De Melk.
OPRECHTHEID
VOEDERBEETEN
VOLKSWETENSCHAP
of men niet met meer voordeel een
ander voedermiddel zou aanschaffen.
{Nadruk verboden.)
F. Pirard,
Landbou w-ingenieur.
Niet kunnen lezen komt den
boer soms heel duur te staan.
Ouders, zorgt dat uwe kinde
ren zooveel geleerdheid mogelijk
bezitten.
Er was een tijd, dat de reklaam die
voor de verschillende mestoffen werd
gemaakt, geheel en al op wetenschap
pelijke grondslagen berustte. Men
overtuigde de landbouwers door het
aanhalen der uitslagen van bemes-
tingsproeven, die door vertrouwbare
personen, meestal door de landbou
wers zeiven. en onder toezicht van
bevoegde mannenwerden uitgevoerd
De artikels, welke over meststoffen
werden geschreven, waren nuttig en
leerrijk voor den landbouwer.
Nu nog zijn er producten, die in
volle oprechtheid worden aanbevolen,
namelijk die welker innerlijke waarde
of wezenlijke hoedanigheden zoo uit
stekend zijn, dat ze door geene over
drijving behoeven aangeprezen te
worden.
Maar hoeveel meststoffen en voeder
middelen worden er tegenwoordig
niet te koop gesteld, die met veel
geringer waarde goed gekende pro
ducten willen verdringen Daartoe
kunnen ze niet geraken, indien ze in
alle oprechtheid willen reklaam ma
ken.
Zoowel voor de stikstofmesten als
voor de phosphor- en potaschmesten,
zien wij tegenwoordig eene concur
rentie, die niet zeiden aan oprechtheid
te kort komt. Wij zouden hier kunnen
wijzen niet alleen op ronkende en
pronkende zinnen en woorden uit de
advertentiën of aankondigingen,maar
ook op den inhoud van zoogenaamde
landbouwartikels, die men week aan
week, met de door iedereen gekende
schrijversnamen in dag- of weekbla
den ziet verschijnen.
Gelukkiglijk zijn vele landbouwers
nu zooverre gevorderd dat ze die
artikels, ofwel niet meer lezen, ofwel
den inhoud naar waarde schatten.
Toch zou het hun wel wat dikwijlder
mogen onder de oogen gebracht wor
den hoe het staat met de oprechtheid
van sommige aankondigingen daar
om, en ook omdat wij nog voort
durend het besproken feit ontmoeten,
geven wij hier het artikel van den
gekenden Nederlandschen landbouw
kundige, den heer K. De Vrieze
De zwavelzure ammoniak wordt
door de salpeterzuurbacteriën omge
zet in een salpeterzoutdit erkennen
ook de verkoopers van zwavelzuren
ammoniak.
Bij meest alle chemische omzet
tingen is er verlies, als het ten minste
gemakkelijk kan.
Nu is er veel gevaar voor stikstof-
verlies bij omzetting van zwavelzuren
ammoniak to t salpeterzout. Prof. Wag
ner schat dat verlies op 1/10.
En nu komt een kleine bereke
ning.
't Is wel zonderling de verkoo
pers van sodanitraat en van ammo-
niaksulfaat zeggen dat de stikstof in
hunne waar de goedkoopste is.
We zullen een eenigszins ruwe
berekening maken, de breuken erbij
weglatende Sodanitraat, met 15 p. c.
stikstof, kost in den groothandel
fr. 21.95 per 100 kg.
Ammoniaksulfaat, met 20 2 of
18 p. c. stikstof, kost 31.50 fr. per
100 kg.
Dus kost 1 kg. stikstof in soda
nitraat fr. 1.46 en 1 kg. stikstof in
ammoniaksulfaat fr. 1.75.
De stikstof in nitraat is dus per
kilo 29 centiemen goedkooper dan
die in sulfaat.
Hoe kunnen nu beide stikstof-
mesten de goedkoopste zijn
Vijftien kg. stikstof in soda
nitraat zijn toch fr. 4.35 goedkooper
dan dezelfde hoeveelheid in zwavel
zuren ammoniak.
