SpreeMiaafl ll
D© Hommelpluk
8
B
3
TaImerk 2142
Op Zaterdag 21 Januari 1911
5 centiemen 'tblad
Te trekken bij den Uitgever, Tk 36, in de Boferstrate, te Yper, en bij 's landsboodschapwesen ofte post, tegen 8 frank fs jaars
Dagldapper
Evangelie van den3n Zondag
na Driekoningendag.
at
VOOR DEM PAUS
STADSNIEUWS
Feesten
Een Liederavond
van üullebroeck
U m ES
Dringend verzoek
aan aüe Vlamingen
Vlaamsche Hoogeschooi
Italië
Japonië
Vrank rijk
Odüon DEMARRÊ
15
a
c
u
en
O
e
"3
e
s
-o
e
Echt en recht, 't oud Volk indachtig
Kinderlijk, niet kinderachtig
Ypersch, Vlaamsch en, bovenal,
God getrouwe ik wezen zal
van den 21 tot den 28 Januari.
fp 'fp tfï ff, fr. 'fp jf»
KOND DL WbttbLD
en
bl0
O
T3
U
0)
«3
Cfl
<3Ji
cö
J3J
O)
u
3
D
Tl» YP
mÊ^st^Beawsesacsasix^ .^grg?:y^^
EN OMMELANDS
't NIEUWSBLAD VAN YPER verschijnt 's Vrijdags, en
"s Zaterdags na de markt, tegen 3 fr. 's jaars; 3 fr. en den vrachtloon
buiten Belgenland. Het blad is niet min te trekken dan voor een
geheel jaar en 't wordt op voorhand betaald.
Alles moet vrachtvrij ingezonden worden naar de BOTER-
strate, Tk 36, te Yper.
De bekendmakingen kosten o fr. i5 de reks binnen 't blad is 't
o fr. 3o van 's Rechters wegen fr. i o\ erdruk 5 fr. 't honderd. ledsr
boek, waarvan ons twee afdruksels zijn gezonden, wordt besproken.
De Heeren van de AGENCE Havas, te Brussel, Tk 34, in de
Zilverstrate, en te Parijs, Tk 8, PLACE )>E LA BOURSE, ontvangen
bekendmakingen voor 't NIEUWSBLAD VAN YPER, van al die buiten
Oost-& Westvlaanderen wonen.
z. 21. H« Agnes mgmf 304.
Z. 22. HH. Vincentius en Anastasius mm.
Zaligen Walter van Leuven f 1222.
m. 23. O. L. Vrouw Bruiloft.H. Raymond
van Pennafort He Fmerentiana mgm.
d. 24. H. Timotheus m. was volgeling van
den H. Paulus Zalige Hendrik de Weys Heer
van Beernem broeder te Villers.
w. 25. St-Pauwels bekeering. H. Popo
van Deinze.
d. 26. H. Polycarmis m. volgeliDg van St-
Jan b. van Smyrne f 168. H" Paula.
v. 27. H. Joannes Chrysostomus Patriark
van Constantinopel en kerkleeraar. zijn hoofd
schedel is bewaard te Brugge. Zalige Jan van
Waasten b. f 1130.
Te dien tijde, toen Jezus van "den berg was
afgedaald volgden Hem talrijke scharen. En zie
een meiaatsctie kwam, wierp zich voor Hem
neder en zeide Heer, indien Gy wilt kunt Gij
mij reinigen. E11 Jezas strekte de hand uit, raak
te hem aan en zeide Ik wil, wordt gereinigd.
En aanstonds was bij van zijne melaatscheid ge
reinigd En Jezus zeide hem Zie toe, dat gij het
niemand zegtmaar ga, vertoon u aan den
priester en offer de gave, welke Mozes heeft
voorgeschreven, tot een getuigenis voor hen.
