SpreeKdraad SI!
Doe uwen plicht
Op Zaterdag 24 Juni 1911
5 centiemen *t blad
46e jaar. - Taimerk 2864
Te trekken bij den Uitgever, 7* 36, in de Boterstrate, te Yper, en bij 's landsboodschapwezen ofte post, tegen 8 frank 's jaars
Dagldapper
Evangelie van den 3 11 Zondag
na Sinxen.
Verval der liberale partij
Hei Edelweiss
De Slaapziekte
Echt en recht, 't oud Volk indachtig
Kinderlijk, niet kinderachtig
Ypersch, Vlaamsch en, bovenal,
God getrouwe ik wezen zal
van den 24 Juni tot den 1 Juli
if» m
!3®S9iaB8ïi3S0B
DIT IS
NIEUWSBLAD TM YPER
EN OMMELANDS
't NIEUWSBLAD VAN YPER verschijnt *s Vrijdags, en
"s Zaterdags na de markt, tegen 3 fr. 's jaars; 3 fr. en den vrachtloon
buiten Belgenland. Het blad is niet min te trekken dan voor een
geheel jaar en 't wordt op voorhand betaald.
Alles moet vrachtvrij ingezonden worden naar de BOTER
STRATE, Tk 36, te YPER.
De bekendmakingen kosten o fr. i5 de reke binnen 't blad is 't
o fr. 3o van 's Rechters wegen fr. i o\ erdruk 5 fr. 't honderd. Ieder
boek, waarvan ons twee afdruksels zijn gezonden, wordt besproken.
De Heeren van de AGENCE HAVAS, te Brussel, Tk 34, in de
Zilverstrate, en te Parijs, Tk 8, PLACE DE LA BOURSE, ontvangen
bekendmakingen voor 't NIEUWSBLAD VAN YPER, van al die buiten
Oost-& Westvlaanderen wonen.
1
z 24. StJaus gebooite. De martelaars
van Rome onder Nero.
Z. 25. H. Wilhem.- H. Theodulf b. en abt
t 7l'ö. H. Pros per.
m. 2d. HH. Joannes Paulus, mm.
d 27. H. Creseensius m H. Ladislas,
koning vanUngarn. HH° Potamiana en ,\.ar-
celie bare moeder.
w 28. H Leo II 8 e Paus van Rome. - H
l'aulus 1 gr® Paus van Rome.
d. 23.'— HH. Petrus en Paulus, apostelen on
martelaars 167.
v 30. H® Lueina leerlinge der Apostels.
1-1® Emiliana m. - He Adela, zuster van den H.
Bavo.
Te dien tijde kwamen al de tollenaars en de
zondaren bij Hem om Hem te liooren. En de
Parizeen en de Schriftgeleerden morden en
zeiden Hij ontvangt zondaren on eet met ben
Maar hij sprak tot hen deze gelijkenis Wat
mensch onder u heeft honderd schapen, en ver
liest er één van, en laat niet de negen en
negentig in de steppe achter, om het vernorene
na te gaan, tot hij het weder vindt? En vindt hij
het da,, legt hij het met vreugde op zyne schou
deren, en tehuis gekomen roept hij vrienden en
buren bijeen, en zegt hun: Verheugt u met my,
want ik heb mijn schaap gevonden, dat verloren
was. Ik zeg u A'dus zal er vreugde zijn in den
hemel over één bekeerden zondaar, meer dan
over negen en negentig rechtveerdigen, die
geene bekeering noodig hebben. Oi wel*e
vro w, die tien drachmen bezit, en ééne drachme
verliest, steekt niet eene lamp aan, en veegt het
h' is, en zoekt met zorg totdat zij zo vindt En
heeft zij ze gevonden, dan roept ze vriendinnen
en buurvrouwen bijeen ontzegtVerheugt u met
mij want ik heb de drachme gevonden, die ik
verloren had. Zóó, zeg lk u, onstaat er vreugde
hfj de engelen Gods over één bekeerden zon
daar.
