SpreeMiaafl ll D© Hommelpluk 8 B 3 TaImerk 2142 Op Zaterdag 21 Januari 1911 5 centiemen 'tblad Te trekken bij den Uitgever, Tk 36, in de Boferstrate, te Yper, en bij 's landsboodschapwesen ofte post, tegen 8 frank fs jaars Dagldapper Evangelie van den3n Zondag na Driekoningendag. at VOOR DEM PAUS STADSNIEUWS Feesten Een Liederavond van üullebroeck U m ES Dringend verzoek aan aüe Vlamingen Vlaamsche Hoogeschooi Italië Japonië Vrank rijk Odüon DEMARRÊ 15 a c u en O e "3 e s -o e Echt en recht, 't oud Volk indachtig Kinderlijk, niet kinderachtig Ypersch, Vlaamsch en, bovenal, God getrouwe ik wezen zal van den 21 tot den 28 Januari. fp 'fp tfï ff, fr. 'fp jf» KOND DL WbttbLD en bl0 O T3 U 0) «3 Cfl <3Ji cö J3J O) u 3 D Tl» YP mÊ^st^Beawsesacsasix^ .^grg?:y^^ EN OMMELANDS 't NIEUWSBLAD VAN YPER verschijnt 's Vrijdags, en "s Zaterdags na de markt, tegen 3 fr. 's jaars; 3 fr. en den vrachtloon buiten Belgenland. Het blad is niet min te trekken dan voor een geheel jaar en 't wordt op voorhand betaald. Alles moet vrachtvrij ingezonden worden naar de BOTER- strate, Tk 36, te Yper. De bekendmakingen kosten o fr. i5 de reks binnen 't blad is 't o fr. 3o van 's Rechters wegen fr. i o\ erdruk 5 fr. 't honderd. ledsr boek, waarvan ons twee afdruksels zijn gezonden, wordt besproken. De Heeren van de AGENCE Havas, te Brussel, Tk 34, in de Zilverstrate, en te Parijs, Tk 8, PLACE )>E LA BOURSE, ontvangen bekendmakingen voor 't NIEUWSBLAD VAN YPER, van al die buiten Oost-& Westvlaanderen wonen. z. 21. H« Agnes mgmf 304. Z. 22. HH. Vincentius en Anastasius mm. Zaligen Walter van Leuven f 1222. m. 23. O. L. Vrouw Bruiloft.H. Raymond van Pennafort He Fmerentiana mgm. d. 24. H. Timotheus m. was volgeling van den H. Paulus Zalige Hendrik de Weys Heer van Beernem broeder te Villers. w. 25. St-Pauwels bekeering. H. Popo van Deinze. d. 26. H. Polycarmis m. volgeliDg van St- Jan b. van Smyrne f 168. H" Paula. v. 27. H. Joannes Chrysostomus Patriark van Constantinopel en kerkleeraar. zijn hoofd schedel is bewaard te Brugge. Zalige Jan van Waasten b. f 1130. Te dien tijde, toen Jezus van "den berg was afgedaald volgden Hem talrijke scharen. En zie een meiaatsctie kwam, wierp zich voor Hem neder en zeide Heer, indien Gy wilt kunt Gij mij reinigen. E11 Jezas strekte de hand uit, raak te hem aan en zeide Ik wil, wordt gereinigd. En aanstonds was bij van zijne melaatscheid ge reinigd En Jezus zeide hem Zie toe, dat gij het niemand zegtmaar ga, vertoon u aan den priester en offer de gave, welke Mozes heeft voorgeschreven, tot een getuigenis voor hen. Als Hjj. nu Capharnaüm w^s binnengegaan, na derde Hem een honderdman, die Hem bad en zeide: Heer, mijn dienstknecht ligt thuis ver lamd en lijdt hevige pijnen. En Jezus zeide hem Ik zal komen en hem genezen. Maar de honderd man antwoordde Heer, ik ben niet waardig, dat Gij onder mijn dak komt, maar «preek slechts een woord en mijn dienstknecht zal gene zen. Want ook ik ben een man. onder gezag gesteld, maar ik heb soldaten onder mijen tot den eenen zeg ik Ga, en hij gaaten tot den anderen Kom. en hij komten tot mijn dienst knecht Doe dit, en hij doet het Toen Jezus dit hoorde, was Hij verwondert en sprak tot die Hem volgden Voorwaar. Ik zeg u zoo groot een geloof heb Ik in Israël