijheid Leve de kalote-
vrij' eid van Belgenlarid
A is alcooi d.oor den duivel getapt.
B is de borrel door dwazen gelapr.
C is Gathrientje... die slachtoffers wacht,
D is de dronkaard die brast in den nacht.
E is zijne Eega die kwijnt en die treurt.
F is fortuine algauw gansch verbeurd.
G is hel Godshuis voor kind en voor vrouw.
H is een huis vol ellende en vol rouw.
I is den intrek in zothuis of kol.
J is jenever die zat maakt of zot.
K is krakeel binn' en buiten het huis.
L is de liefde en de leute in gruis.
M is het mes dat een' maat kwetst of doodt
MENGELWERK 33.
DE
\rJk.lN 'T DOB F
door HONORÉ STA ES
Of het ook aan eenen heer toebehoort, Kan
het meisje niet zeggen, vermits het geen dek
sel op heeft, en de jas en de broek van den
bezitter des hoofds, die mede beslissen of
een persoon heer of werkman is, onzicht
baar zijn. Enkel kan de.« engelbewaarder
opmaken dat, indien het werkelijk dit var
eerien heer is, deze een zeer gemeene mijn
heer moest ziju, aangezien het nog min aan
trekkelijk is dan dit van den heer met de
lange beenen.
Jufvrouw Noreken veinst de vier manner
niet te zien en gaat haastig in huis. In den
gang ontmoet zij de meid die eendrieial fles
schen in de beste kamer draagt.
Dicta met welke soort van volk zitter.
wij thans op bet hof? zucht de dochter van
mijnheer Donckers.
D. t weet ik niet. ju;•-•rouw, «antwoordt
de aangesprokene maar ik kan u zegge
dat het er hier dezen namiddag zal spannen
mijnheer heeft mij bevolen vier flesschen vai
zijnen hesten Bordeaux en vier flesschei
Champagne naar boven te brengen. Acht fles
schen voor vier man
Sedert wanneer zijn die drie vreemdelin
gen hier
Sedert eeu klein uur. Ik zat bij het ver
ster een uiltje te vangen, mijnheer was br
zig met de gezet te lezen. Hethek draaitopen
ik word wakker en zie .dien kerel met zijnet
bloirden baard, die hier reeds zoovele fles
schen gekraakt heeft op hét hof komen. De
N is d-1 nagel die de kiste toesloot.
0 is het oordeel van God dat ons wacht
P is de plicht jaren lang steeds veracht.
Q is quiltancie die sluit met te kort.
R is de Reghter die uw straffer ook wordt.
S is bet slot van dit aardig gedicht
T is de tijd die du nog vóór ons ligt.
U is het uur van vaarwel aan den drank
V is de vrouw die u wijt haren dank.
W is de weelde van ouder en kind.
Z is de ziel die den hemel herwint.
Openbare zitting
van Zaterdag 11 October 1902
De zitting wordt geopend ten 8 ure ouder
het voorzitterschap van M. deri Burgmeester
Colaert. Tegenwoordig MM. Berghman en
Fraeijs. schepenen Struye, Iweins d'Eeck-
rioulte, Boone, Begerem, Fiers, Vanden
Boogaorde, Vaoderghote,Vanden Peereboom
eu Bouquet, leden Gorissen, secretaris.
Na goedkeuring en neêi legging der vorige
verslagen, M. de Voorzitter staat recht en
geeft lezing van het rouwschrift door het
schepen college naarZ. M. den Koning ge
zonden ter gelegenheid van het afsterven der
Koningin. De raadsheeren aanhooren deze
lezing, allen rechtstaande, en keuren het
adres goed met eenparige stemmen.
Gemeentekas
M. de Voorzitter geeft rekening van het
goedvinden der gemeentekas,op 4 september
laatst op dat oogenblik was er 10.000 tr. in
k«s. Pe stuks en de rekeningen zijn in order
gevonden geweest.