Meermaals reeds hebbes wij de vraag
gesteld
(i Liberale partij, eens zoo machtig, waar
zijt ge gevaren 1
Ja, waar zijt ge gevaren Ja, moesten
de liberalen van over 50 jaar uit hun graf
opstaan, wat zouden zij verbaasd en ia.de-
loos staan kijkmi bij bet zien hoe alle libe
rale voormannen van den eersten tot den
iaatsten de gevangenen zijn d r socialisten
en gedwee, lijk een kalkoentroep, onder oe
zweep, dt roode vlag volgen.
Men twijfele er niet aan,in tijd van kiezing
zullen de liberalen op alle toonen bethalen
dat ze met de socialistische partij met geene
onverbreekbare banden verbonden zijn, dat
hunne overeenkomsten slechts de verwezen
lijking beoogpn van punten die in hun
wederzijdseh programma geschreven zya
en voortspruiten met de eene en dezelfde
betrachting, namelijk, de Katholieke Partij
den genadeklop te geven.
Niemand, denken wij, zal durven ont
kenueu dat de liberalen de voorzegging van
Aas-iele verwezenlijken
E- O ij liberalen, zult de roode vlag volgen
of' ge zult niets meer zijn
Mengelwerk van'tNieuwsbladvan per N°5
naar het Hoogduilsch
DOOR
CLEM. HOLEMANS.
Waarom gehoorzaamt gij niet! vroeg
de graaf.
Ik mag niet, generaal gaf Hein
met vaste stem terug.
Hoe En zoo uw generaal 't u zoo
beveelt t
Ik heb de opdracht, onder geene voor
gaarde mijnen post te verlaten, voor dat ik
W'o-de afgelostantwoordde Hein op rus-
hgen toon.
Ue graaf schouwde hem vlak in de oogen
Weet gij, wat u te wachten staat zoo
"an mijne bevelen weerstaat I... Dat gij voor
den krijgsraad zult moeten komen f
Aan uwe bevelen, generaal
Goed dan. Ik beveel u uwen post te
verlaten en mede te gaan
Hein, die wederom stil stond en bet ge-
weer presenteerde, klopte het hart hoorbaar
'n den boezem. Een oogenblik scheen bij te
vuhen toegeven, maar plots was hij het hem
Pas eenige jaren geleden werd die voor
zegging door den rooden voorman met mis
prijzen naar 't hoofd der liberalen geslin
gerd, en wat ziet men gebeuren
Al met eans veranderden de liberalen van
programma ze verbaasten zich om uit het
socialistisch? programma een aantal punten
te aanveerden ten einde aan hunne roode
bondgenooten te behagen en zoo doende
verloochenen zij hun verleden, al hetgeen zij
bij hiog en bij leeg gezworen hadden voor
te staan en te verdedigen hunne leerstelsels,
hunne opvatting der maatschappelijke vraag
stukken, enz., enz.
Eu welk is het geheim van die zonderlinge
handelwijze
Om der wille van het smeer likt de kat
da kandeleer
De libsralen suakken immers naar het
bewiud gelijk de visch naar water; zij hebben
dorst naar 't ministeischap, dorst naar de
heerschappij over 't land en om dien gewel
digen dorst te kunnen lesschen, zij a ze tot
alle verraad, tot alle vernederingen ia staat.
Ziet ze daar nu eens onze vroegere zoo
fiere liberalen, ja ziet ze daar eens geketend,
geboeid tot slaafsche kuipery voor de roode
v'ag gedwongen verplicht de refreinen te
herhalen door de socialisten aangeheven,
verplicht De Bunne toe te juichen als hij te
Kortrijk Mechelynck omhelst, verplicht het
hoofd te bukken voor al de eiscb3n van den
rooden dwingeland gelijk te Brussel...
Neen, geen woord hoort ge ze nog reppen
o ver de socialistische leeringdie ons bestaan
als een vrije onafhankelijk volk verloochent,
die ons Koninklijk stamhu's van den troon
wil werpen, die het huisgezm, de familie
wil afschaffen en het vervangen door een
beestelijk samenleven, die de eigendommen
als de vrucht van diefstal afschildert, die den
haat-eu klassenstrijd tusschen de verscliil-
lige standen aanvuurt.
Geen woord van afkeuring over de dwin
gelandij die roode voormannen over den
persoon en het geweten hunner slaafsche
volgelingen doen heersehen.