niet gevonden Doch lk zog u, dat velen zullen komen van het oosten on het westen en met Abraham, Isaac en Jacob aanzitten in het rijder hemelen doch de kin deren van het rijk zullen worden uitgeworpen buiten in de duisternis daar zal geween zij en geknars der tanden. En tot den honderdman zeide JezusGa, en zooals gij hebt gelooft, zoo geschiede u. En op hetzelfde uur genas de dienstknecht. Vorige lijst fr. 306.00 Onbekend, tereere van de Heilige Familie, vraagt den zegen over haar, over de koninklijke familie en over geheel het katholiek Beigenland. 3.00 De congregatie der leerlingen bij de Rousbrugge-Damen. 50.00 O Pius, heilige Vader, Wij al'en hier te gader Wij smesken uwen zeizen af, Opdat wij voort tot aan het graf Volherdon mogen, kloek en sterk, In onze liefde voor Gods kerk. Eerw. lieer Dilger, bestierder der Knechtenweezenschool, Yper 25.00 Eerw. Heer George, pastoor, Boesinghe ^0 00 önkend 2 00 V. S. Bestierder van St-Josephsgesticlit, Yper 20.00 De Soirée-Tabagie aangekondigd en weerzeid achterna, blijft vastgesteld op Zaterdag avond 28n de^er, ten 8 en half. in de Iweinszaal. Een kluchtzanger van talent, benenevens verscheidene kunstenaars en liefhebbers van eersten keus,zullen hunne medewerking verleenen. 6-3 Voor de avondfeeste voor Damen is de datum no niet bepaal l vastgesteld, maar een Groot Concert zal nog plaats hebben op Zondag 26n Februari, 's avonds ten 7 1/2 ure. Donderdag 26 Januari igii, om 7 ure 'savonds, te Yper, inde Iweinszaal, zal M. Emiel Hullebrosck van Gent eene voordracht en liederavond aanbieden aan de leden en vrienden van het Ypersch Davidsfonds. In 't eerste deel zal hij ons don grooten vlaasBSclien toondichter PETER BENOIT doen kennen, zijn leven, zijn toon en letter kundige werken, zijne school en zijne leer lingen; en ons door gezang de veelzijdigheid van Benoit's genie toonen zijn volkstrantBeiaardlied en Strijd kreet zijne kinderoratoria: De Wereld in en Van Ryswyckshulde zijne Conscience cantate zijn operamuziek Isa en Karei Van Gelderland zijn grootsche zangen De Schelde, Luci fer, De Oorlog zijne liedaren Heeft het Roosje milde geuren. Dender liedeken, Mijn hert is vol verlangen zijn boertig vak Het Meilief zijn godsdienstige muziek: Drama Chris- ti en ziju vaderlandsch gezang Het lied der Vlamingen. In het tweede deel zal de gevierde toon dichter ons vergasten op de schoonste liede ren van zijne eigene hooggeprezene kunst. Prijzen der Plaatsen Yoorbehoudene plaats 1 fr. Eerste plaats 0.50 fr. r*t De leden van het Ypersch Davidsfonds, en deze die 5 fr. betalen om lid te worden, hebben vrijen toegang tot eene voorbehou- dene plaats. De huisgenoten der leden betalen slechts 0 25 fr. voor eene voorbehoudene plaats. Kaarten zijn verkiijgbaar bij M. H. Sobry, advokaat te Yper en in de Iweinszaal. ln alle Vlaamsche bladen lezen wij dage lijks hoe overal onnauwkeurigheden ge schieden bij de volkstelling. 