D 1 T
EN OMMELANDS
Op Zaterdag 3" Maart 1<K)6.
5 centimen 't blad.
41sle jaar. Talmerk 213
Voor Z. H. den Paus
Hulde van eerbied
en genegenheid
voor de Mission na rissen
van den Congo
ROND DE WERELD
Vrankrijk
Duiischland
Engeland
Spanje
China
TELEFOON 52
Te trekken bij den Uitgever, Th 36, in de Boterstraie, te Yper, en bij 's land boodschap we sen ofte post, tegen 3 frank ja-ars.
t Nieuwsblad van Yper verschijnt 's Vrijdags, en 's Zaterdags na
de markt, tegen 3 f. 's jaars; 3 f. en den vrachtloon buiten Belgenland.
Het blad en is niet min te trekken dan voor een geheel jaar en 't wordt
op voorhand betaald.
I lies moet vrachtvrij ingezonden worden naar de Boterstrate,
Th £d, te Yper.
Echt en recht, 't oud Volk indachtig;
Kinderlijk, niet kinderachtig;
Ypersch, Vlaamsch en, bovenal,
God getrouwe ik wezen zal
De bekendmakingen kosten 0,fr.l5 de réke binnen 't blad is't
0,f.30 van 's Rechters wegen f. 1overdruk, 5 fr. 't honderd, leder
boek, waarvan ons twee afdruksels zijn gezonden, wordt besproken."
De Keeren van de Agence Havas, Ie B. ussel, Tk 34, in de Zilver-
strate, en te Parijs, n°8, Place d& la Bourse, ontvangen bekendma
kingen voor 't Nieuwsblad van Yper, van al die buiten Oost-
Westvlaanderen wonen.
Overdracht der vorige lijst 1101.80
Naamloos 300
Zantvoorde bij Yper vraagt aan
Z. H. Pius X zijnen vaderlijken
zegen over herder en parochianen,
en bidt God om de goeden uitslag
der aanstaande algemeene kiezing
voor 't geluk, de rust en vrede in
t Vaderland 85.5o
Overdracht der vorige lijst 359.35
Voor de missionnarissen van
den Congo o.So
Als we deze weke ons gewoon wande
lingsken doen rond de wereld zullen we
beginnen met onze naaste gebuurs te be
zoeken, de franschmans, ze hebben ons we
somtijds den duivel aangedaan in vroegere
eeuwen, maar in 't jaar '3o staken ze toch
een handje toe, en hebben ons geholpen om
vrij en onafhankelijk te worden.
In Vrankrijk is er ten anderen altijd
nieuws, groot en veel nieuws, tot zelfs bij
onze deure, te Comen fransch.
Te Comen werden ook de kerkegoederen
opgeteekend en de brave christenen en lieten
dat juist niet heel gemakkelijk gebeuren.
Jamaar, 't gouvernemeat heeft de machten
ze gebruiken ze seffens wierden een vrouw
en een onderpastor vastgepakt en naar Rijsel
geleid en op staanden voet veroordeeld
gelukkig maar voorwaardelijk.
Als de heer Onderpastor Vrijdag terug
keerde gingen wel 5ooo menschen tegen naar
de statie, en 't was een oprechte zegetocht
tot aan het huis van den weerden priester
En bloemtuilen 1 Niet min dan i5 bloem
garven werden hem als hulde aangeboden
Het fransch landbestier en is zelfs niet
tevreden met priesters aan te houden,kinders
zelfs en generaals zoowel als officieren
worden vervolgd en veroordeeld.
Te Lorient wilden ze ook het kerkegoed
aanteekenen, en 't volk, daar lijk elders,
protesteerde en riep. Al voren, op de eerste
reken stond een jonkvrouw van 17 jaar,
Baronnes de Colmar, en als het volk riep
leve de vrijheid riep zij luider nog dan de
anderen leve de vrijheid 't Volk hernam
Weg met de inbrekers 1 en nog als een
Mengelwerk van 't Nieuwsblad van YperN* 1
De laatste jaren van de verledene eeuwe
waren schrikkelijke tijden voor Belgenland.
