f
I
i
•i
ZONDAG 8 April 1945,
PRIJS 1,59 Fr.
Ie JAAR, N».
HERINNERING
UIT DEN
BEZETTINGSTIJD
Links KBIEM.
Rechts EESEN
H
Es war eine kleine Soldatenfrau.,
Oude Kennissen
ren en in
Veurne, den 29 Maart 1945.
Mijnheer de Burgemeester,
Voor Houtulst.
j. v.
Zeden bij de Zuivering in de
Administratie!
Over Custodiaansch Beleid en
dte Bezadigheid er mee
verbonden.
recht-
bevoor-
de houding van den
mentskommissaris in
zettingsperiode over
Aan de Heeren Burgemeesters van
de Arrondissementen
Veurne-Diksmuide.
van allen die weten hoe lastig die taak
was en die onbevooroordeeld de balans
kunnen maken van zijn werking.
(Vervolg op 2e blz. 2e kolom)
van
dat
ONAFHANKELIJK WEEKBLAD
:'z<'
geesten is ook een dooddoener, die in
werkelijkheid niets om het lijf heeft.
Al had een Duitsche overwinning een
feit geweest, dan zouden onze zwarten
daarom niet minder verraders geweest
zijn en misschien - zoo mogelijk! - nog
meer dan nu! Daar heeft de einduitslag
van den oorlog niets mee te maken!
Alleen zou het ons niet mogelijk zijn
geweest hen hun verdiende loon te ge
ven, ten ware clandestiene volksrecht-
banken zich daarmee zouden gelast
hebben! Dan zou de verduitschte pers
werk gehad hebben met over „terroris
ten” te praten!
(Wordt voortgezet).
parlementsleden te ver-
onzaligen Ver-
baet gevraagd hebben: voor wanneer
een zuivere doctrine op dit gebied?
Wie een kogel afschiet in vijandelijken
dienst verdient de doodstraf. Absoluut
juist! Wat verdient dan deze die muni
tie vervaardigt, versterkingen en vlieg-
pleinen aanlegt, motoren maakt of her
stelt? Zonder te spreken van de fabel
achtige winsten er mee opgestreken!
Waarom krijgt een Seppen De Coene
slechts levenslang? (En waarom is de
Kortrijksche krijgsraad in ieder geval
specialist in het uitspreken van derge
lijke straffen, niettegenstaande de
Krijgsauditors er niet malscher zijn voor
de „zwarten” dan het past?)
Waar Custodes, in hoofdstuk III, het
heeft over geringe schuld, zullen we
maar eens te meer doen opmerken dat
iedere actie, tegen het vaderland of ten
voordeele van den vijand, een GROOTE
schuld beteekent. De verwarring der
We laten hier „in extenso” den tekst
volgen van een omzendbrief aan de hh.
burgemeesters van de arrondissemen-
ten Veurne en Diksmuide:
Zooals U waarschijnlijk reeas nebt
vernomen, heeft het Krijgsauditoriaat
te Brugge een onderzoek geopend ten
laste van den Heer A. FAURE, Arron-
dissementskommissaris te Veurne, we
gens zijn gedragingen tijdens de bezet
ting.
Daar wij zelf ervan overtuigd zijn dat
Heer Arrondisse-
de moeilijke be-
heel de lijn onbe
rispelijk en vaderlandslievend is geweest,
durven wij U vragen, Mijnheer de Bur
gemeester, indien het met uwe ziens
wijze overeenstemt, onze aktie van sym
pathie te zijn voordeele te willen steu
nen, ten einde elke aantijging welke
tegen hem zou mogen ingebracht wor
den, te helpen de kop in drukken.
Wij allen, ambtenaren en beambten,
hebben in kontakt met een strengen en
sluwen bezetter een delicate en moei
lijke periode doorgemaakt, en op de
eerste en moeilijkste plaats in ons Ar
rondissement heeft de Heer A. FAURE
gestaan, man van het hoogste bestuur
lijk gezag in ons gewest, die gedurende
de gansche bezettingsperiode de bemid
delaar is geweest tusschen zijn Arron
dissement en den bezetter tusschen de
belangen van zijn land en volk en de
soms verregaande eischen van den
vijand.