Nog meer, in Kamers, in gazetten, in
meetingen en vergaderingen wedijveren zij
om hunne roode bondgenooten te ver
schoonen, uit nesten te helpen...
En die dwaze blauwen denken dat het volk
met hunne huichelarij met buune knievallen
voor de rcode vod is gediend I
Neen, neen, in de oogen van alle recht
schapen lieden, zijn de liberale h lofdmannen
laag, ja, zoo laag moge'ijk gezonken en na
hen is het onmogelijk nog lager te zinken
En waarom
A. Omdat zij samenspannen met li-den
die den koningstroon willen omverre werpen
met lieden die het vaderland verloochenen
en met lieden die de hand geven aan de
anarchisten der gansche wereld, aan de
mannen van Ferrer, met lieden die met
bommen en dynamiet een rijk van roof en
plundering willen vestigen op de puinen der
kedendaagsche samenleving
B. Omdat zij ten volle 't akkoord zijn met
lieden die de vernietiging van het huisgezin
bewerken en het vervangen willen door een
beestachtig samenleven
C. Omdat zij samenspannen met lieden die
gedurig door alle middelen het volk op-
ook weer klaar, waaraan hij zich te houden
had.
«Ik bid u om verschooning, generaal
Ik moet op mijnen post blijven, tot ik afge
lost wordt
Gij gaat dus nietkloDk het barsch I
Ik vraag u verschooning, generaal
neen Tot ik woid afgelost
Vervlogensche boerenkinkelHarde
stijfkop bromde iemand op twee, drie
meters afstand, 't Was de bediende, die trip
pelend van koude het eene been over het
ander wreef, en wat te luid had gedacht.
Zegt gij iets, Kasper 1 vroeg de graaf,
naar zijnen dienaar wendend.
Neen, neen, heer graaf! gaf Kasper
vlug ten antwoord. Zijn dunne beenen wei
gerden bijna het bovenlijf te dragen, endreig
den toe te vouwen.
Nu trad graaf Veereman tot dichtbij den
soldaat
Wees toch verstandig, 't Doet mij leed
om u I... Gehoorzaam aan mijne bevelen, op
mijne verantwoordelijkheid zoo niet wordt
gij voor een paar jaren op de discipline gesto
ken I
Nu steeg Hein het bloed naar het hoofd,
en veel luider dan het betaamde riep hij
stoken tegen uezag, overheid, die altijd en
overal haat,nij 1 en klassenstrijd verwekken.
D. Oaodatzij medewerken met lieden die
den eigendom, de vrucht van den arbeid in
gevaar brengen
De liberalen hebben voorzeker door hun
verbond met de socialisten, bij alle goede
vaderlanders hun aar zien verloren.
De liberale partij was vroeger eene partij
van orde, eene partij dia bekwaam moest
zijn om 't Staatsbestuur in handen te nemen,
doch sedert zij samenspant mat de roode
partijgangers van oproer, wanorde, sedert
zij heeft opgehouden van de vijanden van
eigendom, huisgezin, koningdom te bestrij
den, is zij vervallen van alle recht tot het
bestuur des lands.
Alle ware Beig die schrik en afkeer gevoelt
voor de roode dwingelandij, moet, in zijn
eigen belang en in dit der zynen, meer en
meer het libaralendom veilaten, zoo hij later
niet wilt gekneld worden door de slaaLche
boeien waarin de liberalen heden door de
socialisten gekluisterd zijn geworden
Arme liberale kliek; waar zijt ge gevaren?
(Op het feest van H. M. Elisabeth
Koningin der Belgen
Ginds hoog, zeer hoog ter j'Aipenkruine,
Waar vromen enkel boven gaan
Ten rotstop van de hemelduine,
Daar ziet men 't e.nzaam bloemlijn staan
Geen lelie is zoo blank omneder,
Geen bloeme zoo vol reine pracht
't Is 't Edelweiss, dat zacht en teeder,
Ons van 't gebergte tegenlacht
bis
De jongeling, die de steile wegen
Der Alpen opstijgt, diep ontroerd,
Ontwaart een stem, die hem roept tegen
En naar de hoogten hem vervoert.