De Keizer van Oostenrijk, Joseph II, met
al zijne nieuwe gebruiken en zijne pogingen
om den godsdienst der Belgen te veran
deren tad den baat van onze voorvaders
op hemgetrokken. Zij en wilden niet, zij,
dat er iemand, ot ware 'teen keizer, hun
kwam zeggen dat zij hunnen God op die of
zulke wijze moesten dienen, noch dat de
priesters van de Kerke, waaraan zij
verkleefd waren, onder den dwaug en het
goeddunken van de wereldsche overheid
moesten staan daarin gehoorzaamden zij
aan de wettige dienaars der Kerk alleen; en
om het te bewijzen, grepen zij de wapeus op
tegen hunne verdrukkers, trokken te velde
en vochten moediglijk tegen eenen machti
gen vijand. Hadde men hunne christelijke
gevoelens niet gekwetst, mogelijks hadden
zij al het overige verdregen maar dat en
wilden zij niet lijden zij stonden op om hun
recht te doen gelden de vreedzaamste
burgers wierden soldaat, en, onder de name
van l'atrioten, streden zij tegen hunnen
verdrukker. Oorlog sleept altijd ongeluk
ken meê de regeltucht moet lijden, de
schelms moeten geduld worden en meest
altijd vrij schieten, om dat er niemand tijd
en heeft om ze op te zoeken en te straffen
Ook ziet men, in diergelijke omstandig
heden, al dat niet en deugt in beweging
komen gasten zonder beroep noch bedrijf,
die niets te verliezen hebben, maar alles te
winnen die God niet en vreezen en die
binst den vrede stille gezetten hebben, om
dat zij van de meuscuen benauwd waren,
rijzen uit en leven ten koste van de weer-
looze burgers, die alsdan aan eene dubbele
kwale blootgesteld zijn, die vau den oorlog
en die van zijne gevolgen.
De vreeze van die plagen en weerhield
onze voorouders niet, ten tijde van de
krachtiger weergalm klonk het Weg met
de inbrekers
De occasie was te schoon seffens wierd
de jonkvrouw vastgegrepen tusschen vier
gendarmen, naar de rechtbank geleid en op
staanden voet - in Vrankrijk zetelen de
rechtbanken altijd, als er sprake is katholie
ken te veroordeelen, op staanden voet
werd jonkvrouw de Colmar veroordeeld tot
zes dagen gevang enonmiddellijk opgesloten
Haar broertje, 12 jaar oud, vroeg om te
mogen zijne zuster zien niet te doene
t Werd hem geweigerd I De ouders zelve die
in Parijs waren, en werden alleens niet
verwittigd.
Mevrouw de Colmar, als ze "t geware
werd, ging naar M. Fallières om de loslating
te vragen, maar die mannen, die zoo haastig
zijn om den eenen of den anderen Dreyfus
kwijtschelding te geven,en hadden geen herte
en spijts de tranen der troostelooze moeder
bleef de dochter in *t gevang.
Te Parijs krijgt een grijze generaal, die zijn
leven ten beste gaf voor zijn vaderland,
generaal Recamier, zes maanden gevang
omdat hij de kerkegoederen door de Combes
mannen niet wil laten opteekenen.
Te Saint Servan worden de officieren
gedwongen aan hunne soldaten te bevelen
dat zij de kerken moeten openbreken. De
commandant en twee officieren weigerden
zij worden afgezet en voor den krijgsraad
verzonden
Officieren en onderofficieren die het lof
hadden bijgewoond worden gestraft met 3i
dagen arrest, als ze achterna, ten gevolge
van den eenen of den anderen mouchard of
overdrager niet en worden afgesteld.