Me dunkt, we behoeven daarover
niet langer te spreken. Getallen, goed
aangewend, kunnen toch niet liegen.
Laat men aan 't narekenen gaan,
dat is het rechte.
Tot zooverre de heer K. De Vrieze.
Toch zullen wij morgen dezelfde
dwaling benevens andere afgekon
digd zien. 't Moet wel zijn dat er veel
gereken wordt op de goedgelovig
heid der landbouwers
Zonder, zooals de heer K. De Vrieze
nochtans met recht doet, een minder
waarde toe te kennen aan de ammo-
niakale stikstofmaar, ze beide ne
mende aan hun handelswaarde, vinden
wij de volgende prijzen voor één kilo
gram stikstof
April
1910
1.39
1.46
Mei
1.33
1.44
Juni
1.37
1.44
Juli
1.36
1.44
Augustus
1.40
1.46
September
1.41
1.47
October
1.41
1.49
November
1.40
1.50
December
1.40
1.50
Januari
1911
1.45
1.57
Februari
1.48
1.62
Maart
1.49
1.65
Ziedaar de vergelijkende prijzen
voor een gansch jaar, en toch zullen
we nog te lezen krijgen, dat ook
ammoniak sulfaat de goedkoopste
stikstofmest is
Besproeiing der aardappels tegen
de ziekte is zeer winstgevend.
De Bordeleesche pap, waarmede
men besproeit wordt gemaakt als
volgtmen neemt eene kuip, die
100 liter kan bevatten. Men vult die
's avonds met 50 liter water. Men legt
daarin een zakje met l i\2 kilo koper
vitriool of blauwen aluin. Dit zal den
volgenden morgen opgelost zijn. Dan
neemt men 314 kilo ongebluschte kalk.
Men bluscht die in zuiver water. Men
doet dan bij deze gebluschte kalk wat
water en giet na omroeren der kalk
melk kopervitriool er bij.
kalk niet meer dan 50 liter water
gebruikenzoodat alles te zamen 100
liter uitmaakt.
Het verdient aanbeveling de kalk
melk eerst door een zeef te gieten.
Op de dorpen verstaat men door
melk het voortbrengsel der melk-
klieren van de koe, nadat deze
haar kalf ter wereld heeft ge
bracht. In de steden is de melk
meestal een voortbrengsel van de
melkklieren der koe en... van de
landelijke waterputten.
In het eerste geval is de melk
een volledig voedsel, en hare voe
dingswaarde stemt overeen met
hare scheikundige samenstelling.
Goede melk bevat al de voe-
dingsbestanddeelen, welke noodig
zijn tot het onderhoud des levens,
tot aangroei der weefsels,tot goede
werking der organen. Voor den
mensch is de melk het voedsel bij
uitmuntendheid voor kinderen en
ouderlingen, voor het jonge dier
is de melk ook het onmisbaar
voedsel. Alleen gebruikt, is melk
ontoereikend voor volwassen men-
schen en dieren.
Een liter melk weegt 29 tot
33 gram meer dan een liter water
het soortelijk gewicht verschilt van
1029 tot io33 voor de volle melk,
van io33 tot io36 voor ontroomde
melk. Hieruit volgt dat men zich
niet uitsluitelijk kan steunen op
het soortelijk gewicht om te onder
zoeken of de melk ontroomd is of
niet, want de afgeroomde melk
kan, door toevoeging van water,
weer op haar gewoon gewicht
worden gebracht.Inderdaad, wan
neer men melk ontroomt van io33
soortgelijk gewicht,gaat dit gewicht
over tot io36 of io38; voegt men
daarbij ongeveer i5 p. h. water,
dan daalt dit gewicht wederom tot
io33. 't Is gelukkig dat de schei
kundige over andere middelen be
schikt om het bedrog te ontdekken.
