Te Deu m Sedeit maanden is het zangkoor van St-Maartens onder de bezielende leiding van kapelmeester Mau rice Baert aan 't voorbereiden van het grootsch. en aangrijpend Te D e u m van Edgar Tinel. Dc eerste uitvoering laten wij maar zeggen 'r. prat hu moering te wege zal plaats hebben op Zondag 21 Juli, te u u. in Ieper'3 Kathedraal. Heerlijke lofzang tot God Het gebeurt wel eens dat officieele Te D e u m 's als een half burgerlijke plechtigheid doorgaan, waarop men aanwezig is met uiterlijke voornaamheid, ja, maar met weinig of geen devotie... Reden te meer om tegen zulk 'n opvatting te re- agecren en het Te D e u m te aanzien voor ,wat het eigenlijk is een heerlijke lofzang tot God, een geestdriftige hymnewelke sedert meer dan vijftien eeuwen galmt in de H. Kerk en opstijgt tot vóór Gods troon Terecht is het Te D e u m, de plechtige zang der Kerk geworden pro gratiarum actioneom onze biddende dankbaarheid te vertolken. Maar het wordt ook dagelijks gebeden, door priesters en kloosterlingen, in het H. Officie, als een passend en jubelend morgen gebed. Letterkundige ontleding Wij allen zullen het Te D e u m met meer godvruch tigheid bijwonen, of liever meebidden, indien we die zielverheffende «hymne» trachten goed te verstaan. Welnu de letterkundige ontleding laat ons toe, in den tekst van het Te D e u m, met zijn 29 «verzen» of zinnetjes, twee verschillende stukken, twee ver schillende Secties te onderscheiden. Terwijl de eerste Sectie (v. 1-21) een samen hangend geheel uitmaakt, 't is een gloedvolle hulde aan God almachtig en aan Christus Onzen Heer, met daarbij een korte smeekbede komt ons de tweede Sectie voor als een aanwas, een uitgroei, een bij voegsel de verzen 22-29 z'jn n'et van dezelfde geut als de eerste. Hier treffen wij geen ontwikkeling aan van eer. thema't is slechts een opvolging van schocne aanroepingen of schietgebeden, ontleend op óén na aan de Psalmen. In drie deelen kan de eerste Sectie (v. 1-21) of het oorspronkelijk Te D e u m ingedeeld worden 1. Glorie aan God in den hooge! In het eerste deel (v. 1-13) wordt de grond gedachte *U, o God, loven wij, met gansch het aard rijk» (v. 1-2) ontwikkeld als volgt: a) al de engelenkoren (v. 3-6), b) de Heiligen in den hemel (v. 7-9), c) en gansch de Kerk op aarde v. 10), loven en prijzen de glorie Gods, de aanbiddelijke Drievuldigheid. Vader, Zoon en H. Geest. Hier volgt de tekst, letterlijk vertaald uit het latijn. 1 U, o God, loven wij; U, o Heer, verheerlijken wij. U, eeuwige Vader, vereert de gansche aarde. 3. Tot U roepen alle engelen, de hemelen en al de hemelmachten 4.. Tot U roepen de Cherubijnen en de Serafijnen en jubelen zonder ophouden 5. «Heilig, Heilig, Heilig is de Heer, de God det legerscharen 6. Hemel en aarde verkondigen uw glorie-volle Ma jesteit 7. U looft het glorierijke koor der Apostelen, 8. U looft het lofwaardige tal der profeten, 9. U looft het schitterend leger der martelaren, to. U belijdt, over gansch de wereld, de H.Kerk: 11. U, Vader, wiens majesteit oneindig is, 12.' Uw aanbiddelijken, waren en eenigen Zoon, 13. alsook den Vertrooster, den H. Geest. 2. Hulde aan Christus Onzen Heer! In het tweede deel (v. 14-19) wordt Chris tus gehuldigd als de Glorie-Koning v. 14) met op gave der vijf redenen waarom Hij dient gehuldigd te worden v. 15 - 19 14. Gij zijt de Glorie-Koning, o Christus! 15. Gij zijt de eeuwige Zoon des Vaders; 16. Gij hebt, om ons te verlossen, niet geaarzeld te rusten in den schoot eener Maagd 17. Gij hebt den dood overwonnen en voor de geloo- vigen het rijk der hemelen geopend 18. Aan de rechterhand van God, daar zijt Gij in de glorie, des Vaders; 19. als Rechter, zoo gelooven wij. zult Gij wederkomen. 3. Smeekbede tot Christus In het derde deel (v. 20.-21) smeeken wij Christus, onzen Verlosser, dat Hij ons deelachtig make aan zijn eeuwige glorie 20 (Hier knielt men neder) U smeeken wij dan, kom Uw dienaren ter hulp die Gij door Uw kostbaar Bloed hebt vrijgekocht; 21Maak dat wij, met uw heiligen, in de eeuwige heerlijkheid gerekend worden. Toevoegsel: een reeks aanroepingen We zegden reeds dat we deze Sectie v. 22 - 29 als een toevoegsel bij het oorspronkelijk Te Deuo meger. aanschouwen't is een reeks liturgische versjes, en zij maken een uitstekend morgengebed uit. 22. Heer, sta uw geloovigen bij en zegen het volk dat U toebehoort; 23. Geleid ze en verhef ze tot in eeuwigheid 24. Eiken dag prijzen wij U, 25. En wij loven U, in de eeuwen der eeuwen. 26. Gewaardig U, o Heer, ons vandaag van alle zonden te vrijwaren. 27. Ontferm U onzer, Heer, ontferm U onzer. 28. Kome, o Heer, uw barmhartigheid over ons en geve ons wat wij van U verhopen. 29. Op U, o Heer, stel ik mijn betrouwen; ik zal niet te leur gesteld worden in eeuwigheid.

HISTORISCHE KRANTEN

Tuinklokke (1930-1940) | 1935 | | pagina 3