9 SpreekM 52 Op Zaterdag 21 Oogst 1909 5 centiemen 't blad 44® jaar. Talmerk 3170 Te trekken bij den Uitgever, 7k 36, in de Boterstrate, te Yper, en bij 's landsboodschapwezen ofte post, tegen 8 frank 's jaars m 3 S Albrecht Hodeijbach 99*®®©.©.®» Slad Ypi"" Gemeenteraad ©©SI*®.®»:©» STADSNIEUWS In het Baanhof t"5UT 't NIEUWSBLAD VAN YPER verschijnt 's Vrijdags, en 's Zaterdags na de markt, tegen 3 fr. 's jaars; 3 fr. en den vrachtloon buiten Belgenland. Het blad is niet min te trekken dan voor een geheel jaar en 't wordt op voorhand betaald. Alles moet vrachtvrij ingezonden worden naar de BOTER STRATE, Tk 36, te Yper. Echt en recht, 't oud Volk indachtig Kinderlijk, niet kinderachtig Ypersch, Vlaamsch en, bovenal, God getrouwe ik wezen zal De bekendmakingen kosten o fr. 15 de reke binnen *t blad is 't o fr. 3o van 's Rechters wegen fr. i overdruk 5 fr. 't honderd. Ieder boek, waarvan ons twee afdruksels zijn gezonden, wordt besproken. De Heeren van de AGENCE HAVAS, te Brussel, Tk, 34, in <|e Zilverstrate, en te Parijs, Tk 8, PLACE DE LA BOURSE, ontvangen bekendmakingen voor 't NIEUWSBLAD VAN YPER, van al die buiten Oost-& West Vlaanderen wonen. Deze week is er geen bijvoegsel Rousselare viert hooggetij Gansch Vlaanderen, ja't gansche Nederland jubelt j om de verheerlijking van den liefsten en j den grootsten zijner zonen. Velen onzer i lezers hebben den naam Albrecht Roden- bach hooren uitspreken gedurende deze j laatste dagen, hebben hem hooren ïoemen, i of wie weet wellicht onder schok- schouderen kleineeren... Woinigen echter weten wie Rodenbach was, en noch min wat hij gedaan heeft om de grootste hulde van den ganschen Vlaamscben stam op heden te verdienen Het Nieuwsblad mag in het mese culpa van zoovele onzer l'ransch-belgische dagbladen niet deelen. Albrecht Rodenbach werd geboren te Rousselare ia 1856 en stiorf er, student aan de Leuvensche Katholieke hoogeschool zijn de, op 23 Juni 1880. Rousselare huldigt in hem zijn roemrijk kind, en Vlaanderen zijn grootea dichter en den heldhaftigen voor vechter van zijn huidig herworden. Aan dit laatste willen wij tot nut aller lezers eenige regelen wijden. Rodenbach was een groot dichter. De tijden zijn voorbij dat men zijn gewrochten enkelijk als een vrucht van een oploopenden jongelingsgeestdrift aanschouwde. Onze hoogbefaamdsle critici zijn het thans eens om in Rodenbach een der grootste dichters van Europa te begroeten. Zijn meesterstuk, het drama Gudrun getuigt immers van eeu geniale kracht die met verstommiug slaat, vooral als men nadenkt op wat jeug digen ouderdom het uit de pen gevloeid is. Die bij ons gezegde glimlacht, geeft enkel zijne onkunde te kennen, en wij wijzen hem op de prachtige 75 bladzijden lange studie over Rodenbach verschenen te Dendermonde in het bureel van Jong Dietschland Andere mindere stukken als Geschiedenisse Sneyssens Fier heid», «De Coninck verlost», enz. enz leggen eveneens de getuigenis af van 't geen de wondere vinder geweest zou zijn. Met recht en reden derhalve verdient Rodenbach als dichter een gedenkteeken hem en der kunst weerdig. Edoch 1 veel hooger stijgt nog onze bewondering, mach tiger dreunt nog onze hulde- en liefdezang rond de beeltenis van den roemrijken jonge- ling 1 In Albrecht immers begroet het Vlaamsche land vooruit en vooral den voor vechter, den onversaagden en schranderen baanbreker van zijn hoopvol Herworden 1 j De Vlaamsche Beweging, zoo krachtiglijk in het licht