DE DESERTEUR
door
iiiioxnr
Uit Nieuporl-Baden
WerkerspensioenenC?)
Waarom?
Andermans geestigheid!
Klerikale onbeschaamdheid
Nieuws uit Nieuport
Op de baan
7
MENGELWERK
(.IfcTAAl
/Wordt voortgezetf
’t Ware een echt kinderspel voor de
klerikale sephisten of te drogredenaars.
Rozenfeest. Op 24 Juli aanstaande, feest
dag van onze koningin H. M. Elisabeth, wordt ’t
Rozenfeest gevierd. Ter dier gelegenheid worden
in het gansche land, rozen verkocht in celluloid,
en waarvan de opbrengst dienen zal tot onder*
steuning van de dekenhuizen voor arme tering
lijders. Wij vernemen dat eenige bereidwillige
juffers van stad, het op zich hebben genomen dit
goede werk te ondersteunen, en dat zij zich in
den loop van de toekomende week overal zullen
aanbieden.
Wij bevelen dit liefdadig werk buiten alle poli
tiek ingericht ten warmste aan; dat elk het zijne
bijbrengeomdie schrikkelijke ziekte, die jaarlijks
zoovcile duizende slachtoffers maakt, te helpen
bestrijden; om de arme lijders, door die onver
biddelijke, wreede geesel aangestast, en die de
middels niet hebben zich te huis te laten bezorgen
toe te laten in bijzondere daartoe bestemde ge-
Doch neen, er bleet hem nog iets.
Ginds, in het veld, op het hoogste gedeelte
van het dorp, lag het kleine Eikenbosch En
hij Hok er heen, langs groote omwegen, voor
zichtig en sluipend, met toenemende hoop, als
naai een schuilplaats, waar de veldwachter hem
nooit zou ontdekken.
Dwars door het boschje heen, liep een smalle,
diepe gracht, omgeven van dicht kreupelhout en
oude, door elkander gegroeide braamstruiken.
De grond was daar zanderig en niet geschikt tot
de teelt en nooit was er in ’t grachtje water ge
weest. En de elkaar opvolgende herfsten hadden
daarin, sinds jaren, het doode loover opeenge
hoopt, langzaam aan, als tot etn zacht rustbed.
Aan het uiteinde van het boschje was de gracht
i afgesloten door een reuzigen eik, ouder dan de
oudste lieden van het dorp, en die ’l kleine woud
gansch beheerschte. De braamstruiken die ztch
door elkaar wrongen en ’t grachtje overwelfden,
waren door den wind volgezweept met bladeren
en leken op een hoop dood loover, daar, blad bij
dlad. bijeenverzameld. En daarónder kroop
Schinkels, als in een zwart hoi, waar niemand
I hem zoeken zou.
Haven en bassijn. - Het stinkerfje
geeft in zijn laatste nummer een heel artikel over
de heropening van den bassijn.
Het hemelt de gedane werken op, en beweert
dat dit van het grootste nut zijn zal. Wij zeggen
dat het eene zuivere geldverbrauing is, dat de
bassijn zal blijven als voorheen een zwembtMijn,
en dal dit geen aarde aan den dijk zal brengen.
Men had veel beter gedaan het nutteloos verteer
de geld te gebruiken aan nuttige verbeterings-
werkei; aan de haven, en dan zou den minister,
die hier komt paradeeren met autos, met ons
geld aangekocht en op onze kosten onderhou
den, meer reden gehad hebben, de nuttige uitge
voerde werken te komen bezichtigen, in plaats
van nu veel te beloven.
En daarbij de redacteurs van het Nieuwsblad
steken, zooals over veertien dagen met de zaak
van de verlichting van de sassen leelijk de vin
gers in hun eigen oog.
Ze stellen het stadsbestuur in een aardig dag
licht, was bet de plicht niet van het schepenen
college, toen zij vernamen dat er werken zouden
I worden uitgevoerd, kennis te nemen van de
I ontworpen plannen? Was het hun plicht niet te
zien of alles geschikt was om er het meest voor
deel en nut te kunnen uittrekken? Was het hun
plicht niet trachten te bekomen dat de buurt-
I spoorweg er zou aangelegd worden, tet voordeel
van onzen handel? Was het hun plicht niet Ie
I onderzoeken hoe de riggels gingen gelegd wor-
I dan, in plaats van nu voor den dag te komen met
I een aantal opmerkingen?