Gemeenterekening
De Commissie van geldwezen en de secties
hebben de rekening van 1901 onderzocht.
Daarvan zal rekening gegeven worden in
de naaste zitting.
Leening
Om het heileggen der voorlanden te be
kosten heeft de Stad een voorioopige leening
gedaan mei neerlegging van titels op Bel
gische Rent.
Cartonstraat
De nieuwe afmeting en rechttrek king der
Cartonstraat, van 12 meters op 16 gebracht,
is goedgekeurd. De wijziging der voorlanden
zal later beslist worden.
Noten verkooping
M de Voorzitter heeft vergelen den ge
meenteraad mede te aeelen dat de verkoop
van de okkernoten,dit jaar334,50 fr. heeft
opgebracht. Vele min noten waren er dan
verledene jaren vandaar die vermindering
van prijs.
Grondrerkooping
Het schepencollege stelt twee vragen voor
van erveverkooping in de Cipronstraat, de
eene van 26 m, en de and-re van 18 m.
voorgevel, met 17 m. diepte. Die twee
parcellen. samen met het reeds bestaand,
gebouw, maken omtrent deri helft uit van
de erve der stad in die straat.
De prijs is gesteld aan 8 fr. den vierkan-
'en meter.
De gebouwen zullen minstens 8 m 25
hoogte hebben onder de kroonlijst.
Eenparig goedgekeurd.
Verpachting
De pacht van WeLemahieu voor de visch
vangst, het huis en eene weide, van den
Dickebuschvijver, wordt vernieuwd aan de
vorige somme van 540 fr.
Kokschool
De begrooting voor 1903 is tot het einde
der zitting verschoven, omdat er zal te stem
men zijn op sommige benoemingen en op de
jaarwedde.
De verschillige begrootingen der stads
scholen worden goedgekeurd. Eene klas
wordt aangenomen in St. Aloysiusschool.
Het deel van den Disch in de schoolkosten
van kosteloos onderwijs der arme kioders
wordt op dezelfde wijze som van verleda
jaar gebracht, te weien op 8000 fr.
Gunstig advies wordt gegeven tot het ver
koopen door den Disch van erven aan7000f
de hectaar voor het leggen van de tramlij
yan Poperinghe naar Dixmude.
De Disch wordt insgelijks bemachtigd tot
het aankoopen van 200 acties van Etge
heerd.
M. de Burgmeester doet bemerken dat
M. Capron die den Disch met zijne erfeni
begiftigd heeft, een voorstaander was van
bet bouwen van Werkmansbuizen.
M. Iweins d'Eeckhoutte vindt dat de aan
koop van acties op Eigen Heerd een
voordeelige plaatsing van Kapitalen is, aan
gezien zij 3 per honderd intrest geven, 't En
is dus geene gift aan Eigen Heerd ge
daan.
M. de voorzitter. neen maar die aan
koop bevoordeeligt het bouwen van Werk
manshuizen.
M. Bouquet maakt het schepencollege op
merkzaam dat dezen morgend nog de koet
zier vin den lijkwagen, zonder rouwklêeren
Was zelfs in eene begraving van tweede klas
Hij vraagt dat er daarvoor
zouden genomen worden.
M. Iweins d'Eeckboutte heeft bemerkt dat
de bestuurder zelf van het lijkvervoer heeft
moeten helpen dragen in eene begraving
M. de Voorzitter. Het schepencollage
bereidt eene volledige vernieuwing van he
lijkdragersgewaad. Men zal ook rekening
houden van de bemerkingen gedaan nopens
den bestuurder der iijkplechtigheden.
MBoone vraagt hoe de zaken staan voor
den tram van Yper Gheluwe. Hij zou willen
weten of er waarlijk spraak is van eene
voorioopige tramlijn langs 't Hooghe te plaat
sen.