geroep ju en zoo lang manhaftig j lijk volgehouden, werd in hare grondvesten j bedreigd door eene politieke scheuring, j Verdeeling der krachten brengt verzwak- king aan, voorspelt nederlaag en onder- j gang Hoe jammer... haar dood zou Vlaanderens dood zijn en de triomf vsn franschen geest en geuzendom! God waakte echter over Vlaanderen... Hij zond ons redding... Hij gaf ons Rodenbach... Onder het bestuur van wijze meesters was hij opgegroeid en jongeling geworden. Van zijn roeping bewust, had hij zijn vlaamsche volk leeren kennen. Hij kende het, hij droeg het in zijn hert, hij wist wat het geweest was, wat het hedendaags was, en wat het worden moest... Beter dan iemand ook, met zijn alomvat- tenden blik schouwde hij ia de diepten van 't verleden. Hij zag hoe zijn Vlaanderen voorheen machtig en rijk was, hoe het de kroon spande onder de volkeren door zijn karakter, zijne zeden en zijn godsdienstzin, en dat alles, omdat het dóór- en dóór vlaamsch was. Hij zag hoe zijn Vlaanderen hedendaags vervallen en verzonken lag, hoe zeer het ontworden was van zijn vroegere vroomheid en kiacht, van zijn zedea en godsdienstzin, 1 oe diejier en dieper alle dagen de klooi' werd tusschen rijk en gerin ger volk, door de onkunde der volkstaal bij de eersten... Hij zag hoe de Vlamingen, de meerderheid van 't land nog immer j verdrukt lagen onder de ve^ioernde, lood- j zware doornenkroon der >erfrauscbing, f verdrukt in het onderwijs, vertruj£(; jn liet leger, verdrukt in het openbair bestuur, in 's lands kamer, in stadhuis ea recht bank, onder minachting en spotte,Qjy on der geweld en rechtverkrachting u, \yaai met zijne taal kon minister wordy,, <j9 Vlaming kon niets, niets worden^gt Vlaamsch was Aschepoetster, die oA(jer den bezem st^au moest, desnoods de u,ur moest uitgegooid worden... Hij zag wat zijn Vlaanderen wordex moestdat het op enkele stappen van den afgrond lag, dat er redding, spoedige red ding" van noode was om bij tijds nog het kwijnende vaderoord aan den begonnen doodstrijd te ontrukken Daarom werd hij strijderBlauwvoetHij was Vlaming, doch daarom werd hij Vlaamschge\inde Vlaming, nam hij de wapens op tot het herworden van zijn Vlaanderen/tot den strijd dien hij met hert en ziel tot den laatsteu oogenldik zijns levens volgehouden heeit. Wonderwel begreep hij de leus De toekomst hoort der jeugd 1 Vlaanderens redding lag in 't ontwaken der jeugdige knapenherten, vatbaar voor alles wat edel is en groot 1 Vlaanderens herworden lag in de handen der honderden joelende knapen, der wordende mannen voor latere tijden 1 Da* wist Albrecht... en eene dichtersgava van God ontvangen hebbende, zond hij die manhaftige, die krachtige, die gespierde zangen tot zijn leerende broeders uit gansch de dietsehsprekende gouw... Vol begeeste ring zong hij huu van 't glansrijk verleden en wees hij hun in 't verschiet de morgenster der hoop diejvoor Vlaanderen dagend en de komst der zegezonne meldend was!... Met open oor en hert luisterden Vlaanderens kuapeu naar al 't heimnisvolle van die j krachtige klanken I Met gespannen aan- dacht en blikken staarden zij trillende de wondere beelden na die de 20-jarige jonge- 1 ling vóór hunne oogeu too veren liet I Overal inde collegen begon het te roeren... De I stoot was gegeven... De gedroomde studen j tenbeweging, d3 Vlaamsche Burschen- I schafthad aanvang genomen, was werke- i lijkbeid geworden 1 Rodenbach had zijn eerste doel bereikt 1 De jongere scharen rond zich