Op 't sneeuwvlak glanst de milde zonne
En 't helder bloemlijn blinkt van ver,
Vervult het hert met liefde en wonne
En wenkt hem hooger als een ster MS
3
De herten wachter, in ziju streven
Naar 't hert der lieve Herderin,
Kan geen geschenk Haar beter geven
Dan 't Edelweiss, als huid der min
Neemt zij het aan, en iaat zij hooren,
Dat 't haar verblijdt in 't rein gemoed,
Dan is Hij vast haar uitverkoren, j j
En won heur liefde trouw cn zoet1 IS
4
Een Koningin, vol medelijden
Voor alwie lijdt ter levensbaan.
Om 's Negers doodslaap te bestrijden
Wees 't Edelweiss ter redding aan.
En gansch een volk viert juichend heden
En Edelweiss en Koningin
Twee eedle bloemen, saam aanbeden
In 't vurigst heil der volkenmin.
P. P. Denis
bis
N. B. Dit. lied (in 't Vlaamsch, Fransch,
Duitsch, zelfde blad) met begeleiding van
piano, is te verkrijgen in ons bureel aan den
prijs van fr. o,75.
Laat mij straffen, generaalIk blijf
hier tot ik afgelost word en wie mij van mij
nen post verjagen wil, stoot ik mijn bajonet
in 't lijf
Gillend sprong het verschrikte knaapje
naar naar vader de heer Kasper vergat de
beenen tegen elkander te wrijven, en, daar
siond hij met veropengesperden mond
nieuwsgierig wachtend naar hetgeen zijn hoo-
ge gebieder na dit stoutmoedig antwoord
doen zou.
Graaf Veereman echter lachte uit volle
borst 't Vaderland mag gerust zijn zei
hij, zich de handen wrijvend. Ge blijft
dus op uwen post. dood of levend
Zooals ge zegt, mijn generaal
Goed zoo Geef mij de hand mijn
beste
Hein viel haast achterover van verbazing,
heer Kasper trok een koppel groote oogen,
zette mond en ooren open, en 't jongske
lachtte.
Graaf Veereman schudde Hein duchtig de
hand.
Brave jongen, dat zal niet vergeten blij
ven, zei hij. En nu wil ik u aflossen., 't Dacht
mij daar straks, of ik u iemand boerenkinkel
en harde stijfkop hoorde noemen... Kasper.
omdat gij het luide deken verleeret, neem gij
Sedert onheuglijke tijden heerscht de
slaapziekte op de westerlijke kusten der
Afrikaansche Evennachtslanden. Doch, zoo
lang de Negers, steeds in oorlog, hunne
stammen niet verlieten, bleef da ziekte in
enge kringen besloten. Als overkomende
ziekte had de slaapziekte veel van hare
kracht verloren, ten gevolge der engheid
van haren werkkring en zij bleef slechts
bestaan als heerschende landziekte.
De aankomst der Blanken ia de streek
had Let aanwerven der inlanders als dragers,
soldaten en werklieden voor gevolg. Da ver
plaatsing der kustbewoners naar het verdere
binnenlaud, moest onvermijdelijk de ziekte
overbrengen naar zeer voorbeschikte oorden.
De ziekte, aldaar een nieuw midden vinden-
iie,breidde zich met eene noodlottige nieuwe
kracht uit ea werd opnieuw epidemise Zij
heelt zich langzamerhand al voortgaande
uitgebreid en heerscht hedendaags over
gansch de Afrikaansche Kaerkriugstreken.
De slaapziekte wordt veroorzaakt door
een microscopisch wezen, Tripanosóme ge
noemd; het is paliogvormig en kan slechts
leven in het bloed van den mensch of van
zekere dieren. Het zet zich voort ia het
lymphvaatstelsel, het ruggemerg en de her
senen.
D, ze ziekte wordt noch door aanraking,
noch opslorping, noch inademing opgedaan:
de tripanosóme moet rechtstreeks in het
bk«d ingeënt worden.
