PRIMO S/':l STIKSTOF RECHTSTREEKS OPNEEMBAAR ASSIMILEERBAAR 2 MENGELINGEN. ECONOMISCHE YGEDERTEELTEN. niet uitgevoerd worden 47.000 van 65.000 VOOR MELKVEE j de en de gebouwen in pachter op 1 Mei 53,2.% 34,8% 10,7% 5,9% 1,5% 21,0% 25,8% a» •die als navruclit en nazomer, en A. C. fI Studiezitting over Demografie en Landbouweconomie. OP HET STADHUIS TE KORTRIJK. Slechts enkelvoud ge meelsoorten zouden bij de voederproeven mog«n gebruikt worden die overal te bekomen zijn. De landbouwer kan desgevallend zelf mengelingen maken als hij zulks nuttig acht. Als hiervan geen rekening wordt gehouden bij voederproeven die met toevoeging van krachtvoedermengsels zouden ingericht worden •en men daarbij ook geon rekening houdt van gewichtsverlies tijdens de malkjgevingsperiode, voorzie ilk voor deze onderneming een kolossaal fiasco. Ziedaar wat ik in de vergadering daar over zeggen wou ind en ik er de gelegenheid toe gekregen had, hetgeen het geval niet was gezien de langdradige en verwarde bespreking. Wij hebben ook de gelegenheid niet gehad volledige en duidelijke uiteenzetting te hooren van een ander lid der vergadering, die vroeger ook merkwaardige voederproeven heeft inge richt, en die o.a. tot doel hadden te bewijzen dat. de melkopbi engst merkelijk kon verhoogen met geschikte verbeterde rantsoenen zonder de dieren te vermageren gelijk dit doorgaans het geval is bij overvloedige melkgeving. Wij verwachten van het inrichtend comité klare en duidelijke onderrichtingen. OORZAKEN VAN SLECHTE UITSLA GEN: Wij hebben deze oorzaken reeds in de vorige regelen vernoemd. De voornaamste zijn: het besproeien met ongeschikte of minderwaar dige productenhet gebruiken van te lichte oplossingen het gébruik van te lichte sproei- toestellen; het sparen op de gebruikte hoeveel heid sproeistof, of om het alles met één woord te zeggen: het sparen: op de uitgaven welke door de besproeiing veroorzaakt worden. Deze be sparing is grondig verkeerd. Het is veel beter, niet te besproeien dan slecht te besproeien. Aan onvoldoende of slecht uitgevoerde be sproeiingen werpt men zijn geld verloren ter- 'vrijl men, wegens het achterwege blijven van de verwachte resultaten de goesting om te be sproeien verliest. Daarom besluiten we dit ar tikel met den raad: .sproei goed of sproei niet. Als ge goed sproeit zult ge overvloedige vruch ten van uw werk plukken en zal de gedane uitgave tienvoudig beloond worden; sproeit ge slecht, dan werpt ge Uw geld verloreai en dan maakt ge averrechtsche propaganda voor een kultuurmaatregel welke in zichzelf niet genoeg kan aangeprezen worden. L- V. H. Op Maandag 2n Kerstdag 1.1. te 10 uur, wer den voor eene VOLLE zaal toehoorders door den heer Juul Callens, de spreekbeurten :nge- leid Den heer Ing. A. Ver kinderen van het Rijksstation voor Landfoouiweconomie handelde over RENDABILITEITSSTUDIE IN HET LICHT DER UITSLAGEN DER LAND BOUWBOEKHOUDINGEN EN DE BE- DRIJFSOVEiRNAME IN HET LICHT DER RENDABILITEITSTUDIE. Aldus begon Ing. Ver kinderen. Het voorwerp van het onderzoek iware 201 boerderijen gelegen voornamelijk in Oost- en West-Vlaanderen verder in. de andere Vlaamsche provinciën. De gemiddelde opper vlakte van dte gemiddelde boerderij (gemiddelde van 201 bedrijven) was 17 Ha. 16 a. waarvan 28,2% in eigendom was van den landbouwer en 71,8 in huur. KRACHTIG BESPROEIEN W>ji wijzen hier ook nog op de noodzakelijkheid, de hoo rnen met een krachtige sproeistraal te be sproeien. De sproeistof moet tot in de fijnste schorspleten doordringen, wil men zijn doel bereiken. Zulks is alleen mogelijk indien de besproeiing- met een toestel uitgevoerd wordt, dat een hooge drukking, b.v. 25 tot 30 atmos- pheren, d.i. 25 tot 30 kg. druk per cm2 kan ontw’klkelen. Men mag in den regel aanvaar den, dat voor hoogstammige boomen vooral de motorsproeiers geschikt zijn om goed werk te leveren. Deze sproeiers hebben daarbij dit voor deel dat men er vlug mee werkt en dus aan gunstige voorwaarden het "Werk gedaan krijgt. De sproeistof mag niet op de boomen vallen; ze moet er