Is het dan te verwonderen dat alwie nog
een weinig eergevoel bezit, opentlijk getuigt
dat men te verre gaat, dat zelfs de opper-
minister Rouvier gevraagd heeft om te
mogen onderhandelen met den Paus Pius X,
maar dat zijne andere ministers uit haat of
uit schaamte niet en hebben willen toestem
men 1
En dat alles gebeurt op den oogenblik dat
Vrankrijk meer dan ooit den steun en het
gezag van het leger noodig heeft om zich in
de Conferentie van Algesiras te kunnen doen
gelden.
Van langs om erger
Te Champels, een dorpje diep in Vrank
rijk, 'n wilden de menschen volstrekt niet
dat het kerkegoed werd opgeteekend. Daar
staat op eene hoogte eene kapelle, die uren
en uren wijdvermaard is als bedevaard
plaatse. Mannen en vrouwen waren vast
besloten die kapelle te verdedigen tegen
de inbrekersbende. Alles zou rustig afge
loopen zijn, ware 't niet dat de ontvanger
eene vrouwe omverre stook. De boeren
wierden kwaad en gewapend met vorken
gelijk in den Boerenkrijg, gaven zij den
ontvanger een ferme trommeling. Daarop
hebben de gendarmen geschoten eerst in
de lucht dan in den hoop. Vrouwen en
kinderen werden in den grond gestampt
Er zijn 15 gekwetsten, waaronder twee
doodelijk.
Te Dunières, niet verre vandaar sffiegei
Ie gendarmen in den hoop zonder verwit
tigiug.
Te Mazanet waren er 800 soldaten noodig
om aan de kerk te kunnen geraken.
Te Lamoville ging het even slecht
vrouwen en kinderen werden onder de
peerden gesmeten en vertrappeld, en 't voik
dat de kinders verlossen wilde, werd op
sabel- en kolfslagen onthaald.
Talrijke personen werden aangehouden
en half gekleed,gekwetst en bevuild zouder
eten in t gevang geworpen.
Op sommige plaatsen werden gevangenen
de vrijheid beloofd als ze de kerke wilden
openbreken, daar niemand anders zulk
wraakroepend werk verrichten wilde.
Te Nancy bestaat er eene kapelle, die de
begraafplaatsen behelst der hertogeu van
Lorreynen. De Keizer van Oostenrijk heeft,
door tusschenkomst van den gezant Graaf
Khevenhüller doen verbieden den inventaris
der kerkegoederen te maken, daar alles
zijn eigendom is, en hij jaarlijks 2000 fr.
betaalt voor den eeredienst in deze kapelle.
Te Robaais was 't gisteren Donderdag de
opteekeniug der kerkegoederen. De betoogiug
der katholieken heeft belet den inventaris te
maken.
Elders in Frankrijk meldt men ten allen
kante opstand, gevecht, 't is een ware burger
oorlog
En zeggen dat onze geuzen van allen aard
verlangen om trier ookalzoo te mogen te werke
gaan 1 Gelukkig dat de kiezers met Mei zullen
gelegenheid geven om zulke schurkerijen in
ons land te beletten.
Dt tweede zoon vaa den Keizer is
getrouwd met de hertogin van Oiden
burg.
Prachtige feesten hebben fe B rlijn
plaats gehad ter gelegenheid der ont
vangst van He verloofde van 's Keizers
zoon. 't Was tezelver tijde de zilveren
bruiloft van den Keizer.
Van 2 uren vóór de aankomst vau
den stoet stonden de -choolkinderen,
de oud-soldaten, de leden van alle sis
van gilden en ambachten in midden-
eeuwsche bleeding, op eene lengte van
omtrent vijf kilometers te wachten.
is prachtkleedij stapt de hertogin
u het beroemd verguld rytuig van
Frederik den Groole.
Laraeh8
S?^rëhm.
