Bijvoegsel aan !l 11' ii hm, li I ii ii ii a n maatscnanDBiijKG BBiangea YPER HBROPISSEjnEHT Minister Paul SEGERS Raadselprijskamp Utatbolicb üolbsgejind Zaterdag 23 November 1912 u Rerum Novarum OPROEP AAN DE VLAMINGEN YPER Boekennieuws RAADSEL 6 POLITIERECHTBANK MENGELWERK N° 3 I 'T PUIDENESTJE St. Ceciliafeest in St. Maartens- eongregati?. Zondag avond heeft de bloeiende St. Maartenscongregatie hare tal rijke leden op een aangenaam en lustig fees tje vergast De puike muziekkring, onder de leden zelf gesticht, en bestuurd door den knappen Léon Durnez, heeft, ter gelegen heid van haar patroonfeest, een voortreffe lijk avondpartijtje, waar speEen zang zich afwisselden, op touw gezet. Overbodig is het te zeggen dat die levenslustige jongelin gen ten volle erin geslaagd zijn iets voort te brengen dat allen heeft voldaan en zij dan ook onder hunne gezellen welverdienden lof hebben ingeoogst. ueaDonneeraen i le doos Borspastnier IF t 11rfjrf Dolf IJ? ft Hebt gij we! eens aandachtig den sterren hemel gadegeslagen Hoe talrijk dieschoone, schitterende sterren de eene klein, de andere grooter de eene blauwachtig, de andere rossig glinsterend. Wat eene ver scheidenheid Gods almacht heeft hun de baan afgeteekend die zij te volgen hebben en eene aantrekkings- en afstootingskracht, wij selijk door Hem geregeld, beheerscht al die sterren en houdt ze bij elkaar om een prach tig geordend en duurzaam firmament te vormen. Moest eene ster haar kring te buiten gaan, moest zij een andere te veel aantrekken of te veel afstooten, geheel het uitspansel zou in de war geraken, en ook onze aarde zou in het gedrang komen en door botsing of al te innige aanraking met andere hemellichamen ofwel verbrijzeld ofwel verschroeid of ver brand worden... r*l Niet alleen aan den hemel is verscheiden heid, maar ook op aarde hier op aarde wordt die verscheidenheid onder menschen gevonden. Men vindt, het is daar dat wij willen komen, groote heeren en kleine bur gers, werkgevers en werknemers, patroons en arbeiders. De menschen zijn dus ook on derscheiden, maar zij mogen niet vijandig tegenover elkander staan men moet in vrede en niet op voet van oorlog leven anders loopt de maatschappij in de war., evengoed als het firmament, indien de sterren niet op hunne plaats bleven of elkaar te veel afstieten. Er moet dan goede verstandhouding, samenwerking, eenstemmigheid heerschen onder de menschen en wel vooral tusschen deze twee klassen;: de patroons en de arbei ders, of, zoo gij wilt, de rijken en de armen Is het inderdaad alzoo Helaas verre van daar. Ziet rondom u De twee klassen, de bezittende en de werken de leven veelal in onderlinge ontevredenheid, mistrouwen, verbittering... en hoe dikwijls komt u voor den werkenden stand nog af gunst bij en nijd. Hoe dat gekomen is, willen wij voor het oogenblik onverlet laten ten andere, het is daar het bijzonderste niet. Als iemand in een putgevallen is, dan is de vraag niet Hoe ben ik erin gerocht maar wel Hoe ge raak ik eruit 1 Zeker is het dat die toestand moet veran derd worden. Afkeer, mistrouwen, verbitte ring, dat is niet de gezonde toestand der maatschappij, de toestand zooals hij door God gewild wordt. Welnu, de vraag hoe men dien toestand kan en moet verbeteren, wordt de sociale kwestie genoemd, of het maatschappelijk vraagstuk. Het schoonste werk over de sociale toe standen, in de I9e eeuw verschenen, is, wie zalhetbetwijfelen.de wereldbrief Rerum Novarum van Paus Leo XIII i5 en Mei 1891 De socialisten, trouwe volgelingen van Lassale en Marx, predikten klassenstrijd en revolutie aan dat waren, dat zijn nog volgens hen de eenige sociale redmid delen. De katholieken, aangevoerddoorMgr. von Ketteler, gaven als de eenige mogelijke oplossing, het herstellen der christene liefde en liefdadigheid. De gansche wereld zocht in twijlel en bezorgdheid naar den