a 9 wmmmm Ik en raag ook Mevrouw cle Hem niet ver geten, de befaamde Ypersche kunstschilder, "waarop onze stad met reden fier is. Dank voor namelijk aan mijn vriend Mijnheer Fraeijs, voor zijn welsprekende redevoering en zijn hertelijke woorden. Dank aan al de inrichters en de deelnemers. Vele onder de vrienden die geerne vandaag hier zouden geweest zijn, waren belet door de processie van het Heilig Sacrament, en heb ben er hun spijt over uitgedrukt. Mijnheer Beernaert. de Great old man zou h er ge weest zijn, ware 't niet dat zijn hooge ou derdom het hem verbiedt betooging.) Maar is hij hier niet in persoon, hij is hier met het hert; hij schrijft dat in zulke treffende woor den en biedt de stad Yper voor haar museum als gedenkenis aan dezen dag, een prachtig land schap geschilderd door Mej. Euphrosine Beer naert, zijn zuster. (Men laat den doek vallen die <le schilderij bedekt en een langdurige be tooging begroet den heer Staatsminister Beer naert.) M. SV.IIOLL VERT treedt nu vooruit en onder geestdriftig ge juich en handgeklap richt hij het woord tot de menigte in eene dier krachtige en wel door dachte aanspraken, die den knappen staats man kenschetsen. Hij herinnert de oude vriendschapsbanden die hem aan M. Coiaert hechten sedert zoo lan ge jaren, M. Coiaert, nog zoo jong spijts de 25 jaren wetgeverschap getuige daarvan dat heerlijk portret, die levende frische beelte nis! (gejuich.) ■Iloe durft ge droefgeestig schijnen, mijn bes te vriend omdat gij jubilaris zijt? Dat en ver oudert u niet. Gij moet dus van de jubelfeesten niet benauwd zijn, 'tis'enkel een nieuwe pacht die de partij met u maakt, want we reke nen op u voor het toekomende. En bijzon derlijk en doet niet als den ouden vriend van mijn vader, die ik tot mijn verrassing hier in de zaal gevonden heb, ik wil spreken van den eerbiedweerdigen heer Eng. Struye. iBetoo ging.) Te vroeg heeft hij ons verlaten, en de Ypersche vrienden hebben niet slim gehan deld met toe te stemmen' in zijn al te vroege rusttijd! (gelach en toejuich.) M. Fraeijs gaf te voren te verstaan dat het arrondissement Yper in het toekomende niet en zal tevreden zijn met enkel twee katholieke Kamerheer en naar Brussel te zenden. Dank qrvoor, alle versterking zal welkom wezen. Men sprak zooëyeu ook van een gedenktee- ke.n aan M. Malou. Als wij hier te Yper toe kwamen, keken we overal rond, zoekende naar het monument Malou, en er is geenWelnu,, het moet er komen, hoe eer hoe beter! Ik stel groot belang in M. Mialóu, omdat hij zich altijd zoowel gelegen liet aan onze katholie ke Hoogeschool, waarop alle katholieken zoo fier zijn. Men heeft u ook gesproken over het Katho liek Landsbestuur, dat alhoewel de mannen veranderen, toch steeds hetzelfde blijft, en voornamelijk voor hetgeen de kwestie van on derwijs betreft. Van als in 1881 de kiezingen der algemeene verlossing ons aan 't hoofd heb ben gebracht, werd er gezorgd de gemoederen te bedaren, die schenen tot een burgeroorlog 'over te gaan. Ons programma van over 25 jaar is bijna geheel uitgevoerd, maar Dij eeri- ge maanden zullen wij te, Mechelen bijeen komen om een nieuw programma te bespre ken, te bewerken binst een ander tijdpark van 25 jaar. Bijzonderlijk met de werkende klasse zullen wij ons bezighouden, en eensge zind zullen wij vooruitgaan. Want. we'n mogen geen groot belang hechten aan de spijtige ge schillen tusschen zekere