**7 er
tSMaraAescè
Mojador
Keizerlijken hunne godsdienstvrijheid
alleene hadden zij in 't gedacht en in de
oogen, en niemand en peisde op gevaren
of op ongelukken. Ten anderen, wat was
dat in vergelijking van hetgene stillekes
opkwam al den kant van Vrankrijk
Binst dat het hier brandde in Belgenland
veusde het in Vrankrijk, en 't was klaar.dat
onze landgenoten gingen meêdeelen in de
rampen van hunne zuidersche gebuurs
Ssdert jaren al zag men het schrikkelijkste
ongeweerte, dat ooit eenen volksstam ver
roerd, geplooid of verbrijzeld heeft,broeden
in die streke en toen hier alles tot ruste
wederkwam, borst het aldaar zoodanig uit
dat de grond daverde tot in ons landeken
toe.
De fransche rustestoorders bedreven, wel
tien jaar lang, de schandelijkste gruwelen
en de leelijkste euveldaden waarvan er in
geschiedenis van een volk gespróken wordt:
overheid en wetten, Kerk en Godsdienst,
alles trachten zij omverre te werpen, om
alleen meester te blijven en de wereld te
bestieren naar hunne beliefte. Onder den
name van vrijheid bevochten zij of schaften
zij af al dat vrijheid was en moeste blijven;
men was zelfs niet meer vrij van uit edel
bloed te zijn gesproten, van anders te
peizen dan zij, van in God en in zijn gebod
te gelooven ja zeiis niet van eenen naam te
dragen naar beliefte en afkom ste. De vrij
heid door hun verstaan, gelijk hedendaags
nog door hunne bewondeiaars, bestond in
te buigen onder het jok van eenige wange
drochten, die van uit Parijs de wet aau
Europa voorschreven, na hunne handen
bezoedeld te hebben met het onnoozel bloed
van hunnen wettigen Xoniug, na uit den
weg geruimd eu naar het scbavot geleid te
hebben al wie zijne vrijheid dorst uitoefenen,
of anders als zij peizen en te werke te gaan.
Om die vrijheid uit te breiden en te
toogen dat zij 't meenden, liepen er geheele
benden van plunderaars rond, verkozen al
dat er slechts was uit het slecnt volk, om
den edeldom te vernederen ea te bestelen,
om de kerken te bestormen en te onteeren,
om de kloosters te plunderen en te doen
ruimen, om de priesters uit hunne huizen
en uit de wereld te jagen. Die bendeu met
den inval der Franschen, geraakten in ons
vaderland elk vluchtte bij hun aankomen,
elk trachtte het kostelijkste dat hij bezat in
veiligheid te steken, want de schelms en
waren maar uit op al dat een ander vrijelijk
had moeten in bezit houden. Onze vaders
kunnen spreken van hetgene alsdan gebeur
de wij gelooven ze omdat zij het vertellen
en met eigene oogen gezien en met eigene
pijnen uitgestaan hebben maar zekerlijk,
ua verloop van eenige jaren, als de oude
getuigen daarvan zullen weg zijn, zal men
t in twijfel trekken, al dat er binst die
omwenteling in Vlaanderen gepleegd wierd
en ongelukkiglijk nog niet geschreven en
is. De nieuwe opkomers zullen dat mis
schien als vertelling aanzien, en niet willen
bekennen dat de geest van 't kwaad, als hij
voor goed aan 't werk valt, over alles t ap
pelen kan, en baden in het bloed, ja bij
voorkeur in konings- en priesterbloed. Het
blijft waar nochtans, en, tot bewijs van
dien zal aan de kerkeplunderaars van de
achttiende eeuw, de name bijblijven van
Brigandsgelijk eertijds de name van
Geulen aan huns gelijken gegeven wierd eu
bijgebleven is, ten eeuwigen kenteekene.