De bijzonderste, zooniet de eenige over
brenger ,der ziekte, is eene v'ieg, de Giosina
Palpalis, eene der zeven "gekende tzè-,zé-
soorten.Zij is zoojgroot als de gewone vlieg,
doch zij heeft den vorm der horzel of paar
denvlieg. Zij houdt zich op langsheen de
waters iirivieren, moerassen enjwatervlak-
ten voor hare voortbrenging hoeft zij
schaduw. Da zonnestralen|dooden hare lar
ven.
in gewonen tijd brengt hare steek geen
letsel mede. Om da ziekte voort te zetten
moet zij de tripanosóme opgeslorpt hebban
bij het steken van een aangetasten persoon
of aangetast dier. Met nadien een gezonden
persoon te prikken geeft zij hem de ziekte.
Da slaapziekte heeft doorgaans een trage
doch zeer tegeustellige loop bij de verschil
lende personen.
Zy kan enkele maanden oi verscheidene
jaren duren. Sommige zieken sterven van
hersenopdrang vooraleer huune krachten
uitgeput zijn. Andere sterven langzaam uit,
ondermijnd door de ziekte. Dezen schijnen
gevoelloos, anderen onderstaan hevige ze
nuwprikkelingen en groote pijnen. Men
heeft nog geene enkele natuurlijke genezing
bestatigd.
De ziekte verklaart zich eerst door eene
algemeene moeheid, met herhaalde en we
derspannige koortsen Daarna volgt eene
zenuwachtige lichaamstrilling en eene alge
meene jeuking vau het vel.
Gedurende deze eerste periode bewaart de
zieke zijne krachten en zijne lijvigheid:soms
neemt deze zelfs toe.
De tweede psriode wordt g.-kenmerkt
door eene hevige zenuwspanning en door
eene verstandsverbijstering, die soms wel
het geweer!... Zoo... Geef hem uw boven
mantel ook maar, jongen Moed, Kasper,
ge zijt geen soldaat geweest, ea kunt dus door
ondervinding leeren, wat soldaat zijn is
Voorwaarts
O... heer., graaf! stamelde de be
strafte Kasper, terwijl het vierjarig knaapje
juichend rondhuppelde.
Kasper stond daar erbarmelijk met zijne
dunne, panlatachtige beenen in den breeden
mantel gewikkeld, en hield het geweer ver
van zich af met beide handen omklemd.
Als ge het te koud krijgt, Kasper,
gaat ge maar het wachthuisje in 1 spotte de
de graaf.
Dit voorval kwam dezen juist van pas. De
heer Kasper was, wel is waar, .een ervaren
dienaar, maar van tijd tot tijd moest men hem
een beetje intoomen om hem te beletten wat
al te vrijpotsig te worden.
Ach... heer. graaf, dat is mijn
dood jammerde Kasper.
Integendeel, Kasper lachte c'e eerste;
die halve uur, na dewelke men u zal komen
aflossen, zal zeer voordeelig zijn voor uwe
gezondheid Kom nu, brave jongen, en
laat het u het Kerstmisgebrard goed sma
ken
tot woedende dolheid gaat. Gedurende deze
tijdruimte slaapt de zieke noch bij nacht
noch bij j dag.
De derde en laa steperiode .is die van den
slaap.De kalmte komt terug de zieke heeft
een slaperige geest, een stompzinnig gelaat
m -t onbeweeglijke eu norsche oogen en
wankelende schreden. Doorgaans overvalt
hem bij het midden van den dag een onwe
derstaanbare slaaplust. De slaap duurt in
het begin twee of drie ureo.Langzamernand
wordt 1 ij langer en zwaarder, en weldra
slaapt de zieke dag en nacht. Men kan hem
nauwelijks eenige cogenb ikken doen ont
waken en men moet hem het voedsel in den
mond geven. Somtijds ontbreekt hem de
kracht zijn voedsel door te zwelgen.
Bij de eeneu is de slaap rustig, bij de an
deren is hij bewogen en schijnen de zieken
veel te lijden. Hun lichaam wordt overdekt
met kankerachtige wonden waarin zich de
wormen zetten. Wanneer de zieken in hunne
uitgeputte leden geene krachten meer kun
nen scheppen, sterven zij uit zonder te ont
waken.
Sedert het verschijnen dezer plaag hebben
de besturen der verschillende landsdeelen
van Equatoriaal Afrika zich met dea toe
stand bezig gehouien. De Engelschen, al?
praktische lieden, hebben al da besmette
plaatsen doen ontruimen en de zieken ia
openbare hospitalen doen opnemen.