gazetteschrijvers. Onze personen zijn niets, maar ons programma is alles. Ons vaandel zullen wij trachten te redden; misschien komt het vroeg of later in knappere handen, maar zeker zal niemand het hertelij ker verdedigen. .Wij steunen op de jonkheid. Jammer is het dat er op eenige maanden tijds meer dan 2000 scholen moesten worden gebouwd voor: onze kinderen. De jonkheden weten niet ten welken prijze wij onze vroegere zegepralen hebben behaald. Zij genieten van de overwin ning zonder te hebben moeten werken om ze te behalen. Dat is waarlijk jammer. ■Wij moeten hun hierover onderrichten en hun de wet van den arbeid doen kennen. De fortuin ontslaat niet van te arbeiden, "t Is enkel een gifte van God die toelaat van het noodigo te genieten, maar het overtollige moet men gebruiken tot welzijn van den evenmensch ,en tot steun der goede werken. Veel blijft er nog te doen. Eikendeen kwijte zijnen plicht opdat 'hij hierna de belooning verdiene die aan het kwijten der plichten is verbonden! (Wat den landbouw betreft, er is veel ver betering in de laatste 25 jaar, maar toch blijft er nog veel te doen. De landbouwer moet on derricht worden en op de hoogte gebracht der nieuwe doenwijzen. Wij moeten hem ont trekken aan den ouden sleuter, zijne woning en geheel zijne doening aangenaam maken en hem op de hoogte brengen van den tijd. Sprekende van het prachtig portret van M. Coiaert, brengt M. Schollaert hulde aan Mev. do Hem, die op zoo meesterlijke wijze de trek ken van den Jubilaris heeft vereeuwigd. M. Co iaert, steeds zoo hoffelijk jegens de vrouwen, heeft er weinig over gesproken, om reden dat van Mevrouw de Hem sprekende, hij zijn eigen lof had moet uitdrukken. lot slot doet de heer Schollaert een vurigen oproep tot alle katholieken, opdat zij eens van hert en ziel, geschaard onder het vaandel van Christus ten strijde zouden trekken, noch als demokraten, noch als bewaarders, maar enkel en hlleen als katholieken! (Bravo). ;Om een woord te zeggen over de stoffelijke belangen van uw arrondissement, men heeft u gesproken van de slechte aansluiting der treins, en om ons nog meer te. plagen, zal men ons dezen avond naar Korlrijk voeren per au tomobiel, om daar den trein te nemen voor Brussel. We willen nogthans dit affront verdra gen omdat het ons toelaat een uur langer on der u te blijven. (Gelach en toej.) We zuR len trachten in den uurwijzer verbetering te brengen, maar vergeet niet dat de overnaam reeds een eerste groote stap) is geweest. Wat uwe vaart betreft, den 18 Septem ber aanstaande heeft de aanbesteding plaats, (toej.) Men zegt dat er geen water in is, maar we hebben met eigen oogen het tegendeel 'biestatigd. Er is er niet veel, maar toch, er is er. Mochte Yp;er in de aangeduide werken een heropbeuring vinden en een opbloei voor het toekomende! Mochte de heer Coiaert nog me nige jaren behouden blijven lol welzijn der katholieke partij, (geestdriftige toejuich.) |>E CANTATE. t Is twee ure reeds voorbij als de heer Ar- sehodt het teeken geeft voor de prachtige cantate, gezongen door 600 kindei's der ka tholieke scholen en jufvrouwen der stad. De Koninklijke Fanfare is belast met de begelei-, ding. .Wij hebben verleden weke het gedicht gege ven van onzen stadsgenoot Mijnheer den Advo- kaat Sobrv Wij zullen er dus niet op weer- keeren. .De genlsche toondichter heer Oscar Roels heeft er op eene heerlijke muziek geschreven en