waren weg en het reddende licht. Dan klonk de stem van den eerbiedweerdigen grijsaard, Paus Leo XIII. Met helder verstand vatte hij gansch den toestand in eene handgreep samen en duidde de langverwachte redmiddelen aan... Rerum Novarum was het uitgangs punt van nieuwe wegen op sociaal gebied. In breede en machtige trekken toont hij de oor zaken aan van de onverdiende ellende waarin een groot gedeelte van het volk verkeert de redding is niet in het socialisme te vinden zijne leering is ''daartoeI onmachtig," zij is daarbij onrechtveerdig en predikt nutteloos den klassenstrijd aan, kortom wat zij als red middel voorstelt is erger dan de kwaal. De middelen totjredding zijn elders te vin den. Eerst en vooral in de kerk, de katho lieke kerk. Door hare leering, hare geboden, hare instellingen zal zij ertoe bijdragen om de rechtveerdigheid, de naastenliefde, de broe derlijkheid te doen herleven, en dat is een eerste doelmatig geneesmiddel. Daarbij ko men nog menschelijke hulpmiddelen. De staat heeft zijne plichten te vervullen, vooral de rechten der zwakken, der arbeiders te beschermen en te handhaven. De belangheb benden zelf hebben een machtig wapen, een doeltreffend redmiddel in handen te weten de vereeniging Is het dan te verwonderen dat ten allen kante nieuwe vereenigingen zijn opgerezen Studiekringen, boerenbonden, matigheidsge nootschappen, vakvereenigingen en zooveel andere, 't Is een prachtig opbloeien geweest van een nieuw leven. Veel, onzeglijk veel is reeds gedaan geworden,maar veel blijft nogte doen. De. vakvereenigingen zijn aan 't opkomen. Jammer genoeg, vele katholieken schijnen nog niet genoeg overtuigd van het nut, ja. van de noodzakelijkheid der christene vak vereenigingen. Sommigen zelfs, laat het ons maar vlakaf zeggen, zijn de vakvereenigingen opentlijk vijandig. Is het ten gevolge van slecht begrepen eigenbelang Is het bij gebrek aan genoegzaam doorzicht Weten zij wel wat christen vakvereeni gingen zijn, wat hun doel is en hunne wer king Christen vakvereenigingen zijn op recht veerdigheid gesteund, en, leeren zij hunne leden de rechten kennen die hun toekomen, ze leggen ook de plichten voor oogen die zij na te leven hebben. Voor ons, katholieken, is het niet genoeg met aandoening in de stem, den kreet aan te heffen Leve Leo XIII wij moeten ons ook onderwerpen aan zijnen wil, ons schikken naar zijne leering. Welnu, leest zijn we reldbrief. Hij toont u klaarblijkend dat de vereenigingen der werklieden op het natuur lijk recht zijn gesteund, een recht dat noch door den Staat, noch door wien ook mag gekrenkt worden. Hij toont dat die christen vereenigingen op onze dagen eene noodzake lijkheid zijn geworden ze staan tegenover andere soortgelijke vereenigingen die den godsdienst en de maatschappelijke orde vijan dig zijn zij alleen kunnen en moeten aan hunne leden de redding verzekeren. Dat is de leering van den Paus. Willen wij dan luisteren naar de stem van Leo XIII,bekrachtigd door die van Pius X,w' zullen de vakbeweging niet vijandig zijn, neen, maarze ondersteunen uit al onze krach ten, als de eerste der sociale werken. Daarbij, bedenkt het wel, de vakbeweging komt er toch, of liever, zij is er. Het is een machtige stroom die voortrolt, en uitzinnig heid zouden wij het heeten tegen die stroom te willen opvaren. Te recht dan ook schreef wijlen staatsminister Beernaart Er dient niet meer getwist over de vraag of er vakver eenigingen zullen zijn, maar wel of de vak vereenigingen christen zullen zijn of socia list. In volgende nummers bespreken wij verschil lige punten welke Paus Leo XIII voorhoudt in zijn loereldbrief. Katholieke Vlaamsche Landsbond ff HET VLAAMSCH EN DE NIEUWE LEGERWET Door de Regeeriug zal weldra eene nieuw ontwerp van legerwet ingediend worden. De Vlamingen mogen ditmaal de gelegen heid niet laten voorbijgaan om meer recht