gelegerd zi< nde, het stond hem neg ze te besturen en te leiden Overal stichtte hij gilden en bonden en bezielde ze met zijn alles door stralend leven. Na korten tijd was Roden bach in Vlaanderen een licht geworden, een vuur, een macht, eene hoop, eene toekomst U (Hugo Verriest). O reuzentaak 1 O reuzenknaap 1 Albrecht Rodenbach bezweek onder het werk. Geknakt en uitreput, vol grootsche plannen voor de toekomst, stierf hij aan eene borstkwaal te Rousse'are, gesterkt en getroost door het Brood der sterken en onder de bescherming van zijne hemelsche Moeder, wier getijden hij in zijn Maria- kransken op zijn sterfbed in gemoedelijke verzen vertolkt had... Al wat Vlaamsch was in 't land weende en treurde om het vroeg tijdig eu jammervol afsterven... Zóóveel hoop daalde met hem ten grave I... Dertig jaar omtrent zijn voorbij. De studentenbeweging, die hij geschapen heeft, won immer veld. Drukkenden last heeft zij doorstaan, hoon en smaad geleden, niets echter heeft haar kunnen dwingen af te wijken van den weg door Rodenbach ge baand. Duizenden hebben Rodenbach ge volgd, duizenden zyn mannen geworden, mannen vier katholiek-zijn onafscheidbaar met hun vlaamschgezind-zijn vergroeid is. Uit Rodenbach's studentenbeweging is de mannenbeweging gesprotenbeiden zijn een stroom geworden die zijn eigen bedding moet en zal volgeu... Immer wast hij aan tot hij gansch den Vlaamscben bodem met zijn vruchtbare wateren zal laven en verle vendigen... Vlamingen, gaat vol geestdrift naar Rous selare gaat en geeft getuigenis van uw liefde voor den strijd voor eigen Vlaamsche taal en zeden, door Rodenbach zoo koen gestreden. Gaat en toont door zang en woord dat gij de eereplaats eischt in onder wijs, in leger, in hoogere standen, op de rechtbank, in stadsbestuur, overal en in alles 1 Zóó zult gfj elk uw steentje bijdragen tot de eerekroon die de slapen zal omkran sen van den roemvollen Albrecht RODENBACH 1 Vlaminck Zitting van den 14 Oogst 1909 De raad komt ten 5 en halt bijeen in plaats van ten vijven. Aanwezig de heeren Colaert, burgemees ter-voorzitter; Fraeijs en Vanden Boogaerde, schepenen; Fiers, Vanderghote, D'Huvettere, Bouquet, Sobry, Begerem, Boone en Bie- buyck, raadsleden. De heeren Struye, Iweins d'Eeckhoutte en Lemahieu waren belet de zitting bij te wonen. 't Verslag der voorgaande zitting heeft geen opmerkingen uitgelokt en is'dus aan genomen. De rekening van stad voor 1908 wordt op het bureel neergelegd. De raad zal ze in de afdeeiingen onderzoeken en later bespreken. Ste Godt lieve Het onderhoud in dat gesticht wordt op fr. 2,19 per dag beraamd voor het jaar 1910. Zuid-west torentje der Halte De heer Begerem heeft naar den Schepen- raad eenen brief gezonden om te vragen als de raad niet en zou geschikt vinden ook dit torentje nu te laten herstellen door den aan nemer die het ander gebouwd heeft, ten einde gelijk werk en bouwmateriaal.alsmede zelfde uitzicht te geven met den tijd. De kwestie zal op het einde der zitting besproken worden, daar de heer Burgemees ter nog inlichtingen begeert van den stads bouwmeester, die men zenden halen heeft. Autos en ander gerij De Schepenraad stelt voor de snelheid der autos eu ander gerij binnen stad te bepalen op 3 km. per uur aan de draaien van straten en 10 km. anders. Buiten stad blijfthet alge meen reglement van 3o km. per uur in voege. M. de Burgemeester en M. Fraeijs hebben beiden bestatigd dat twee autos in tegen overgestelde richting aan