8 Van onze vrien den uit menigvuldige Vlaamsche gemeenten ontvangen wij daarover klachten De op- tellingsbrieven worden doodeenvoudig inge vuld langs de Fransche zijde, door de agen ten der volkstelling zelf. en zoo ter onder- teekening aan de niets kwaad vermoedende inwoners aangeboden,zoodanig dat menschen, die hoegenaamd geen Fransch kennen, worden aangeteekend als Fransch en Vlaamsch sprekend, erger nog, als meest Fransch gebruikend Zoo zal het natuurlijk niet moeilijk zijn in België een getal Walen te vinden dat ver boven de waarheid staat. Ziehier nu wat wij met het oog op de noo- dige maatregelen dringend vragen aan alle Vlamingen i°d3t zij ons zouden bektnd maken in melk gemeenten de optedingsbrieven ingevuld aan de inwoners eerden aangeboden 20 of zij waren inoevuld langs de Fran- sche of de Vlaamsche fijde 3waar men personen (zoo mogelijk de namen bijvoegen), die de Fransche taal niet machtigzijn, opgeteekend heeft als Fransch- kennend; 4° waar men personen die gewoonlijk Vlaamsch spreken, opgeteekend heeft als meest Fransch gebruikend. Wij hopen dat alle Vlamingen, die onrecht zagen gebeuren bij de volkstelling, ons zoo spoedig mogelijk daarover zullen inlichten. Daar hangt te veel van af voor onze Vlaamsche bevolk'ng. run Wij maken tcrzelvertijd van de gelegenheid gphriiilr Aex Vlominpan ta xrrptfff*n nnc -■-rl mogelijk, uit alle gemeenten van het Vlaam. sche land, een paar vertrouwbare Vlaamsch- gezinde personen aan te duiden die, of aan die personen zelfs ons hun naam op te geven Op die manier zouden wij overal vertegen woordigers hebben tot wie wij ons in ver trouwen konden wenden,voor briefwisseling, inlichtingen, mededeelingen, enz Wij doen een beroep op den goeden wil van allen. Het ware een flinke stap vooruit. - Het Kath. Vl. Secretariaat, Koningstraat, 6, Antwerpen. j De groote zaak die tegenwoordig ter sprake is in Belgenland, 't is de vervlaam- schiDg der Gentschs Hoogeschooi. Bij duizenden en nog duizenden worden ten allen kante kleine papiertjes rondge strooid met de begeerte dsr Vlamingen Wij eischen Vlaamsche Hoogeschooi Do gazetten uit het Walenland zijn natuur lijk daarop erg verbitterd, ten minste de grootste helft, maar de ergsm zijn nog de lran3ch scbrij venden en sprekenden uit Vlaanderen. Zekere Maeterlynck, die zich beroemd en rijk gemaakt heelt met werken to sch'ijven voor z ker frausch volk, ziet nu als fransch schrijver met a'le mogelijke verachting neder op zijne oude landgenoten, die no^ de taal van Maerlant durven vei kiezen boven het fransch, en hij heeft ter gelegenheid van de kwestie van de Vlaamsche Hoogeschooi de Vlamingen uitgescholden voor lomp vee, terwijl een andere land hater het vlaamsch verg dijkt aan de taal der Hottentotten en Jean d'Ardenne schrijft over racaille flamingante en andere mindere keffertjes op alle manieren trachten de Vlamingen voor den aap te houden. Zoodus, al die. hier werken voor de geeste lijke en zedelijke verheffing van hun volk, die het volk widen veredelen met het op te leiden naar verstande'ijker leven, al die mannen zijn Vlaamsch gespuis, racaille flamingante Gespuis, David en Willems, Conscience en Snieders, GezHIe en De Bo, Streuvels en Pol De Mont, Hugo Verriest en Karei de Gheldere... Gespuis.ooze toonkundigenPeterBenoit, Jan Blockx, Wambach, Roels, De Bueck, Tinei en zooverl anderen, wiens meester stukken de we'e d door eene ongekende begeestering hebbtm verwekt Gespuis. Coremms. Helleputte, Van Cauwe'aert, Juüaan Deibeke, Hendrick, Franck 1 Gespuis, de duizenden leden van Davids fonds en Willemsfonds, van den Katho ieken landsbond, van het Nederlandsch