Als Hjj. nu Capharnaüm w^s binnengegaan, na
derde Hem een honderdman, die Hem bad en
zeide: Heer, mijn dienstknecht ligt thuis ver
lamd en lijdt hevige pijnen. En Jezus zeide hem
Ik zal komen en hem genezen. Maar de honderd
man antwoordde Heer, ik ben niet waardig,
dat Gij onder mijn dak komt, maar «preek
slechts een woord en mijn dienstknecht zal gene
zen. Want ook ik ben een man. onder gezag
gesteld, maar ik heb soldaten onder mijen tot
den eenen zeg ik Ga, en hij gaaten tot den
anderen Kom. en hij komten tot mijn dienst
knecht Doe dit, en hij doet het Toen Jezus dit
hoorde, was Hij verwondert en sprak tot die
Hem volgden Voorwaar. Ik zeg u zoo groot
een geloof heb Ik in Israël niet gevonden Doch
lk zog u, dat velen zullen komen van het oosten
on het westen en met Abraham, Isaac en Jacob
aanzitten in het rijder hemelen doch de kin
deren van het rijk zullen worden uitgeworpen
buiten in de duisternis daar zal geween zij en
geknars der tanden. En tot den honderdman zeide
JezusGa, en zooals gij hebt gelooft, zoo
geschiede u. En op hetzelfde uur genas de
dienstknecht.
Vorige lijst fr. 306.00
Onbekend, tereere van de Heilige
Familie, vraagt den zegen over haar,
over de koninklijke familie en over
geheel het katholiek Beigenland. 3.00
De congregatie der leerlingen bij
de Rousbrugge-Damen. 50.00
O Pius, heilige Vader,
Wij al'en hier te gader
Wij smesken uwen zeizen af,
Opdat wij voort tot aan het graf
Volherdon mogen, kloek en sterk,
In onze liefde voor Gods kerk.
Eerw. lieer Dilger, bestierder der
Knechtenweezenschool, Yper 25.00
Eerw. Heer George, pastoor,
Boesinghe ^0 00
önkend 2 00
V. S. Bestierder van St-Josephsgesticlit,
Yper 20.00
De Soirée-Tabagie aangekondigd en
weerzeid achterna, blijft vastgesteld op
Zaterdag avond 28n de^er, ten 8 en half.
in de Iweinszaal. Een kluchtzanger van
talent, benenevens verscheidene kunstenaars
en liefhebbers van eersten keus,zullen hunne
medewerking verleenen.
6-3
Voor de avondfeeste voor Damen is de
datum no niet bepaal l vastgesteld, maar
een Groot Concert zal nog plaats hebben op
Zondag 26n Februari, 's avonds ten 7 1/2 ure.
Donderdag 26 Januari igii, om 7 ure
'savonds, te Yper, inde Iweinszaal, zal M.
Emiel Hullebrosck van Gent eene voordracht
en liederavond aanbieden aan de leden en
vrienden van het Ypersch Davidsfonds.
In 't eerste deel zal hij ons don grooten
vlaasBSclien toondichter PETER BENOIT
doen kennen, zijn leven, zijn toon en letter
kundige werken, zijne school en zijne leer
lingen; en ons door gezang de veelzijdigheid
van Benoit's genie toonen
zijn volkstrantBeiaardlied en Strijd
kreet
zijne kinderoratoria: De Wereld in en Van
Ryswyckshulde
zijne Conscience cantate
zijn operamuziek Isa en Karei Van
Gelderland
zijn grootsche zangen De Schelde, Luci
fer, De Oorlog
zijne liedaren Heeft het Roosje milde
geuren. Dender liedeken, Mijn hert is
vol verlangen
zijn boertig vak Het Meilief
zijn godsdienstige muziek: Drama Chris-
ti
en ziju vaderlandsch gezang Het lied
der Vlamingen.
In het tweede deel zal de gevierde toon
dichter ons vergasten op de schoonste liede
ren van zijne eigene hooggeprezene kunst.
Prijzen der Plaatsen
Yoorbehoudene plaats 1 fr. Eerste plaats
0.50 fr.
r*t
De leden van het Ypersch Davidsfonds,
en deze die 5 fr. betalen om lid te worden,
hebben vrijen toegang tot eene voorbehou-
dene plaats.
De huisgenoten der leden betalen slechts
0 25 fr. voor eene voorbehoudene plaats.
