LANDBOUWERS!
Zwavelzuur Ammoniak
DROQER)J VIM LfINDBODWPRODOGTEH
ij,Van Iseghem-Yan Haute
ZWAVELZUUR AMMONIAK
Hel is te verkrijgen bij aiie Mesthandelaars en in al de Landbouwsyndikaten
Zij, zullen alsdan reeds achteruit zijn en de Verloren tijd zal
moeten ingewonnen worden door ze aan te jagen met te snel
werkende meststoffen. De planten zullen niet kloek zijn zij zullen meer blootge
steld zijn aan legeren en aan ziektenaanvai. Het strooi zak zich ontwikkelen ten
nadeele van het graan, de bladeren ten nadeele van de knollen en de wortelen.
Loepen dient tet niets, men moet op tijd vertreMen,
van de lente a/eenen voorraad stikstof in den grond brengen, bij middel van hd
De planten zullen er van het begin en gedurende gansch den loop van hunnen
wasdom, volgens hunne behoeften, de krachten in putten om zich tot hunne rijpheid
toe, zonder stilstand, regelmatig te ontwikkelen. De planten zullen
sterk zijnde oogsten schoon en overvloedig.
MEUWPOÖRT
hetwelk zonder tegenspraak de beste stikstofmest is.
geeft kosteloos en op enkele aanvraag, alle inlichtingen nopens zijn gebruik
\r*/J fr. is 39 fr fr
WOORDEN WEKKEN VOORBEELDEN TREKKEN.
STAM- EN STALB0EKEN j kunnen aanraken, of. rloor een water of water
voor Veekweeksyndikaten zijn bij ons loop (ll™cll(lc ,<>t gemeene drinkplaats
verkrijgbaar. dat zich bevonden heeft in de eer-f
Ministerie van landbouw
en openbare werken
Verdelging van de konijnen.
Gebruik van netten in de wegen.
Gezondheldspolitie der huisdieren
Mond- en Klauwzeer
Gezondheidspolitie der huisdieren.
Uitvoer van huisdieren.
WACHT
KWIJNEN
NIET TOT UWE VRUCHTEN
OM HUN 8TIKST0F TE GEVEN
Landbouwers! Om al die redens, geeft de voorkeur aan het
SpecialiteitGekenmerkt voedsel Jmet gedroogde Aardappelen
voor VERKENS <S KALVEREN
Het COMPTOIR BELGE DU SULFATE D AMMONIAQUE
(Naamlooze Vennootschap)
8, Berckmansstraat, te BRUSSEL,
Voederprocf gedaan op een nest van 11 jonge viggens bij den heer
Henri BeüSELINCK, Voorzitter van 't Veesyndikaat te Beerst.
Ie Lot6 Viggens I Ie Lot5 Viggens
Voeders i^edroogte Aardappelen v d TARWEMEEL
Voeders |Afgeroomde melk voeders j Afgeroomde melk
Den 2 Februaii op 17 dagen ouderdom Den 2 Februari op I" dagen ouderdom
wegen de 6 52 kilos «egen de 5 It kilos
Den 2 Maart op 44 dagen ouderdom Den 2 Maart op 41 dagen ouderdom
wegen de 6 KW kiios wegen de 5 120 kilos
t Den 18 Maart op 6J dagen ouderdom Den 18 Maert op 60 dagen ouderdom
wegen de 6 19S kilos wegen de 5 165 kilos
Dit lot heeft geëten Dit lot heeft geëten
j'i Ieder dier heeft dezelfde hoeveelheid af- Ieder dier heeft dezelfde hoeveelheid af-
A geroomde melk gekregen. geroomde melk gekregen
stiff 200 kg gedroogde aardappelen aan 19,50 j 170 kgr. tarwemeel aan 21 fr. is55.7i»
leder zwijntje kost gedurende de 15 daleder zwijntje kost gedurende de 45 da
gen der proef 59 6 is 6,50 fr. gen der proef 55,70 5 Is 7,14 fr.
,.s Beziet dus den schoonen uitslag bekomen met het voedsel
met gedroogde aardappelen.
't Gedacht eener der vermaardste zwijnekweeker der streek
Moest men eene mengeling toedienen van gedroogde aard
appelen met tarwemeel in afgeroomde melk. dat ware een
ideaal voedsel voor zwijne jongen op te kweeken zonder ze te
verbranden.