De eerste plicht van een zorgvuldig stadsbe
stuur is van immer te zorgen dat alles wat uil-
gevoerd woidt, zoodanig geschikt is dal bet het
meest voordeel zal bijbrengen, dat het in zoo
groote mate mogelijk meehelpt tot den bloei
I van zijne stad, en aan dien plicht blijft ons zor
geloos en onkundig bestuur immer te kort. Naar
1 YVLOrJt hioc ndi am 1
I paradeeren, en met de belangen hunner ingeze-
I tenen houden ze den aap En zoo geeft het slin-
I kertje zonder het te weten, voor ae 2* maal, zijn
aanhangers een leelijke neus.
Zondag was het de beurt aan de Nieu-
portsche Philharmonie de kiosk te betre
den. Met den tram van 3.12 u. uit Nieu-
port vertrokken, deed dit muziekkorps
vooreerst eene wandeling op den zeedijk,
waarna rond 4 1/4 ure het concert aan
vang nam. Veel volk was er niet; de
vreemdelingen, door het slechte weder
van de vorige week afgeschrikt, waren
niet overveel in getal. Gelukkig waren de
hemelsluizen dien dag gesloten, en was de
luchtstroom heel flauw, en daar hadden
een zeker getal wandelaars van deomstre-
ken er aan gehouden onze lieve badplaats
een bezoek te brengen zoodat de nering-
doener zich niet over hunnen dag zullen
te beklagen hebben gehad. Het concert
zelf was onder alle opzichten heel goed,
en de Philharmonie haalt er eere van.
Onze beste gelukwenschen aan dat moe
dig korps.
Morgen zondag buitengewoon concert
door de muziek van het 3’ linieregiment te
Oostende. De heer Fritz Van lewalle, de
knappe bestuurder, zal ons voorzeker met
iets moois vergasten.
En eens had hij Rika hartstochtelijk lief! O! I
hoe heugde hem nog die dag, toen hij voor het
eerst naar de kazerne trok en zij, ginds achter
het hooge groen van hem afscheid nam, schrei
end als een kind! Wat geheimzinnig aantrekke
lijks blies die andere hem dan, met hare gloeien
de, gulzige kussen in het hart, om hem zoo
machtig aan zich te snoeren al een hond, en hem
van Rlka los te scheuren met een gemak, dat
hem, nu nog, als raadselachtig voorkwam?
En als hij daar dan uren lang had gestaan
zonder haar ooit een schrede nader te durven
komen, of zonder ooit een welnlgje meer hoop te
kunnen voeden, en het gansche dorp reeds lang
Ingesluimerd lag, keerde hij huiswaarts, moede
loos en traag.
En toch verveelde hem dat niet. Hij voelde
zich herleven telkens wanneer hij hare lange,
slanke gestalte als een schim den koestal in en
uit zag gaan en hij, in de duisternis, het profiel
By koninklijk besluit van 13 juni wor
den pensioenen verleend aan de volgende
personen
M. Delaunoy, kerkbediende te Forest
(Henegouwen), 1,400 fr.
M. Martilly, pastoor te Vielsam (Luik),
1,800 fr.
M. Van Roy, kanunnik te Mechelen,
2,400 fr.
’t Is wat meer dan 13 centiemen daags
gelijk de oude afgesloofde werkman!!
zyn. Waarom die twee maten en gewich
ten? Zijn alle Belgen, alle Nieuportnaren
niet gelyk voor de wet, of de reglementen?
Ofbestaat er geene rechtvaardigheidmeer.
Durft ge niet dan? snauwde hij hem in het 1
volle gelaat,als eenelaatste, smadende uitdaging.
Ehwel! ik neem u! beet hem dan de veld- I
wachter toe en greep hem bij den arm. Doch op I
het zelfde oogenblik voelde hij Schinkels' vinge
ren zoo knellend zijnen pols omslulten, dat hem I
onwillekeurig een pijnlijke kreet ontsnapte. Hij
Het den arm los
Zie, a champetter sprak dan Schinkels, I
met trillende slem, terwijl hij den veldwachter
zijn vuist, zwaar als een mokerhamer, onder de
kin duwde, zie, ik weet dat gij het nooit 1
goed op mij badl j, ter wille van Rika; maar als
ge me durft aanhouden, als ge dat durft, dan
breek ik u armen en beenen, dat zweer ik u!..
En met de handen In de zakken, kalm als ware
er niets gebeurd, keerde hij den veldwachter den
rug toe en verdween in de duisternis.
VI.
