1
PERVIJZE.
- met de traditie hier en overal elders in j
wat denkt
niet
van andere
kinderen!
Een
houdt, noem ik,
Witte
moeder
was
op
bak
Marie, van ’t zwart lioekske,
van ’t zwart konijnenras, wil
thans geen „witten” meer in haar huls,
zelfs geen kinderen beneden de 2 jaar,
die per ongeluk achter andere kinderen
daar naar binnen loopen, kinderen die
ze verleden jaar, in ’t begin dat ze al
leen konden loopen, aantrok met een
klontje broodsuiker en die ze nu on-
meedoogend buiten smijt onder 't oog
naar huis gaande school-
A. B. C.
goede zaken maken, o.m. dit van Zater
dag j.l. óen voordeele van Houtulst en
de provincie Luxemburg. Ten gevolge
van de oorlogsomstandigheden had er
géén velökoers plaats, in tegenstelling
ling met hun vroegere ingekwartierde
grijzen en zonden pakjes: Liebesgaben!
(Les petits cadeaux entretiennent l’ami-
tie!) en nu... loopen zij de beenen van
hun g.... om één van die ongewenschte
Engelschen of Amerikanen te hebben.
Treurige mentaliteit! Treurige hui
chelaars
Wij vinden ook van die vaderlanders
die een certificaat van goed gedrag af
leveren aan onzen ersatz-burgemeester!
Anderen vergeten de Fransche spreuk:
«Zeg mij met wie gij omgaat, dan zeg
ik wie gij zijt.»
Nu zegt men:
naaste
EN TOCH
handelaar die zijn woord
een str.... vent en gij,
beste vrienden, hoe noemt gij ons vorig
gouvernement, dat zijn woord niet ge
houden heeft? Goed! Ik zie dat wij ak
koord gaan!
Herinnert gij u, patriotten, met welke
vreugde wij lederen dag door de radio
hoorden «En toch zullen wij ze hebben
de moffen!of «On les aura, les boches!
Zeven maand zijn voorbij en nog zijn
wij ver van de woorden tot de daad.
Gelukkig dat onze nieuwe regeering
begint in te grijpen!
Velen zijn fierder over hun „impasse”
dan wij over onze IJzerlaan, dat was de
streek van de Vlag-mannen, ersatz-bur
gemeesters, totetrekkers die in den tijd
van de mofsche Wehrmacht herhaalden
«Wij moeten hier geen Engelschen heb
ben en de Amerikanen moeten zich met
den oorlog niet moeien». Madametjes
waschten de slippen van hun geliefde
mofjes. Anderen bleven in briefwisse-
ST. RIJKERS.
MEI 1943.
(Vervolg.)
Daar Georges niet te werklustig
voor Fritz en al eens de anderen
hitste, werd hij al eens den
ingedraaid; hij droeg er altijd de Bel
gische driekleur, alhoewel ze hem al
eens werd af gerukt: hierdoor werd hij
en dan ook niet te beter om gezien.
’t Was in ’44 en Degrelle zou komen
spreken, mannen noodig voor het Oost
front. De zwarten waren in hun wik
kel, dien zou kunnen teekenen en aldus
verbetering bekomen, maar toen Geor
ges dit hoorde rolde hij zijn dekens op
en ging in het bosch slapen; zijn
vrienden, Vlamingen en Walen, zullen na
hun bevrijding getuigen of hij de
waarheid spreekt. Zij waren er met dui
zenden van alle landen «Auslanders»
met het weinige Fransch dat hij kende
kon hij het, het verst brengen en ziende
dat Fransch hen het best uit alle moei
lijkheden zou kunnen helpen, schreef
hij naar huis om een Fransch woorden
boekje waarmede hij veel heeft bijge
leerd en daardoor zijn kameraden wel
eens kon helpen, zelfs bij hun be
vrijding in Amerikaansche handen.
De invasie in Frankrijk deed scherp
het na,zi-moreel zakken, voor de wer
kers werd het er ook des te slechter om,
ook moest hij en nog anderen, verdach
ten of politieke gevangenen, weg naar
het Oostfront om loopgraven te maken
vak zouden
vroeger hennen had en
heeft misschien
lotjes maïs van
haar
D9KSMUIDE.