den hoek der Maloulaan reden met een snelheid van ten minste 25 km. per uur. Weinig scheelde het of ze reden op elkaar. M. D'Huvettere Alle gerij doet ten minste 6 km. per uur op stap. Er zijn vele voetgangers die zoovele doen per ure. Men mag toch niet eischen dat men trager rijde dan de voetgangers gaan. Alle verordening moet ten minste redelijk zijn. Nu reeds vervolgt men wielrijders, die 's avonds nevens hun rijwiel gaan zonder licht, wat zal het dan zijn als we een over dreven reglement stemmen De autos en rijwielen zullen door Yper niet meer rijden, gelijk het gebeurd is te Veurne. M. Boone. Een peerd in draf doet ten minste 10 km. per ure. Zoo zal men ieder een moeten vervolgen. Ik zou toelaten dat men in stad rijde met eene snelheid van 10 km. per uur. M. Biebuyck.Dan is het niet noodig een nieuw reglement te maken. Die snelheid zou moeten verminderd worden in den draai eener straat en op zekere gevaarlijke plaatsen. Elders ware 't overdreven. M. Begrem.— De voetgangers tellen zeker ook nog M. Biebuyck. 10 km. per ure is toch niet overdreven 1 M. Begerem.12-14-15 km. zullen maar voor 10 gerekend worden. Wie zal dat juist bepalen, 't Ware beter te zeggen eene snel heid beneden 10 km. per ure. M. de Voorzitter. 't Heeft altijd mijn gedacht geweest dat men moet redelijk zijn in het bepalen der snelheid binnen stad. Mijn doel is bet oordeel te kennen der raadshee- ren moet er een nieuwe verordening ge maakt worden Kan men de oude bepalin gen behouden, tenzij misschien voor eenige gevaarlijke plaatsen Het zal moeilijk met zekerheid te zeggen zijn als men tusschen 5 of 10 km. per ure aflegt. Ten anderen, hier te Yper zijn er geene ongevallen van rijwie len of autos te betreuren, 't Is belachelijk iemand te doen veroordeelen omdat hij zijn rijwiel zonder licht bij de hand leidt. Vroeger reden vele wieiers zonder licht, dan was het noodig maatregels te nemen,maar nu gebeurt dit nog heel zelden. Laat ons dus het be staande reglement behouden, maar enkel bepalen dat op zekere gevaarlijke plaatsen er geen grootere snelheid mag zijn dan 5 km. per ure M. Van den Boogaerde, ondersteund door M. Sobry, stelt voor dat de aangenomen snelheid in stad 10 km. per ure blijft, maar dat men aan den draai der straten moet ver tragen. M. de Voorzitter stelt voor aan den draai en het dweerschen der straten. M. Sobry is er tegen, 't En ware niet meer mogelijk, want alle stappe komen andere straten in. Het voorstel Van den Boogaerde-Sobry, wordt eenparig aangenomen min de stem van M. Begerem, die tegen stemt. M. de Voorzitter begeert nog dat er zou bepaald worden dat de voorlanden voor de voetgangers alleen zijn. Sommige wielrijders rijden ook op de voorlanden. M. D'Huvettere. Ja, tenzij als er geen middel is van de strate gebruik te maken., gelijk in de Cartonstraat. M. de Voorzitter. Dat zal algauw ver anderen. 't Zou nog moeten verstaan zijn dat de Burgemeester de toegang tot zekere plaatsen mag verbieden tijdens feesten. Dit voorstel wordt ook aangenomen. M. Fraeijs heeft nog bestitigd dat motos i5-20 km. per uur reden in stad en nog een rijwiel voorttrokken per koord van verschei dene meters lang. Dit is uiterst gevaarlijk. M. de Voorzitter denkt dat men dat niet verbieden kan daar elke machien haar eigen geleider had. M. Begeremdenkt dat heel het regle ment onwettig is. M. de Voorzitter beweert het tegen deel. M. Vanderghote. Hoe zullen de auto rijders dit reglement kennen M. de