P j -j-
e IN OMMELAND S.
m
m
m
m
I
Op Zaterdag ln Juli 1905.
5 centimen yi blad.
403te jaar. Talmerk 2062
Herziening der Kiezerlijsten
1906 1907
Lauda Sion
In den trein
VLAAMSCH
in het Middelbaar Onderwijs
Wat de oude liberalen
van bet onderwijs zegden
Ze zijn tegen den
godsdienst niet
Het Onderwijs vóór 1830
ROND DE WERELD
Oorlog
Vrank rijk
Rusland
Nederland
VAN ALLES WAT
ifoe wordt men millionnair
mam e
Te trekken hij den Uitgever5 Th 36, in de Boterstrate, te Yperen bij 's land boodschap we sen ofte posttegen 3 frank s jdürs.
Echt en recht, 't oud Volk indachtig;
Kinderlijk, niet kinderachtig;
Ypersch, Vlaamsch en, bovenal,
God getrouwe ik wezen zal
De bekendmakingen kosten 0,fr.l5 de reke binnen 't blad is 't
0,f.3G van 's Rechters wegen l. 1; overdruk, 5 fr. 't honderd. Ieder
boek, waarvan ons twee afdruksels zijn gezonden, wordt besproken.
De Keeren van de Agence Havas. Ie Bvnssel, Tk 34, in de Ziiver-
strate, en te Parijs, n° 8, Place db la Bourse, ontvangen bekendma
kingen voor 't Nieuwsblad van Yper, van al die buiten Oost-
Westvlaandern wonen.
STAJ) YPER
Het. Collegie van Burgemeester en
Schepenen der stad Yper brengt ter
kennis van het publiek, dat ingevolge
artikel 55 van het kieswetboek, er zal
overgegaan werden, van isle" Juli tot
31steD Oogst, aanstaande, tot de herzie
ning van de lijsten der burgers, die
geroepen zijn om deel te nemen aan
de kieziug van de leden der Wetge
vende Kamers,van den Provincieraad
en van den gemeenteraad, van 1" Mei
J906 tot 30" April 1907,
Volgens artikel oi derzelfde wet,
wordt iedes burger ui'genoodigd,voort
den 1° Jlli, in het Gemeente Srcreta-
riaaf, de titels in te dienen van hen
niet geschreven staande op de in voege
zijnde lijsten,aanspraak, mogen maken
op kiesrecht, alsook van hen die, op
deze lijsten gebracht zijnde met een
onvolledig getal stemmen, aanspraak
mogen maken op bijkomende stem
men.
De burgers hebben er belang bij
deze aanbeveling na te komen, ten
einde, zooveel mogelijk, de bezwaren
te vermijden vóór het Collegie en vóó'
het bof van Beroep.
Yper, den 15 Mei 19o5
De Burgemeester en Schepenen
R. COLAERT.
De Sekretaris,
M. GORRISSEN.
Voor de Processie
4000 slachtoffers
MTd^fc-yyas
jWjy ■.Mil i.i.i it miawsr-aaa^i
't Nieuwsblad van Yper verschijnt 's Vrijdags, en 's Zaterdags na
de markt, tegen 3's ja ars; 3 f. en den vrachtloon buiten Belgenland.
Het blad en is niet min te trekken dan voor een geheel jaar en 't wordt
op voorhand betaald.
/.lies moet vrachtvrij ingezonden worden naar de Boterstrate,
Tk 36, te Yper.
m
m
m
m
Loof, o Sion, uw Behoeder,
Loof uw Herder, loof u Voeder,
In gezang en Jubellied.
Loof zooveel als gij kunt loven,
Toch streeft Hij uw lof te boven,
Hem volprijzen kunt ge niet.
't Brood, dat leeft en ons doet leven
Is aan ons tot stof gegeven,
Voor dien Lofzang op deez'dag.
't Brood, dat Christus'volgelingen,
Aan het heilig maal ontvingen
Dat voor 't laatst hen samen zag.
Vol dan klinke, luidop druische,
Zaal'gend streele, lieflijk ruische,
't Loflied van het Jublend hart;
Plechtig vieren wij toch heden
Den gedenkdag van 't verleden,
Toen deez'disch verorderd werd.