Natuurlijk moest de inval der fransche
omwentelaars kwaad doen aan de samen
leving en aan 't Staatsbestier. Hoe kon de
regeltucht onderhouden worden eu samen-
staan met de regeering van lieden die
bestreden al wat den name van gezag en
overheid droeg? Hoe konden de misdadigers,
de grootste zelve, achtervolgd en weerhou
den zijn door mannen die voor geen misda
den en weken en zelve het voorbeeld gaven,
ja zelfs, misschien wenschten navolgers te
hebben Geen wonder dan of liep liet in
Belgenland al lichte vol haanstroopers, die
zoo veel te stouter waren, omdat zij niets
meer te vreezen en hadden. Wilden de
burgers tegen hunne aanvallen opstaan ot
weerwrake nemen, zij moesten hun zeiven
recht doen, met velen te zamen spannen en
de schelms gaan opzoeken en straffen. Dat
was goed voor eenen keer, men verstaat het
wel: meest altijd bleven de roovers ongehin
derd hunne daden bedrijven, zij wierden
stouter en stouter, en ten langen laatsten,
Acht sierlijk opgetooide peirden
trekken het heerlijk rijtuig, en koet
siers en knechten zijn in rood laken
niet vergulde versiersels.
Tusschen duizenden nieuwsgierigen
rijdt de stoet tot aan de Parijzer-
laats, waar de le burgemeester, om
ringd van den stadsraad, zijne wel
komrede uitspreekt.48scho!en werden
gelost ter eere der hertogin wanneer
zij onder de'zegepoort doorrijdt en
vaudaaj- strooien 50 iri 't witgekleede
meisjes rozen op den weg tot aan het
keizerlijk paleis. De hertogin glanst
van gein'-, maar 't en is ook. niette
verwonderen
Als het prachtrijtuig stil houdt,
komt de Keizer zelf zijne aanstaande
schooudochter helpen uitstappen eu
de eere wacht, onder 't bevel van Prins
Eitel Frederik, biedt de wapens.
In eene der prach(zalen van 't Paleis
is de hertogin tusschen den Keizer en
•ie Keizerin eu de hooge staatsambte
naars komen haar eere en hulde
bieden.
Vervolgens wordt het hu v-contrakf
ge eekend eu dan eënigeoogenhlikkeu
ruste voo?' het feestmaal in het paleis.
m zekere streken, eeu ontzaguelijker piuge
dan oorlog eu regeeringlooffieid zelve.
't Is hetgene gebeurde in een deel van
Vlaanderen. Gasten, door vreemden bedor
ven en stout gemaakt, die geloove eu zedeu
verloren hadden, ea die te leêg waren om te
werken, spanden te zameu om met rooverij
en gestolen goed te leven. In 't eerste was
't in t kleine en met voorzichtigheid, uit
vreeze voor de ontdekking en de straffe
maar gevoelende dat hunne pogingen
gelukten en dat niemand hun wettiglijk
tegen en hield, zoo verstoutten zij uit der
maten, en gingen zoo verre in boosaardig
heid dat hun zelve een afschrik wierd. Van
dieverij kwamen zij op baanstrooperij, en
van daar op moord alle menschelijke
gevoelen was uit hun herte, hetgene de
later veroordeelden, door hunne houding
op de rechtbank, klaar hebben getoogd en
't en moet niemand verwonderen indien er
wreedheden ten hunnen laste worden
gelegd, die nu onmogelijk schijnen. Met der
tijd veranderen aard en menschen.
De vermaardste der roovershenden, in
Vlaanderen gekend, is degene waarvan
Bakelandt kapitein was.
Bodewijk Bakelandt wierd geboren te
Bendelede, bij Kortrijk, in West-Vlaan
deren.
Zijn huis stond op de zuidwestkant van
den Beyaertbuschlangs de dreve van de
hofstee het Aerdgoed, dichte bij Sente-
Kathrine Gapelle. JHet huis waar Bakelandt
in geboren wierd is sedert lang afgebroken,
maar men zou er tot nu toe overblijfsels van
kuunen vinden. Van lij den Beyaertbusch
zijn de ouders van Bakelandt,in 'tjaar 1778,
gaan wonen naar Iseghem, langs de Bey-
aertstrate, in een huizeken noord-oost van
le hofsteê der weduwe P. Stragier-Van de
Vyvere. Bater zijn zij wedergekeerd naar
Bendelede op het gehuchte de Siinkeputten.