De stamboeken, wel verbonden, in-4°, voor '"'.oom ilwaarts gelegen weide, indien hel wa
200 dieren ieder, aan 5 fr. het stuk. i 11 s mollis loopt door het besmette weiland.
De stafboekjes, voor 30 dieren ieder, aan
10 centiemen het stuk.
CALLEWAERT-DE MEULENAERE,
Boterstriat, 36, Yper.
Beheer van Waters en Bosschen.
ALBERT, Koning der Belgen,
Aan allen, tegenwoordigen en toekomenden.
Heil
Gezien 6 van artikel 7 der wet van
4 April 1900, aldus opgevat
Daarenboven worden bij koninklijk besluit
de middelen en tuigen tot verdelging bepaald
welke de gebruiker mag aanwenden, m af
wijking van artikel 8 van deze wet
Herzien hel koninklijk besluit van 14 Mei
1900, genomen in uitvoering van voormeld
artikel
Gezien het advies van den hoogeren jacht-
rüad
Op voorstel van onzen Minister van Land
bouw en Openbare Werken,
Wij hebben besloten en Wij besluiten:
Art. 1. Het primo van artikel 1 van het
koninklijk besluit van 11 Mei 1900 wordt
aangevuld als volgt
«In geval van erkende noodzakelijkheid, mag
Onze Minister van Landbouw en Openbare
iWtrken het plaatsen van netten in de wegen
toelaten, gedurende de maanden Januari en
Februari.
Art. 2. Onze Minister van Landbouw cn
Openbare Werken is belast met de uitvoe
ring van dit besluit.
I Gegeven te Brussel, den 16 Januari 1911.
ALBERT.
Van 's Konings wege:
De Minister van Landbouw
en Openbare Werken,
G. HELLEPUTTE.
Een koninklijk besluit van 2 October ver
schenen in den Moniteur van 8 der zeilde
maand luidt als volgt
Art. 1. Wordt beschouwd als verdacht be
smet te zijn door mond- en klauwzeer, alle
herkauwend dier of varken
a) dat verbleven heeft bij een door de ziekte
aangetast dier,
b) dat gestald werd in een der lokalen van
een besmette exploitatie;
c) dat zich op om 't even welke plaats
Art. 2. De. aangenomen veearts, die het mond
en klauwzeer vastgesteld heeft, vordert van
den burgemeester, ten voorloopigen titel, in
afwachting van de tusschenkomst van den
inspecteur-veearts, het in den stal afzonderen
van de door mond- en klauwzeer besmette
of als besmei verdachte runders.
Indien de zieke dieren moeten komen over
den openbaren weg, wordt deze ontsmet. Tel
kens de omstandigheden Jiet toelaten, ge
schiedt het overbrengen per wagen..
Is hel afzonderen in den stal onmogelijk,
dan moeten de dieren dadelijk aan palen
vastgezet worden in de weide waar zij zi.hu.
zoover mogelijk van allen waterloop, gracht
vijver of |>oel. Zij moeten er, op de kosten
van den eigenaar, bewaakt worden van af
de morgenschemering tot zonsondergang, door
iemand belast met het verwijderen uit de
weide van vogels, kleine dieren, en in 't al
gemeen alles wat zou kunnen 'bijdragen tot
bet verspreiden der smetstof van het mond
en klauwzeer.
weest is of die welke geholpen heeft aan het
overbrengen of het vastmaken aan paren V3n
besmette dieren, moet, bij bet verlaten van
het weiland of van de exploitatie, zich on
derwerpen aan al de door den veeartsenij-
dienst voorgeschreven ontsmettingsmaatregelen.
De burgemeester verwittigt oogenblikkclijk
het publiek, als een weiland besmet is, door
er opschriften te plaatsen, luidende als volgt:
Mond- en klauwzeer. Toegang streng ver
boden aan .menschen en dieren.
Art. 9. l)e maatregelen van afzondering of
van vastzetten aan palen worden slechts, op
voorstel van den inspecteur-veearts, vijftien da
gen na de genezing der dieren opgeheven.
Nochtans mag de inspecteur dit tijdperk in
korten voor hel terug in de weide brengen
der afgezonderde dieren of hel vrijlaten der
vastgemaakte beesten, indien de door hem
voorgeschreven ontsmeltingsmaatregelen nauw
keurig werden uitgevoerd.
Art. 10. Daar waar bet verkeer van her
kauwers en varkens verboden is, mogen de
gezonde dieren over den openbaren weg ko
men om te veranderen van weide, op voor
waarde dat zij, bij liet komen aan de nieuwe
weide, door een verse.Ii kalk bad gaan van
minstens 20 centimeters diepte en hebbende
een voldoende oppervlak!.