vaardigheid in taalop\ichtmeer zorg voor de Redelijke belangen der soldaten te eischen Het bestuur van den Katholieken Vlaam- schen Landsbond wil daarover heel het Katholieke Vlaamsche land raadplegen en roept daarom eene algemeene vergadering bijeen op Zondag' 8 December te 3 uur namiddag te Antwerpen. Alle katholieke" Vlamingen worden er op uitgenoodigd. Op de dagorde A) de Redelijke belangen in het leger. B) de huidige toestand in taai opzicht. C) Wat de Vlamingen eischen. Het woord is vrij. Degenen die er het woord willen voeren worden evenwel ver zocht er op voorhand kennis van te geven op het Katholiek Vlaamsch Secretariaat, om aan de [bespreking een geregelden gang te geven. De besluitselen der sprekers zullen door het Bestuur onderzocht worden en in voorkomend geval uitgevoerd. Die vergadering moet den'doorslag geven voor den eisch der Katholieke Vlamingen. Het Katholiek Vlaamsch Secretariaat MontigDy straat, 72, Antwerpen. Vervolg :- Uii was in den grond goed toen hij hem liet overhalen gisteren-avond en plechtig be loofde mee te gaan naar Frankrijk, was het toch om aan de knorre te geraken, - om vadter 1de noodige kloekte te bezorgen en gansch het huisgezin uit den nood te helpen; maar toch speelde 't vooruitzicht van meer vrij heid en leute, een groote rol, m zijn ver- raadsch besluit. Hij voelde hem te zeer ver- nepen in dat eng kotje, bij dien zieken va der, dat oud Meetje, die steeds-misti oostige moeder en die serieuze zuster, die ïem ai tijd tegenwrocht, bij de minste uitberstmg van zijn jong, leutig herte. Lena was bijgekomen en vroeg wat Remi die naar 't Fransehe gaat, snikte moeder. Toe I pruLleman steek dat uit uw zot-hoofd', mörde ze. j Wij waren verheugd te zien hoe die klei ne maar gloedvolle schaar jongelingen, on der het bestuur van E. H. (Jallewaert, bene vens godsvrucht en godsdienstigheid, toch ook tijd vond om deftig en eerlijk vermaak te verschaffen. Onnoodig is het den lof te maken dier welbegaafde zangers als de heeren Louwyck Achiel, Andries Maurits en Arthur, Dobbelaere Henri en Desagher, overbodig is het een Emiel Demarey, een Gustaaf Delahaye te prijzen, voor het luimi ge van hunne tweespraken. Alleman kent ze, doch graag maken', wij er hier gewag va t, omdat het steeds zij zijn, tezamen nut de muziekanten der congregatie, die altijd gereed zijn om dat zalig oord. de Congre gatie aantrekkelijk en liefelijk te maken. Een woordje over de puike gelegenheids aanspraak van den heer prefekt Antony. Kortbondig heeft hij de beteekenis uiteen gedaan van het le Ceciliafeest, wie de H. Cecilia was, en waarom de muziekanten, haar tot patronesse hebben aangenomen. Hij vond er de gelegenheid in om te spre ken over de Gilde der Cecilianisten die hier vroeger te Yper bestond, onder de zangers der kathedraal. Mochtjjdie gilde weder op rijzen, tot grooter voordeel der Kerk en tot machtiger verspreiding van het goede lied, onder ons Vlaamsche Volk. Io^zijne slotrede maant hij de congreganisten, en inzonder heid de muziekanten aan, nooit geene on tuchtige of lichtzinnige liederen te zingen en het hunne bij te dragen om het deftige lied meer en meer te doen verspreiden in huisgezin, werkwinkel en vergaderingen. Maar hij rechtte den kop en beet Om u genoegen te doen, zeker En voor al de voldoeningen, die ge mij aan doet 't Is te veel dat ik 'n deuntje zing. Ze sprak niet meer, maar stapte Meetjes slaapkamer binnen en vertelde haar het nieuws. Och, Heere toch kermde 't vrouwtje. Och Heere toch mijn jongentje I Maar Remi kwam zelf Meetjes kamer in en zette hem op een stoel nevens het bed; Meetje nam zijn hand en keek hem zwijgend aan, met dien openen, diepen blik, waarin de oude menschen gansch hun ziele liggen. Grootmoedertje, niet kijven, hé schert ste hij. Ik moet weg of 'k ben een lafaard; 'k wil den nood hier in 't huis niet laten komen. Mijn