Kaarten zijn verkiijgbaar bij M. H. Sobry,
advokaat te Yper en in de Iweinszaal.
ln alle Vlaamsche bladen lezen wij dage
lijks hoe overal onnauwkeurigheden ge
schieden bij de volkstelling.
8
Van onze vrien
den uit menigvuldige Vlaamsche gemeenten
ontvangen wij daarover klachten De op-
tellingsbrieven worden doodeenvoudig inge
vuld langs de Fransche zijde, door de agen
ten der volkstelling zelf. en zoo ter onder-
teekening aan de niets kwaad vermoedende
inwoners aangeboden,zoodanig dat menschen,
die hoegenaamd geen Fransch kennen,
worden aangeteekend als Fransch en
Vlaamsch sprekend, erger nog, als meest
Fransch gebruikend Zoo zal het natuurlijk
niet moeilijk zijn in België een getal Walen
te vinden dat ver boven de waarheid staat.
Ziehier nu wat wij met het oog op de noo-
dige maatregelen dringend vragen aan alle
Vlamingen
i°d3t zij ons zouden bektnd maken in
melk gemeenten de optedingsbrieven ingevuld
aan de inwoners eerden aangeboden
20 of zij waren inoevuld langs de Fran-
sche of de Vlaamsche fijde
3waar men personen (zoo mogelijk de
namen bijvoegen), die de Fransche taal niet
machtigzijn, opgeteekend heeft als Fransch-
kennend;
4° waar men personen die gewoonlijk
Vlaamsch spreken, opgeteekend heeft als
meest Fransch gebruikend.
Wij hopen dat alle Vlamingen, die onrecht
zagen gebeuren bij de volkstelling, ons zoo
spoedig mogelijk daarover zullen inlichten.
Daar hangt te veel van af voor onze
Vlaamsche bevolk'ng.
run
Wij maken tcrzelvertijd van de gelegenheid
gphriiilr Aex Vlominpan ta xrrptfff*n nnc -■-rl
mogelijk, uit alle gemeenten van het Vlaam.
sche land, een paar vertrouwbare Vlaamsch-
gezinde personen aan te duiden die, of aan
die personen zelfs ons hun naam op te geven
Op die manier zouden wij overal vertegen
woordigers hebben tot wie wij ons in ver
trouwen konden wenden,voor briefwisseling,
inlichtingen, mededeelingen, enz
Wij doen een beroep op den goeden wil
van allen. Het ware een flinke stap vooruit. -
Het Kath. Vl. Secretariaat,
Koningstraat, 6, Antwerpen. j
De groote zaak die tegenwoordig ter
sprake is in Belgenland, 't is de vervlaam-
schiDg der Gentschs Hoogeschooi.
Bij duizenden en nog duizenden worden
ten allen kante kleine papiertjes rondge
strooid met de begeerte dsr Vlamingen
Wij eischen Vlaamsche Hoogeschooi
Do gazetten uit het Walenland zijn natuur
lijk daarop erg verbitterd, ten minste de
grootste helft, maar de ergsm zijn nog de
lran3ch scbrij venden en sprekenden uit
Vlaanderen.
Zekere Maeterlynck, die zich beroemd en
rijk gemaakt heelt met werken to sch'ijven
voor z ker frausch volk, ziet nu als fransch
schrijver met a'le mogelijke verachting
neder op zijne oude landgenoten, die no^ de
taal van Maerlant durven vei kiezen boven
het fransch, en hij heeft ter gelegenheid van
de kwestie van de Vlaamsche Hoogeschooi
de Vlamingen uitgescholden voor lomp vee,
terwijl een andere land hater het vlaamsch
verg dijkt aan de taal der Hottentotten en
Jean d'Ardenne schrijft over racaille
flamingante en andere mindere keffertjes
op alle manieren trachten de Vlamingen voor
den aap te houden.
Zoodus, al die. hier werken voor de geeste
lijke en zedelijke verheffing van hun volk,
die het volk widen veredelen met het op te
leiden naar verstande'ijker leven, al die
mannen zijn Vlaamsch gespuis, racaille
flamingante
Gespuis, David en Willems, Conscience en
Snieders, GezHIe en De Bo, Streuvels en
Pol De Mont, Hugo Verriest en Karei de
Gheldere...