verbond, van da Oud-Hoogstudenten Gespuis, die geleerden die te Antwerpen met meer dan 2000 bijeenkwamen genees- heeren, rechtsgeleerden, leeraars, letter kundigen Al die zijn moedertaal lief heeft en voor haar de plaats begeert, die haar rechtmat'g toekomt, die durft eischen dat voor de 4 f milli n£\*i r> roi in 0 o ^rlcs>c>ts3&.ioilO HoOgö- school brsfa, benevens de aria or viai nuU- sch«voor 3 millioen franschspreken ien, is voor de Chronique gespuis en voor Maeterlynck lomp vee I Bij zu!ke verwijtsels, die ons treffen alB een zweepslag, heffen wij dea kop nog hooger 1 We houden meer dan ooit aan ons recht 1 Vlaamsche Hoogeschooi «1 Eenige fransche bladen uit ons land een klein getal b treuren de overdreven zottigheden hunner fransche confraters en zeggen niets gemeens te willen hebben met de personen die hunnen oorsprong willen uitvagen door gedurig hun vaderland en hun geboortegrond te beleedigen, met die lakeien van een ander land, die meeoen hunne aaneenomene moeder te dienen met hunne eigene moeder te smaden en ia het aangezicht te spuwen *1 Bij de onlvangst der afgevaardigden die aan den Koning op Nieuwjaardag de'wen- schen van dea Senaat kwamen aanbieden, antwoordde Z M. als volgt op de toespraak van burggraaf Simouis Ik houd er aan te zeggen, Heeren,welke levendige herinnerii g ik bewaard heb van de zittingen des Senuats; ik heb mij kunnen overtuigen hoe steik in uwe vergad-ring de overleveringen van arbeid en toew tj ling aan het geme8aebo8t gevestigd blijven. De Senaat heeft ten volle 't vertrouwen beantwoord dat 't Congres in hun stelde hij is een noodig element van bezadigheid en eendracht De natiën groeien op en bloeien in trouw aan de beginselen die haar deden ontstaan, trouw aan de groote princiepen die de samen werking verwekten van alle burgers, inde liefde van één zelfden geboorteg-ond. 't Is met deze hooge bezorgdheid dat men rekening moet houden, wanneer men de dikwij's ernsti»8 vraagpunten aanroert, die de toekomst van een land aanbe'a"gen. Tnsschen deze vraagpunten b ijkt het wel dat eerlang de TAALKWESTIE zal komen. Ik zou, mijne Heeren,eene ware drO' fheid ondervinden, indien ik de twee gedpe'ten onzer bevoking. beide zoo wakker en beide zoo waardig van sympathie, tussehen elkan der misverstand en bronnen van tweedracht moest zien graven. Laat ons vreezen het blijvende rcrsnoeeen dat op al de levendige bespreking vnl«t. zoo tnsschen volkeren als tu«sehen eenlingen, zulk misnoegen wordt moeilijk ui'gewftcht Werken wij van heden af aa» de von-. bareidmg va oplossingen die op rechtmatige wijze rekening houdpn van dp befr- entin gen, behoeften en belangen der TWEE deelen van de natie. In een vrij land mogen de eisschen in volle onatbankehjkheid worden v oruit gezet. Maar het is wijs, de uitd-ukking dezer eis8nhen te houden binnen de grenzen, lie de welbegrepen gehechtheid aan onze na- tionalit' it opleggen. De omstandigheden hebhen onlangs ge toond dat Vlaanderen en Wallonië pensge- zind zijn,om ieder am B»lgie eene keurbende van kunstenaars en letterkundigen te ver schaffen. Vereenigd in eene gemeenscbapneliike Aria. ïrirtt-fnn ttj ÓTjVSIl lH A0 ontwikkeling en de cultuur hunner aarge- boren hoedanigheden Deze redevoering zal ongetwijfeld op het land deZ'-ltden i-druk