jongentje kreesch Meetje, 't zal hier zoo triestig zijn zonder u wie zal er ons nog doen lachen Hij moest zijn eigen geweld aandoen, om zelf niet te weenen, want, dat oud lief din- genlje vond altijd den rechten weg naar zijn hert. Hij zocht en vond woorden, die Meetje gerust stelden; hij liet voor haren geest de stukken-van-vijf-frank dansen, die hij van ginder zou afzenden en deed het oud vrouw tje waterbekken, bij het blijde vooruitzicht zijner thuiskomst te Bamis, dan, wanneer hij vreugde en bestaan voor gansch het huis gezin zou meebrengen. GHELUWE Verongelukt. Een tram was Zaterdag mor gend op het gehucht Risquons-Tout aan hel versporen, nabij de hofstede van Jan Warlop Het machien stiet eenige geladen wagons in de richting van de helling, welke naar het gehucbl Vagevuur leidt. De remmen konden de rijtuigen niet stil houden, die met groote snelheid de helling afdaalden. Op dit oogenblik kwam juist in tegenovergestelde richting de tram van 6 ur< 17 uit Meenen. De mist belette den machinist van dezen tram het gevaarjbij tijds te zien. Eer hevige botsing had plaats, waarop een groote schrik onstond tusschen de reizigers van den werkmanstram. Eenigen dezer laatsten bekwa men kneuzingen doch zonder erg. De machi nist. Ernest Dutelier, wonende in de Yperstraal te Gheluwe, werd van de Iokomotif geslingerd doch kwam er met eene lichte wonde van af De stoffelijke schade isjaanzienlijk twee wa gons zijn volkomen vernield, een andere i in deerlijken toestand, bet voorste van de loko motif was ingeduwd, doeh na een uur is hel machien toch kunnen in gang gezet worden. Panhnnnpprrlpn I Herinneru dat 1 enke Waltherfi. genoeg (is om eenen pijnlijken hoest, zoo oud hij ook wezen mocht, te geDezen. i fr. de doos KOMEN DE VERGIFTIGING VAN KOMEN VOOR DEN BOETSTRAFFELIJKEN RECHTBANK VANj YPER Bijzonder verhoor, drie en-dertig getuigen Het openbaar ministerie vraagt de vrijsvraak Be beenhouwer Loridan is vrijgesproken Be onkosten)',van"hetjgeding"L/oallen'^op'mde bur gerlijke partij. Onze lezers weten nog hoe in September 1911, de vergiftiging te Komen omtrent 200 slachtoffers miek, waarvan er zeven bezweken zijn. Die zaak kwam Dinsdag voor 't gerecht te Yper. Beenhouwer Henri Loridan, thans gevestigd (e Yper, was beschuldigd, onvrijwillig en on voorzichtig de dood veroorzaakt te hebben van Öndertusschen was Pier opgestaan en had liet nieuws uit moeders mond vernomen; hij bekeef zijne vrouwe, die maar altijd voort stonne "kreesch 7 Ze'n eten daar niemand op, zeker, in 't Fransehe pruttelde hij. De jongen heeft gelijk 't is dat er een hert in zit en hij doet het voor ons ja, hij heeft gelijk, 'k zegge gelijk. Remi was zelf verwonderd er zoo goed koop van af te komen. Hij had gevreesd mei vader in stokke te geraken en zie, vader was juist de eenige, die hem goedkeurde en aanmoedigde dat was een groote distel uit zijn vingers. In den grond maakte Pier er werk in, dat zijn Remitje vertrok, maar, nood dwingt, en, alles wel overdacht en overlegd, 't was de eenige kanse van redding en hij bewon derde den jongen. Ge hebt een hert in 't lijf, bofte hij. Ga maar uw gang, 'k weet dat ge uw steke kunt staan en voor niemahd duimtje moet leggen; dat zit in 't ras. Ga maar jongen, schart ze 't hoope, we hebben het noodig, ik ben een kostelijke kerel en 't ware best... Zwijg vader, smeekte Remi, die de wooiden raadde, nog in vaders mond... Zwijg! g'hebt genoeg gewrocht en geslaafd voor ons; ge kunt nu rusten, wij zulten voor u werken. 't Was dus vast, Remi zou meegaan, met Pol D'Haene, naar het Fransehe. 