met groote kracht opgeslagen worden. Ook van deze factor hangt het resultaat dat men bekomt grootetjks af. VOEDERPROEVEN. Het bureel der Landbouwkamer heeft eene commissie aangesteld om de inrichting ervan te regelen. De (k westie is van het hoogste en onbetw ist baar belang maar het 'vraagstuk is zeer inge wikkeld en lastig om op te lossen. Er kan hier hoegenaamd geen spraak zijn van theoretische, wetenschappelijke proeven maar enkel van praktische vulgarisee<rende proe ven op een: welbepaalde soort van dieren, bij voorbeeld: melkkoeien! en met het welbepaald doel de rantsoenen, die in een welingerichte boerderij in gebruik zijn, te verbeteren, de .melkopbrengst te vermeerderen en tevens den kostprijs te vermindenen zonder de dieren, uit te putten of 'veel van hun gewicht te doen verliezen De eenvoudigste proeven verdienen onzes erachtens de meeste aanbeveling. Zoo b.v. als het krachtvoeder van den proefnemer voldoen de geacht wordt zou daaraan geen verandering dienen gebracht te worden met b.v. de groote hoeveelheid rapen gedurende den proeftijd te vervangen na een zekere overgangsperiode door versch of ingekuild groenvoeder dat rijker is aan droge stof en eiwit zonder daarom merke lijk kostelijker te zijn. Aldus werden in het cornice Nedlerbrakel, verleden jaar, onder kon- trool van M. Vanden Noortgate, Rijksland- bouwkundige, de rapen geleidelijk vervangen door mergstamkoolen met zeer bevredigende uitslagen. Merkelijk meer en rijker melk en en boter en de dieren bleven in goeden staat. Daardoor werd de inkomprijs dezer produkten merkelijk verlaagd en de winst verhoogd'. Spijtig dat het verslag daarover ingezonden, niet duidelijker de besluiten kon mededeelen, die uit deze belangrijke proef konden afgeleid worden. Voortaan zullen de verslagen omstan diger diénen opgesteld te worden alhoewel het hoofdgedacht algemeen wel bewezen, werd, na melijk dat, zooals van overlang reeds gekend is, de landbouwer er alle belang bij heeft zich toe te leggen op de teelt van eiwitrijke voeders in vervanging van eiwitarme waterachtige knol gewassen als Ie rapen:, die nochtans in onze provincie zoo overvloedig worden gekweekt, en die daarbij nog het nadeel hebben van bij' strenge 'winters te vervriezen en slechten smaak en bleeke kleur aan de boter mede te deelen. MEELVOEDERS. De zaak wordt veel ingewikkelder als terzel- vertijd cok verandering moet gébracht worden aan de krachtvoeders van het rantsoen. Zulke proeven kunnen, wel goede uitslagen opleveren in landbouwscholen en proefstations waar een strenge komtrool kan toegepast wor den wat in een gewone boerderij ónmogelijk is. Daarbij komt nog het groot bezwaar van het gebruik van samengestelde of gemengde meel- voeders, want evenals voor de samengestelde meststoffen, liestaat hiér het gevaar dat deze gemengde meelsoorten: zouden moeten geleverd worden, door samlen'werkende genootschappen of handelsfirmas die geen volle vertrouwen kunnen: inboezemen, omdat ze vooral de propa ganda bëoogen en de belangen yan den fabri kant kunnen stellen bovlen de (belangen van den boer. Wij hebben vroeger menigtaiaal langs scheikundigen weg kunnen vaststellen, hoe som mige beroemde voedermengsels, kalfsmikkels, enz. vijf en meer keenen boven hunne inner lijke waarde verkocht werden. Men mag niet vergeten dat hier spraak is van. ECONOMI SCHE proeven. de gebouwen in d gendom van den 'eigenaar op 1 Mei was (ongeveer) Deze staan in nauw verband met de voeder proeven waarover in bovenstaand artikel ge handeld' wordt. Zij komen, op het gepast oogen- blik ter sprake gezien voor 15 dezer de aan vragen moeten ingezonden worden aan de pro vinciale Landbouwkamer om toelagen te kun nen bekömen voor de inrichting van voeder- teeltprijskampen in 1939. De teelt van groen- vo^der neemt een langs om grootere uitbreiding sedert zoowat overal thans silos gebouwd wor den om er het groenvoeder voor den winter te bewaren. Mén leze in vorig nummer een beknopt verslag over de merkwaardige teelten van verschillende .groesnivoeders die verleden