De Congo Vrijstaat heelt de studie der
ziekte aangemoedig I, doch schijnt de noo-
dige maatregelen niet genomen te hebben om
hare uitbreiding te keer te gaan.
Het huidig Bastuur der Kolonie heeft
krachtdadige maatregelen genomen. Men
heeft de boorden van het Tanganikatsaeer
doen ontruimen ea bevelen gegeven om de
bewoonde streken te bevrijden tegen de
voortzetting der t .é-tzé.
Langs alle kanten zijn pleeghuizen ge
sticht om de zieken op te nemen en te ver
zorgen. Aan deze pleeghuizen zijn genees-
heeren gehecht, wien de taak wordt opgelegd
op de zieken de geneeskundige behandeling
toe te passen, welke door de geleerden aan
geraden wordt.
Bij de eerste verschijning der ziekte Heb
ben de missionnarissen hospitalen,lazaretten
en laboratoriums ingericht om de zieken te
bestudeeren, te verzorgen en te verplegen.
De hospitalen en laboratoriums der Jezuïten
te Kirantu. die der Missionnarissen van
Scheut iu Kassaï, der Witte Paters te Mpala
en Baudouinvile in Tanganika, mogen
tusschen de belangrijkste der Kolonie geteld
worden.
Ondanks al de navorschingen dei geleer
den heeft men tot nu toe het geneesmiddel
niet gevonden, dat de ziekte met zekerheid
te boven komt. Men heeft inspuitingen in de
aderen en de spiereu m t verschillende
samenstellingen van arsenic en emetine, met
quinine of strichnine, enz. vooruitgezet.
Men verzekert en de bestatigde feiten
zijn van aard een grooten schijn van doel
matigheid aan deze behandeling te geven
dat zij zeer aangeraden is, wanneer men ze
toepast van het eerste tijdstip af der ziekte.
Wanneer de ziekte echter gevorderd is,
verlicht zij wel is waar de zieken, verlengt
hun het beslaan, doch geneest hen niet
meer.
Graaf Veereman verdween met zijn zoon
tje en den verbluften Hein in het paleis, wijl
de onbedachtzame Kasper grommend en
knorrend, met het geweer op den schouder,
in den sneeuw voor het wachthuisje heen
stapte.
«uk
Lang nog bleef in Hein's geest de indruk
van dien merkwaardigen Kerstmisavond, op
dewelken hij gedacht had in de gevangenis
terecht te komen, en dan, als bij tooverslag,
in een prachtig paleis was aangeland, waar
voorname, edele personen hem de hand ge
drukt en hem liefderijk met allerhande vra
gen hadden bestormd waar hij een braad
stuk had gekregen, zooals hij nog nooit in
zijn leven een had aangeroerd; waar 's graven
zoontje hem, op het oogenblik van 't vertrek,
de zakken vol koeken had gestoken en zijn
generaal zijnen naam Hendrik K eemaier
in een roode brieventach had opgeteekend.
Als een droom was hem dit alles overkomen,
en toch hield zij hem recht die schoons her
innering, bij het leed die hem op 't harte
lag.
Met Siska was 't gedaan dal stond vast!
Hein wou er nimmer aandenkrn, en toch
dacht er aan, van 's morgens tot 's avonds.
Maar dat had hij bij zich zeiven gezworen,
Geen wonder, dat men al het mogelijke
doet om de ziekte bij hare eerste verschijning
te ontdekken om onmiddellijk de geneeskun
dige behandeling toe te passen.
De statistieken der behandeling in deze
voorwaarden toegepast, schijnen te doen
uitblijken dat men een zeker getal genezin
gen bekomen heeft.
Te Baudouinville heeft de E. P. Kindt,
der Witte Paters, van af 15 Juni 1909 tot
1 Januari 1910, de volledige behandeling
met arsemc en strichnine toegepast op 63(5
zieken Hij heeft hun een totaal van 9,385
inspuitingen gedaan. 34 zieken zijn be
zweken, 77 hebben eene tweede behandeling
oudergaan, 525 zijn wel te pas en dragen
voor het oogenblik geen enkel spoor van
ziekte meer op zich. Zij blijven enkel onder
toezicht, want men is niet zeker dat er zicu,
na verscheidene jaren, geene hervalling zou
kunnen voordoen.