van ons gekend Tuindagliedje een echt meesterstuk gemaakt. Een storm van toejuichingen breekt los wan neer het stuk ten einde is. Ten alle kante roept men naar toondichter en dichter en beiden tre den vooruit en worden onder het handgeklap der menigte hertelijk toegejuicht en door den heer Burgemeester en de hoeren Ministers ge luk gcwenscht. Mijnheer Coiaert richt ook eenige woorden tot de uitvoerders, jufvrouwen, kinders en mu zikanten en ditmaal in heit vlaamsch, en langs alle kanten hoort men den wensch uit drukken met Tuindag opnieuw die heerlijke Y per-Cantate te mogen aanhooren en toejui chen. Naai' we vernemen zou er sprake zijn van oen tweede uitvoering den 15 Oogst. GROEPEN SCHOOLKINDEREN. Wanneer de overheden de feestzaal ver lieten werden ze onthaald in cle Delbeke-t zaal op de toejuichingen van 3500 kinders on zer katholieke scholen, waar eene afveerdiging van elke school beurtelings aan cle heeren Ministers en aan Mijnheer Coiaert prachtige bloemtuilen aanbood; terwijl de weezejon gens en de stadsharmonie overhands de Bra- banconne speelden. HET FEESTMAAL. Het feestmaal wordt opgediend in de prachti ge Pauwelszaal, waar tegen het beleg van Yper een verhoog is opgericht voor de eereta fel. Het uitzicht der zaal is eenig, wanneer aan de vier rijen lange tafels van een goed 50 m. lang de 420 dischgenoten zijn aan gezeten, die het katholieke leger van heel het /arrondissement vertegenwoordigen. De eeretafel is voorgezeten door M. Fraeijs, Voorzitter van den Katholieken Bond, rechts M. de Minister Schollaert, M. Coiaert, volks volksvertegenwoordiger, senator Paul van de Peereboom, Kanunik De Brouwer, deken van Yper; Arthur Verhaeghen, kamerheer; Eug. Struye, oud-senator; Victor Delporte, kamer heer; Landas, bestendig afgeveerdigdeCaïmo, arrondissements-oommissaris Ie Tongeren; Or- tegat, kamerheer; de Thibault de Boesinghe, gouwraadsheer; de Ploige, bestendig afgeveer digde van Limburg, Bruneel de Montpellier, provincieraadsheer; Godtschalck, burgemeesl- iter van Waasten; Cyr. Boone, Leleux, F. Struye, Lebbe. Links van den voorzitter zaten de heeren Mi nister Liebaert, senator Vercruysse, kamer heer Van Merris, senator Raepsaet, de E. H. deken van Poperinghe, Pil en Bussch-aert,. kamerheerenJan Verhaeghen, bestendig af geveerdigde; Thevelin en Iweins d'Eeckhoutte, gouwraadsheerenNeut, cle Neekere, Rol). Co iaert, D'Huvettere, Brutsaert en Parret, gouw raadsheeren. i, i De clrukpers van den vreemde was vertegen woordigd door 't Nieuws van den Dag, Het Volk, Journal de Roubaix, Patrie, XX» Siècle, Patriote, Bien Public, La Liberté. De spijzen waren uiterst keurig bereid door Mme Platteel. uit den Katholieken Kring, en de spijskaart, door La Liberté een kunststuk geheeten, droeg al voren de beeltenissen van MM. Schollaert, Liebaert en Coiaert, en al achter een heerlijke afbeelding onzer prachtige I-Ialle. (Zij kwam uit de drukkerij van onzen uilg;e- Iver, M. Callewaert. Binst het feestmaal werd door de stadshar monie een fijne keus van schoone stukken uit gevoerd. De ordedienst was opperbest maar ook hij stond onder 'I beleid van M. Jules Baus, die er een handje van heeft. <De eerste heildronk werd voorgedregen door M. Fraeijs, aan Z.H. den Paus. Te Deum laudamus! Wij zijn allen nog onder den indruk van der grootschen zang die weergalmde onder de alou de gewelven onzer eeuwenoude Kathedraal. Die zang van