Een kilogram melk bevat gemid
deld 876 gram water, 35 gram vet
stoffen (boter), 36 gram kaasstof,
45gramlactose(melksuiker),8gram
zouten.
Deze getallen zijn zeer verander
lijk, zoodanig dat men niet kan
bevestingen dattwee melkmonsters
van dezelfde koe dezelfde samen
stelling hebben.
De eerste melk na het kalven
heet colostrumdeze bevat zeer veel
eiwitstof en moet geheel aan het
jonge kalf worden gegeven om tot
afdrijvend middel te dienen.
Onder de microscoop is de melk
een witachtige vloeistof met vet
bolletjes ter dikte van 2 a 3 dui
zendste van een millimeter door
snede.
Zoodra de melk in rust wordt
gelaten, stijgen de vetbolletjes naar
boven en vormen eene laag room.
Door het boteren komen de vet
bolletjes tezamen en vormen boter.
De kaas is het stikstofhoudend
bestanddeel der melk, dat door
warmte, stremsel of zuren kabbelt
of stremt. De koolhydraten bevin
den zich in de melk als suiker,
lactose, welke, door een ferment,
zuur wordt. De verzuring geschiedt
op 12 tot 25°daarom moet onge
kookte melk beneden deze warmte
graad bewaard worden.
Het waterbestanddeel of serum
der melk bevat de minerale zouten,
waarvan het belangrijkste het kalk-
phosphaat is dat een voorname rol
speelt in de voeding van kinderen,
ouderlingenen herstellenden. Daar
bij komen ook nog de chloruren
en de sulfaten.
De melk is niet alleen een
krachtig voedsel, maar ook een
geneesmiddel sommige maag
ziekten worden genezen door het
gebruik van melk, die de zuurheid
van dit orgaan bestrijden. Melk is
ook een krachtig pisafdrijvend
middel bij de nier- en hartziekten
aanbevolen aan de buiklooplijders.
Met overdaad genomen, kan de
melk de maag overladen.
Melk is een volledig voedsel van
eerste klasse, op voorwaarde dat
ze niet vervalscht zij. Dit is onge
lukkiglijk maar al te dikwijls het
geval. Melk kan schadelijk worden
door de microben en giftstoffen,
die zich daarin ontwikkelen, zoo
danig dat ze kan gevaarlijkworden
voor kinderen en ook voor vol
wassenen. Sedert lang hebben de
vakkundigen de aandacht der
wetgevers hierop doen vestigen, en
laat ons hopen dat er eindelijk
afdoende maatregelen tegen de
vervalschers zullen genomen wor
den.
Zeggen wij, om te eindigen, dat
door het kooken der melk de
microben worden gedood, name
lijk de microben van de longtering
en van het muil- en klauwzeer.
Ongekookte melk verteert gemak
kelijker dan gekookte; doch om ze
ongekookt te verbruiken moet men
geheel en al zeker zijn dat ze
geheel onschadelijk is en geene
ziektekiemen bevat.
The Dairyman.
Nadruk verboden.)
Om te zien of er genoeg kalk in
de BORDELEESCHE PAP is, neme
men een mes en houde dit enkele
minuten in de oplossing is het
mes dan met koper aangeslagen,
dan is toevoeging van eenige
kalkmelk wel aan te bevelen.
Door bijvoeging van 15 gram
suiker op 100 liter, krijgt de
BORDELEESCHE PAP een gelei-
achtigen vorm, die beter kleeft en
twee maanden, denkelijk langer,
behouden blijft, zoodat het niet
noodig is de pap op den dag van
het gebruik te bereiden.
Bij de teelt van voederbeeten is er
een punt, dat met veel belangstelling
dient in acht te worden genomen,
namelijk de afstand tusschen en in de
rijen. De afstand oefent een grooten
invloed uit op de voedende bestand-
deelen in de beeten bevat.
Meestal is de landbouwer vooral
ingenomen met het winnen van een
groot gewicht, zonder zich te bekom
meren om de voedende waarde der
gewonnen beeten. Zie eens welke
beetenHoe dik ze zijn hoort men niet
zelden uitroepen, en moest men vragen
welke beeten de beste zijn, ook zouden
vele landbouwers deze schoone beeten
voor de voedzaamste houden. Ze
dwalen echter.