's Anderendaags had moeder werk tot over Pieler Dillies, Maria Verkindt, Franqois Le- fèvre, Désiré Vandooren, Marie Leclercq, AJolphe Berghe en Jules Delmotte van on vrijwillig ziekte en werkonbekwaamheid ver oorzaakt te hebben aan menigvuldige lieden, waaronder Maria en Margareta Desmarets, Emile Devers, Emile Vandaele, Henri Masquelin, Hélène Derycke, Elodie Houtekie. Désiré Mas- schelein, Raymond Poncheaux, Maria Vande- lannoilte en Maria Duvosqueldaar hij hen voedstoffen gediend heeft waaruit dood, of gezondheidskrenking voortkwam. Het tribunaal was voorgezeten door M Biebuyck. voorzitter. M. advokaat Begerem pleitte voor den betichte; MM. advokaten Lebbe en Glorie vertegenwoordigden de burgerlijke partij. DE GETUIGEN. M. Vandaele, onderzoeks rechter, geeft verslag over de zeven enkwesten van het parket. Honderd vijf en zeventig personen hebben min of meer aangetast gewei st van vergiftiging na vleeschpastei gieten te hebben komende van M.Loridans. Het onderzoek der ingewanden van de afge slorvene slachtoffers en der overblijfsels van vleesch heeft bewezeD dat de verkochte pastei de oorzaak was van ziekte en dood. M. Loridan heeft niet altijd gelijk getuigt in zijne verklarin gen hij heeft onvoorzichtig gehandeld met pastei le verkoopen waarvan de gelatine niel gesteven was. Doch het is bewezen dat aangetast vleesch dezelfde uitwendige schijn kan hebben als gezond vleesch. M. Deraeve, policiecommissaris en M. Ta- vernier, commandant der gendarmerie te Komen geven ook verslag van hunne enkwesten. De wetsdoktoor Poüpaert en geneesheer La grange bevestigen dat het onmogelijk is bij der oog t3 bts'atigen zekere dieren ziekten en dat de ongestevene gelatine geen teeken is dat hel vleesch slecht was. De scheikundige-expert Rulot heeft, in de ingewanden en in den overschot van vleesch, de paralyphike B-microben gevonden die de ziekte en de dood hebben veroorzaakt. Deze microben kunnen gedood worden door hooge verwarming; welnu de pastei was niet vol doende geheet geweest, immers, van binnen was zij niet heel en gansch genoeg. Het is enkel het scheikundig onderzoek dat het bijzijn van deze microben kan vaststellen, een veearts kan bij eenvoudige inspectie niet bestatigen indien het vleesch ervan is aangetast. Veearts Domicent van Waasten, verklaart dat bij beenhouwer Loridan altijd de zuiverste netheid heerschte, en dat de pastei, hem des Zondags morgend getoond, wel genoeg bereid was en goed uitzicht had. Marie Delvoye heeft zien thuis dragen te Loridan's, eenige weken voor de vergiftiging, een zak waarin, denkt zij, een kalf zat. Loridan loochsnt. Leonie Dubois is 's Zondags naai Loridan's gegaan en heeft gevraagd hoe tij zijne pastei had gemaakt, daar verschillige personen ziek waren. Loridan antwoordde als naar ge woonte. Anna Dehollander heeft niet gezegd dat Loridan den verkoop van den paslei staken moest omdat er verschillige zieken waren. Huisvrouw Paul Cauwe beweert dat zij zekeren morgen, te Loridans een kalf heeft zien binnendragen, en zelfs, 's Vrijdags morgen een kalfverdij uit de ijskas zien halen. Loridan loochent. Jules Vermes van Hollebeke, verklaart dat de kalveren van 't zijnent voortkomend, ge dolven zijn geweest. 's Middags was het verhoor der getuigen gedaan de zitting herbegon ten 2 1/2 ure 's namiddags. Meester Glorie neemt eerst bet woord voor de burgerlijke partij hij steunt hierop dat Loridan verschillende verklaringen heeft afge legd. Hij vraagt 10.000 fr. voorde Weduwe Vandooren, 1.000 fr. voor Decaestecker en 500 fr. voor de familie Plamont-Lepinois. HET OPENBAAR MINISTERIE vertegen woordigd door M. Van der Heyde zegtDrie zaken zijn te onderzoeken -. 