jaar in Vlaanderen en in de Kempen werden aangelegd. lEén bizondere commissie werd door de Land- bouwkamer aangesteld om den prijskamp in te richten en de noodige richtlijnen ten spoedig ste mede te deelen. Ik had in eene zitting van het bureel der Kamer den tijd niet om mijne zienswijze nopens deze zaak volledig te doen kennen en in, de bizondere ondercommissie werd ik daartoe niet aangezocht. Ik wil nochtans doen opmerken dat er, spijtig genoeg, hier geen spraak kon zijn van groenvoeders die voor den 'winter dienen aangelegd te worden, zooals incarnaatklaver, eerste zaai van snijkoorni en .behaarde vitsen die wintervast zijn, en seffens na den winter het eerste malschelentegroen geven, dat zoo gretig door het vee wordt ver orberd en zoo gunstig werkt op hun, gezond heidstoestand. Vooral na winters dat het loof (rapen) is ver\ rozen heeft de veekweeker een gezond, rijk en smakelijk voedsel ter beschik king 'waarvan de waarde onschatbaar is als op dé weide nog alle groen ontbreekt. Het zaad van behaarde vitsen is betrekkelijk klein, zwart en kogelrond, zij vervriezen niet bij tamelijk strange vorst, terwijl lentevitsen dlie igrooter, platter en bleeker van kleur zijn, gemakkelijk vervriezen, en zooals hun naam De geschatte waarde van den grond bedroeg 575.000 fr. of 33,500 fr. per Ha. De waarde van eigendom, van den '1938 was De waarde het aanduidt, .niet voor den winter mogen ge zaaid worden. Do vitsen, evenals andere vlinderbloemige gewassen, zijn zeer rijk aan eiwitstof, zij laten in den grond een aanzienlijken voorraad stik stof. Zoo wint men na incarnaatklaver of vit sen, zonder toevoeging van stikstofmesten een rijken oogst van vroege aardappelen of andera zomervruchten’, waarna nog mergstamlkoolen kunnen volgen. Zie voor dé groenvoeders, kunnen geteeld -worden in zomer de voorbeelden hier verleden week vermeld’ besproken door landbouwkundige P. D. C. Gin een are Lambergermengsel te bezaaien neme men 20 gr. inkarnaat en 20 gr. raygras en 40 gr. zandvitsen, het zij dus per hectare respectievelijk 20 kg. - 20 kg. 40 kg. In Holland zeer geprezen. dig dat deze sterkte van oplossing werkelijk toegepast wordt. Sommige kweekers zouden soms geneigd zijn u t verkeerd begrepen zuinig heid een lichtere oplossing te gébruiken. Zulks moeten w'j ten stelligste vntraden. Wanneer •men laat besproeien door een loonsproeier dient men clan ook deze sterkte van oplossing voor te schrijven en te controleeren dat ze werke lijk toegepast wordt. HOEDANIGHEID VAN HET CARBOLI- NEUM: Zooals in de meeste nroducten hébben we in het vrucht'boomcarbolineum cok goede en min goede kwaliteit. Wanneer men met •een min goede Ikiwal feit besproeid, is den uit slag van de besproeiing onvoldoende en ver brand men. in min of meer erge mate zijn boo- .men Het zijn vooral de méést weeke deelen, zooals de bloemknoppen welke onder deze verbran ding lijden. Het is dan ook van het grootste .belang dat men een, goed merk van carbolineum gébruikt en het is weer een vorm van verkeer de besparing, als men een min goed merk van deze bestrijdingsstof zou aankoopen omdat ze iets minder kost. Men moet dus niet zien op de laatste centiemen verschfl in den kostprijs per kg. en mem 'koope alleen en uitsluitelijk goed gekende en onder controle staande mier ken van vruch tboomcarbolineum WANNEER BESPROEIEN Men, kan met deze besproeiing aanivangeni vanaf het volledig intreden van de winterrust van de boomen, dus praktisch vanaf half December. Mén kan be sproeien tot er weer merkbaar leven in boomen komt, dus practfsch voor die appel perenboomen tot half Maart. Het besproeien mag ■bij vriezend weder en ook niet als de boomen te nat staan. Bijl regenachti’g weder mag er ook niet besproeid worden. Daar er tijdens den Winter niet zooveel dagen komen dat het werke lijk geschikt weder is om, te besproeien, zoo dient men van alle geschikte da’gen gebruik te maken. Van veel belang is het ook voor de be sproeiing over een toestel te beschikken dat groot genoeg is en waarmee veel werk kan ge daan