Bij dien disch heeft Onze Heere.
Zelf het Paaschlam zijner leere,
't Oude Paschen uitgeleid.
't Nieuwe doet het oude wijken,
Waarheid 't schaduwbeeld bezwijken,
't Licht verbant de donkerheid.
Wat hij deed bij 't avondmalen
Deed hij ons na Hem herhalen,
Ter gedachtnis aan Zijn dood.
Naar de macht, die Hij verpandde.
Heilgen wij ter offerande
Onzer redding wijn en brood
Als een geloofspunt doet Hij leeren
Dat het brood in 't Vleesch des Heeren,
Wijn veranderd wordt in Bloed;
Falen brein en zintuig beiden,
't Vast geloof blijft onderscheiden
Wat Gods wonderwerking doet.
Onder schijnsel weggeweken,
Die geen wezen zijn maar teeken,
Wordt het kostbaarste afgebeeld:
't Bloed is drank en 't Vieesch is spijze,
Alaar in eik dier dubble wijze
Blijft de Christus ongedeeld.
Wie Hem eet laat hem volkomen,
Gansch, zooals Hij werd genomen,
Ongekneusd en ongedeerd.
Eet er een, of eten velen,
Allen mogen 't zelfde dcelen,
Nooit verminderd, nooit verteerd.
Braven, boozen eten beiden,
Alaar hun lot is zeer verscheiden,
't Leven eten ze of den dood,
't Is de dood voor Satans slaven,
Alaar het leven voor Gods braven;
Zoo verschillend werkt dat Brood.
Ziet ge 't breken wil niet beven,
Alaar gedenk steeds dat er even
Veel in 't deeltjen is gebleven
Als door 't gansche omsluierd wordt;
't Wezen zelf kan niemand breken,
Scheiding, die geschiedt in 't teeken,
Laat Hem zeiven onbezweken,
In Zijn grootte niet verkort.
Zie, het Brood der Englenkringen
Werd de spijs der bannelingen
Brood voorwaar van lievelingen
Alag nooit spijs van honden zijn.
Door der beelden schaduw brekend,
Reeds door Isaacs offer sprekend,
Is 't in 't Paaschlam voorbeteekend
En in 't manna der woestijn.
Goede Herder, Brood van 't leven,
Jezus, wil deez'gunst ons geven
Voed ons, sterk ons bij ons streven,
Om ten hemel op te zweven,
Waar het land des levens is.
Heer en Aleester aller dingen,
Die ons voedt, ons stervelingen,
Alaak dat wij U ginds omringen,
Mede ervers, feestelingen,
Met al de uwen aan den disch.
Amen.
Postrijder
Wie rijdt toch den dag van vandaag niet
met den trein En wie met den trein rijdt,
leest ér geen gazet Over het gazetten
lezen in den trein wil ik deze week een
woordje zeggen.
Laatst, wijl ik in een hoekje van den vier
kanten bak zat gedoffeld en ik mijn gazet tot
aan de aankondigingen toe had uitgelezen,
keek ik door mijn groote brilglazen eens
rond naar mijn geburen, die allen schenen
verslonden te zijn in hunne gazet. En...
wreed om te zeggen... 9 op 10 lazen een
liberaal, een socialistische, een zedelooze of
goddelooze, in één woord een slechte gazet.
En ik kon mij zelve toch niet overtuigen
dat al dat volk, die in den trein slechte
gazetten leest, slecht volk is, want dan moet
ik gaan denken dat goed volk niet met de
trein rijdt ik kan mij niet wijsgemaakt
krijgen dat al die treingeburen, fanatieke
God-en godsdiensthaters, liberalen, socialis
ten, vrijmetselaars zijn, voor wien die of
deze slechte gazet dagelijksche kost is. En
daarom moet ik gelooven dat er veel, heel
veel katholieken zijn die op den trein slechte
gazetten lezen.
't Is wel droevig, 't is zelfs allerdroevigst,
maar 't is toch zoo.