M. de voorzitter. De zaak van den tram
Yper Gheluwe gaat vooruit, maar 'k en peis
niet dat er spraak is van eene voorioopige
tramlijn te leggen. Diarvoor zou er eene
aanbesteding noodig zijn, en deze is niet
gedaan. De gemeenten hebben ook daarover
geene waarschuwing ontvangen
In de eerste dagen zal er eene vergadering
plaats hebben voor den tram van Yper naar
Belle. Eene der belanghebbende gemeenten
stelt voor al Locre niet te gaan, maar liever
van Westouter recht op Belle de tramlijn te
leggen. Dit vraagstuk zal in T korte be
sproken worden.
De openbare zitting wordt geheven ten
5-40.
maatregelen
twee andere kerels volgen hem. Mijnheers
wijnbak zal het nogmaals gewaar worden,
dacht ik,en ik zei tot mijnheer dalervolk
kwam. Hij keek door het venster, liep naar
builen en ik zag dat hij zich vóór die mannen
boog als voor koningen. Daarna kwamen al
len irt huis Zij hebben gedurende een kwart
uuis tegen elkander zitten praten en zijn ver
volgens in het werkbuis gegaan. Wat zij
daar deden, weet ik niet. Eindelijk kwam
mijnheer mij haastig zeggen wat ik op tafel
moest brengen. Wat voor heeren zijn dat?
vroeg ik. Doorluchtige mannen, zei
hij. Gij weet, jufvrouw, dat hij altijd
stadhuiswoorden spreekt wanneer er bezoe
kers zijn. Welke mannen, «vroegik, daar
tk niet wist wat doorluchtige mannen z'jn.
Martelaars, zei hij. Dat geloof
ik niet. lachte ik. Het zien er waarlijk
geene martelaars uit. Ja, martelaars
zei hij,» en, verduiveld groote martelaars;
de heer met den bril en de dikke knevels
heeft drie maal in het gevang gezeten en de
heer met de bakkebaarden ééne maal.
Nu geloof ik u. mijnbeer Donckers. zei
Voor de groote zaak des volks. Die-
ia, zei bij. Wat hij daarmede wilde zeggen,
weet iK weeral niet. Dan liep hij terug. Juf
voor-an met don heer met de lange beenen
WimmMgems volksvriend is in een zeer
druk gesprek gewikkeld met den bezoeker
die iveds drie mal in het gevang gezeten
heeft, en te oordeelen aan hoed, broek en
en jas, werkelijk een heer is. Wat de beide
mannen tot elkander zeggen, moest zeer ge
wichtig zijn, want zij blijven gedurig staan
en slaan in elkanders hand gelijk peerden
koopmansdie over den verkoop van een peerd
tot akkoord komen. Daarenboven is mijn
heer Donckers geweldig zijnen in schik hi
lacht luidkeels, en tot in het kamerken waar
zij zit, hoort het meisje hem de woorden
parlement en ministerieele krisis uitgalmen.
Eindelijk ziel jufvrouw Noreken de man
nen niet meer zij zijn in huis getreden.
Eene balzaal, herhaalt de engelbe
waarder. Groote God is vader misschien
voornemens van het werkhuis eene danszaal
te maken
Zij laat haar hoofd in den palm harer hand
zakken en ziet smeekend naar een Lieve
Vrouwke dat op een kasken staat.
Uit de beste kamer komt een verward stem
mengeluid tot haar.
Gedurende een tiental minuten blijft het
meisje zitten. Dan trekt zij hare schoenen uit
vr
rouw, ik wilde dat die doorluchte mannen en daalt op hare koussen van den trap, tot
reeds weg waren
Dicta, wanneer vader naar mij vraagt,
uit gij zeggen dat ik geweldige hoofdpijn
leben liefstop mijne kamer blijf.
Hierop opent jufvrouw Noreken een deur
en en klimt op eenen trap. Een oogenblik
tater zit zij op een kelderkamerken en kijkt
oor een gordijntje na-ir buiten.