Hij ging niet huiswaarts, dien avond; hij
vreesde daar ’s morgens door de gendarmen
overvallen en, geketend en geboeid, als de ge
meenste booswicht, weggeleid te worden.
Wat stond hem thans te doen? Zou hij dan
weer naar Frankrijk moeten terugkeeren, zonder
een enkel woord tot Rika te kunnen spreken? En
hij voelde een zware weemoed hem aangrijpen,
en eene vermoeidheid in de knieën die hem bijna
belette verder te gaan.
1. Waarom mag zeker muziek, dat
nochtans de nam wil hebben deftig te
z(jn, onder vorm pas-redoublés, zekere
gemeene liedjes spelen, die zedekwetsend
genoeg zijn om ouder toepassing der wet
Woeste te vallen?
2’ Waarom mag zelfde muziek onge
straft ’s avonds na 10 uren, dus na het
policieuur, en dus ook tegen het policte-
reglement der nachtstoringnog op straat
spelen?
3' Waarom mogen benden snotneuzen,
vergezeld van lieve dames, tot ongeveer
11 uren ’s avonds op straat schreeuwen,
roepen en zingen en tieren, terwijl het
policiereglement alle gerucht op straat
na tien ure verbiedt?
Waarom? Omdat die scliooae daden het
I werk zijn van katholieken, en dat alles
I hun is toegelaten. Moesten de liberalen
hetzelfde doen ’t zou er gauw mee gedaan
op de ongeloovigen gericht. En de katho
lieke party, met de rust in ’t land te her
stellen, verschafte zich de volksgunst,
hervond den verloren invloed by onze
bevolkingen....
In plaats daarvan, bevredigen liberalen
en socialisten zich met te lachen over den
jammerlijken tegenslag dezer onruststo
kers. Wy willen de ontbinding, wij zullen
ze bekomen, maar door vreedzame en
wettige middels.Dat alleman het wel wete
in ’t klerikale kamp.
De list mislukt ellendig. Zij is niettemin
eene gemeene streek te meer welke wij
onze tegenstrevers mogen tegoed houden.
Twee leerlingen der schilderschool zijn aan ’t
bluffen.
Ik, zegt de eene, Ik heb een landschap
geschilderd dat ge eens zoudt’moeten zien; er
staat eene zon op, zoodanig warm, dat, indien
men er bloemen moest nevens zetten, Ik wel
geloof dat ze onmlodellijk zouden verschroeid
zijn.
Peuh! zegt de andere; om alzoo te spreken,
hebt ge nog het portret van mijn vader niet ge
zien! Ik heb het zoodanig levend gemaakt dat
wij verplicht zijn bet wekelijks zijn baard te
scheren!
Zijn kameraad valt In bezwijming...
van haar gelaat ontwaarde, rood verlicht door
de treurende, smokende lantaren daarbinnen...
Zekeren avond, mliden In het veld, juist toen
hij een gracht overschrijden wilde hoorde bij
plotseling voetstappen in zijne nabijheid.
Ha! Schinkels! zei dan een stem, zijt gij nu
toch hier?
Hij verschrikte; hij had de stem van den veld
wachter herkend. Doch spoedig had hij zijne
kalmte teruggekregen en zonder de handen uit
de zakken te trekken bleef hij stil staan en bezag
hem vol minachting.
Gij moet daar niet zoo onnoozel slaan kij
ken; ik wist wel dat ge teruggekomen waart.
Ehwel, ja ik beu hier terug! Wat raakt u
zulks?
Ik moet u aanhouden, zei de veldwachter.
Gij?
Ja!
Gij?
En hij trad een stap nader.
I Ik, ja, ja! Of meent ge
I Beproef het eens!
De veldwachter antwoordde niet Zooveel on
verschilligheid had hij niet bij Schinkels ver-
I wacht.
Beproef bet eens, zeg ik u! en bij beet
knarsend op de tanden.
Er neerschte een oogenblik angstige stilte.
Schinkels trad nog een stap nader.
’t Schynt dat men in sommige cinemas,
misbruik maakt van schouwtooneelen der
Inquisitie, van toovenaarsprocessen, van
ketterverbrandingen.
’t Is, teo minste, een klerikaal dagblad I
die ’t zegt en het schrijft de verantwoor-
delykheid aan den logen toe!
1 De tooneelen overigens zijn hatelijk
(sic) vervalscht en dat toont genoegzaam
welke sectarismgeest de mannen bezielt I
die zulke vermommingen voor zwakke
verstanden inrichten
Indien bovengemeld dagblad zekere
hedendaagsche klerikale mommerijen wil
de schandvlekken, zou het met meer reden
de volzinnen gebruiken die het wil toepas- I
sen op wedersamenstellingen welke, he
laas, verre onder de geschiedkundige
waarheid blijven.