Voorzitter. Niemand is onwe- wetend van de wetten des lands 1... Maar we mogen niet te lastig zijn, anders wierd onze stad verlaten gelijk het gebeurd is met Veurne. M. D Huvettere. De policie zou vooral dienen te waken dat de rijders rechts rijden. Het voorval waarvan MM. Colaert en Fraeijs hebben gesproken kon niet gebeuren, als beide autoleiders rechts reden. M. de Voorzitter, -r- We zullen het regle ment laten uitplakken en meteen nogmaals herinneren aan het volk dat men 's namid dags niet in rijwiel mag rijden op de vestin gen. Het voorgestelde reglement toepasselijk op alle rijtuigen, wordt eenparig aangenomen, min de onthouding van M. Begerem. De kerkbegrootingen van 1910 van Sint Maartens en Sint Jacobs worden eenparig goedgekeurd min de onthoudingen der kerkheeren. Binst de tijdelijke afwezigheid van den heer Voorzitter herinnert M. D'Huvettere dat er vroegertijds spraak is geweest de zui- veringsfabrieken van Haren-bij-Brussel te gaan bezoeken. Hij begeert dat er tijdens de begrooting van 1910 maatregels zouden voorgesteld worden ter zuivering der waters van het Ypertje, die onder opzicht van open bare gezondheid veel te wenschen laten. Er bestaat nu een zuiveringsstclsel met kalkmelk, waardoor men bij elektrische bewerking en mits drie verschillige afloop- bakken de waters volkomen zuiver maakt zoodanig dat ze wel niet verbruikbaar, maar toch volkomen schadeloos zijn voor de openbare gezondheid. Zuid-west torentje der Halle Het voorstel van M. Begerem betrekkelijk de herstelling van dit torentje wordt her nomen. Over 25 jaar werd er een stelling geplaatst om dit torentje, dat dan in heel slechten staat was te onderzoeken, (j) Zeker is het niet verbeterd sedert dien. De stad is verant woordelijk voor de gebeurlijke ongelukken. Daarom dient het bij dringendheid hersteld te worden. Het bestek bedraagt fr. 17.252,20. M. Biebuyck hoopt dat dit geene ver traging zal zijn voor de algeheele herstelling der halle anders heeft hij geene bijzondere opmerkiqgen er tegen te maken. M. D'Huvettere vraagt dat de zuidwest kant der Halle in éen aanbesteding zou gedaan worden te gare met het torentje. M. de Voorzitter zou er niets tegen hebben maar de berekeningen moeten her daan worden de uitgave zal minder zijn dan men eerst gedacht had, ten gevolge der opgedane ondervinding bij het herstellen der andere zijde. De berekeningen zullen nog een paar maanden duren, maar 't ware met de gewone verachteringen die de aanbeste dingen meesleepen.ten minste nog 6-7 maan den erbij te wachten eer men zou kunnen beginnen, en 't werk is zeer dringend, 't is daarbij een werk dat keurig moet gedaan worden. De onderaannemer zal alzoo voort kunnen werken en, door hetzelfde volk gedaan, zal het geheele meer eenheid hebben als ware 't door verscheidene verricht. Met dit torentje nu seffens te laten herstellen, verzekert men voortdurende bezigheid aan de steenhou wers. Als tegen October de aanbesteding is gedaan van 't oud klooster der Arme Klaren zal er voortdurend werk zijn en zelfs met een anderen aannemer is er bijna zekerheid dat dezelfde onder aannemer het steenkappers- werk zal kunnen verrichten. Misschien zal men tegen Tuindag 1911 geheel den zuidgevel der Halle reeds hersteld hebben. De herstelling van het torentje aan den huidigen aannemer wordt gestemd met 8 stemmen tegen 2, de heeren D'Huvettere en Bouquet. Tramt De heer burgemeester verlaat de zaal c wordt als voorzitter vervangen door