1°) Zijn de ziekte en de dood der slachtoffers toe te wijten aan bet gebruiken van bedorven vleesch 2°) Is er onvoorzichiigheid of onbehendigheid in 't spel 2°) Is er verband tusschen de onvoorzichtigheid of onbehendigheid en de dood der slachtoffers Na onderzoek van deze drie vragen besluit het openbaar ministerie met eene vraag van vrijspraak. Meester Begerem, neemt het woord als ver dedigervan Loridan, eene taak, zegt hij, nog gemakkelijker gemaakt door het besluit van het openbaarministerie. Het is niet bewezen, zegt hij, dat Loridan aangetast vleesch heeft ge bruikt. Wat meer is, indien, zoo de expert zegde, een veearts tij der ooge de aangetastbeid door microben niet' kan vaststellen, hoe had Loridan dat kunnen gewaar worden Wat het gebruik betreft van zekere vloei stoffen, het scheikundig onderzoek heeft daarover niet gevonden en het is daarbij be slissend in zijn antwoord -. Indien de pastei de oorzaak is van de dood, de ware oorzaak is dat het vleesch aangetast was met paratyphike-B- Hij is schrijft men uit Antwerpen de man op de echte plaats. Voor het Belgisch zeewezen valt nog alles te doen, Minister Paul Segers is de man om alles klaar te maken. Als kind van Antwerpen de groote havenstad is Minister Segers met de zaak bekend, en wilskracht en vastberadenheid heeft hij ook genoeg om het werk door te drijven en tot het doel te geraken. Zulke vastbe- radene wilskracht die geen moeite ontziet, die alle moeilijkheden overwint heeft hij bewezen te bezitten in menige omstandig heden. Heel de provincie Antwerpen is doorzaait met solidarisme en onderlingen bijstand, dank aan Paul Segers. De poli tieke herleving in stad diereedszulken rij ken oogst heeft opgebracht, heeft Antwer pen te danken aan Paul Segers, ook vierden de Katholieken te Antwerpen, na de zegepraal van 2 Juni 1912, niet alleen de triomf van het gouvernement en van de partij, maar ook de triomf van den schranderen leidsman, Paul Segers. Het ministerie van zeewezen, dat een reuzen- laak heeft af te maken, met een minister als M. Paul Segers aan 't hoofd, belooft veel voor den economischen toestand van België. Als Vlamingen ook, mogen wij ons gelukwenschen M. Paul Segers fn de raad van de kroon te zien treden. Hij is van degenen niet die, hoogverheven, zijn volk zal verlaten, zijn programma zal verloochenen. Het ministerie van zeewezen zal vlaamsch zijn, zoo het be taamt, want de taai van het zeewezen is vlaamsch al hebben de bureelen van ijzerwegen van dewelke het zeewezen tot hiertoe meest afhingt, de zeescholen verfranscht. In alle vlaamsche kwestiën, waarvan het leven en het zelfbestaan van het volk afhangt zal het vlaamsche volk op Minister Segers mogen rekenen en steunen. SS- het hoofd', om heel zijn bundel op te maken en in de splinternieuwe bezatse van kaf-zak goed te steken; ze peisde op alles en weende slagwater, wen ze in den overleg zijner baai- lijven een gewijde medalie naaide, buiten Remi's weet. Dien dag slabbakte Remi; hij ook had nog veel weg en weer te loopen, goen-dag en goen-avond te wenschen aan vrienden en kennissen en vooral aan Marietje Crepeele. Hij trok er in den achternoen naar toe en zette hem nevens haar, bij 't venster, 'waar ze te speltewerken zat. Hij had daar zoo dikwijls gezeten, in de wintersche avondstonden en, uit trijfeling de spellen versteken in heur plaatse en ook soms, wen ze haar een stond verwijder de het kussen genomen en zelf wat met de boutjes gefutterd, tot heel het spel ver brod' was en hij geen uitkomst meer zag; dan was het een kijven voor de mode en een giechelen van de andere wereld, als ze terug kwam en heel die verkaaide bakte moest ontwerren. Hun verkeer was jongensspel geweest en thoopeloopinge van gebuurs, maar, nu dat onverwacht scheiden daagde, nu voelden ze alle twee, hoezeer ze van malkaar hielden en, onebwust, malkanders leven ingegroeid waren. Toen Remi afscheid nam, deed Marie hem uitgeleide, klappend en vertellend van dingen die niets inhielden, om haar gejaagdheid en aandoening te verduiken; maar als de jon- microben, en dat kon Loridan al geen kanten te wete komen. Meester Begerem besluit en vraagt de vrijspraak. Meester Lerbe, voor de burgerlijke partij, steunt hierop dat Loridan ongelijk had nog voort te verkoopen als men hem reeds gezegd had dat de pastei slecht was. Hij wijst