worden. Vooral voor wie zich met loon- sproei bezig houdt of voor wie door een loon- sproeier laat sprcéien is deze zaak van het groot ste belang. HOEVEEL SPROIEISTOF IS ER NOODIG? Dat is in het algemeen moeilijk te zeggen’. Wel kan er gezégd worden, en we moeten daarop zelfs den grootsten uiadruk leggen, dat er bij de winterbesproeiing overvloedig moet gesproeid worden. De boomen moeten letterlijk met de op lossing van vruchtboomcarbolimeum gewassen worden. Wie op de sproeistof spaart bekomt geen resultaat. En Berin ligt voor de fruit- kweekers die hun boomen door een, aannemer laten besproeien een groot gevaar. Immers door de concurrentie welke op dit gebied ook bestaat, zijn de loonsproef.ers geneigd het werk aan een te lagen prijs te aanvaarden, en daar z.e tenslotte toch mi et met verlies kunnen wer ken gebruiken ze te weinig sproeistof, of te slappe oplossingen of sproeimiddelen van ge ringe hoedanigheid en lagen prijs. Dat is wel licht de grootste reden van de slechte uitslagen welke met de winterbesproeiïngen, soms beko men worden. Men mag aannemen dat er voor een Ha. boomgaard, met volgroeide boomen regelmatig bezet, niet minder dan 2000 liters sproeistof noodig zijn, om de besproeiing met vruchtboomcarbolineum goed uit te voeren. De fruitikweeker kan daardoor reeds zelf uitrekenen •dat het onmogelijk is degelijk te besproeien aan de prijzen waaraan sproeiwerk soms aanvaard •wordt. Totaal gTondkapitaal 687.000 Het Bedrijfskapitaal bedroeg 126.000 (of 7370 fr. per Ha.) daarin is omvat a) het levend kapitaal v. waarvan onder meer van rundvee paarden varkens pliLmvce b) het dood kapitaal (machienem) c) het omloopend kapitaal Hieruit blijkt het bijzonder belang van het levend kapitaal en voornamelijk daarin, het .Rumdveekapitaai. Het omloopend kapitaal neemt een aanzienlijk bedrag in. Wij krijgen aldus een totaal van grondkapi taal en bedrijfskapitaal van 813.000 fr. voor het gemiddelde bedrijf van 17 Ha. 16 a. Het boekjaar liep van 1 Miei 1937 tot 30 April 1938. DE BRUTO OPBRENGST de totale ont vangsten van dierenverkoopen 'en hun produk ten, de inventarisvermeerderingen yam het vee bestatigd op het uitgangsinventaris voor zoo ver dez'e zuiver het gevolg zijn van de kweek, evenals de 'inventarisverdering de losse voorra den, verder der verkoopen van akkerbouwpro- dukten en deze welke geleverd werden aan het huishouden, alsmede diverse ontvangsten voort komende van het bedrijf vormen samen de bru to opbrengst. Ze bedroeg 100,394 fr. (5850 fr. per Ha) waarvan 72,2.% voor de dieren en hun produkten. Hert rundvee bracht 43,2% de var kens '19,7% het pluimvee 6,7% op.De akkerbouw- produkten: 25,9% waar men bemerkt dat aard- - .2^ 3 si 575.000 LANDBOUWCOMICE GEERAARDSBERGEN. van ook van Ammoniaksnllaat GROOTE OKKASIE: voor centrale verwarming Waterbak, Twee kubieke meters, naphteketel. Schrijven V.B. Bureel c f KOEKJES i_ Te KoopKetel serren enz. dienstig voor Boerenleven. Twee zeer belangrijke vergaderingen. Op Maandag 9 Januari 1939. bij Severin Imbo. Herberg ,,De Kat” te Geeraardsbergen. Om 9 1/2 uur voor de leden van ’t varkenskweeksyndikaat. Heeren Warnants, rijksveeteeltconsulent en Vande Voorde, Secretaris van ’t Verbond der Zwijuenkweek- syndikaten zullen deze bijeenkomst met hun tegen woordigheid vereeren. Om 10 uur voor de oude en nieuwe Landbouwboek- houders. Heer Baptist, professor aan de Universiteit van Gent en bestuurder van ’t Rijksstation voor Landbouweconomie zal een leerzame bespreking hou den over de uitslagen der landbouwboekhoudingen uit de streek en van gansch het Vlaamsche land van het verloopen boekjaar 1937-1938. Nieuwe kostelooze inschrijvingen zullen aanvaard worden. Alle landbou wers zijn vriendelijk uitgenoodigd. Aanmerking. Als naar gewoonte worden geen persoonlijke uitnoodigingen gestuurd om reden van spaarzaamheid Elk zegge het voortAlleman op post Namens ’t Bestuur: De Secretaris, De Voorzitter, Jan De Wandel. Jozef Vander Linden Ki e fe

HISTORISCHE KRANTEN

Ons Boerenleven (1922-1965) | 1939 | | pagina 2