Gespuis.ooze toonkundigenPeterBenoit,
Jan Blockx, Wambach, Roels, De Bueck,
Tinei en zooverl anderen, wiens meester
stukken de we'e d door eene ongekende
begeestering hebbtm verwekt
Gespuis. Coremms. Helleputte, Van
Cauwe'aert, Juüaan Deibeke, Hendrick,
Franck 1
Gespuis, de duizenden leden van Davids
fonds en Willemsfonds, van den Katho ieken
landsbond, van het Nederlandsch verbond,
van da Oud-Hoogstudenten
Gespuis, die geleerden die te Antwerpen
met meer dan 2000 bijeenkwamen genees-
heeren, rechtsgeleerden, leeraars, letter
kundigen
Al die zijn moedertaal lief heeft en voor
haar de plaats begeert, die haar rechtmat'g
toekomt, die durft eischen dat voor de 4
f milli n£\*i r> roi in 0 o ^rlcs>c>ts3&.ioilO HoOgö-
school brsfa, benevens de aria or viai nuU-
sch«voor 3 millioen franschspreken ien, is
voor de Chronique gespuis en voor
Maeterlynck lomp vee I
Bij zu!ke verwijtsels, die ons treffen alB
een zweepslag, heffen wij dea kop nog
hooger 1 We houden meer dan ooit aan ons
recht 1 Vlaamsche Hoogeschooi
«1
Eenige fransche bladen uit ons land
een klein getal b treuren de overdreven
zottigheden hunner fransche confraters en
zeggen niets gemeens te willen hebben met
de personen die hunnen oorsprong willen
uitvagen door gedurig hun vaderland en
hun geboortegrond te beleedigen, met die
lakeien van een ander land, die meeoen
hunne aaneenomene moeder te dienen met
hunne eigene moeder te smaden en ia het
aangezicht te spuwen
*1
Bij de onlvangst der afgevaardigden die
aan den Koning op Nieuwjaardag de'wen-
schen van dea Senaat kwamen aanbieden,
antwoordde Z M. als volgt op de toespraak
van burggraaf Simouis
Ik houd er aan te zeggen, Heeren,welke
levendige herinnerii g ik bewaard heb van
de zittingen des Senuats; ik heb mij kunnen
overtuigen hoe steik in uwe vergad-ring de
overleveringen van arbeid en toew tj ling aan
het geme8aebo8t gevestigd blijven.
De Senaat heeft ten volle 't vertrouwen
beantwoord dat 't Congres in hun stelde
hij is een noodig element van bezadigheid
en eendracht
De natiën groeien op en bloeien in trouw
aan de beginselen die haar deden ontstaan,
trouw aan de groote princiepen die de samen
werking verwekten van alle burgers, inde
liefde van één zelfden geboorteg-ond.
't Is met deze hooge bezorgdheid dat men
rekening moet houden, wanneer men de
dikwij's ernsti»8 vraagpunten aanroert, die
de toekomst van een land aanbe'a"gen.
Tnsschen deze vraagpunten b ijkt het wel
dat eerlang de TAALKWESTIE zal komen.
Ik zou, mijne Heeren,eene ware drO' fheid
ondervinden, indien ik de twee gedpe'ten
onzer bevoking. beide zoo wakker en beide
zoo waardig van sympathie, tussehen elkan
der misverstand en bronnen van tweedracht
moest zien graven.
Laat ons vreezen het blijvende rcrsnoeeen
dat op al de levendige bespreking vnl«t. zoo
tnsschen volkeren als tu«sehen eenlingen,
zulk misnoegen wordt moeilijk ui'gewftcht
Werken wij van heden af aa» de von-.
bareidmg va oplossingen die op rechtmatige
wijze rekening houdpn van dp befr- entin
gen, behoeften en belangen der TWEE
deelen van de natie.
In een vrij land mogen de eisschen in volle
onatbankehjkheid worden v oruit gezet.
Maar het is wijs, de uitd-ukking dezer
eis8nhen te houden binnen de grenzen, lie
de welbegrepen gehechtheid aan onze na-
tionalit' it opleggen.