Hebt ge ooit een liberaal of socialist, hebt
ge ooit een slechte vent, een goed katholiek
dagblad zien koopen Neen, niet waar En
wij, katholieken, die wel 't fierst mogen
vooruitkomen met onzen schoonen gods
dienst en edele zedeleer, wij steken onze
vranke overtuiging in den zak, en koopen
een blauw of een vuil rood gazetje. 't Schoon
ste van de historie, we pronken daarmee, we
willen er den Jan mêe uithangen, alles te
durven zien en lezen, wijl we moesten blozen
tot achter de ooren om onze ellendige
lafheid.
Ik kan waarlijk niet begrijpen waarom een
katholiek niet fier is, een katholiek dagblad
te koopen, het breed open te hangen en zoo
vrij en vrank te toonen wie hij is.
:k Hoef u toch niet aan te toonen, dat
buiten de ergernis die ge aan anderen geeft,
buiten de schande en schade die ge 11 zeiven
berokkent, ge onze vijanden in de hand
werkt, ze wapens in de hand steekt, waar
mee zij ons zullen bestrijden, hun steenen in
de hand legt waarmee ze onze eigene ruiten
zullen inwerpen
't ls immers toch iedereen wel klaar dat i
wij alzoo onze eigene katholieke pers doen
kwijnen en onze vijandige pers onder
steunen.
Wij moeten onze vijanden beminnen, ja,
en voor hen bidden, doch hen omhoog hel
pen tot schade en schande van. onzen gods
dienst, dat is zonde in plaats van deugd.
Weest dan katholieken in één stuk; katho
lieken in handel en wandel, in denken en
doen katholieken recht voor de vuist
katholieken die katholieke gazetten koopen.
De middensectie,belast met het onderzoek
van het wetsontwerp Coremans, kwam don
derdag nanoen, in het paleis der natie,
bijeen.
Heeren Schollaert, Beernaert, Woeste,
Helleputte, Van Cauwenbergh, Van de
YValle, Coremans en Van der Linden waren
aanwezig.
Men kwam totakkoord nopens het volgend
voorstel, door heer Helleputte opgesteld en
luidende als volgt
Art. 1. De getuigschriften, voorzien bij
artikelen 5, 9, 10 en 12 der wet van 10 April
1890,nopens de toekenning der Academische
graden, en bij artikel 17, paragraaf 1, littera
E. en F, der kieswet van 12 Februari 1894
zullen van 1 Juli 1910 melden, dat de titula
ris van het certificaat een bijzonder examen
onderstond, overeenkomstig de volgende be
palingen
Voor de afdeeling der oude humaniora zal
het examen bestaan uit: 1een Vlaamsch
opstel zonder woordenboek,2. eene vertaling
op het eerste zicht, van eenen Latijnschen of
Griekscben schrijver, 3. eene mondelingsche
ondervraging in het Vlaamsch, over de stof,
den titularis in rhetorica aangeleerd.
Art. 2. Het examen zal voor eene jury
plaats grijpen,bij koninklijk besluit ingericht
en samengesteld i° uil een even groot getal
professors van het officieel als van het vrij
onderwijs;s° uit den bestuurder des gestichts,
waar de leerling zijne studiën deed;3° uit een
lid der Koninklijke Vlaamsche Academie.
Deze laatste zal de jury voorzitten, en zal
6ekozen worden uit eene dubbele lijst kandi
daten, door de Academie aangeboden.
Deze schikkingen zijn slechts op het
Vlaamsche land toepasselijk.
Dit voorstel werd metalgemeene stemmen,
op heer Woeste's onthouding na, aangeno
men. Heeren Coremans en Van der Linden
traden het bij.
M. Van Cauwenbergh werd verslaggever
benoemd.
M. Jozef Lebeau was in zijn leven libe
rale volksvertegenwoordiger van Hoei en
Staatsminister. De liberalen hebben hem een
standbeeld opgericht. Daaraan ziet men, dat
M. Lebeau de eerste de gereedste niet was.
M. Lebeau nam deel aan de bespreking
der schoolwet van 1842. Dat was eene wet
van vrede, van overeenkomst, van vooruit
gang. Door die wet werkten burgerlijke en
geestelijke overheid samen voor de bevorde
ring van het volksonderwijs.
ln de Kamers werd die wet met schier
eenparige stemmen aanveerd.