ONZE PAASCHFOOR.
Zooals het maar al te vaak gebeurt
wanneer Paschen tamelijk vroeg valt,
was het weder uiterst slecht. De markt
stond vol met „kramen” en op dit ge
bied mogen we dus zeggen dat dit ge
deelte van de stad een feestelijk uit
zicht had, doch, zoo sommige foorrei-
zigers misschien geen reden tot klagen
zullen hebben, dan zal dit bij anderen
denkelijk wel het geval niet zijn!
De kermis werd geopend door de fan
fare „Katholieke Burgerkring”, die zich
jammer genoeg genoodzaakt zag in de
hall van het stadhuis te spelen voor het
publiek, dat ten gevolge van de ijzige
koude, niet talrijk genoeg was opgeko
men.
Het is jammer dat het eerste publiek
concert sinds de bevrijding door een
stedelijke muziekmaatschappij gegeven
in geen gunstiger omstandigheden kon
doorgaan. De Zondag en vooral de
Maandag was er volk in de stad, doch
niet den toeloop der voorgaande jaren,
wat ook veel meer aan de ongunstige
weergesteldheid dan aan den oorlog te
wijten was. Circus en danszaal hadden
echter veel succes. We zien dat het
dansvermaak, bijna nog meer dan voor
den oorlog, de gunst heeft van het pu-
van grijze moffensoldaten; niettegen-| Maar, na onderweg
staande de
moeder, de
W
vrouw van tante Bertha,
werden, zouden de bewoners van dit
huis over dezelfde leest willen geschoeid
worden als degenen, die zich vier jaar
.tegen den bezetter te weer „hebben ge-
steld. Führer, voor dit geval raadplegen
wij Uw verstand, Uw wijs oordeel; daar
weten wij geen uitkomst mee.
Führer, de mesthoop van „Den Hoe
pel” mogen we ook niet zonder meer
voorbijrijden, al wie naar de pijpen van
de nieuwe orde danste, ondervond aan
den lijve, hoe gulhartig hij er ontvan
gen werd; ten andere hoe hoog ze in
achting stond bij die kliek, hebben de
begrafenisplechtigheden van haren man
laten uitmaken. Nu beweert dat volkske
bij hoog en bij laag witter te zijn dan
de witte, amper een jaar geleden wa
ren ze zwarter dan schoorsteenroet;
Führer, zou de rantsoenzeep, die we
van Engeland gekregen hebben, mis
schien de oorzaak zijn van al dat wit
worden.
Führer, eens riept ge in een opwel
ling van fierheid uit, dat je de wil van
de Nationaal-Socialistische menschen,
hard en onbuigzaam zou maken als
staal. Wat is het resultaat geweest van
4 jaren Nazi-leer bij hen, die de nieuwe
orde predikten: zoolang zij zich onder
Uwe bescherming veilig voelden, zouden
zij, wat er ook gebeuren mocht, eeuwig
de „Uwe” blijven, doch wanneer je on
ze streken hebt ontwimd en je nu hier
niet meer zijt, houden ze staande, neen,
«weren zij U nooit naar den mond ge
praat, U nooit gekend te hebben; be
moedigend resultaat, nietwaar, Führer?
Wij, wij noemen zulke handelwijze:
lafheid.
Tot volgende week!
De Stem van het Geweten!
HERZLICH WILLKOMMEN IN DER
HEIMAT!
In het eerste gedeelte van ons arti
kel „Oude Kennissen”, in ons nummer
van verleden week verschenen, spraken
we over de veroordeeling van een zeer
beroemden vogel, de „fezante” Lucie
Van Nieuwkerke. We zegden dat ze nog
vloog, doch dat de kooi openstond....
Dat schijnt ons fezantje te hebben ge
roken, want Dinsdag 3 April j.l. land
de ze thuis aan. Ze vond echter een an
deren vogel in het nestin plaats van
een eenvoudig fezantje, een majestueu-
zen liberator! Lucie was door de zorgen
van de diensten van den heer Van Zee
land uit het land van den grimlach
gerepatrieerd. Wij wisten niet dat een
fezante een trekvogel was! Niet te ver
wonderen dat ze flink van haar plui
men verloren had! En vliegen schijnt
ook veel beter te zijn voor de slanke
lijn dan thuis broeden op het nest. Ook
voor het doen verdwijnen van den
hoogmoed is het een goede oefening,
want wie hoog vliegt kan laag vallen.