Op dien stond treedt mijnheer Donckers
met zijne drie gezellen over het grasplein. De
uitroeier der exteroogen of likdoorns gaat
dat zij aan het deurke is dat toegang tot de
beste kamer verleent.
Zij drukt voorzichtig haar oog tegen hel
sleutelgat van dit deurke en ziet dat haar va
der en zijne doorluchtige bezoekers in de
beste kamer zitten te rooken en wijn te drin
ken. Mijnheer Donckersbeeftthansbet woord.
Hij zegt tot den doorluchtigen bezoeker,
die reeds driemaal in het gevang gezeten
heeft
Inderdaad, mijnheer de volksvertegen
Indrukwekkend wasde betooging van de
kristene bevolking van Yper zondag la&tsle
den Bij duizende menschen, Onze Lieve
Vrouw van den Heiligen Roozenkrans ter
eere, doorwandelden de straten onzer Maria
stad onder 't bidden van het Roozenhoedj
en het zingen van de welluidenste lofzangen
Het Hoogweerdige vergezelde de processie
A°n veel huizen wapperde de nationale vlag
en bijna overal brandde licht op den door
tocht. De goede God moet met welgevallen
neêrzien op eene stad hem ten volle genegen
en nu in de ziele toegewijd.
Voorzeker zal hij zijnen mildsten zegen
zenden over 't beste deel van zijne kudde en
de H. Kerke voor wie er gebeden werd, doen
zegepralen over hare ergste vijanden
Onze Yperscbe Zolaatjes zijn woi dende
vroed als ze zulke betoogingen zien voorbij
trekken Eh jaze zijn tegen de religie niet
ter kontrarie integendeel, ze zijn den gods
dienst stijf saint-patiek maar op hunne raa
nier Lachen en spotten met den. uitwendi
gen eeredienst in woord en schrift deze die
hunne christelijke plichten kwijten en naar
de kerke gaan, uitgeven voor onnoozeledom
pelaars, dat kunnen zij toch zoo wel Moest
men hun gelooven zii alleen zouden al 'l ver
stand dat er geschapen wierd in pachte ge
kregen hebben en ze zoüu er aan O L. Heere
zelve willen verkoopen. De meestendetl van
die zolaatjes tr acht' n nogtans bunnen afkeer
voor den godsdienst zooveel mogelij te ver
duiken. Ze hebben nog te veel dieonnoozele
dompelaars, dat minderachtig christene volk
noodig. Als 't stemming?, is en kunnen
die domme menschen niet heel wel misser;
en daaromme is 't dat de Saint-Patieke-
mannetjes, als er te lachen valt met den
christen godsdienst dit meest altijd doen
bachten de gordijntjes.
Jamaar 't er wordt in deze omstandighe
den toch soms wel ne keer door den eenen
of den anderen z davriend buiten de schreve
geloopen. Er zijn van die wislergaais di
vlakweg moeten toogen wat Jat ze zijn en
die volstrekt willen 't vat doen uitgeven wat
het inheeft
Zoo is 't dat er vele. zondag laatst binst de
processie ooggetuige 4 eweest zijn van de on
beschofdheid van zekere langen zwikzwa:t
die nog al wel van verre gelijkt aan Mossieu
August Premier zaliger memorie 'T was
op het oogenblik dat het Hoogweerdige de
Rijsselstraat ging inslaan... Daar kwam onze
kerel uit een huis waar da ze voor zeker niet
anders en drinken of pompewater.