hierop dat zekere getuigen hadden moeten opgeroepen worden, dat had bewezen dat Laridon reeds 's Zaterdags morgen verwittigd werd. Hij beefl den verkoop niet gestaakt, daarom is hij plichtig, daarom moet hij gestraft worden. Meester Begerem is aan'het wederantwoord, om nog eens te bewijzen dat Loridan in 't goed geloof was, hij bewijst dat Loridan, niettegen staande veearts Decaestecker gezegd had dat het vleesch niet slecht was en hij voort mocht verkoopen, nochtans het verkoopen gestaakt heeft. Een man die weet dat hij slecht gehandeld heeft zal alzoo niet te werke gaan gelijk Loridan te werke ging. DE UITSPRAAK. Ten 5 u. 10 gaat het tribunaal in de deliberatiekamer en ten 5 u. 20 kondigt de Voorzitter de volgende uitspraak af Gezien dat niets is bewezen ten laste van den betichte, is deze vrijgesproken van alle vervolg en zonder onkostende onkosten vallen ten laste der burgerlijke partij. veto zonder licht, 2 fr. Deseheemaker Aloïse, Elverd'nghe. 3 wagens aaneeD, 2 fr., Vandoorne Auguste, burgerlek verantwoordelijk. Devos Désiré, Yper, gespan vorlaten en geen licht, 2 maal 3 fr. Devos Désiré. Yper, gespan verla ten en geen plaat, 3 maal 3 fr. BayenJ Alixe, Yper, 2 maal gespan verlaten, geen licht, 4 maal 2 tr. Van Eecke Charles, Kortryk, geen licht achter auto, 5 fr. Paltyn Emile, Voormezeele, geen plaat aan wageD, 2 maal 2 fr. - Bekaert Charles, wagen verlaten en geen licht, 2 maal 2 fr. alsook Vanhaverbeke Jules en Vinckier Paul allen van Poelcapelle. Latruwe Emile, Poel- capelte, wagen verlaten, 1 fr. Dubois Oscar, Yper, geen licht, bel. frein of plaat, 3jtmaal 2ffr. Dupont Pierre (voorw.J en Desmettre Emile, beiden van Rjjssel, voor te snel ryden, SO fr. en 8 dagen. Fenelon Arthur, Ryssel, voor snel- rfiden en onleesbare letters op auto, 2 maal 50 fr. en 8 dagen. Bouve Cesar, Vlamertinghe, hond zonder muilband, 2 fr. Bruneel Camille, Boe- singhe, hond zonder muilband noch medaillie, 2 maal 2 fr. Ooghe Julie, Boesinghe, hond zon dermuilband en geen medaillie, 2 maal 1 fr. voorw. Versavel Eric, Reninghelst, hond zonder muilband, geen medaille en geen rustge- stel aan wagen, 3 maal 2 fr. voorw. Struyve Louise, hond zonder muilband, 2 fr. Decroix Helène, Zillebeke, herhaalde belee- digingen 10 fr. voorw. Dekoor Gaston, De poorter Gas'on, NoyezCyrille,Coudron Georges, Bouckaert Theophile, allen van Zonnebeke en Depoorter Remi (voorw.) van Becelaere allen 10 tr. voor braak of schenden van huisgoederen. Geldhof August van Elverdinghe. 5 fr. voorw. voor verlaten van vee op een anders grond. - DeroixJulien van Becelaere, Declerck Alfons Zonnebeke en Deseure Henri, Vlamertinghe, 5 fr. voorw. voor openbare dronkenschap. Vanbelle Victor, Gheluvelt, 2 fr. om na uur zijn herberg niet te sluiten. - Thallieu René, Lema- hieu Honoré, Busscher Georges en Vandenber- ghe Abel (voorw.) allen van Gheluvelt 2 fr.. Knockaert Jules 5 r. om na d'uur in de herberg gebleven te zijn. Bekaert Achille, Zillebeke 2 fr omjjna uur zijn herberg niet jte sluiten. Bostyn Charles, Gryson Pierre fvoorw.) Vanden Bussche Henri(voorwJ Carbon Cyrille en Braem Isidore allen van Zillebeke 2 fr. om na uur in de herberg gebleven te zijn. Geen licht aan 'veto Decorte Camille, Zonnebeke, 2 fr. voorw en Van Eenoo Marie, 2 fr. Yper. Geen licht noch frein Bryer Florent van Yper, 2 fr, voorw. Riquière Henri van Vlamertinge, geen licht aan wagen en twee wagens aaneen, 2 maal 2 fr. voorw Lantsheere Arthur, Poelcapelle, geen bel aan veto, 2 fr. voorw. Verdon.ck Henri, twee wa gens aaneen, 2 fr. voorw. Ameel Charles, Vlamertinghe, twee wagens aaneen en geen plaat 2 maal 2 fr. voorw. Claerebout Emile, twee wagens aaneen 2 fr. Defever Henri, Vla mertinghe, met velo op trottoir gereden, 2 fr. Alleman Jules, Vlamertinghe, gespan verlaten, 2 fr. Lacour Emile, Boesinghe, 4 wagens aan een. 2 fr. Dumortier