Zeer jong nog had Bakelandt als koei-
wachter gediend in eene hofstede aldaar,
bewoond door zekeren Boer Verraes. Het
was een jongen van slecht gedrag en gelijk
men in Vlaanderen zegt, die nooit gedeugd
enhad hij bestooi zijnen meester al waar
hij kon en was daarbij zoo slim, dat hij
eenigen tijd lang wist 't te duiken.
De andere plechtigheden hadden
p'aalse den Dinsdag.
't Schijnt dat de toestand tusschen
Engeland en Duitscbland min gespan
nen is en dat de twee vorsten taaikaar
zullen ontmoeten tijdens de reize die
de duitsche Keizer beschikt te doen
binnen eenige weken.
M. Baifonr, de gewezen oppemi-
minisler.die in de laatste kieziug eene
huize gekregen had, is nu gestemd
te Londeu, in vervanging van een
anderen Unionist, die zijn ontslag had
gegeven ten voordeele van M. Balfour.
Binst dat het voik aan hei bereiden
is der feesten ter eere van zijnen Ko
ning die in Juni gaat trouwen met
Prinses Ena van Battenberg, is er nog
eene andere feeste te wege, namelijk
ter eere vaa eene vrouw die 11 u in
't gasthuis is te Madrid, en die bij
eenige dagen 425 jaar oud is.
Er wordt uit Sanghaï gemeld dat er
zes missionnarissen zouden vermoord
z jn tijdens een opstand der Ghineezen.
Op zekeren keer zond de vrouwe van de
hofsteê, boerinne Verraes, haren koeiwach-
ter, met geld in hand naar de plaatse, in de
bakkerij mastellen balen, om pap temaken
voor het kleen kind, Bakelandt haalde de
mastellen, maar hij hield het geld, en wan
neer vrouwe Verraes naderhand geld
gevraagd wierd van de bakkeriune, kwam
Bakelandt zijne eerste diefte uit.
Hij wierd weggezonden.
Bater stool hij twee hemden, die ievers
op den bleek lagen, en, als hij eens bezig
was met uit leute eenen gerskant in brande
te steken, zoo wierd hij betrapt van zaliger
Pastor Nolf, van Bendelede,die den jongen
deugniet berispte en die hem, van toen af,
zijn ongelukkig einde voorzei.
Bakelandt vluchtte naar Vrankrijk.
Wat Bakelandt in Vrankrijk verrichtte en
is niet gekend hij leerde er fransch spra
ken, dat weten wij, eu hij kreeg er die
manieren met welke hij alle menschen kon
bedriegen en namaken, en nu arm, dan
rijke, onbeschoft of beleefd zich toogen,
navolgens dat het noodig was, om tot zijn
doel te geraken. Met het begin der fransche
omwentelinge stak hij wederom over naar
zijn vaderland, eu giug er seffens het
schandelijk leven aan, dat hem zoo ver
maard gemaakt en op het scüavot doen
klimmen heeft. Zijne eerste zorge was volk
zoeken om met hem te doen. Hij vond er
wegens de reeds gekende ongelukkige tijds
omstandigheden. Het meeste deel waren
van Staden, Gits, Ichteghem en Thorhout
later ook kwamen er bij van Bedeghem!
Rousselaere. Pitthem en omstreken en!
omdat zij 't noch niet en betrouwden, in de
wijde wereld, en omdat de ligeing hun voor-
deelig scheen, zochten zij eene schuilplaats
in het Vrijbusch, om, van daar lijk uit
eenen kuil, de naburige dorpen te bestor
men en te plunderen. Niet allen nochtans
en verbleven daar eenigen woonden te
lande en vrochten zelfs lijk te voren, om de
oogen der menschen te verblinden, en om
over te kunuen dragen naarhunne makkers,
uit het busch wat er ommeging in 't omlig
gende.
(ft Vervolgt
i r ii'
UWSBLAD VAN YPER
mmm
door E. H. V. HUYS
VERBODEN NADRUK
es/rdJ