M. Jozef Lebeau nam deel aan de be
spreking van die schoolwet. Ziehier wat hij
onder ander verklaarde
Men zegt mij Zoo gij minister van
binnenlandsche zaken waart, en het ter
uwer kennis was, dat het godsdienstig
i> onderwijs in de lagere school niet gegeven
werd, zoudt gij niet alle hulpgeld aan den
i) onderwijzer weigeren
Ik aarzel niet te antwoordendat ik een
ongodsdienstigen onderwijzer als een
rvare pest \on aanzien.
In mijne bestuurlijke loopbaan is het
mij gebeurd, gelukkig maar zelden, over
zekere onderwijzers slechte inlichtingen
te ontvangen over hun zedelijk of gods-
dienstig gedrag. Nooit heb ik geaarzeld
i) om mijnen invloed bij de gemeenten, de
i> bestendige afveerdiging en het ministerie
te gebruiken om, in zulke gevallen, de
hulpgelden te doen intrekken, die volgens
mij zeer slecht gegeven waren.
Langs verschillige wegen willen wij
hetzelfde doel bereiken. Wij maken eene
wet die, volgens ons, de volledigste gerust-
heid aan de ouders moet geven voor wat
i) aangaat het zedelijk en godsdienstig on-
derwijs.
Wij willen dat het lager onderwijs eerst
en vooral zedelijk en godsdienstig weze
de man, die zulks zou durven betwisten,
zou nog eerder zot dan zedeloos moeten
verklaard worden.
Ziedaar hoe de oude liberalen over het
onderwijs spraken. Ziedaar waarom zij de
wet van 1842 maakten, te zamen met de
katholieken.
Wat zijn we verre van dien tijd? Wat
heeft het liberalismus vooruitgang gedaan
op den weg der... vrijmetselarij
M- Van Humbeek werd, onder het laatste
liberaal bestuur, minister van openbaar on
derwijs, omdat hij, in de vrijmetselaarslogie,
verklaard had het katholiek geloof in den
grafkuil te willen delven. De liberalen kon
digen ons aan dat geraken zij ooit weêr mees
ter, die tijden zullen terugkeeren, verergerd
en verzwaard. God spare er ons van
Zaterdag heeft Mgr. de Bisschop van
Brugge priesters gewijd. Ziehier wat het
Laatste Nieuws daarover zegt
Wie zal ons eens van die zwarte plaag
verlossen,van die exploiteurs der mensche-
lijke domheid en van het fanatisme?
Nietwaar,de liberalen zijrVtegen otC? -gods
dienst niet? Aan den Heer gelooven en "zÜne
geboden onderhouden, heeten zij «domhei 4"
en fanatisme
Een Brusselsch blad heeft een oud boek
uit den vergeethoek gehaald waar onze
grieven van vóór i83o in opgesomd zijn.
Wij knippen er uit wat betrek heeft op het
onderwijs.
Leeren wij uit 't verleden, voor het heden!
De koning Willem palmde alle recht van
onderwijs in en onttrok aan den vader het
heilig recht zijne kinderen op te voeden lijk
hij het verstond.
Niemand zou zonder 's konings toestem
ming, in 't openbaar of zelfs in privaten
familiekring onderwijzen, 't zij't lezen of
't schrijven.
De private onderwijsgestichten werden
gesloten, en de leeraars die meenden te vol
staan aan het recht van onderwijzer, zoo
zij de noodige kennis en het vertrouwen der
ouders hadden, werden door de gewapende
macht over de grenzen gezet. Hij drong
leeraars op aan de ouders, schreef de me
thode, de boeken, de lezingen naar zijnen
zin voor, en merk het wel die boeken waren
allen in Holland gedrukt, en geschreven met
eenen geest die met onze Roomsch katho
lieke gevoelens niet strookte.