De omstandigheden hebhen onlangs ge
toond dat Vlaanderen en Wallonië pensge-
zind zijn,om ieder am B»lgie eene keurbende
van kunstenaars en letterkundigen te ver
schaffen.
Vereenigd in eene gemeenscbapneliike
Aria. ïrirtt-fnn ttj ÓTjVSIl lH A0
ontwikkeling en de cultuur hunner aarge-
boren hoedanigheden
Deze redevoering zal ongetwijfeld op het
land deZ'-ltden i-druk verwekken als dien,
welken zij maakte op de leden der afvaar-
diging.
Er is geen V'aming, die den raad do8
konmgs niet zal toejuichen, waar hij aan
den Senaat vraagt oplossingen voor te
bereiden, die rechtmatig rekening houden
van oe betrachtingen, behoeften en belangen
der TWEE deelen van de natie.
De Koning beschouwt de Vlamingen nipt
als bM8t-«ardkinderao en vraag' d«t er ook
van HUNNE b orach'ingen, HUNNE be
hoeften en HUNNE belangen worde reke
ning g"b< uden.
Met de kwestie die eerlang te berde
zal k'-men, heeft Koning Albert niets anders
kunnen of willen bedoelen dan de kwestie
der vervlaamsching van de Gentsche Hooge-
scnool.
Met zijne Maicsteit zullen alle Vlamingen
verhopen dat ons de gelegeuh id worde
gegeven, op de eenige doeltreffende wijze te
zorgen voor de ontwikkeling en de cu.tuur
der aangeboren hoedanigheden van het
Vlaam-che vok.
Duitsehman de uitgave had toevertrouwd
van de oorkonden nopens den oorlog van
1870.
't Heeft weinig gescheeld dat het ministerie
niet en werd afgekegeld bij die gelegenheid.
Briand is er moeten tusschenkomen, hij
heeft minister Pichon ongelijk gegeven, maar
toch de kwestie van vert'ouwen gesteld en is
er alzoo nog ingelukt zijn meerderheid te
redden en meteen zijn postje.
Daarachter sprak de befaamde letterkun
dige Maurits Bar-ès over de schandalige
houding van sommige Burgemeesters ten
opzichte der kerken. Te Lign'ères werd de
kerke gesloten omdat z; in puinen viel. en
elders, w arde geloovg-n zelve de kerke
wilden herstellen op eigen kosten kregen ze
de toelating niet, onderandere te Melmcourt.
Te Brue-Aurillac wilden de christenen 2000
fr. aan de g'-meent- geven om te mogen dt
kerke '■■ersrellen maar de gemeenteraadeisch-
te er 5ooo fr. Omdat men die somme niet en
kreeg werd de kerke eerst gesloten en daarna
gel ruikt voor.... een zwijnskot 1
(We vragen verschoonine aan onz 1 lezers
van zu ke dingen neer te schrijven
Een ure lang omtrent haalde M Barrès
zulke en nog ergere feiten aan en de minis
ters zwegen of kwamen voor den dag met
onnoozele uitvluchten.
Als ministers durven ze niet zeggrn dat ze
den godsdienst willen uilroeien, maar al
honne daden spreken nog klaarder dan hun
ne woorden het zouden kunnen doen voor
hen is de godsdienst de vijand 1
M. El kins aan den
hertog van Albru\\en.
De Temps verneemt uit Venetië, dat M'ss
Elkins per telegram aaQ den hertog der
Abruzzen heeft laten weten, dat Senator El-
kins een brief voor hem heef. nagelaten en
die rrief "er .ond^n is. Wat er instaat weet
zelfs de familie Eikine niet.
Zeven-en-der tig jaar ovsl uiting.
Na zeven-en-dertig jaar opsluiting doorge
bracht te Favignano en Portolonzone, werd
Angelo Lucia, een veroordeelde tot ieven»
langen dwangarbeid, gisteren in vrijheid
gesteld. De koning had hem genade geschon
ken
Hij was veroordeeld geworden in r863,
ten gevolge van beschuldigingen tegen hem
uitgebracht door politieke tegenstrevers, die
hem aanwezen als zijnde de moordenaar van
een Calabrischen medeburger.