verwekken als dien, welken zij maakte op de leden der afvaar- diging. Er is geen V'aming, die den raad do8 konmgs niet zal toejuichen, waar hij aan den Senaat vraagt oplossingen voor te bereiden, die rechtmatig rekening houden van oe betrachtingen, behoeften en belangen der TWEE deelen van de natie. De Koning beschouwt de Vlamingen nipt als bM8t-«ardkinderao en vraag' d«t er ook van HUNNE b orach'ingen, HUNNE be hoeften en HUNNE belangen worde reke ning g"b< uden. Met de kwestie die eerlang te berde zal k'-men, heeft Koning Albert niets anders kunnen of willen bedoelen dan de kwestie der vervlaamsching van de Gentsche Hooge- scnool. Met zijne Maicsteit zullen alle Vlamingen verhopen dat ons de gelegeuh id worde gegeven, op de eenige doeltreffende wijze te zorgen voor de ontwikkeling en de cu.tuur der aangeboren hoedanigheden van het Vlaam-che vok. Duitsehman de uitgave had toevertrouwd van de oorkonden nopens den oorlog van 1870. 't Heeft weinig gescheeld dat het ministerie niet en werd afgekegeld bij die gelegenheid. Briand is er moeten tusschenkomen, hij heeft minister Pichon ongelijk gegeven, maar toch de kwestie van vert'ouwen gesteld en is er alzoo nog ingelukt zijn meerderheid te redden en meteen zijn postje. Daarachter sprak de befaamde letterkun dige Maurits Bar-ès over de schandalige houding van sommige Burgemeesters ten opzichte der kerken. Te Lign'ères werd de kerke gesloten omdat z; in puinen viel. en elders, w arde geloovg-n zelve de kerke wilden herstellen op eigen kosten kregen ze de toelating niet, onderandere te Melmcourt. Te Brue-Aurillac wilden de christenen 2000 fr. aan de g'-meent- geven om te mogen dt kerke '■■ersrellen maar de gemeenteraadeisch- te er 5ooo fr. Omdat men die somme niet en kreeg werd de kerke eerst gesloten en daarna gel ruikt voor.... een zwijnskot 1 (We vragen verschoonine aan onz 1 lezers van zu ke dingen neer te schrijven Een ure lang omtrent haalde M Barrès zulke en nog ergere feiten aan en de minis ters zwegen of kwamen voor den dag met onnoozele uitvluchten. Als ministers durven ze niet zeggrn dat ze den godsdienst willen uilroeien, maar al honne daden spreken nog klaarder dan hun ne woorden het zouden kunnen doen voor hen is de godsdienst de vijand 1 M. El kins aan den hertog van Albru\\en. De Temps verneemt uit Venetië, dat M'ss Elkins per telegram aaQ den hertog der Abruzzen heeft laten weten, dat Senator El- kins een brief voor hem heef. nagelaten en die rrief "er .ond^n is. Wat er instaat weet zelfs de familie Eikine niet. Zeven-en-der tig jaar ovsl uiting. Na zeven-en-dertig jaar opsluiting doorge bracht te Favignano en Portolonzone, werd Angelo Lucia, een veroordeelde tot ieven» langen dwangarbeid, gisteren in vrijheid gesteld. De koning had hem genade geschon ken Hij was veroordeeld geworden in r863, ten gevolge van beschuldigingen tegen hem uitgebracht door politieke tegenstrevers, die hem aanwezen als zijnde de moordenaar van een Calabrischen medeburger. Hij is heden 75 jaar oud. Nooit verliet hij het gevang en hij was zeer verwondert voor de eerste maal een telefonisch toestel en de electrieke trams te zien Angelo Lucia heeft twee dochters, die hij niet meer had gezien sedert zijne veroordeeling. Maandag laatst, in de zitting -der