M. Fraeijs, schepene. M. de Voorzitterherinnert dat ten ge volge eener voorgaande stemming er vandaag moet bepaald worden \yelk aandeel Yper zal nemen in de gemeentelijke qaaatschappij ter uitbating van de trams Yper-Veurne en Yper-Waasten. Tijdens eene vergadering hebben Me?aen enWestnieuwkerkegeweigerd deel te nemen. De provincie begeert die aandeelen voor haar te houden.In de laatste zitiing wilde Nieuw- kerke op heur eerste besluit weder keeren, maar er werd beslist niet meer te veranderen. Yper zou voor de lijn van Veurne moeten inteekenen voor 33 aandeelen van 5©o fr. en voor Yper-Waasten voor 54 aandeelen. Eenparig goedgekeurd min de stem van M. Begerem. M. Boone begeert te weten wanneer de nieuwe maatschappij zal in voege komen. M. de Voorzitter. Waarschijnlijk met 1° Januari aanstaande. De vaart van Boesinghe M. Sobry is de tolk der bewoners van de Kaaie die met reden klagen over den toe stand van verval der vaart, die een groot gevaar oplevert voor de openbare gezond heid. Daarbij is de scheepvaart totaal belem merd en een plankje te midden de vaart in het gras en 't slijk geplant duidt aan dat de vaart te pachten is als weide. M. de Voorzitter. Zooëven is de heer ingenieur Froidure geroepen geweest en door zijne tusschenkomst is de hoogere overheid seffens verwittigd. M. Biebuyck denkt dat de scheepvaart niet belemmerd is. M. Sobry. De bewoners van de Kaai zeggen het tegenstrijidge. M. Begerem. Denkt dat de raad on bevoegd is in deze zake zoowel als voor het bepalen van het tijdstip der eerste communie. M. Sobry we kunnen ons zekerlijk ver voegen bij de bewoners der kaai om verbe tering te vragen. M. de Voorzitter Fraeijszegt de noo- dige stappen reeds gedaan zijn. M. Begerem. Dat men een deel der 400.000 fr. neme die voor de andere vaart bestemd waren, maar nooit en werden ge bruikt. M. de Voorzitter.Dat is niet toegelaten. M. Begerem. In zulke zaken doen ze al dat ze willen. De openbare zitting eindigt kwart vóór 7 ure. Heer uitgever van 't Nieuwsblad, Over eenigen tijd heb ik in uw geëerd blad, met veel genoegen, een artikel gelezen onder hoofding Op den trein. Wil mij een plaatsken gunnen voor het hieronderstaandet Maandag laatst, om 7 u. 25 's avonds, stonden op de kaai van de statie te Yper, vijf fransche hoogstudenten vergezeld van vijf idem cigarettensmoorende jufferkens. Tuiten en tieren is gewone kost bij onze zuiderburen, maar hier was 'f onmiddellijk een gemengd koor van al het schandaligste en smeerigste uit het repertorium van die propere wallebakken. 't Ging zelfs zooverre dat een groot deel van 't personeel hunne bezigheid staakten om langs deuren en vensters te komen. luisteren Verschillige reizigers spraken schande over dit concert dat wel 10 minuten duurde, en ze waren verontweerdigd dat niemand dje fils-a-papa lot de orde riep of zelfs nog wat beters bezorgde tot gedenkenis uit Belgig. Bij de naaste examens ware 't misschien goed aan de postulanten van sommige plaat sen bij den ijzerenweg,weltedoen opmerken dat Yper gelegen is in de provincie West- Vlaanderen, koninkrijk België, en dat er in dat land eene wet bestaat tot beteugeling der zedeloosheid, onder al hare gedaanten. Of is die wet een doode letter of van geener weerde voor sommige gepgmraadeer- dc heerkens Of telt ze niet in de stutie vin Yper! D DIT IS T NIEUWSBLAD vu TPER EN OMMELANDS i i.iw—i

HISTORISCHE KRANTEN

Nieuwsblad van Yperen en van het Arrondissement (1872-1912) | 1907 | | pagina 1