Van den a b c in 't lager onderwijs tot
de hoogere wetenschappen der hoogescho-
len, was alles gereglementeerd. Meester van
het leeken onderwijs greep hij ook op het
godsdienstig onderwijs in, elke geestelijke
moest zijn geleerdheid opdoen inéén kolle-
gie onder het geleide van gouvernements
professoren, van dewelke verscheidene «niet
katholieken waren. Zoo werd de kerk
meerdere jaren van de noodige dienaars be
roofd en de seminariën bleven zonder leer
lingen zonder overheid.
In 't verleden ligt het heden,
In het nu wat worden zal.
Komen eens de kopstukken van 't ver
plichtend officieel onderwijs met hun vrij
heidsschennend programma aan 't roer, dan
zal weer het volk met eenen heiligen iever
opspringen, die kopstukken breken, ons de
vrijheid weergeven, dat leerden ook de
jaren 1879-84.
Wij halen verder uit het boek aan
In een land waar de volkstaal grooten-
deels de fransche was (dit is zeer te be
twisten). kwam er een koning kortzichtig
genoeg om die taal te verbieden, die taal
zou geene nationale taal meer zijn, de
Belgen moesten ze afleeren. Het was aan
den Belg verboden zijn rechten te verdedi
gen in eene andere dan de Nederlandsche
taal. Geen enkele kon aan eene plaats ge
raken, zelfs daar waar het Fransch uitslui
tend gesproken werd, zonde-r het Neder-
landsch machtig te zijn.
Was dit grievend voor de Walen, 't en
was het niet voor ons, Vlamingen. Doch
hebben wij mêe gevochten om onze vrijheid
te veroveren en 't is gelukt.
Maar op het taalgebied schijnen wij onze
eigen ruiten uitgeworpen te hebben of is
het Vlaamsch dan ook niet jaren lang vcr-
stooten geweest, en is de Vlaming nu ten
tijde nog niet verstoken van e'k officieel
plaatsje, zelfs waar men uitsluitend 't
vlaamsch spreekt, zoo hij het Fransch
niet machtig is Dat is nog een harde noot
die wij Vlamingen te kraken hebben, dat
is nog een recht dat wij te veroveren heb
ben, en slapen zullen wij niet eer wij, niet
op 't papier maar met der daad, ons volk
en onze taal op den zelfden voet zien staan
met de Walen en hun taal.
Dat geve ons het katholiek bestuur, met
het wetsvoorstel Coremans te stemmen
De moeilijkheden tusschen Vrankrijk en
Duitschland zullen misschien kunnen veref
fend worden. Alleszins is de toestand min ge
spannen, en worden de zaken met meer
kalmte beschouwd.
Laat ons 't beste hopen en moge Vrankrijk
die nieuwe rampe ontgaan, want in de tegen
woordige omstandigheden ware een oorlog
met Duitschland voor de franschen eene
verplettering te gemoet gaan.
Dat het fransche volk daardoor niet wijzer
en wordt, of ten minste dat zijne bestierders
niet verstandiger handelen blijkt uit de tij
dingen die -wij deze weke te lezen kregen
over den verkoop van de meubels van 't oud
klooster derFranciscanente Robaais.die door
het fransch staatsbestier gestelen en nu open
baar verkocht werden.
De verkoop van die meubelen, die maan
dag en dinsdag plaats had, bracht ongeveer
6000 fr. op. Het orgel.de klok, de altaars en
de biechtstoelen brachten alleen 4000 fr, op.
De kerkversierselen werden door eene socia-
litische maatschappij afgekocht en zullen ge
bruikt worden tot versiering van het tooneel
der roode coöperatief! Woensdag morgen
hebben eenige opkoopers, op de koer van 't
«elf, ondereen nog koopdag gehou-
frankrijk 1
Al de tijdingen van het oorlogsveld getui
gen da-t de groote veldslag reeds aan den
gang is.
Zelfs is er reeds gemeld dat generaal Kou-
ropatkine gesneuveld is en dat een groot deel
van het Russisch leger omsingeld werd en
zich heeft moeten overgeven.
Nopens den vrede nog altijd geen zeker
nieuws. Men schijnt 't akkoord om te Was
hington bijeen te komen, maar niets zeker
en is tot nu toe beslist.