dankbaarheid tot God neigt ons 'ónze oogen te wenden lot zijn plaats- Vervanger hier op aarde Z. 11. den Paus. God kiest onder zijne schepselen deze die doorffle noodwendigheden van den tijd de vol keren moet geleiden lot het toekomende. Leo XIII, de onvergetelijke paus der werk lieden, zaliger gedachtenis, kon door niemand beter opgevolgd worden dan door den nederigen Kardinaal Sarto, om het schuitje van Petrus te geleiden. En de patriark van Venetiën stortte tranen van aandoening wanneer hij dacht aan den zwaren last die men op zijn schouders legde. Uwe tranen, o Heilige Vader, hebben het werk der Kerke vruchtbaar gemaakt en hun weldoende invloed werd algauw gevoeld. Uwe zonen hebben u begrepen't is dooi de tranen en het lijden ciat Christus de wereld herschapen heeft; 't is door uwe tranen en uw zedelijk lijden dat gij uwe wet. die de wet is van den Goddelijken Meester, aan de volkeren en de natiën opdringt. Instaurare omnia in Christo! Dat is uwe leuze! Christus o.veral, in alles, ten allen tijde; dat is uw wensch en 't is onze vereenigings- kreet. Dat de volkeren willen of niet, de Kerke zal zqgepralend' blijven. De Paus heeft het reeds genoegzaam bewe zen! Welk edel wezen, welke weerdige kalmte, welke wijze leering, welke onverwinnelijke kracht in zijne beslissingen 'Wij, Belgen, moeten steeds de trouwste en gehoorzaamste kinderen zijn van den Heiligen Stoel. Wij moeten, door onze gebeden, een lang en vruchtbaar pausschap verwerven voor Z.II. Pius X. Instaurare omnia in Christo De glazen omhoog! Aan Pius X, Paus-Ko ning'! (geestdriftige toejuichingen.) De Harmonie begroet den heildronk aan den Paus met hel lied der Pauzen. Weinige minuten later staal de heer Fraeijs opnieuw recht en draagt een heildronk voor aan Z.M. Koning Leopold 11 Sedert 't jaar 30, weldra 80 jaar geleden, heb ben slechts twee koningen aan 't hoofd ge staan (van ons vaderland. Twee regeeringen, die cle eene de andere vol- ledigen om zeggens, hebben Belgenland tot een toppunt gebracht van voorspoed. De hoofdoorzaak ervan is te zoeken! in de be zorgdheid, de onvermoeibare werkzaamheid en de ijzeren wilskracht van onzen geëerden en beminden vorst! ■Zoodra Leopold II den eed had afgelegd, hield hij het oog gericht op de toekomst; en sedert 45 jaar bewijst hij dat, is ons België klein, het een groote natie is. Na ons land voorzien van wijze wetten en overal den voorspoed en den Welstand te heb ben verzekerd, is hij de grenzen overgestapt en heeft in het verre Afrika een land bereid, 80 maal grooter dan den moedergrond, en heeft dit de Belgen, ten geschenke gegeven, opdat Wij immer veld zouden vinden voor on ze Werkzaamheid. Niet alleen heeft Congoland ons nieuwe uitwegen bezorgd voor handel en nijverheid, maar een hooger doel heeft ons aangespoord cle weldaad des Konings met dank aan te nemen. De volkeren van Midden-Afrika beschaven, ziedaar het edel doel waaraan zoovele Beb- 'gen hun beste zorgen besteden. Zielen tot het geloof winnen, welk edel streven! Geve God dat Z.M. Leopold II nog vele jaren geniete, van de vruchten van zijn edel be schavingswerk JJoe zouden wij hier kunnen spreken over 'onze kolonie, zonder eerbiedig den edelmoedi- gen Prins te groeten, die ginder verre kennis maakt met de nieuwe kolonie en hare inwo ners. Dat God hem beware! Vervoegen wij in onze wenschen de edele Prinses, de weerdige moeder en edele echtge note, die haren