fransche Kamer, haU er eene endervragtrg plaats over de reden waarom de de minister aan eeu In de diepste geheimzinnigheid, een kun-ft waarn dit volk meester is, werd in Japoi ië het proces behandeld betreffende de groote wij lvei'akte en aar 't schijnt zeer gevaar lijke samenzwering die daar tenigeu tijd geleden werd ontdekt. Mengelwerk van 't NIEUWSBLAD VAN. YPER N°52 DOOR Ze jubelden. Ze iaten nu van den danig verlang den heminxelpap en ze babbelden en taterden erg ge noeg om ïhoorndul Le Worden. Aan 't naaste ende schep te Gaston, aan bet verste, Wiesten, en Tiele deelde in 't midden. Hij kwa'm versch van 't vier en dampte ge weldig. Witten die den eersten lepel proefde verbrand de haast zijn mond. Ze verhielpen hen met blazen en een paar minuten lang joegen ze van den eenen kant tot den anderen hunne zoevende aisems over het brand- heete ieten. OndertuiS'sdhen trischierden ze een sloken ver- ^olgen met eene benauwelijke haastei den vijein kost. bull ekens gingen ze aan 't verdapperen en 11a eene wijle reikten ze de teljcoren voor een tweeden schep.. Eet maar, gasten, 't is er nog, zei Sofie, rood lijk een kalkoen van bij bet vier te staan, verbinst ze met den hoek van beur schorte het zweet afvaagde. Gat lep heur gloeiend wezen kittelde en in druppels Rmgs heur kaken rolde. tl 77. Z°° 11 pap, zei Romtaie, 'met een zucht, dal is wtuee die aan de rebben houdt, en ze stak den eenen 'mpel op den anderen. verd 77 Hommelpap. hommelpap. grolde Tiele en ze a ei slokte haar bijkans. Hier, Wiesten, doe nog een keer vol, zei Witten, die laan zijn derde tcljoore was. Nog riep hij, 't is niet genoeg Ouw en eer de overtroppen.de teljoore triomfantelijk (door de handen bij hem gerockt had hij er lalree zijn lepel ingeschoten en ging van nieuw (aant keeren. Hij had geheel zijn baard beklijsterd met siroop en fde pap leekte reekaan van zijn kin in bet etenbord. Kijk een keer, kwanselare, keef jdeefe, kunt 1 ge luwen mond niet passen, geheel uw veste is be- Zeeverd. Dat deed hem noch koud, noch warm, hij liet ze zeggen -en greep nog een koekeboterham. I Twintig minuten lang aten ze wat ze konden tot ze het eten schier in hunnen krop! voelden stroppen. Ze 'zwommen in den pap, hadden er tot in hunne loogen, en ze steenden van 't gulzig geweld. Geheel de tafel Was er van ends tot ends mee bezeebberd en meer dan een had zijne kleers met de smouterige spijze bei- smeerd. Nè, deed Tiele en ze lei heur lepel neere 'k heb er genoeg van, 'k ben zoo dik als eene padde, ge zoudt eene vlooie kraken oip het vel van mijnen huik. 1 I Nu en dan viel er een slille. Henrietje bleef valn de laatste het keeuwekle traagjes en had hem zienling lovereten. Het ziati nog met eeiie halve teljoore en had geeren geheel den boel geruimd maar op! een ende het zag er geen doen meer aan en gaf het op. Ronnne voer van 't zelfde en liet ook een klak in. Dlat zijn eters, pochte Witten, hunne oogen zijn (meerder dan hun buik en hij zelf had moeten slekein lom alles op te krijgen. Aan een tafelken alleene zat de boterilnne met! Marie en Fientje die nog ten achteren waren, doordien ze gedurig hadden moeten zorgen en opdienen. Hoe is 't Sofie, smaakt het, vroeg Narden. 