Gij hebt den Heer A. FAURE, gekend
gedurende de bezettingsperiode. Hij
heeft U in raad en daad bijgestaan.
Waar het belang van ons gewest
en ons volk op het spel stond,
heeft hij steeds die belangen ver
dedigd en U aangezet hetzelfde te doen.
Waar het niet anders kon, heeft hij
het mindere kwaad voor het meerdere
aangeprezen. Gij weet dat hij tegenover
den bezetter een houding heeft aange
nomen die niet laks en toegevend was
en dat hij aldus geen persona grata bij
den vijand was. Waar hij zijn volk en
zijn land kon dienen, heeft hij dit ge
daan met de volle maat van zijn ver
nuftig beleid en-van zijn hart, pllchts-
bewust en grondwettelijk tot het
uiterste.
Gij weet dat hij in zake ravitaillee-
ring getracht heeft ons volk het mini-
mumrantsoen te helpen bezorgen. Gij
weet dat hij tegenover de woekerhandel
met wijsheid en strengheid, maar niet
met een ongepaste voortvarendheid is
opgetreden.
Wij meenen derhalve, Mijnheer de
Burgemeester, dat gij overtuigd zijt dat
wij in den Heer A. FAURE een waardig
Arrondissementskommissaris gehad heb
ben, die gedurende de bezetting zijn
verantwoordelijkheid en moeilijke taak
met veel wijsheid en takt heeft vol
bracht, en daarom de achting verdient schrift van burgerdeugd af te leveren!
Was het daaraan te danken dat Tanghe,
niettegenstaande de heer Krijgsauditor
zijn handelwijze als een „lage” daad
betitelde (niettegenstaande vader en
zoon Tanghe ook wel moesten weten
dat een verslag aan Verstraete of zijn
vrouw - dan nog in aanwezigheid van
twee Duitschers! - verklikking betee-
kende) op een onbegrijpelijke wijze
vrijgesproken werd?
De 21 jarige hoeveknecht Waeyaert
Korneel, uit St. Jakobskapelle (waar hij
werkt, het geldt hier feitelijk een Vlads-
loonaar), is beschuldigd den genaam-
den Depestel, die bij den heer Daniël
Coppyn, schoolhoofd te Vladsloo, ver
stopt zat, bij de hulpfeldgendarmen te
hebben verklikt. De heer Coppyn zelf
denkt echter niet dat het de schuld van
Waeyaert is dat hij verontrust werd.
Onze oude vrienden, de slavendrijvers
Blancke, De Cae en Coutteau getuigen
dat zij bij Coppyn zijn geweest om De
pestel aan te houden, doch weten ook
niet zeker te verklaren zoo W. werke
lijk als verklikker is opgetreden. Bur
gemeester Moenaert, uit St. Jakobska
pelle e.a. leggen gunstige verklaringen
af. Niettegenstaande een straf van één
jaar door den heer Krijgsauditor ge
vraagd wordt, verkrijgt betichte, na
pleidooi van Meester Kempynck, de
vrijspraak.
Een ander oud kennisje is de lieftal-
In aansluiting met onzen oproep
vorige week, kunnen we melden
reeds verscheidene duizenden frank
ontvangen werden. Een eerste lijst
verschijnt in ons volgend nummer. Wie
een gift wil doen zonder bekend te wil
len worden, zet alleen, in plaats van
zijn naam, een deknaam of een wensch
of een spreuk. We herinneren er aan
dat giften kunnen gestort worden op
één van de volgende postcheckrekenin-
gen:
Nr. 393,07 van V. Decjin, Diksmuide.
Nr. 4248,21 van F. Willemyns, Diksmui
de.
Ook kunnen ze worden binnenge
bracht ten bureele van ons blad, bij V.
Decan, Groote Markt, Diksmuide of bij
onze rond venters. Vergeet niet dat de
geteisterde bevolking van Houtulst
dringend hulp ncodig heeft. Dat men
dus niet langer drale! Het is beter ge-
teisterden ter hulp te komen, dan zelf
als geteisterde te moeten geholpen wor
den. Niemand mag zijn plicht van soli
dariteit vergeten!