In alle geval zijn deze uitslagen troostvol
en moeten zij tot aanmoediging dienen voor
al degenen die belang stellen in de Zwarten
enjin de Congoleesche Kolonie, en hun aan
zetten in hun streven grootmoedig te volhar
den, om de kwaal te bestrijden en te trach
ten de plaag tegen fe houden.
Buiten de'liefdadige en menschlievende
kwestie stelt zich het algemeen belang van
België daar. De slaapz ekte is een gevaar,
niet alleen voor de Zwarten, maat'tevens
voor onze.madeburers die in Congo verblij
ven. Want, is de Blanke minder aanijde
steken der bssmette vlieg blootgesteld, even
wel is hij van de ziekte niet verschoond en
meer dan een onzer medeburgers, beambten
vau het Staatsbestuur of' van handelsmaat
schappijen, en missionarissen zijn reeds
door deze besmettelijke ziekte aangetast
geweest en aan hare gevolgen bezweken.
Deze kwaal breDgt de toekomst der Kolo
nie in gevaar. Gansche stammen dreigen uit
testerven. Da vruchtbaarste streken veran
deren in woestijnen. De handarbeid dreigt
te zullen ontbreken en de rijkdommen onzer
Kolonie zouden kunnen voor de ontginning
verloren gaaa.
Deze schrikkelijke plaag, die het Neger
volk te neerslaat en de toekomst van Congo-
land bedreigt, heeft reeds groothartige toe
wijdingen verwekt. Iedereen weet met welke
edelmoedigheid Z. |M.|Koning Albert bijge
dragen heeft tot de studie en wetenschappe
lijke navorschiugen der ziekte, tot het in
richten van pleeghuizen et tot liet verzachten
van het leed der zwarte en blanke zieken.
liet hooge en edelmoedige initiatief Harer
Majesteit de Koningin der,Belgen, *die, met
de opbrengst vau het Werk van de Bloem
der Koningin toe te kennen^ter leniging van
de lijders der slaapziekte in Congo, heet
aan allen een edel voorbeeld gegeven van
kiesche liefdadigheid en voorziende vader
landsliefde. Dd gelegenheid wordt aan al
onze medeburgers aangeboden, iedereen
volgens zijn vermogen en zijae vrijgevigheid,
het zijne bij te dragen om eene onmetelijke
droefheid te verzachten ea van onze Kolonie
en ons Vaderland een dreigend gevaar af te
weren. f V. ROELENS,
Titelvoerend Bisschop van Djerba,
Apostolisch Vicaris van Opper-Congo.
De Bloem der Koningin is te verkrijgen
bij M. Moncarey-Criem, Groote Markt,
M. Dumortier, opv. Lafontaine, Boter-
straat,
M.Callewaert-De Meulenaere, Boter-
straat.
nooit wou hij zijn geboortedorp nog terug
zien... nooit 1 Hij had zich, bij falies wat
hem dierbaar en heilig was, voorgenomen,
nooit nog den voet te zetten, daar waar men
hem voor dief had gescholden, en nooit meel
den grond te betreden, waar, om] zeggens,
zijn hart met volle vezels aan vastgesnoerd
was. En dat Hein in staat was zijn voorne
men ten uitvoer te brengen, mag men vrij
gelooven
Waarom had Siska hem ook niet eens ge
schreven Een vredelievend woord past zoo
goed in den mond eener vrouw het vloeit
als balsem in het mannenhartJa, waarom
schreef zij niet
Maar, zij had geschreven
Zoo En...
Ja, wanneer de landlieden hunne kinderen
zoo vroegtijdig uit de scholen houden wan
neer deze des zomers bijna geheel verlaten
zijn, en knaap en meisje tehuis het werk van
knecht en mei i moeten verrichten, dan ge
beurt het voorzeker meer dan eens, dat men
brieven schrijft zooals de weinig geleerde
Siska. Op den omslag stond vermeld Aan
mijn braven Hein hij is bij het voetvalk, in
de hoofdstad. In den bovensten hoek
rechts had zij het woordje zito opge
plakt, en in den ondersten links, Vrij
Wordt voortgezet