Het Heilig Sakrament ging voorbijgaan en
hij met nen groenen spotlach op zijnen uit
steek bord, de handen op den rug enden hoed
op 't hoofd, bleef daar een wijl staan Maar
allengskens werd hij gram op het zien dat er
oog zooveel godvruchtigheid (voor hemkwe
zelarij in Yper was. Zen oogen begonnen
vlammetjes te schieten, zen Hinken baard
sruide op, ganseh zen boepelkraam kwam in
strabancie Hij het koste het niet meer uit
zien Hij wilde en moeste vrijen loop geven
aan zijne colèère
En daar zi in eenen vrong was hij in
Saint Elisabeth's straatje, en... overvanver
woordiger, ik verlang vurig te weten uit
welke soort van mannen het keurkorps der
volkspartij dat in de kamer onze nationale
belangen verdedigt, is samengesteld.Zoolang
het mij mogelijk was, heb ik aan den aan
drang mijner vrienden wederstaan. Daar men
mij echter overtuigd heeft dat ik eene maat
schappelijke misdaad zou plegen door het
mandaat te weigeren dat men mij aanbiedt
heb ik besloten den vreeslijken last Lp mijnt
schouders ta torschen. Ik geloof echter nog
altijd, onweerdig te zijn, plaats te nemen
tusschen de beroemde mannen die van in de
statenzaal hunne ontzaglijke stem over geheel
jet land laten donderen. Ik heb zoo weinig ti
tels om in dit doorluchtig gezelschap je tre
den. Wees verzekerd dat mijne vrienden
overdrijven wanneer zij mij afschilderen als
een Achilles die met zijn heldenzweerd hel
hoofd der volksverdrukkers verpletteren zal.
Wees zoo goed mij te zeggen welke titels ik
nog te winnen heb, vooraleer ik met opge
heven hoofd binnen de roemrijke renbaan zal
kunnen stormen.
De heer met den bril en de dikke knevels
antwoordt met eenen glimlach die van on
eindig veel wijsheid en ook veel rechtzinnig
heid getuigt
Goede heer Donckers, laat mij toe u te
zeggen dat gij eene verkeerde gedachte hebt
over de staatkunde. De eenvoudige menschen
denken dat jen staatkundige een wonder van
geleerdheid en wijsheid moet zijn. Zij zijn
volkomen mis.
Hebt gij de maatschappelijke kwestie goed
bestudeerd
Eene karrevracht boekeu heb ik er over
bestudeerd, mijnheer de volksvertegenwoor
diger. Onderander: de mysteries van Parijs,
de wandelende Jood, Duizend en éénen nacht,
ontweerdiging ging, hij daar nen muur te
keere Arme muurWat kondet gij dat
helpen
Had er nog nevens hem een paravansken
of ngeiischerm gestaan de biddende menig
te en zou al die blauwe manieren niet gezien
hebben die daar op de blauwe tichels liepen
maar neen Oü il y a de la zèèn pas de
plaisit. zou zolaatje zeggen
'K vraag het, is dat niet kinderachtig van
hem alzoo in eene strioelende kolèère te zet
ten
Wiche, wache, zei er daar nen halveri
üuitschman, weet-je, wadde 't is hem te
vergeven, 't isnog nen ouden pompierKwa
gewoonten zijn hard om laten en 't vat en
kan toch maar uitgeven wat da 't inheeft
Fernand.
11
WERVICK. Zondag heeft hier een erg
ongeluk plaats gehad. Voor het besteenen van
den Becelaereweg heeft de aannemer, langs de
baan eenen tijdelijken ijzerenweg aangelegd.
De wagons, dienende voor het vervoer der stee-
nen, waren van den ijzerenweg weggenomen,
maar eene bende jongens heeft ze er wederom
opgebracht en ze over en weer doen rijden met
eenigen hunner erop. Een jongen van 11 jaren,
Leon Decroix, is van een dei wagons gevallen,
die over een zijner beenen gereden is en het
verplet heeft. Het been is moeten afgezet wor
den.
ALLES AAN DEN VOORUITGANG. - Er zijn
zes dagen noodig geweest om de wereld te
scheppen en er is slechts één nacht noodig aan
de watte thermogéne om hoest eu rhumatismen,
lendenjicht en stij venhals, steekten in de zijde
en keelpijue te genezen.