Niet altijd bestaat er eene recht-
streeksche verhouding tusschen de
dikte der beet, de opbrengst in gewicht
per hectare en de voedende waarde.
Deze dikke beeten hebben minder
waarde dan kleinere. M. Dehérain
heeft bewezen, dat die monsterachtige
beeten zeer waterrijk zijn, en. hoe meer
water in de beet, hoe minder voedzaam
Wil men zeer dikke beeten winnen,
men plante ze breed of verre van
elkander dan vindt elke plant veel
voedsel tot hare beschikking, kan zich
sterk ontwikkeling en zware opbreng
sten vormen. M. Dehérain heeft de
volgende proef gemaakt met de variëteit
mammouth Afstand van 35 op
25 cëntim. gemiddeld gewicht eener
beet722 gram.opbrengst81,000 kg.
per hectare.
Afstand van 40 op 40 centim.
gemiddeld gewi< ht eener beet
I,188 gr.; opbrengst 84,000 kg. per
hectare.
Groote opbrengsten worden dus ver
kregen met groote afstanden, maar
deze groote opbrengsten gaan niet te
samen met het gehalte aan voedende
bestanddeelen. Ziehier wat de ontle
ding desaangaande aanduidt
Kleine afstanden Droge stof
13,000 kg.suiker; 8,000 kg.Stikstof-
houdende stof824 kg.
Groote afstanden Droge stof
II,000 kg.suiker: 6,000 kg.stikstof-
houdende stof573 kg.
Ook zijn dergelijke proeven uitge
voerd geworden door M. Garola
Met744 beeten per are: Opbrengst
per hectare 80,400 kg. gemiddeld
gewicht der beet1,065 Sr-
Met 220 beèten per are Opbrengst
per hectare 82 900 kg.gemiddeld
gewicht der beet 3,768 gr.
Volgens de ontleding heeft men. met
de dichte planting, alhoewel de op
brengst in gewicht kleiner was, per
hectare 1,240 kg. voedingsstoffen meer
verkregen, hetgeen overeenstemt met
eene vermeerdering van 60 p. h. voor
deze bestanddeelen.
M. Dehérain heeft ook bevonden dat
de dikke beeten meer potaschnitraat
inhouden dan de kleine. Daar nu dit
zout, met sterke dosis genomen, scha
delijk kan zijn voor de dieren, heeft ook
dit zijn belang de dicht geplante
Mammouth-beeten hadden aan den
grond 64 kg. 8 potaschnitraat ontno
men, terwijl de dikke beeten 219 kg. 4
hadden benuttigd.
Volgens M. Garola heeft eene teelt,
met 8 planten per vierkante meter,
altijd de beste opbrengst geleverd
MDehérain raadt aan 10 planten per
vierkante meter.
Deze feiten overwegende en om goede
beeten, liever dan schoone te winnen,
zal de landbouwer dicht planten. Mocht
de opbrengst in gewicht kleiner zijn, de
hoeveelheid voedende stoffen zal ver
meerderd zijn.
F. PIRARD,
Weerkunde
Terwijl men ongelooflijke vor
deringen maakt in alle wetën-
schappen, schijnt de weerkunde
bijna geene uitbreiding te willen
nemen.
Al de vraagstukken over warm
tegraad, invloed der maan en
andere, zijn nog altoos in even
zware nevelen gehuld, zoodat de
weerprofeten nog altijd vrij spel
hebben.
Men begint dan ook langzamer
hand tot de oude gissingen onzer
voorvaderen terug te keeren en,
laat het ons bekennen, de onder
vinding geeft niet zelden gelijk aan
deze gissingen, die gegrond waren
op de waarneming van duizend
maal herhaalde verschijnselen.
Wij zijn genegen te gelooven
dat juist daarom de weerkunde
niet veel vorderingen heeft ge
maakt, omdat zij geen rekening
heeft gehouden met de opgedane
ondervindingen.