Wij begrijpen heel wel dat de herinne
ring aan dia bloedige en onuitwischbare
bladzijde van de geschiedenis der katholie
ke, apostelijke en roomsche kerk weinig
kan bevallen aan de klerikalen, aan de I
dienaars van een god van goedheid en
barmhartigheid, aan hunne oprechte of...
belanghebbende aanhangers en aan hunne
pers.
Maar daarin stoffe vinden om de Logen
te beschuldigen, schijnt ons toch wat over
dreven...
Indien de klerikalen wel zochten, zou
den ze by toeval ook niet kunnen bewijzen
dat de ijselijkheden der Inquisitie het werk
waren, niet van de kerk maar van de vry-
metselaarslogen dewelke overigens nog
niet bestonden?
maals lot eere strekken van gemelde school, en
eens te meer al het ernstige en vruchlvolle van
het officieel onderwijs bewijzen.
De heer .Maurlls Vandesompel, heeft In het
Hooger Handelsgesticht te Antwerpen het over
gangsexaam van hel 1' naar het 2* jaar, met
onderscheiding afgelegd.
De heer Lodewijk Dansercoer, heelt, In de
Hoogeschool van Gent, met goe,i gevolg de 1*
proel van burgerlijk conducteur onderstaan, en
is alzoo tot den graad van leerling van de bur
gerlijke bouwkunde bevorderd.
De Redactie van het Weekblad biedt aan die
jonge knappe hoeren, alsook aan hunne geluk
kige sympathieke families zijne welgemeende
gelukwenschen aan.
Gemeenteraad. Hoe komt het dat in
hun blad, de katholieken geen woord reppen
over de gemeenteraadszitting van 04 Juni l l., zij
die er nochtans gewoonlijk zoo rap bij zijn.
Durven ze misschien niet? Of heeft den wijzen
heer opsteller nog geen tijd gehad, andere bezig
heden hem uit de stad roepende? 01 schuilt daar
misschien iels anders onder?
Redding. Maandag laatst viel een werk
man in den Ijzer tegenaan de sassen.
De drenkeling die naar het schijnt, niet zwem
men kon, verkeerde in gevaar. Onze stadsgenoot
heer Hilaire Huyghe die daar bij toeval was, niets
dan zijn moed raadplegende, sprong gansch
gekleed in het water en was zoo gelukkig den
bijna verongelukten behouden aan land te bren
gen.
Dergelijke moedige daad verdient aangestipt te
worden.
Bravo en proficiat Hilaire!
Examens. 't Is met genoegen dat we
nieuwe schitterende uitslagen door Nleuporte-
naars, oud-leerlingen onzer Staats Middelbare
School behaald mogen aanstippen; en die nog-
Wij roepen de aandacht onzer lezers op
de nieuwe wet, aangaande het rijden van
automobielrijtuigen en rijwielen, die den
15 Juli in voege zal treden.
Ziehier de bijzonderste schikkingen
De snelheid der automobielrytuigen
mag in volle veld, de 40 kilometers niet
overtreffen. 15 kilometers in dorpen on
wijken, op de bruggen on in de onttrekken
waar de baan bochten maakt.
De geleider mo.t altijd minsten 150 m.
voor zich zien.
Men gaat altijd voort met links af te
steken en rechts te kruisen.
De automobielen en de rijwielen moeten
voorzien ziju van een waarschuwend toe
stel, bestaande in
a) Voor de automobielrijtuigen, van een
jachthoorn met zwaar geluid, dat men
ten minste op eenen afstand van 150 met.
kan hooren.
b) Voor de motocycletten, van eenen
jachthoorn met schel geluid dat ten minste
op eenen afstand van 150 meters kan ge
hoord worden.
c) Voor de wielryders, van eene rinkel
bel of veerbel, die minstens 50 meters kan
gehoord worden.
Voor automobielrytuigen is het gebruik
van sirenen en koperen pypers altijd toe
gelaten buiten de dorpen «n wyken.
De motocycletten mogen onder geen
voorwendsel de rijwielpaden gebruiken.
Eindelyk zullen alle rytaigen, van val
avond tot ’s morgens moeten verlicht zijn
en wel met een lantaarn die het licht in
alle richtingen verspreidt en niet alleen
voor.