't Is vacantie
De Pontificale Hoogmis
moest naar het leger den heelen oorlogstijd was hij op
post, moedig en offervaardig, eerst als brancardier, later
als aalmoezenier.
In 1919, toen Pater Leys verlangend uitzag naar het
duurbare zendingsland, vroegen hem zijn oversten een
groot sacrificie hij werd tot leeraar benoemd in het Se
minarie der Witte Paters te Bouchout in 1922, tot
Superior van dat Seminarie.
Missionaris
Het jaar 1 927 bracht eindelijk den missionaris de ver
wezenlijking van zijn innigsten wensch in September
maand scheepte hij in, te Marseille,, voor het zwarte Mid
den Afrika. De Urundi-Missie was zijn bestemmingsoord.
Edelmoedig zette hij zich aan 't werk te Kibeta en daar
wist hij met zijn uitstekende geestesgaven en weergalooze
wilskracht, allerhande moeilijkheden te overwinnen zelfs
zal hij het aangaan een voorloopige kerk op te trekken en
een definitieve te beginnen, terwijl hij immer maar voort
op zijn moto de omliggende posten bezocht
Bisschop
Maar'zie, Gods schikkingen zijn wonderbaar. Nog geen
twee jaar is Pater Leys op het missieveld in den Urundi.
En daar, nevens hem, in den Kivu, wordt een nieuwe
toestand geschapen. Om het missiewerk beter te kunnen
vooruithelpen, heeft Mgr Roelens de gedachte opgevat
Kivu als afzonderlijk Vicariaat op te richten. Rome heeft
het voorstel goedgekeurd en als eerste Apostolische Vi
caris met de waardigheid van Bisschop, wordt, door Z.
Heiligheid den Paus, Pater Leys aangeduid
Terug dan naar België Op tweeden Paaschdag,
21 April 1930, werd hij tot Bisschop gewijd in St-Salva-
torshoofdkerk te Brugge.
Allen meehelpen
Den nieuwen Bisschop staat, in het verre Congoland, een
reuzenwerk te wachten. Daar zal hij stellig, lijk de ge
dachtenis van zijn Eeremis zegt
Een sterlicht zijn in duistren nacht
Een liefdestroom in dorre zanden
Moge de goede God Zijn Doorl. Hoogwaardigheid
machtig helpen om in onze Kolonie den «Vrede van Chris
tus Pax Christi is de leuze van Monseigneur Leys
meer en meer te verspreiden.
Brengt allen, a. u. b., een steentje bij dit is een
vurig gebed en een milde aalmoes tot opbouw van
Christus' Kerk in het Vicariaat Kivu, het uitgestrekte
missieveld van Monseigneur Leys.
Rust goed uit, lieve kinderen, van het lastige school
jaar Weest blijde en opgeruimd, maar
Dat uw verzet steeds deftig weze Vlucht als een
pest degenen die U tot zonde mochten brengen
En thuis, weestaltijd gehoorzaam, vlijtig en gedienstig
Blijft getrouw aan de Zondagmis, aan Patronaat en
Congregatie, aan Biecht en H. Communie 't Is nu de
gelegenheid te toonen dat gij Onzen Lieven Heer gaarne
ziet.
Dierbare ouders, steekt een handje toe Zorgt voor
uwe kinderen, vooral onder de vacantie.
De aloude Kathedraal van Yper schijnt wel sedert
hare glorieuse verrijzenis, iets van hare kathedraal-glorie
terug gevonden te hebben, die ze meer dan een eeuw
gemist heeft.
Bij hare plechtige inwijding mocht ze binnen hare
muren twee bisschoppen verwelkomen nu krijgen we
eene Pontificale Hoogmis van onzen vlaamschen missie
bisschop, Mgr Leys, en voor toekomende maand is nog
een Pontificaal-Dienst aangekondigd. Waarlijk dat is een
voorrecht. We zijn er blij om. De grootsche tempel,
waar we zoo fier over zijn, is voor de heerlijke ontplooi
ing der bisschoppelijke diensten als gebouwd en inge
richt.
Een Pontificale Hoogmis verschilt in den grond niet
veel van een plechtige Mis, alleen maar door debreedere
uitwerking der ceremoniën zoadat iemand die gewoon
is de Mis te volgen, niet de minste moeite heeft oin den
dienst te begrijpen. Wijzen we nochtans op drie bijzon
derheden, die van belang zijn.
Drie bijzonderheden
Eerst draagt de bisschop een meer volledig gewaad
dan een gewoon celebrant. Onder den kazuifel draagt hij
een licht zijden tuniek en dalmatiek de gewaden van
den subdiaken en diaken. Dit om te beteekenen dat
hij bezit de volheid van het priesterdom.
Ten tweede heeft de bisschop, behalve de gewone
assistenten den diaken en subdiaken der Mis nog
drie assistenten op den troon een priester met koorkap
en twee eere-diakens. Dit is een herinnering aan de
oude tijden. Toen de bisschop met al de aanwezige pries
ters en geestelijken de Mis celebreerde. De priesters lazen
dan doorgaans niet afzonderlijk hunne Mis, maar cele
breerden met hun bisschop aan 't zelfde altaar. Deze
gewoonte, die in de Oostersche kerk is blijven voortbe
staan, hebben we slechts bewaard in de wijding van
priesters en bisschoppen. Maar het ceremoniale der bis
schoppen vraagt dat in de Pontificale Hoogmis, de
kanunniken van het kapitel met kazuifel, of koorkap,
of dalmatiek zouden assisteeren; of, waar er geen kapitel
is, ten minste drie assistenten den bisschop zouden ter
zijde staan.
Eindelijk eene bijzonderheid is het nog dat de voormis
van aan den Introïtus tot aan de offerande niet aan
het altaar gecelebreerd wordt, maar op den troon. Dat was
vroeger algemeen, en gemakkelijk te verklaren. Dit eerste
gedeelte der Mis is immers geen altaar- of offerdienst en
heeft met het eigenlijk sacrifie maar een los verband. Het
zijn gebeden, lezingen en onderrichtingen. Daarom bleef
de priester op zijne plaats in het koor. De Dominikanen
hebben dit oud gebruik bewaard in hun Hoogmis. In
onze ritus wordt alles gelezen of gebeden aan het altaar,
waarschijnlijk door den invloed der stille Mis, waar, de
celebrant alleen zijnde, hij het gemakkelijker vond het
boek op het altaar te laten rusten. Maar in de Pontificale
Mis, waar de oude gebruiken het best bewaard bleven,
is dit onderscheid tusschen onderichting- en offerdienst
nog aangeduid door een onderscheid van ptaats.
Een artikel over onze Doopvont moet verschoven worden
tot het eerstkomende nummer van De Tuinklokko