Oude landbouwers, evenals
oude zeelieden, bedriegen zich
zelden in hunne weersvoorspellin
gen voor den volgenden dag, zon
der dat zij zich daarbij steunen op
de waarnemingen van het obser
vatorium of de sterrewacht. Alles
wat hen omgeeft heeft voor hen
belang om het weder te voorspel
len.
In de steden, waar de gezich
teinder zeer begrensd is, waar
men zelfs met moeite kan onder
scheiden vanwaar de wind waait,
daar stelt men zich tevreden met
de lezing van het Bulletijn der
Sterrenwacht. Dit is gemakkelijker
en veel minder juist
De opmerkingen onzer voorou
ders hadden vooral betrekking op
den invloed der maan, op de
windrichting en op de dieren en
planten.
De weerkundige, die geen recht-
streeksch belang heeft in de gesteld
heid van het weder, verkiest te
dikwijls zijne kamerstudie, het
onderzoek der kaarten over wind
richtingen en luchtdrukkingen, de
telegraphische berichten, die hem
van elders toekomen. Hij bekom
mert zich te weinig om de waar
nemingen van landbouwers en
zeelieden, die nochtans altijd met
de weersgesteldheid hebben af te
rekenen.
Er zou evenwel veel goeds te
vinden zijn in de spreuken en
voorzeggingen van oude lieden,
wier kennis de samenvatting is
van eeuwenlange waarnemingen.
Onze voorouders kenden een
machtigen invloed toe aan de
maan op de weersveranderingen,
op het welgelukken der teelten,
op den groei der huisdieren, op
het zaaien, enz,, dit was wellicht
overdreven en daarom hebben de
weerkundigen dat alles met den
naam van vertelseltjes bestem
peld. Zij hebben alles over boord
geworpen en ontkennen aan de
maan allen invloed, en zoo vallen
zij, evenals onze voorouders, in
overdrijving.Zonder voor maan
ziek te kunnen gehouden wor
den, durven wij beweren dat de
maan wel invloed heeft op de
weersveranderingen.
Dit vraagstuk is verre van opge
lost te zijn, maar er zal wellicht
een tijd komen, dat men zich op
den invloed der maan zal steunen
om het weder langen tijd vooraf
te voorspellen.
Wat er ook van zij, ziehier twee
regels, waarvan de eerste bekend
staat onder den naam van regel
van Bugeaud ft Het weder van
den vijfden dag der maan komt
op twaalf dagen elfmaal voor,
indien den zesden dag der maan
het weder gelijk is aan den vij fden
dag en negen maal op twaalf
heeft men het weder van den
vierden dag, indien de zesde dag
gelijk is aan den vierden
Maarschalk Bugeaud, of vader
Bugeaud, zooals zijne soldaten
hem noemden, had deze regel
gevonden in een oud spaansch
handschrift doch dezelfde regel
was reeds langer bij de Noordsche
volkeren gekend onder vorm van
een latijnsch spreekwoord
Prima et secunda nihiltertia aliquid,
Quarta, quinta qualis, tota luna talis.
d. i de eerste en tweede dag der
maan zijn zonder belang; de derde
heelt iets meer maar gelijk de
vierde en de vijfde dag zijn, zoo is
de geheele maan.
De tweede regel luidt dat bij de
volle maan het weder dikwijls
onzeker is en dat het meestal
minder bij afgaande maan dan bij
opgaande regent.
Jammer dat het weder geene
voorschriften duldt en soms geheel
wat anders geeft dan men ver
wacht vooral onder ons klimaat,
waar de weerwimpels en weer-
voorspellers zoozeer verschillen
als het weder zelf.
F. de Vinesky.
In
nitraat
In
am. sulfaat
Fr.
Fr.
jtefcTTTTTUcry ~uuur hoó wcóojjuoloib den—
on bij waterzucht. M.elk wordt
Landbouw-Ingenieur.
(nadruk verboden)