YPER. Zondag namiddag kreeg een vader
twist met zijnen zoon die bedronken was. Aan
de herberg De Suikerijast verergerden de
zaken zoodanig dat de vader verscheidene mes
steken ontving en naar het gasthuis van Yper is
overgebracht geworden.
Zondag achternoene werd Lamaire door
eenen wielrijder omverre gereden, dicht bij den
Café de l'Union. Naar 't gasthuis gebracht
werd hem de H. Olie toegediend. Men vreesde
voor zijn leven,maar nu is hij aan de beterhand.
De wielrijder werd naar 't policiebureel ge
leid.
VlEiASSE-TURF, brevet Schwartz,36/4000
suiker voedsel van leorde voor paarden
eu vee. Beaudoin en Bolly, Borgworm.
Scheikundige meststoffen
Vet tegen woordigd door Leleup-Giet, Elver-
dingbestra.it, 12, te Yper.
LEDEGHEM. Zaterdag heeft de vrederech
ter van Rousselaere M. Scheldeman, Victor,
houthandelaar en aannemer alhier,dié beschul
digd werd van overtreding van het reglement
op het vervoer, vrijgesproken, daar het geens
zins bewezen was dat hij alleen de gemeente-
kalsijde van de statie van Beythem naar de pro-
vinciekalsijde Meenen-Rousselaere, beschadigd
had, door het vervoer van steenbrokken voor
rekening van het gemeentebestuur van Lede-
ghem. Er was proces-verbaal tegen hem opge
maakt, meer dan 14 dagen na het zoogezegd
feit, en dit had moeten gedaan zijn binst de 48
uren na de bestatiging. De gemeente Rumbeke,
die een advokaat had aangesteld, werd veroor
deeld tot al de kosten.
De bloedige Aon, de vermaledijding van den
galeiboef, de oversten van Rebelenz., enz...
En nochtans vrees ik er nog niet genoeg over
te weten.
Welnu, beste heer, gij hebt nutteloozen
arbeid verricht. Vergeet niet dat de wereld
een overgroot tooneel is. Wie op dit tooneel
goed speelt, zal weinige bewonderaars vin
den, aangezien bet meerendeel der volks
massa, te weinig ontwikkeld om het schoone
te kennen, het overdrevene en buitensporige
boven het ware verkiest. Een tooneellist die
de tooneelplanken doet daveren onder zijne
donderende stem en hevige gebaren, die er
vermaledijding op vermaledijding stapelt,
an wanhoop zijne haren uitrukt, of bij het
minste verblijdend voorval, in geestdrift los
brandt en eenen vloed van vurige woorden
uitgalmt, is in het oog van het grootste ge
deelte van het publiek een onovertrefbaar
speler. Wat schaadt het hem of hij den bijval
van het kleine getal liefhebbers der koude
werkelijkheid moet missen, indien hij dezen
der groote menigte geniet. Gelijk het op het
tooneel gaat, gaai het in de zaal waar de ge
kozenen des volks hunne rol vóór het oog van
het land laten afloopen. Ons gezelschap
of, zooais gij wilt, ons keurkorps is uit
e volgende soorten van spelers samenge
steld
Wij hebben, vooreerst, zagende of verve
lende spelers. Dat zijn onze zoogenaamde
geleerde mannen. Hun hoofd is vol droge
theorieën. Praktijk ontbreekt hen. Hunne
edevoeringen zijn zeer geleerd, maar zoo
uister dat zij zeiven er weinig of niets van
verslaan. Zij zweven in eene wereld waar
niemand hen volgen kan en de hervorming
welke zij willen bewerken, hadde zelfs niet
kunnen bestaan in den tijd toen de beesten
spraken of herders met verwenschte koning
dochters huwden.
Wordt voortgezet.)
A
w
a T BELGISCH VOLK
A
j