Hij is heden 75 jaar oud. Nooit verliet hij
het gevang en hij was zeer verwondert voor
de eerste maal een telefonisch toestel en de
electrieke trams te zien Angelo Lucia heeft
twee dochters, die hij niet meer had gezien
sedert zijne veroordeeling.
Maandag laatst, in de zitting -der fransche
Kamer, haU er eene endervragtrg plaats
over de reden waarom de de minister aan eeu
In de diepste geheimzinnigheid, een kun-ft
waarn dit volk meester is, werd in Japoi ië
het proces behandeld betreffende de groote
wij lvei'akte en aar 't schijnt zeer gevaar
lijke samenzwering die daar tenigeu tijd
geleden werd ontdekt.
Mengelwerk van 't NIEUWSBLAD VAN. YPER N°52
DOOR
Ze jubelden. Ze iaten nu van den danig verlang
den heminxelpap en ze babbelden en taterden erg ge
noeg om ïhoorndul Le Worden. Aan 't naaste ende schep
te Gaston, aan bet verste, Wiesten, en Tiele deelde in
't midden. Hij kwa'm versch van 't vier en dampte ge
weldig. Witten die den eersten lepel proefde verbrand
de haast zijn mond. Ze verhielpen hen met blazen en
een paar minuten lang joegen ze van den eenen kant
tot den anderen hunne zoevende aisems over het brand-
heete ieten.
OndertuiS'sdhen trischierden ze een sloken ver-
^olgen met eene benauwelijke haastei den vijein kost.
bull ekens gingen ze aan 't verdapperen en 11a eene
wijle reikten ze de teljcoren voor een tweeden schep..
Eet maar, gasten, 't is er nog, zei Sofie, rood
lijk een kalkoen van bij bet vier te staan, verbinst ze
met den hoek van beur schorte het zweet afvaagde.
Gat lep heur gloeiend wezen kittelde en in druppels
Rmgs heur kaken rolde.
tl 77. Z°° 11 pap, zei Romtaie, 'met een zucht, dal is
wtuee die aan de rebben houdt, en ze stak den eenen
'mpel op den anderen.
verd 77 Hommelpap. hommelpap. grolde Tiele en ze
a ei slokte haar bijkans.
Hier, Wiesten, doe nog een keer vol, zei Witten,
die laan zijn derde tcljoore was. Nog riep hij, 't is
niet genoeg Ouw en eer de overtroppen.de teljoore
triomfantelijk (door de handen bij hem gerockt had hij
er lalree zijn lepel ingeschoten en ging van nieuw
(aant keeren.
Hij had geheel zijn baard beklijsterd met siroop
en fde pap leekte reekaan van zijn kin in bet etenbord.
Kijk een keer, kwanselare, keef jdeefe, kunt 1
ge luwen mond niet passen, geheel uw veste is be-
Zeeverd. Dat deed hem noch koud, noch warm, hij liet
ze zeggen -en greep nog een koekeboterham. I
Twintig minuten lang aten ze wat ze konden tot
ze het eten schier in hunnen krop! voelden stroppen.
Ze 'zwommen in den pap, hadden er tot in hunne
loogen, en ze steenden van 't gulzig geweld. Geheel de
tafel Was er van ends tot ends mee bezeebberd en meer
dan een had zijne kleers met de smouterige spijze bei-
smeerd.
Nè, deed Tiele en ze lei heur lepel neere
'k heb er genoeg van, 'k ben zoo dik als eene padde,
ge zoudt eene vlooie kraken oip het vel van mijnen
huik. 1 I
Nu en dan viel er een slille. Henrietje bleef valn
de laatste het keeuwekle traagjes en had hem zienling
lovereten. Het ziati nog met eeiie halve teljoore en had
geeren geheel den boel geruimd maar op! een ende het
zag er geen doen meer aan en gaf het op. Ronnne voer
van 't zelfde en liet ook een klak in.
Dlat zijn eters, pochte Witten, hunne oogen zijn
(meerder dan hun buik en hij zelf had moeten slekein
lom alles op te krijgen.
Aan een tafelken alleene zat de boterilnne met!