Vol medelijden werd ons vogeltje voor-
loopig in de rijkswacht ondergebracht.
Op 4 April j.l. werd ze naar Brugge,
waar zich haar kooitje bevindt, overge
bracht. Daar de uitputtende reis en het
rondvliegen in het land van de bijna
vergeten „Nieuwe Orde” haar het flad
deren onmogelijk gemaakt hadden (of
had ze lood in de vleugels?), moest ze
begeleid worden. Een fezant levend
vangen gebeurt niet iederen dag. Ze in
een kooi steken nog min! Wat eet een
dergelijken vogel? Specialisten in het
raad moeten geven! Wie
nu niet meer,
nog wel een paar ki-
vóór 1/940 staan. Nu
Lucie haar Duitsche rantsoenzegels
moet missen, zou dat zeker niet te ver
smaden zijn? En wat denkt men van
vogelzaad?
In ieder geval bleek het vangen van
den vogel geen.... Aprilvisch te zijn.
hfio. Vlaamsche land. Nu, er werd spijts
en dat is hoofdzaak!
Toekomende maal, met de groote Juli-
fbor, zal het vast en zeker reeds veel
beter zijn, om nieit te zeggen extra! En
al onée geliefde afwezigen zullen dan
waarschijnlijk - bijna zeker - van de
partij zijn!
is geschiedenis en gij
vele j arenloop van uw
leven met vreugde mogen gedenken.
Wij wenschen U thans met een dank
baar hart voor uw moed, van harte
proficiat en veel geluk tot troost van
uwe geliefde en rechtschapen goede
ouders en al de St. Rijkersnaars.
Een van de Uwe.
DE HEER HANDSCHOEWERKER
SCHONK EEN BIVAKMUTS!
(Vervolg).
Vrijgevigheid is een deugd, die echter
een misdaad wordt, wanneer de vijan
den van land en volk er het profijt uit
trékken. Het is mogelijk dat door den
heer Handschoewerker een krediet van
15.000 fr. aan iemand werd toegekend,
doch dat heeft niets met de zaak te ma
ken. We willen hem zelfs feliciteeren
met zijn goedhartigheid, daar het dan,
wij hopen het ten minste, geen Mof be
trof! De heer Handschoewerker heeft
gedacht dat de Duitschers onmogelijk
den oorlog konden verliezen! Dat is nog
geen verraad, alleen defaitisme. Hij be
hoorde tot het getal „kleingeloovigen”,
die meer dan anderen vatbaar waren
voor de propaganda van de kinkels
van de „Nieuwe Orde”. Maar toch sche
nen de Moffen nog een bivakmuts van
een beenhouwer noodig te hebben om
een totale zegepraal te behalen! „Au
secours du vainqueur”, was de macaro-
ni-leus in 1915; het was ook die van
den heer Handschoewerker in 1940/’41!
Met dit verschil dat hij zich misreken
de! Maar hij troost zich: „zalig zijn de.
onnoozelen, want ze zijn talrijk” zegt
een variante op een bijbelsche spreuk.
„Hadden de hoofden van Frankrijk en
België er het bijltje niet bij neergelegd?
En dat zijn totaal andere geleerden dan
wij (men leze: dan ik), zeker „zegt H.
We zullen er een oude sufferd als Pétain
maar buitenlaten en de organisa
toren van den wapenstilstand waren
niet alleen defaitisten, maar fascisten,
die tegen den wil van het volk en met
Hitler’s hulp aan het bewind wilden
komen. Wat België betreft, H. verwart
hier - al of niet vrijwillig - de capitu
latie van het leger met een officieel
staken van de vijandelijkheden. Wan
neer een omsingelde troep den strijd
moet staken, dan beteekent dit niet dat
het land, waar de capituleerende sol
daten toe behooren, ophoudt aan den
oorlog deel te nemen. Onze koloniale
troepen zouden ten andere reeds, enke
le maanden later, zich in Ethiophië
met roem overladen. Ook na den 28 Mei
1940 vochten onze jongens nog in
Frankrijk tot aan het verraad van de
kliek Pétain-Laval. Wat een rexist be
treft, die liberaal en... kristen-katho-
liek(?) werd, dat is een partijpolitieke
kwestie, die weer buiten het kader valt
en waar hij dan ook vooral den Weer
stand. niet moet bijsleuren. Wij druk-
„gij moet uw even-
beminnen gelijk u zelf”. Ja,
maar al wie zijn hart op de rechte plaats
draagt zal Breendonk en honderden
andere kampen niet vergeten, waar
hun vriendjes de patriotten uitmoord
den in de hevigste pijnen en ze behan
delden erger dan de slaven uit de mid
deleeuwen.