Art. 3. Zoohaast de ziekte wordt vastgesteld
in den stal eene exploitatie of in eene weide, oxt! "cn"en geschiedt in tegenw oordig-
mag de eigenaar van de als besmet verdachte. h«d vaneen afgevaardigde van den inspecteur
dieren, krachtens artikel 1 van dit besluit,
zelfs vóór de tusschenkomst van den bur
gemeestcr of van den vecartsenijdienst, geen
enkele wijziging meer toebrengen aan hunne
verblijfsvoorwaarden, of, indien de beesten in
de weide staan, ze onder geen enkel voor
wendsel in een andere weide overbrengen.
Art. 4. De burgemeester moet onmiddellijk
gevolg geven aan iedere vraag van den veer
artsenijdienst, strekkende tot het afzonderen
of het vastmaken aan pafen van het door
mond- en klauwzeer aangetaste of als aan
getast verdachte vee-
Art. 5. Het overbrengen naar den stal of
het vastmaken aan palen is ten laste van den
eigenaar van het vee. Gebruikt hij materiaal
van de Regeering, dan moet hij het in goeden
staat teruggeven.
Art. 6. Indien er in de weide, waar de zieke
dieren vastgemaakt zijn, eenhoevige dieren ver
blijven. dan moeten deze ook aan palen vast
gemaakt of, na ontsmetting, uit de weide ver
wijderd worden.
Art. 7. De eigenaar van aan mond- en klauw
zeer lijdende of als dusdanig verdachte dieren
moet deze, alsook de besmette lokalen en
weide, laten onderwerpen aan al de ontsmet-
tingsmaatregelen, die door den veeartsenij-
dienst onmisbaar geoordeeld worden. Die ontT
smetting wordt gedaan op de kosten der Re
geering Voor het ontsmetten van het vee moet
de belanghebbende echter op zijne kosten een
helper Ier beschikking van den ontsmetter
stellen Wat bet ontsmetten van de weide
en van den openbaren weg betreft, Ls het
vervoer van de ontsmctlingistof te zijnenlnsi, FT"i
r. 'asiea bestemming van een slachthuis, op voorwaarde
c eigenaai moet daarenboven, op zijne dat cr een getuigschrift bij weze, den dag zelf
"<>s en, ui ïcm ooi den inspecteur opge- of daags te voren afgeleverd door een aange-
legde ontsmetting met kalk uitvoeren. -----a-- - - 1
De afgevaardigde van dien ambtenaar cn de
veearts. Da eigenaar moet dien afgevaardigde
vier en twintig uren vooraf verwittigen.
Art. 11. Het vervoer van mest, aal, stroo
en hooi, voortkomende uit een exploitatie
waar het mond- en klauwzeer heerseht, Ls
verboden lot dat de afzondering geheven
wordt.
Geen aal of vloeistof, komende uit mest
putten van eene exploitatie waar het mond
en klauwzeer heerseht, mag op den open
baren weg vloeien.
\rt. 12. Op verslag van den inspecteur-vee
arts, beperkt de gouverneur der provincie da
delijk bet verkeer en vervoer van herkauwers
en varkens, alsook het verkeer van gevogelte
en honden.
In afwachting van het bevel des gouverneurs,
moet de burgemeester, als behoedingsmiddel,
onverwijld dezelfde maatregelen voorschrijven.
Hij brengt ze aanstonds ter kennis van het
publiek, door het aanplakken van zijn besluit
op verschillende plaatsen, en door aanduidings-
palen, geplaatst aan de grens en in de ver
boden streek. De op de palen gevestigde bor
den moeten de volgende vermeldingen dragen
Mond- en klauwzeer. Verkeer van herkau
wers, varkens, gevogelte en honden verbo-
edn. Verboden kleine herkauwers, varkens en
biggen te versoeren.
Art. 13. Bij afwijking van vorig artikel, mo
gen de herkauwers en de varkens, die zich
bevinden in de streek waar hun verkeer ol
hun vervoer verboden is, en die niet be- I
hooren lol een brandpunt van mond- en klauw-
zeer, die streek in een wagen verlaten, ter
gens vervoerd worden van dè statie naar het
slachthuis, waar zij binnen de vier en twin
tig uren na hunne aankomst moeten geslacht
worden.