Marie en Fientje die nog ten achteren waren, doordien
ze gedurig hadden moeten zorgen en opdienen.
Hoe is 't Sofie, smaakt het, vroeg Narden.
'A'lls 't slmiaakt, 't en deugt niet, zeggen ze, loech
Sofie en zc at geweerig voort.
Vóór ze met den dans konneix beginnen, moest
'alles aan den kant gezet worden. Eerst zouden ze
;wat (rusten. .Ze waren dik en taoe geëten en 't mansvolk
(zou er deugd van hebben van een hertelijke pijpe te
smooren. Een bende trok naar de keete ean andere naar
de 'bakkeuken. Zoo hieven ze voor een uurken gerust en
teerden genoeglijk den harden kost.
Terwijl ze in den ast gezapig onder malkaar sprat-
ken kwam Wiesten verborsteht binnengestormd met
de flessche en eer ze den tijd hadden te peizen wal
er yan zijne beliefte was, hakkelde hij gloeiend kwaad
Wie heeft er aan de flessche gezeten Ze is
bijkans uit, en hij stak ze op om den inhoud te laten
(weten. Ze keken vragend de eene op de andere en met
een onnoozel verneenen van hun hoofd morden ze,
ik niet,... noch ik.
Kijk, stotterde Wiesten, ze is haast leeg en ik
had ze zoowel verstoken in de schure. Er was nog
vcor 't 'minst eene groote pinte in.
Met dien (verderen uitval vernam hij noch min
Inoch Smeer jen bleef even wijsi. Ze wisten van niet.
Zou 't altemets Fielten niet zijn vroeg Nar
den, 'k (heb hem in den vooravond rond de schure zien
draaien. v
Zeker, 't Was Fielten. Van met dat Narden gaapte
liadden ze 't op de lippen om toe te zeggen. Nu dat ze
't al wel bepeisden, hadden ze met verschilligen belet
dat de boer zoo hooge in kleur stond, en zijne oogen
zoo sichuw in zijn kop rolden.
Die schobbejak, zei Wiesten, 'k zal hem dat
Vergoeden.
j Rond den achten stak Fontje de deure open en
't zei dat de plukkers in huis moesten om hun geld.
Dat hoorden ze liever en schoffelden de eene voor
(den anderen ;om eerst aan te komen.
In de voorplaatse stond Sofie met eene geheele
beurze geld. Effenaan riep ze de plukkers, zei hoeveel'
ze verdiend liadden en gaf hun het loon. Wel een
grcot kwart lang klonk de zilver telling en den klaren
ruikelsleer van de stukken die geestig ruttelden in
jde dansende zakken. Sommigen kaatsten de vijf frank-
(niaars dat ze in de lucht spetterden of rolden ze lijk
simpel kindertuig spelend over den vloer, waar ze uit
plagemij van den eenen of den anderen weggeschopt
of meegeraveld wierden. 't Was eene verwarring on
gehoord, een gekijf en geraas zonder einde. Romme
zei dat ze zou zorgen voor Henrietjes geld. Tiele meende
T zelfde met Wittens pree, maar de gastjes maakten
(hen kwaad en sloegen met hunne vuisten tot ze toch
(voldoening kregen. .Maar dan was het Steefe die op
beuren poot speelde.
'k Ben twee franks kwijt, kreet ze, men heeft'
ze mij ontfutseld, 'k moet ze weer hebben
Ze zochten overal rond op den vloer.
Dat zal u leeren rollen en den zot houden
met uw geld, zei Narden. Ge slacht de jongens met hun
ne marbels, 't is wel besteed.
't Was Henrietje die het stuk vond, al met een
keer, in den hoek tegen het lijs berd waar het bij bloo-
ten coge te rapen lag. Hoe kan dat zijn, en ze keken
aardig op den jongen, lijk ongeloovig en wantrouwig
over zijne klaarzienigheid. Misschien gingen ze daar
naderen uitleg over vragen, maar Romme, in heur
uitgelatenheid, zonder achterdocht, blij van heur geld
weer te hebben, overschreeuwde geheel de bende en
daarmee lieten ze de zake onverlet.
Wordt voortgezet.
<D
3