man aanmoedigde in zijn grootsch besluit. Uitmuntend voorbeeld die meer dan een onzer landgenoten moet doen nadenken! Mochte de Prins behouden terugkeeren, waar hij al de Belgen in vreugde rond den Troon geschaard zal vinden, meer dan ooit ver kleefd aan vorst en vaderland Aan Leopold II. Aan den Koning-Beschaver! Aan Prins Albert! Aan Prinses Elisabeth Aan de Koninklijke Familie! Begeesterend weerklinkt ons vaderlanclsch lied door heel de zale; de bruischaard perelt in de glazen en er wordt gelikt, geklonken en ge dronken, op het welzijn van Vorst en Vorste lijke Familie. V 1 M. Van Merris stelt vervolgens de gezondheid voor der heeren Ministers, en hij doet het in zul ke heerlijke bewoordingen, dat hij de geest drift en de bijtreding verwerft van al de aan wezigen ■Deze oncler u, Mijne Heeren, die geleefd heb ben in de beroerde tijden van 187!) tot 81, kunnen beter dan wij ook de diensten besef fen aan hel. land bewezen sedert hel vier dei eener eeuw dooi' de uitmuntende staatsmannen, die elkaar hebben opgevolgd, en waarvan M. Schollaert en zijne ambtgenoten de verkleefde voortzetters zijn. De schooloorlog met de verkwisting der staatspenningen waren in vollen gang; de bur gers waren in twee vijandige kampen verdeeld; in ons Vlaanderen vooral was de toestand zeer gespannen; niemand onder u heeft de bloedige botsing van Heule vergeten en cle ontrooving van klooster- en godshuisgoederen die binst eeu wen den roem uitmieken van ons land, meer dan gelijk welk ander verkleefd aan zijn ge loof, aan zijne vrijheden en aan zijne onalhan!-, celijkheid. Dan kwamen de kiezingen der algemeene ontlasting, zooals ze werden genoemd door een man die niet lot'ónze partij behoort, maar die bevreesd was over den onbezonnen haat on zer tegenstrevers, vrees gedeeld door al wie begrijpt dat de openbare vrede de beste waar borg is voor den welstand eener natie. Ten dien titel alleen zou het Katholiek Be 'stier al onzen dank verdienen. Maar onze vrienden wisten niet alleen vrede, 'maar ook voorspoed te doen heerschen en dank aan de eensgezindheid cler bevolking brachten zij ons land tot het toppunt van wel stand. ijlun programma van 't verleden is ook dit voor de toekomst. Altijd hooger op! Dat is de kreet die uit onze herten stijgt, want geen andere kan aan het Staatsbestuur, voorgezeten door den wakkeren heer Schollaert, een betere aanmoediging ge ven. Talrijke moeilijke vraagstukken blijven nog op te lossen, en men mag zeggen dat de weg van het bestuur meer met doornen dan met rozen bezaaid is, maar gelijk zijne voorgangers 'zal de kabinets-overste, zonder bijzondere stoo ringen, de noodigo hervormingen tot stand brengen die het land nooclig heeft. Maar om te gelukken, moet het landsbestuur mogen rekenen op eikendeen van ons. Er zijn oogenblikken in het bestaan der volkeren waar het noodig is zijn eigen voor keur te matigen en men een weinig zijn gemak moet laten schieten, zich herinnerende dal te veel'eigenliefde de ergste gevolgen kan hebben. 