(Vervolg).
Woumen kwam aan de beurt met den
genaamden Georges Tanghe. Deze ziet
er ter zitting weinig heldhaftig uit! In
1942, betichte was toen 18 jaar oud, zag
hij in het kreupelhout een F.n-
gelsch piloot, die zich verstopte en tee-
ken deed dat hij honger had! Tanghe
ging raad vragen aan zijn vader, die
hem zegde de zaak aan den veld
wachter kenbaar te maken. Wanneer
men nu weet dat deze veldwachter een
verwoed Duitschgezinde was (Julien
Verstraete, thans aangehouden), kan
men zich een idee geven van de vader
landsliefde van wie den raad gaf en wie
hem opvolgdel De „garde” was echter
afwezig en Tanghe vertelde dan maar
het zaakje aan vrouw Verstraete, IN
AANWEZIGHEID VAN TWEE DUIT
SCHERS! De piloot werd natuurlijk
aangehouden! Tanghe verkreeg een be-
looning van 150 R.M. en de vrijlating
van den gevangene Deweert F. Een ze
kere Huyghebaert en ...vrouw Baes,
echtgenoote Verstraete, komen getuigen
dat betichte niet uit winstbejag handel
de! Stippen we aan dat de w.n. burge
meester van Woumen, de heer Devos, niet
geaarzeld had aan Tanghe een getuig-
IVervolg.)
Een volgend punt van „Beleid en Be-
zadigfeeid” handelt over de economi
sche collaboratie! We kunnen hier on
geveer mee akkoord gaan en laten
daarom den passus in zijn geheel vol
gen:
Veile aandacht dient geschonken
aan hsi geval der industrieelen, onder-
nestecc, handelaars, enz. die een mer
kelijke activiteit ten voordeele van de
DuitSKhers hebben aan den dag gelegd.
We weten heel goed dat de Duitschers
op een sluwe manier, gansch ons eco-
ncssoiaeh leven hebben gedraineerd en
uïtgezogen, zoodat niemand actief blij
ven kon, zonder in zekere mate, al was
het maar onrechtstreeks en onwillig,
voos den vijand te werken. Maar er
werden onder ons menschen gevonden,
bereid om die draineering te bevorde-
de hand te werken; en an
deren die op een min of meer
streeksche manier de Duitsche
rading en oorlogsvoering hebben ge
steund. Sommigen hebben, reeds tij
dens den oorlog, voor de noodige ca
mouflage gezorgd: ze ontvingen vrién
delijk en rijkelijk hun Duitsche op-
draehtgevers te huis, maar hingen bui
tenshuis den patriot uit; of ze schonken
te zelf der tijd geldelijken steun aan de
geheime weerstandsbewegingen aan de
eene, en aan V.N.V. of de «De Vlag»
aan de andere zijde. Nu bezitten ze nog
altijd een voldoend langen arm, te we
ten geld en relaties, om hun schuld te
verdoezelen. Het is vroeger nog voorge
komen, dat dossiers van dergelijke ge
vallen een langen weg genoeg af te
leggen hadden, om ten slotte verloren
te geraken. Men moet absoluut vermij
den bij den gewonen man den indruk
te verwekken, dat de uitzuivering enkel
de kleine menschen, den lageren amb
tenaar en bediende treft, en dat de
«groeten» er gemakkelijk met een oor-
logsbelasting of geldboete van af ko
men. Het ware overigens een schreeu
wende onrechtvaardigheid, een Vlaam-
schen Wachter voor tien of vijftien
jaar in ’t gevang te stoppen, en een
oortogstrafikant, of iemand die een heel
bedrijf in den dienst der Duitschers
stelden, enkel op de beurs te «slaan»”.
Wij vragen hier aan minister du Bus
de Warnaffe, wat „La Dernière Heure”
en sommige
geefs destijds aan den
gevraagd hebben:
zuivere doctrine
5!
,;z
De Vrijtieidseclio