'A'lls 't slmiaakt, 't en deugt niet, zeggen ze, loech Sofie en zc at geweerig voort. Vóór ze met den dans konneix beginnen, moest 'alles aan den kant gezet worden. Eerst zouden ze ;wat (rusten. .Ze waren dik en taoe geëten en 't mansvolk (zou er deugd van hebben van een hertelijke pijpe te smooren. Een bende trok naar de keete ean andere naar de 'bakkeuken. Zoo hieven ze voor een uurken gerust en teerden genoeglijk den harden kost. Terwijl ze in den ast gezapig onder malkaar sprat- ken kwam Wiesten verborsteht binnengestormd met de flessche en eer ze den tijd hadden te peizen wal er yan zijne beliefte was, hakkelde hij gloeiend kwaad Wie heeft er aan de flessche gezeten Ze is bijkans uit, en hij stak ze op om den inhoud te laten (weten. Ze keken vragend de eene op de andere en met een onnoozel verneenen van hun hoofd morden ze, ik niet,... noch ik. Kijk, stotterde Wiesten, ze is haast leeg en ik had ze zoowel verstoken in de schure. Er was nog vcor 't 'minst eene groote pinte in. Met dien (verderen uitval vernam hij noch min Inoch Smeer jen bleef even wijsi. Ze wisten van niet. Zou 't altemets Fielten niet zijn vroeg Nar den, 'k (heb hem in den vooravond rond de schure zien draaien. v Zeker, 't Was Fielten. Van met dat Narden gaapte liadden ze 't op de lippen om toe te zeggen. Nu dat ze 't al wel bepeisden, hadden ze met verschilligen belet dat de boer zoo hooge in kleur stond, en zijne oogen zoo sichuw in zijn kop rolden. Die schobbejak, zei Wiesten, 'k zal hem dat Vergoeden. j Rond den achten stak Fontje de deure open en 't zei dat de plukkers in huis moesten om hun geld. Dat hoorden ze liever en schoffelden de eene voor (den anderen ;om eerst aan te komen. In de voorplaatse stond Sofie met eene geheele beurze geld. Effenaan riep ze de plukkers, zei hoeveel' ze verdiend liadden en gaf hun het loon. Wel een grcot kwart lang klonk de zilver telling en den klaren ruikelsleer van de stukken die geestig ruttelden in jde dansende zakken. Sommigen kaatsten de vijf frank- (niaars dat ze in de lucht spetterden of rolden ze lijk simpel kindertuig spelend over den vloer, waar ze uit plagemij van den eenen of den anderen weggeschopt of meegeraveld wierden. 't Was eene verwarring on gehoord, een gekijf en geraas zonder einde. Romme zei dat ze zou zorgen voor Henrietjes geld. Tiele meende T zelfde met Wittens pree, maar de gastjes maakten (hen kwaad en sloegen met hunne vuisten tot ze toch (voldoening kregen. .Maar dan was het Steefe die op beuren poot speelde. 'k Ben twee franks kwijt, kreet ze, men heeft' ze mij ontfutseld, 'k moet ze weer hebben Ze zochten overal rond op den vloer. Dat zal u leeren rollen en den zot houden met uw geld, zei Narden. Ge slacht de jongens met hun ne marbels, 't is wel besteed. 't Was Henrietje die het stuk vond, al met een keer, in den hoek tegen het lijs berd waar het bij bloo- ten coge te rapen lag. Hoe kan dat zijn, en ze keken aardig op den jongen, lijk ongeloovig en wantrouwig over zijne klaarzienigheid. Misschien gingen ze daar naderen uitleg over vragen, maar Romme, in heur uitgelatenheid, zonder achterdocht, blij van heur geld weer te hebben, overschreeuwde geheel de bende en daarmee lieten ze de zake onverlet. Wordt voortgezet. <D 3

HISTORISCHE KRANTEN

Nieuwsblad van Yperen en van het Arrondissement (1872-1912) | 1911 | | pagina 1