't Is daarom, Mijne Heeren, dat ik clrink op 'de eendracht van alle katholieken, geschaard 'rond hunne verantwoordelijke oversten! Herinneren wij ons altijd, Mijne Heeren,, dat de eerste christenen maar één hert en céne ziel hadden. Laat ons hen navolgen en spre kende in naam van u allen, zeg ik tot het Staatsbestuur: Ad muitos annos r* I he MINISTER LIEBAERT. t \Y as de heer Minister van Geldwezen die antwoordde in zijnen naam en in naam van M. Schollaert. Spijtig dat zijne rede ook in 't fransch was. M. Liebaert bedankt M. Van Merris voor zijn prachtige rede en de 420 aanwezigen voor hun geestdriftige toejuichingen. Gij overlaadt ons met ons zoo hertelijk te ontvangen in uwe schoone stad. Deze ontvangst herinnert mij eene andere, T Was in 1880. Men ontving hiel den strijdenden gouverneur der provincie, In zijn aanspraak vergeleek M. Heyvaert Yper aan een eiland, dat algauw een liberaal vaste land zou worden. Zulke stoefferij was in den aard van dien tijd. De gebeurtenissen hebben geantwoord op de voorzeggingen van dien profeet. Jules Malou raapte den handschoen op en den 10 Juni 1881 wierd de kamp gesloten. Al wat grootsch gedaan werd in de laatste 25 jaar in alle vakken, we mogen het zeggen zon der gevaar van tegenspraak, 'twerd verricht door de verschillige ministerien, die elkaar hebben opgevolgd. Minister Liebaert herinnert vervolgens de le gende van Rip van Winckel, die als engelsch onderdaan in Amerika insliep, en 20 jaar latei- ontwaakte als vrije amerikaan en iu bewonde ring stond voor cle heerlijke veranderingen die 'jn vaderland had ondergaan. Hadden wij hier in Belgenland een Rip van inckel, die 1881 ware ingeslapen, zijne ver oudering ware minstens zoo groot als die van ■n amerikaansehen. Hier clenkt en handelt keen vrijelijk. Wij zijn de ware voorslaanders i steunpilaren der vrijheid. Verders worden de wetten herinnert door het inisterie voorgedregen ter verbetering van t lol der minderen. Handelende over de jzerwegen, zegt de lieer Liebaert, dat er 35 jaar noodig waren om tol - de overname te ge- aken der ijzerwegen van de Vlaanders, maar t en zal geen 35 maanden duren eer gij betere aansluitingen bekomt met hel binnenland!. Doch er zijn menschéh die 's anderdaags een grooten eike zouden willen zien, waar zij daags te voren een eikel in,gsken hebben geplant. /Minister Liebaert herinnert nog den voor spoed van ons land on do overname van Congo en hij besluit met een, warmen oproep tot de eendracht, zekere waarborg onzer toekomen,-, e zegepralen. Langdurige toejuichingen begroeten zijne prachtige rede. M. Van Merris, namens den heer Baron Jaston iie Vinck', senator, die door onpasselijk heid belet is, stelt de gezondheid voor van den heer Jubilaris M. Coiaert. LI ij schetst in heer lijke bladzijden heel de loopbaan van onzen verdienstelijken volksvertegenwoordiger. Daarna antwoordt M. Coiaert, met nogmaals al dezen te bedanken die hebben meege vrocht tot het welgcLukken dezer feeste, en hij besluit met te drinken op do gezondheid der leden van Kamer en Senaat. M. Arthur Verhaeghen, van Gent, staat recht om te antwoorden namens de Kamerheeren. vHij spreekt, zegt hij, in het vlaamsch in de stad Yper, die eene door en door vlaamschc stad is, de hoofdplaats eertijds van hel aloude Westland. (Er is veel gesproken over eendracht en over noodzakelijkheid der eendracht onder de ka tholieken. Zeker is de eendracht er noodig. Maar zij is er; Zij heer,sclrt oncler de leden van de rechterzijde der Kamer, zij bestaat onder de kiezers, en de opstellers der dagbladen zijn eens om het katholiek landsbestuur te steu nen. Sedert bijna 30 jaar werken alle katho lieken eendrachtig aan den voorspoed des lands. Y\ ij zijn allen onwankelbaar gehecht aan den godsdienst, aan het Vaderland, aan Koning en Koningdom, aan