Amelie, burgerlijk verant woordelijk. Decat Arthur, Elverdinghe, 5 wagens en geen plaat, 2 maal 2 fr. %Vandepit- te Jules, Brielen, velo zonder plaat, 2 fr. voorw D'Hellem Maurice, Dickebusch, geen licht aan velo, 2 fr. voorw. Gllivier René, Woesten, Binnen kort verschijnt de Almanak' van 'den West-Vlaamschen onthoudersbond. Wij durven hem aan onze lezers en aan al de vrienden der matigheid ten zeerste aan bevelen; even als vorige jaren, bevat hij, buiten de gewone aanwijzingen over dag en maand en jaar, zeer (a;angenaam-geschreven verhalen, die allerbest de noodzakelijkheid van onzen strijd en het nut van de onthouders beweging door levende voorbeelden aanhalen; voorenaan komt een artikel over onzen flinken minister drankbestrijder Carton de Wiart met zijn portret. Het geheele, met al hier, aldaar een luimigei, kruimige zet is op fijne en kunstige wijze verlevendigd door een aantal teekeningen. De almanak, 96 blad- zijdten groot, met flinken letter gedrukt en goed' ingebonden, is te verkrijgen bij het Se cretariaat der maatschappelijke werken, Ou denburg, 19, te Brugge, j j tegen 0,15 fr. 'tstuk 0,12 fr. per 100 j« 0,10 fr. 1000 0,08 fr. 4000 gen heur de hand gaf en vroeg Marietje, zult ge altemets op mij pei zen?... lei ze heur hand in de zijne, al snikken, en stamelde Ja, ajle dagen, elk oogenblik, tot ge weerkomt. Hij monkelde van geluk en preutschheid en troostte haar Jongske, wees gerust, na oegst kom ik af met pak en zak. Uit doenigheid vroeg hij haar, schalks: Zult ge zes maanden op mij kunnen wachten Zes jaar, als 't noodig is, verzekerde ze. Hij kroonhalsde. Ze zetten hun neer, op den hoogen talui van den gracht, waar ze zoo dikwijls sa men gezeten waren, in de zomersche Zon dagen, soms met acht, tien gebuurs, en voor aleer te scheiden, sneed ze met heur spel- lewerkschaartje, een klein tresje van heur haar en gaf het hem ter gedenkenis. Hij zelf schoot in zijn zak en, niets anders vindend, gaf hij haar zijn oud paternoster- ke, met de aanbeveling Hij zal u aan mij doen denken en ge kunt hem soms rondbidden voor mij, want we zullen ginder weinig tijd over hebben. En zoo scheidden ze, niet meer als jon gens vol kinderspel, wijlig van zin, maar als volzette menschen, bewust van al het zoete en zalige, dat lang kiemend, nu groeide en bloeide in hunne jeugdige herten. Wie maakt hier op de beste rijme VUILE REDEN GELD I DE TIJD Wen de jongen nu zijn huizekotje na derde, overviel hem plots, met een enkelen slag, een geweldige weemoed zijn herte kromp ineen zijn krop woeEe toe en de tranen sprongen uit zijn oogen. Daar voor hem, stond het arm, doch dier baar hutje, met zijn eenlijk groen-bemoste klak. Van waar hij stond, scheen het enkel 'eene kap op den blooten grond, want langs achter was dte euzie gedoken door de doorn haag, en al zijdï, door het droge riet, 'dat den put beboordde en tot 'boven den oorboom van den gevel wuifde. Al den noordkant schoten de ranke populieren, dicht tegen het doeningje, recht ten hemelze staken hun ranke spillen al over de kave en de daking van het kortwoonstje, dat ze schenen te be schermen; al de overzijde gaven ze den arm aan de andere boomen en alzoo van reek tot reek, zoodat ze allen gearmd en gesnoerd, te dansen stonden, in den knij- zenjden, (tinsenden lentewind. Dèèr stond de jongen boomslag stil, heel het doeningje op te vatten, zooals het er stond en lag, in zijn klare algeheele aanschou welijkheid en dan ook, in al zijne afzon derlijke deelen. In dat klein bosselke, waar de wind zoo moorsehte te wintertijde en waar het zoo aardig donker in was, bij zomertijde, daar had hij In geleefd, gedretst, gekerpent en gekasjouwd, door de mozige dijken, in de dichte taalje en tot boven-op de hoogste boomen. "(Wordt voortgezet

HISTORISCHE KRANTEN

Nieuwsblad van Yperen en van het Arrondissement (1872-1912) | 1912 | | pagina 5