Judas had den moed zich te verhan
gen, maar zij... - zij zeggen gelijk ge
durende de bezetting «Ik ben getrouwd
en heb kinderen!»
Wij hebben geen reden fier te zijn
over onze naphtalinemannen. Gelukkig
dat de brigade Piron en de Weerstand
gered hebben wat in België nog te red
den was. En toch zufiem wij ze hebben
de moffen! - O.D.
- I
muffensoidateil, meiregen-j Maar, na onderweg beschoten te zijn bliek. Eén van de gelukkige kanten van
Duitschers door de groot-1 geweest, belandden zij in ...de Sieg- j deze zaak is dat de liefdadigheidsbals
moeder Madeleine en de friedlijn, achter de le linie, 7 km. van j
dndochfer Trudele, verknochte werk-l de Amerikanen, dat was toen al in
'ouw van tante Bertha, vertroeteld October ’44; daar dacht hij, „hier blijf
ik en ga er nooit meer weg”.
Na dikwijls in doodsgevaar te hebben
verkeerd, zouden die Moffen terug een
offensief doen en met succes, weer wa
ren ze ontgoocheld, tot den 25 Februari alles gekermist
’45, wanneer de Amerikanen in den
nacht hen kwamen verlossen, uit een
koeistal op een klein hoeveken. Dit zal
hij nooit vergeten!
Dit is het verhaal dat hij mij deed bij
het bezoek waarmede hij mij vereerde.
peelden wij ons nu zijn terug
komst in, gansch in andere kleederen
gestoken door de Amerikanen, na zoo
lange afwezigheid op weg naar Vlaande-
ren’s laagvlakte, Veurne-ambacht, St.
Rijkers, aankomend bij dat kleine huis
je op den burgmolen te midden van den
nacht, is het een droom of niet? Zou hij
eerst iemand doen verwittigen of wat?
Neen, klop klop, wien hebben we
daar? Ik ben het, wel wel de deur
vliegt open, welk een onbegrensde
vreugde moet zich daar afgespeeld
hebben en ieder rechtgeaard mensch
had hem geluk gewenscht. Niet te ver
wonderen dat ’s anderendaags de mare
als een vuurtje rondliep, Pauwels (Pau-
weltje) is thuis, allen waren er blijde
om. Het mag nu zeker wel gezegd,
Georges en met klem: „Gij hebt voor uw
Vaderland gestreden, geleden, het woord
«Belg zijn» was voor u geen ijdel woord
en wie voor zijn land strijdt, strijdt voor
zijn volk en dit zooals gij het opvatte
zonder winstjag of andere doeleinden
gij waart niet het kruis voor uw volk
zooals Judas dit Christus voorbereidde,
maar gij droeg uw kruis voor uw volk.
Gij spandet U in voor uw landgenooten
en andere verdrukten en stond ze ten
dienste. Dat heet offeren, zich zelf ver
geten voor het goede, slechts uw een
voudig doch rechtgeaard karakter deed
U zoo handelen. Wij kunnen ons spie
gelen aan Uw toonbeeld, St. Rijkers kan
fier gaan op U, want gij hebt niets aan
dezes raad te danken, doch wij allen en
ook de grooten van dit land moeten U
dankbaar zijn.
Georges dat
zult het in de
zeker geen
R
TER AANVULLING van het kermisprogram-
ma werden hakenkruisen aangebracht. We oor-
deelen niet, doch iets meer omzichtigheid ware
toch gewenschtVoor zoover we weten was het
gedrag der Wwe Huyghe-Vanalderweireldt toch
onberispelijk en haar winkel was zeker geen
voorraadschuur voor de Moffen!