't Gaat daar van lang om slechter. In Polen
duurt de opstand altijd voort en gedurig heb
ben onlusten ten alle kante plaats.
Te Odessa is onder het scheepsvolk een
schrikkelijke opstand losgebroken en dezen
nacht stond geheel den haven in brand. Er
zijn meer dan 4000 dooden en de schade
wordt op millioenen roebels geschat, al is 't
dat nog heel moeilijk is om eene juiste schat
ting te maken.
Ziehier hoe die opstand begonnen is.
Een officier van het pantserschip Potemki-
ne had een matroos doodgeschoten,die tegen
het slecht eten aan boord protesteerde;gansch
de bemanning ging aan 't muiten en ver
moordde de officiers aan boord.
In de stad werd er gevochten, en gansch.
den dag heelt men in de verschillende wijken
vuurschoten gehoord. Het getal slachtoffers
is nog niet gekend, s'Avonds is op de Kathe
draalplaats eene bom ontploft; de man die ze
geworpen had en een policieagent werden
gedood.
Dinsdag avond was het pantserschip met
twee torpedobooten te Odessa aangekomen
en spoedig werd in de stad het gerucht ver
spreid, dat fjg bemannixrg de officiers ver
moord had, om den matroos Ometchonk te
wreeken, die door een officier was doodge
schoten. Aanstonds kwamen verscheidene
duizenden personen naar de haven gcloopen,
om het kijk van den matroos te zien, dat aan
den nieuwen havendam tentoongesteld was.
De matroozen lieten de overheden niet na
deren en bedreiguen hen zelfs. Op de borst
van den overledene was een schrift gehecht,
waarin de bemanning verklaarde dat Omet-
chonck gedood geweest was om de waarheid
gezegd te hebben, toen hij tegen het slecht
eten protesteerde. Er was bij het lijk eene
schaal geplaatst, en de menigte wierp er
geldstukken in voor de kosten der begra
fenis.
Er werd verteld dat toen Ometchonk over
het slecht eten kloeg aan een officier, deze
hem door een revolverschot gedood had.
Gansch de bemanning viel toen den kapitein
aan en wierp hem in zee met de andere
officieren, ter uitzondering van acht, die
zich bij de matrozen hadden aangesloten. Te
Odessa hadden de matrozen het lijk in eene
sloep aan wal gebracht en op den havendam
tentoongesteld, de overheden verwittigend
dat, indien men het wilde weghalen, zij
zouden schieten.
De roode vlag werd in het pantserschip
geheschen en de bemanning begaf zich aan
boord van al de schepen in de haven en deed
er het werk staken. Een grenswachter, in
burgerskleederen werd door de menigte
vermoord.
's Avonds schoot de Potemkine een hou
witser op de kaai, en vier kozakken werden
er door gedood en 17 gekwetst. Dit was het
teeken van eenen algemeenen opstand. De
muiters staken de haven in brand en weldra
stonden het meerendeel der schepen in vuur
en vlam.
De troepen werden ontboden, doch zij
hielden zich buiten het bereik der kanons
van den Potemkine. Er wordt gezegd dat ook
te Sebastopol de bemanning van vier pantser
schepen aan 't muiten is en dat zij op weg is
naar Odessa. Ten 10 ure 's avonds werden te
Odessa de stapelhuizen en verscueidene
scheepvaartbureelen door de opstandelingen
aangevallen en vernield.
Volgens de laatste berichten zouden er
Woensdag te Odessa 4000 personen gedood
of gekwest zijn. Er werden vier houwitsers
geschoten, waardoor een vijftigtal soldaten
gedood of gekwetst werden.
De uitslagen der wetgevende kiezingen is
tegen het ministerie.Slechts 48 ministeriëelen
werden gekozen tegen 52 antiministeriëelen.
Minister Kuyper heeft zijn ontslag ingediend.
Dat zou iedereen wel graag willen weien.
En aan recepten ontbreekt het niet, de mil-
lionnairs zeiven zijn wel zoo vriendelijk,
roerende,verzonnen verhalen te vertellen hoe
een speld of een slecht gedrukt courantje de