Zij mogen in geen enkel ges al op een open
bare markt te koop gesteld worden.
Een gezond dier, "bestemd om onmiddel
lijk geslacht te worden, mag door de ontzegde
streek geleid svorden tot aan het slachthuis.
Het verkeer der s'oor het vervoer en de
landbousvsvorken gebezigde runders is es-en-
eens in die streek toegelaten, op voorwaar
de dat zij noch door mond- cn klauwzeer
aangetast, noch als dusdanig verdacht wezen,
en dat zij, bij het komen uit en het weder-
keeren in hunne exploitatie, geleid svorden
door een vcrsch knlkbad 20 centimeters diepte
en van voldoende lengte en breedte.
Art. 14. De overtredingen vaA dit reglement
worden gestraft overeenkomstig de artikelen
4, 6 cn 7 der wet van 30 December 1882.
Art. 15. De met huidig besluit strijdige be
palingen van tiet kooninklijk besluit van 20
September 1883 worden ingetrokken.
Art. 16. Dit besluit zal daags na zijn af
kondigen in den Moniteur van kracht zijn.
ontsmetters mogen te allen tijde in de stal
len en wedien der exploitatie komen
Art. 8 De toegang tot iedere door mond
en klausvzeer besmette weide is aan men*
bevonden heeft bij een door die ziekte aange- J sehen en diereu verboden. Er wordt i
tast dier, of zich daarmede op een zelfde dien regel slechts uitsondering gemaakt
weidt bevond, ot op een weiland dat van de in vorig artikel aangeduide agenten, voor en hel getal dieren, het hummer van den
een besmette werde slechts gescheiden is door Me bewakers, en voor het personeel met h,wagen, de bestem mingss tal ie en den naam
teni haag of door ïjzerdraadaMuitingen. zoo- verzorgen van het vee belast. vn„ den bcstemmclin»
dat de dieren der aanpalende plaatsen elkander Diegene welke op een besmet weiland g„- De over te brengen dieren moeten op wa-
nomen veearts, en waarbij vastgesteld wordt
dat zij vrij zijn van de ziekte. Bovendien
moet de eigenaar den afgevaardigde van den
inspecteur-veearts schriftelijk, vier en twintig
uren vooraf, dag en uur van het overbrengen
berichten, opdat hij den bevoegden inspecteur
kunne verwittigen. Deze laatste, per telegram
overgemaakte kennisgeving, vermeldt de soort
Ministerie van Financiën
en Ministerie van Landbouw en Openbare Werken.
t'
Beheer va?i Landbouw
ALBERT, Koning der Belgen.
Aan allen, tegenwoordigen cn toekomenden.
Heil.
Gezien artikel 1 der wet van 30 December
1882 op de -gezondheidspolitie der huisdieren:
Gezien de schikkingen genomen tusschen
België en Frankrijk den 22 December 1913
betrekkelijk het veeweiden op de grazingen
gelegen in het grensgebied en.namelijk het
alinea 4 van art. 1 van die'schikkingen lui
dende als volgt Indien het mond- en klauw
zeer zich in eene gemeente "Vertoond of cr
heerseht, wrordt er bericht van gegeven aan
den toldicnsl van het land waar de ziekte
heerseht; te rekenen van dit oogenblik, is
het verboden de dieren dezer gemeente en
der naburige gemeenten de grens te laten
overtrekken.
Op voorstel van Onzen Minister van Fi
nanciën en vna Onzen Minister van Land
bouw en Openbare Werken,
Wij hebben besloten en Wij besluiten:
Art. 1. Onze Minister van Financiën en
Onze Minister van Landbouw en Openbare
Werken, ieder voor wat hem betreft, zijn
bemachtigd den uitvoer te verbieden van huis
dieren herkomstig van de gemeenten waar
het mond- en klauwzeer werd bestatigd. De
zelfde macht is hun verleend voor wat de
gemeenten betreft palende aan de aangetaste
gemeenten.
Art. 2. Onze Minister van Financiën cn
Onze Minister van Landbouw cn Openbare
Werken zijn belast, ieder voor wat hem be-
Iretf, met de uitvoering van het huidig be
sluit dat daags na zijne afkondiging in bet
Staatsblad in voege zal treden.
Gegeven tc Oostende, den 20 April 1914.
ALBERT.
Van 's Konings wege
De Minister van Financiën,
VAN DE VYVERE
De Minister van Landbouw
en Openbare Werken.
G. HELLEPUTTE.