de natie en hare uitstellingen, pan het katholiek Landsbestuur, dat sedert 25 jaar met zulken iever arbeidt aan de grootheid van ons vaderland! YY ij zijn fier over den bekomen uitslag, fier over den bloei van handel en nijverheid, fier over den vooruitgang van ons onderwijs, fier over al wat onze nationale welvaart ver zekert, over onze vrijheden en onze voorrech ten. ■Eendracht moet er zijn, maar de eendracht belet de .vrije ontdrukking niet van zijn ge dacht, anders ware het slavernij. Eikendeen kan vrij en vrank zijn gedacht verdedigen, maar na de beslissing moet de minderheid zich bij cle meerderheid vervoegen, anders ware geen bestuur mogelijk. Jk drink op de medewerking op de eendracht van de katholieke drukpers, en namelijk op de gezondheid van den ouderdomsdeken der pers in Westvlaanderen, de heer Neut, hoofdopstel ler der Patrie van Brugge. (M. Neut bedankt namens cle drukpers. Rond zes ure vertrekken de heeren Ministers en de feest gaat voort in de gulhertigste vroo- lijkheid. IN DE IWEINSZAAL. Na do feeste in de Malle, gingen de heeren Roels en Arschodt, met verscheidene gemeen- teraadsheeren naar de Iweinszaal, waar ze werden onthaald door de leden en het bestuur der Koninklijke Fanfare. In eene gloeivolle aanspraak bedankt cle heer Callewaert den gentschen toondichter den heer Arschodt, en de leden der Fanfare alsmede den heer Sobry, voor cle prachtige can tate waarmee de feeste werd opgeluisterd. M Roels wenscht bestier en leden der Fanfare geluk met de schoone uitvoering, die spijts het klem getal repetitiën toch zoo wel gelukt is. II tl raadt, cle Fanfare aan werken te spelen onzer belgische meesters en vooral onzer vlaamsche toondichters. Na dat men eenige glazen champagne heeft gedronken op den bloei en groei der Konink lijke Fanfare, richt M. DTIuvettere namens het stadsbestuur eenige welgepaste woorden tot de vergadering en de heer De Munninck hoofdopsteller van het Volk bedankt de Yperlmgen voor dc éere den gentschen toon- dichter toegebracht. De vurige woorden van den gentschen volks man hebben de geestdrift ten top doen stijgen Onder tgejuieh komt de heer Coiaert bin nen en dte heer Advokaat Begerem neemt nu het woord' om nog eens den jubilaris geluk te wenschen en hem te bedanken vooral het goe de dat hij heeft te weeg gebracht tot voordeel van burger en werkman. Daarna neemt de heer aart nog het woord en de feest eindiot in eene geestdrift die het moeilijk ware te" be schrijven. TELEGRAMMEN |YY i.j zijn gelukkig aan onze lezers de be woordingen te kunnen mededeelen der twee draadmaren, gezonden aan den Voorzitter der Katholieke vereeniging van Yper, door Z. II. den Paus Pius X en door Z. M. Leopold 11, in antwoord aan de telegrammen gezonden naar het Vatikaan en naai; het paleis te Laeken m name der 425 katholeiken, vergaderd op het feestmaal, ingericht op den grooten en on- vergetelijken dag van 13 Juni. v Mijnheer Fraeijs Yper, België. i m MU''ei 'S zeer BevoeIig geweest aan de kinderlijke hulde van diepe -en oprechte verkleefdheid uitgedrukt in uwe draadmare, 'tl gelegenheid uwer vergadering ter viering 25» verjaring van het Katholiek Landsbe- sluuiBedankt uit ter herte, en zendt aan allen ztin apostolieken zegen, pand der kostelijkste genaden des Heeren. Kardinaal Merrv del Val.

HISTORISCHE KRANTEN

Nieuwsblad van Yperen en van het Arrondissement (1872-1912) | 1909 | | pagina 2