De Vpijheïdsgaim r -J ZONDAG 15 OCTOBER 1944. PRIJS ÉÉN FR. Ie JAAR. Nr 4. En Onze Zwartjes. WEEKBLAD Orgaan van het O.F. Regionaal Comité Diksmuide Weken zijn voorbij sinds den gehaten dwingeland uit het land werd gejaagd. De waarheid verplicht ons te bekennen dat slechts weinig werd gedaan om het land weer op dreef te helpen. Alle openbare besturen blijven in gebreke en men vergeet te gemakkelijk dat wij in oorlog zijn en er dus iets moet gepres teerd worden. Ook het land moet worden hersteld van de wonden die den oorlog en de vijandelijke bezetting geslagen hebben. Stoffelijk herstel: de fabrieken, de koolmijnen en alle andere nijverheidsinstallaties moeten weder op volle kracht werken. De ravitailleering moet normaal verloopen. Van dit alles hebben we nog niets te zien gekregen. Laat ons de regeering nog een weinig kre diet geven en hopen dat ze er EINDELIJK met den groven bezem doorgaat. Doch niet alleen stoffelijk herstel dringt zich op, maar ook en vooral MOREELE reconstructie. Er was iets rot in ons land voor dezen oorlog. Ook in het buitenland ten andere. Het straf feloos af breken der democratie had ons op den rand van den afgrond gebracht. Er waren ook nog andere oorzaken; deze te onderzoeken moet ons eerste werk zijn, want de dokter kan slechts geneesmiddelen voorschrijven, na de diagnose, die hem de bron van de kwaal doet kennen. Ons volk had een groot ge brek aan wat we zouden noemen NATIONAAL GE VOEL. Sommigen beweren dat dit onmogelijk is in een tweetalig land. Het meertalige Zwitserland, waar het volk dit nationaal gevoel in hooge mate bezit, bewijst het tegenovergestelde. Wat moet er dan gedaan worden, opdat ook wij net als de Zwitsers, nationaal zouden voelen? Het is hoofdzakelijk een kwestie van opvoeding. Vanaf hun prilste jeugd worden de Belgen gescheiden: er zijn vrije en officieele scholen, betalende en kostelooze onderwijsinrichtingen, zelfs private scholen en huis onderricht worden geduld. Dit laatste zou o.i. moe ten af geschaft worden, terwijl voor alle andere in richtingen het Ministerie zou moeten zorgen voor een éénheid in de opvoeding, tenminste op NATIO NAAL gebied. De sociale en politieke vorming moet overal dezelfde zijn. Verschil van godsdienst of van opinie bij de ouders mag geen beletsel voor deze eenheid zijn. Meer nog dan de andere ambtenaren moet het onderwijzend personeel van ALLE scho len zelf die hoedanigheden bezitten, die voor ieder burger van een TWEETALIG DEMOCRATISCH land noodig zijn. De vroegere verfransching van het onderwijs in Vlaanderen is voor België noodlottig geweest en heeft een reactie uitgelokt die bij som migen anti-vaderlandsch was. Vooral leeraars en onderwijzers hebben de publie ke opinie en den geest hunner leerlingen vergiftigd. Bij het bij wonen van den klassieken voetbalwed strijd België-Nederland, zelfs wanneer hij IN ONS! LAND plaats greep, zijn we steeds getroffen geweest! toen AL de Hollandsche supporters als één man I reeds enkele doodvonnissen geveld. rechtsprongen en het ’’Wilhelmus” zongen. De veel talrijker Belgen WAREN ONBEKWAAM de Braban- conne te zingen. We moeten tot onze schande be kennen dat de OVERGROOTE MEERDERHEID onzer landgenooten, Walen en Vlamingen, niet eens do eerste stroof van ons volkslied kennen! Dit schetst de opvoeding die wij gekregen hebben! (wordt voortgezet). J. VLAEMYNCK, De bevolking is mistevreden en ze heeft gelijk Er werden aan de zwartjes in het college zekere gunsten toegestaan die tegen de borst stuiten. Ze ontvingen o.m. bezoek en dat wanneer men weet dat onze makkers die in de handen der Moffen vielen gedurende dagen, weken en maanden opgesloten wa ren zonder ook maar iemand te zien, dat ze neerge schoten en doodgemarteld werden zonder dat ze een beminden Vader, Broeder of Zoon, een geliefde Moe der, Echtgencote, Dochter of Verloofde na een lange opsluiting hadden teruggezien. Het volk weet wat er te Breendonk is gebeurd de hel op aarde Orièë~be- volking is misnoegd en ze denkt dat de Witte Brigade zelf en op eigen initiatief deze onbegrijpelijke gunsten toestond. Niets is minder waar, In den beginne wer den enkele gevangenen vrijgelaten omdat hun aan houding op een misverstand berustte of het gevolg was van persoonlijken wrok. Anderen ook die niet verdienden vrijgelaten te worden, doch waar dezen van hun gemeente, die de aanhouding hadden bevolen, onvolledige inlichtingen hadden verschaft die ze niet wettigden. De meesten dezer zijn thans opnieuw aan gehouden, de anderen zullen volgen zoo dit noodig blijkt. Wat nu de gunsten betreft die aan de gevan genen werden toegekend, dit was op bevel van de rechterlijke Overheden alleen. Wij zelf gingen daar absoluut niet mee akkoord en deden het onmogelij ke om dit schandaal te doen eindigen! Wij vinden een zekere vlijt om deze gevangenen van alle moge lijke gunsten der Belgische wetten te doen genieten absoluut ongepast. Wij drukken op het feit dat ook de vrijlatingen die in den laatsten tijd plaats grepen in meerderheid op bevel van den Heer Procureur des Konings geschiedden en wij alle verantwoordelijk heid er voor van de hand wijzen. De Heer Peetesrs, Onderwijzer en vooraanstaand Duitschgezinde te Alveringem, werd voor ejnköle dagen vrijgeisteld, op vcorwaarde zich iederen dag bij de W. B. in zijn ge meente aan te melden: dit voor een sterfgeval in de familie! Wat zegt U daarvan, kameraden uit Breendonk, Vorst, St. Gilles, Oraniënburg, Hamburg en andere gevangenissen en concentratiekampen? Wat zegt U daarvan, familieleden van onze gefu- siljeerden? Zoo wreekt het Belgisch gerecht de dui zenden die door de Gestapo werden af gemaakt! Te Brussel, Antwerpen en Namen werden gelukkig nu

HISTORISCHE KRANTEN

De Vrijheidsgalm (1944-1945) | 1944 | | pagina 1